2. De familie Voochel zet zijn eerste stappen op hun nieuw huis. Gymschoenen, sandalen en slippers schuiven over de vloer. ‘ Pas op met de trap, Ariël’ zegt een man waarschuwend. De vrouw, die naar de man opkijkt, glimlacht. Voorzichtig wandelt ook zij de trap op. ‘Wie eerst?’ fluistert een meisje giechelend. Zonder de vraag de beantwoorden opent een andere man de deur.

3. De geur van de nieuwe meubels en de pas geverfde muren vliegt in Cédrics neus. Even fronst hij zijn wenkbrauwen als reactie op de geur, maar dan kijkt hij alles na. Hij knikt lichtjes. Mooie kleuren, gezellig. Zijn eerste indruk is goed. Natuurlijk had hij al foto’s gezien, maar dat kan je niet altijd vertrouwen. Cédric wel, die kan je wel vertrouwen. Misschien is hij een streng iemand, maar dan is hij zeker streng maar rechtvaardig.

4. Verveeld friemelt een klein, blond meisje aan de vlechtjes van haar moeder. De roodharige dame glimlacht naar haar dochter. ‘Jasmine, verveel je je?’ vraagt Ariël. Jasmine legt haar hoofdje op de schouder van Ariël. Ariël, is een lieve, zachte moeder die er alles aan zal doen om haar kinderen tevreden zou houden. Ze wrijft door het haar van Jasmine.

5. Met een scherpe blik kijkt Cédric alles na. Hij opent de ijskast en ziet een aantal producten staan. Een krop sla, tomaten, wat pakken fruitsap en melk en wat appels. Hij zwaait de deur van de ijskast dicht. Cédric kijkt alles grondig na. Is de vloer van goed materiaal? Krijgt hij de prullenbak makkelijk open? Staat het schilderij recht? Alles is prima.

6. De volgende die binnenwandelt is de oudste van de drie kinderen. Aldris zit midden in de puberteit. Hij trekt aan zijn ketting zodat het hangertje verschuift. Hij kijkt goed rond. Het is misschien niet helemaal zijn smaak, maar wat doet hij er tegen? Aldris bekijkt de ruimte nog een laatste keer en volgt daarna zijn vader, de keuken in.

7. De laatste overige mensen betreden het huis. ‘Kijk opa, er staat een spel!’ klinkt er uit de mond van een meisje. De man die luistert naar opa, draait zich om en wijst naar het spel. ‘Zullen we?’ vraagt het meisje ongeduldig. ‘Ach, waarom niet’ antwoordt de oude man.

8. Terwijl Ariël Jasmine vasthoudt wandelen ze door de woonkamer de trap op. Jasmine leunt wat naar achter en laat haar hand over de muur glijden terwijl ze naar boven wordt getild. Wanneer Ariël de laatste treden heeft gezet, kijkt Jasmine haar blij aan. ‘Vond je dat leuk?’ vraagt ze met een heldere stem. Jasmine giechelt en zoekt naar een volgende muur die ze kan betasten. Ariël glimlacht en gaat expres dicht langs de muren lopen.

9. Terwijl Cédric aan een maaltijd begint, brengt Aldris een bezoekje aan de toilet. Een mooie blauwe badkamer treedt hij binnen. Hij kijkt in de spiegel met lichtbruine rand. Zonder naar de kraan te kijken, laat hij er water door stromen. Hij wast zijn handen met koud water. Omdat er geen handdoek in de buurt is, haalt hij zijn handen door zijn haar. Even je kapsel fatsoeneren kan geen kwaad.

10. De twee mensen die aan het gezelschapspel beginnen, schuiven hun stoel aan. De oude man, genaamd Roel, neemt het blaadje papier van de tafel. ‘Wat is dat?’ vraagt het meisje terwijl ze aandachtig naar het blaadje kijkt. ‘De instructies van het spel, hoe je het spel moet spelen…’ Antwoordt Roel. Het meisje knikt en neemt daarna wat stokjes van het bord. Roel is de vader van Ariël en wat is hij blij dat hij kleinkinderen heeft. Verhaaltjes vertellen, en de kinderen vanalles bijleren vindt hij geweldig.

11. ‘ Neem maar een paar stokjes’ zegt Roel. Celeste kijkt naar de gekleurde staafjes op het bord. Ze neemt een aantal gekleurde stokjes in haar hand. ‘Ik ben klaar!’ zegt ze blij. Celeste is het tweede kind van Ariël en Cédric. Ze is een speelse meid en nogal ongeduldig. Ze doet vaak mensen na en kan haar zin goed doordrammen.

