The CFO Barometer is a collaboration of EY with CFO magazine. In this edition EY Belgium partner Stefan Olivier talks about the economic trends every CFO has to take into account.
BCE24 | Zo unlockt HEMA het complete potentieel van video-SEO, Emma-Sophie J...
CFO Barometer - economische trends
1. n
om
en
eco
ds
cfo
barometer
r
is c h e t
ó in de praktijk
“geschikt personeel blijft ons
grootste intern risico”
ó resultaten
ó interview met experts
“verwachting van status quo
is dominant”
in samenwerking met
“geschikt personeel blijft
ons grootste intern risico”
kathleen defreyn (CFO Groep Willemen), over omgaan met
de gevolgen van de globale economische context
2. kathleen defreyn (cfo groep willemen), over omgaan met de gevolgen van de globale economische context
cfo barometer ˘ in de praktijk
“geschikt personeel blijft
ons grootste intern risico”
Dat de bouwsector nog steeds niet uit de crisis is, blijft ook voor een groeiende groep
als Willemen een bekommernis. Toch blijft de onderneming van het jaar mikken op
die groei, voornamelijk dan voor buitenlandse activiteiten. “Dit plaatst ook finance
voor bijzondere verantwoordelijkheden”, legt CFO Kathleen Defreyn uit. “De manier
van werken is verschillend, het juridisch en sociaal kader is anders en we werken
voornamelijk met externe partners.” Een gesprek over hoe dit bouwbedrijf met de
gevolgen van de globale economische context omspringt.
“Ik heb het gevoel dat de bouwsector zich
nog altijd in een crisis bevindt”, steekt Kathleen Defreyn van wal. “Wat gezien de globale
crisis waarmee we geconfronteerd werden
niet zo verwonderlijk is. Onze groep heeft
het voordeel zowel voor overheid als privé opdrachtgevers te werken. Plakken we daar een
verdeelsleutel op, dan komen we op ongeveer
60/40 uit, in het voordeel van de privé sector.
Investeringen werden door de crisis uitgesteld,
verminderd of gewoonweg geschrapt. Daar
kunnen we weinig aan veranderen. Ook de
overheid moet besparen, maar toch. Op zich
“eenheid in diversiteit”
De Groep Willemen mag dan al een aanzienlijke omvang hebben, toch voorziet het business model voor voldoende autonomie van de
onderdelen. “Onze groep bestaat uit tal van
autonome ondernemingen”, legt Kathleen
Defreyn uit. “En iedere onderneming heeft een
eigen CEO die volledig autonoom optreedt,
maar