12. ‘ Zo, hier is je kamer’ zegt Ariël tegen Jasmine. Jasmine haalt haar hand van de muur en kijkt rond. ‘Plasje doen?’ stelt Ariël voor. Jasmine antwoordt niet en doet alsof ze haar moeder niet hoort. ‘Jawel, wèl een plasje doen’ zegt ze aanmoedigend. Jasmine draait zich naar het potje toe. Ariël tilt haar op en zet haar op het potje. ‘En nu, pssss!’ Ariël trekt een raar gezicht waardoor Jasmine moet lachen.

13. ‘ Komaan, komaan, niet vallen!’ Celeste kijkt de stokjes op de speelgoedlama aan. Roel wrijft zijn handen tegen elkaar. ‘Slimme zet, Celeste, slimme zet…’ Hij grijpt naar een stokje. ‘Voorzichtig, opa, we zijn heel ver!’ Celeste volgt het stokje met haar ogen. Maar Roel laat het voorwerp vallen. ‘Opa!’ Celeste schrikt en botst met haar arm tegen de tafel waardoor de hele stapel valt. ‘Nee!’ roept ze half lachend. Roel lacht mee. Dat Celeste zo erg in het spel op kan gaan.

14. Nadat het sissende geluid gestopt was, hopt Jasmine van het potje. ‘Op!’ zegt ze blij. Zonder dat Ariël weet wat haar dochter bedoelt, neemt ze haar weer op haar arm. ‘En heb je nu honger?’ vraagt Ariël. Jasmine knikt. ‘Onge!’ roept ze. Ariël rolt met haar ogen en grinnikt.

15. ‘ We waren echt ver, he opa?’ vraagt Celeste aan tafel. ‘Ja, hoor, en jij was echt goed!’ knipoogt hij. Gulzig stopt Celeste haar lepel in het kommetje. ‘Bevalt het huis je?’ vraagt Roel aan Cédric. Cédric knikt. ‘Erg tevreden, je weet dat ik nogal een pietje-precies ben, maar het huis is echt in orde.’

16. Ariël komt met Jasmine binnen. ‘En nu, in de kinderstoel jij’ Jasmine trekt haar beentjes samen zodat ze makkelijker in de stoel gezet kan worden. ‘Nu even wachten, oke?’ fluistert ze. Jasmine wacht geduldig op haar eten. ‘Ik zag door het raam van Jasmine dat we een zwembad hebben!’ zegt Ariël en schuift aan tafel.

17. ‘ Een zwembad?!’ roept Celeste verrast. ‘Wist je dat dan niet?’ antwoordt Aldris. ‘Wat? Hebben we een zwembad?’ merkt Roel op. ‘Niet dat ik weet’ antwoordt Ariël sarcastisch. ‘Mam, je zei net toch dat je-’ begint Aldris, maar gelijk krijgt hij het sarcasme door. ‘Dus we hebben een zwembad?’ Celeste draait haar hoofd met een ruk naar Aldris toe. ‘Jep’

18. ‘ Dus we kunnen elke dag zwemmen?’ vraagt Celeste. ‘Ja, maar ik denk dat het in de winter een beetje koud gaat zijn…’ antwoordt Roel. ‘Aldris, wil jij even een flesje voor Jasmine nemen?’ vraagt Ariël tussen het gepraat. Zonder te antwoorden staat Aldris op en wandelt naar de ijskast. ‘Is het dat groene spul?’ vraagt hij terwijl hij het flesje met een vies gezicht bekijkt. ‘Ja, dat groen… Hé, jij hebt dat ook gedronken hoor!’ zegt Ariël als ze het gezicht van Aldris ziet. Aldris lacht.

19. Nadat Aldris het flesje aan Jasmine geeft, gaat hij naar boven. ‘Waar ga je naar toe’ vraagt Celeste nieuwsgierig. ‘Zwemmen’ antwoordt Aldris met een glimlach. ‘Wacht! Ik kom ook!’ Met snelle happen eet Celeste haar bord leeg. Aldris doet niet wat zijn zusje zegt en loopt naar buiten.

20. Aldris trekt zijn zwembroek aan en staat voor het zwembad. ‘Oeh, een duikplank!’ Aldris merkt de duikplank op en gaat er op staan. Nadat hij heeft afgeteld, springt hij in het water. Koud is het water niet, maar ik niet op de perfecte temperatuur. Aldris trekt het zich niet aan en gaat met zijn hoofd onderwater.

21. Binnen, aan tafel, ruimt Cédric de borden op. Hij zegt tegen de andere dat hij boven de ruimte gaat bekijken. ‘Oh, ik ben al boven geweest. Ziet er goed uit’ zegt Ariël alvast. Cédric loopt de trap op en neemt een kijkje in alle kamers. In de badkamer is hij langer dan in de andere kamers. Even doet hij een plasje en gaat dan verder.

22. ‘ Is het water erg koud?’ vraagt Celeste als ze haar broer ziet zwemmen. ‘Nee, het is héérlijk!’ Aldris drijft op zijn rug. ‘Kom erbij, het is saai alleen.’ Voor de zekerheid haalt Celeste haar hand door het water. Ze blijft eventjes in het water roeren. ‘Kom je nog?’ vraagt Aldris. ‘Kom je nog?’ doet Celeste na met een zwaardere stem en ze giechelt. Aldris schudt zijn hoofd en lacht.

23. ‘ Kom je nog? Kom je nog? Kom je nog?’ Celeste blijft het herhalen wat Aldris aan het lachen maakt. ‘Kom je nog? Kom je no- Een glijbaan!’ Celeste kijkt de gele glijbaan met grote ogen aan. ‘Nog nooit een glijbaan gezien?’ grapt Aldris. ‘Ha-ha’ Celeste klimt op de glijbaan en zet zich goed. Voorzichtig gaat ze op haar buik liggen.

24. Wanneer Celeste van de glijbaan glijdt, schreeuwt ze luid. ‘Dat gaat pijn doen!’ waarschuwt Aldris als ze Celeste op haar buik ziet vallen. Met een harde klap valt Celeste in het water. Afwachtend wat er zal gebeuren kijkt Aldris naar zijn zusje. Ze komen goed overeen, Celeste en Aldris. Soms irriteren ze elkaar, en maken ze ruzie, maar soms lachen ze zich ook te pletter.

25. Met haar hand op haar buik drijft Celeste naar boven. Ze haalt diep adem en hoest dan wat water uit haar mond. ‘Dat deed pijn’ zegt ze half lachend half kuchend. ‘Ik zei het toch?’ ‘Maar wanneer,’ Celeste rolt met haar ogen, ‘toen ik boven het water hing.’ Celeste zwemt naar de rand en Aldris lacht van Celestes droge reactie.

26. Boven gaat het er niet pijnlijk aan toe. Met een brede glimlach leunt Cédric achterover. Vandaag al heeft hij een baantje gevonden. Een baan in het dansen. Zijn levenswens is dan ook de top van de carrière in het dansen bereiken. Even checkt hij wat instellingen van de computer, maar dan gaat hij naar beneden om het goede nieuws te vertellen.

27. ‘ O-pa!’ zegt Roel terwijl hij naar zichzelf wijst. ‘Pa! Pa!’ probeert Jasmine. ‘Ja, bijna! Probeer nog eens. Opa.’ ‘Pa! Pa!’ roept Jasmine blij. Roel zucht, het is een zware klus maar hij vindt het fijn. Zijn kleinkinderen wat bijbrengen, of het nu lukt of niet. ‘ Ik heb een baantje!’ Cédric komt blij de keuken binnenwandelen. ‘Baan Baan!’ roept Jasmine. ‘Ja, baan! Papa heeft een baan!’ zegt Roel.

28. Na nog wat ‘baan’, ‘opa’, en ‘slapen’, is Jasmine echt moe en wil ze echt slapen. Ariël doet voorzichtig het jurkje van Jasmine uit en trekt een pyjama’tje aan. Een slaapliedje is al niet nodig, Jasmine valt als een blok in slaap. ‘Truste, Jasmientje’ fluistert Ariël en ze wrijft over het kleine kopje van haar dochter.

29. ‘ Waar ga je nu naar toe?’ vraagt Celeste na een tijdje. ‘Me omkleden, ik heb mijn kamer nog niet gezien.’ antwoord Aldris terwijl hij uit het zwembad stapt. ‘Oke, ik blijf nog ev- Ooh! Mijn kamer!’ Celeste vliegt uit het zwembad en loopt haar broer achterna.

30. Als Celeste haar kamer bereikt heeft, staat ze even stil. ‘Wat mooi!’ gilt ze en begint alles te onderzoeken. ‘Boeken!’ schreeuwt ze en huppelt naar haar bed om er vervolgens op te springen. ‘Wel-ke- boe-ken?’ zegt ze tussen de sprongen door. Na een tijdje geeft ze het op. Het enige wat ze zag is ‘Het verhaal van’, en ‘Elfen van Dromenland’.

31. Naast Celeste’s kamer, is die van Aldris. Ook hij is nieuwsgierig naar de boeken die in zijn kast liggen. Zijn ogen vliegen over de verschillende titels waardoor hij eigenlijk niks heeft onthouden. Hij gaat op zijn bureaustoel zitten. ‘Content, Aldris voelt zich prima in ‘his room’.’ En hij leunt achterover.

32. Beneden leest Roel een krant. ‘Wat er toch in Simcity gebeurt,’ zucht hij terwijl hij de volgende pagina bekijkt ‘gelukkig wonen we in Bikkelwijk. Dat Simcity gedoe vertrouwde ik toch maar niet.’ Hij legt de krant op zijn schoot en wacht op een antwoord, maar die komt niet. Hij hoort geluid vanuit de televisieruimte. Celeste komt binnengewandeld.

33. ‘ Zei je iets, opa?’ vraagt ze terwijl ze op de bank gaat liggen. ‘Ach, grote mensen zaken…’ lacht Roel. ‘Wil je weten hoe mijn kamer eruitziet?’ Celeste kijkt naar de achterkant van de krant. Nog voordat Roel kan antwoorden, stelt Celeste al een nieuwe vraag. ‘Wie is die rare vrouw op de achterkant?’ Roel draait zijn krant om. ‘Weet ik niet. En hoe ziet je kamer er uit?’ Roel legt zijn krant opzij. ‘De muren zijn wit met bolletjes, en er zijn boeken! En een rare blauwe koe, maar die is leuk…’ ratelt ze.

34. ‘ Ben je al wakker?’ Cédric haalt Jasmine uit haar bedje. Jasmine kijkt haar vader aan en staat recht. Cédric tilt zijn dochter op. ‘Ben je echt wakker? Echt echt wakker?’ Jasmine lacht en knikt hevig. Cédric schudt Jasmine heen en weer. Jasmines haren vliegen van links naar rechts en een hevige glimlach verschijnt op haar gezicht. ‘Nu ben je ècht wakker!’ lacht Cédric.

35. Inmiddels is Ariël ook bij Celeste en Roel komen zitten. ‘Wat doe je?’ vraagt Celeste uit verveling. Ariël houdt haar vinger op een zin en kijkt Celeste aan. ‘Lezen, dat zie je toch?’ vraagt ze verbaasd. ‘Het was ook maar een grapje!’ giechelt Celeste. ‘Trouwens, moet jij niet naar bed?’ Celeste haalt haar schouders op en vertrekt. ‘Je denkt zeker dat ik niet naar bed wil. Maar mijn kamer is gewoon super de luxe cool!’ zegt Celeste plots. Roel en Ariël lachen.

36. Aldris is nog beneden. Hij ruimt de keuken wat verder op. Erg vindt hij dat niet, als hij morgenvroeg wilt ontbijten en er staan nog borden van de avond er voor, dat vindt hij erg. Nadat hij zijn handen heeft afgedroogd, wrijft hij in zijn ogen. Hij is moe. Hij wenst zijn ouders en opa een goede nacht en gaat naar boven, in bed.

37. Roel steekt de kachel aan en pakt zijn krant weer. Cédric had Jasmine weer in bed gelegd omdat ze plots weer moe was. Nu zit hij naast Ariël. ‘Is het huis goedgekeurd?’ Ariël weet dat haar man overal op let, en gaat daar nu op in. ‘Jazeker,’ zegt hij terwijl hij zijn vrouw omarmt, ‘en jij?’ Ariël knikt. ‘Ik ook’ ‘ Jongens, ik ga naar bed’ Roel legt zijn krant weer weg en vertrekt.

38. Roel loopt stilletjes naar boven, hij wilt zijn kleinkinderen niet wakker maken. Ook hij is best nieuwsgierig naar zijn kamer, maar veel maakt het hem niet uit. Hij moet er toch alleen maar in slapen. Hij ziet een bed, een kastje, een zetel en een tv’tje. ‘Goh, fijn, zo’n tv. Alleen betwijfel ik of ik heb wel vaak zal gebruiken’ zegt hij.

39. Het duurde niet lang of ook het koppel kroop zijn bedje in. Samen liggen ze naast elkaar. Ze hebben de ruimste kamer, met open haard. ‘Gezellig voor als we even niks te doen hebben’ grinnikte Ariël. Maar Cédric vindt het overbodig. Ach, wat maakt het uit. Iedereen is tevreden met het huis.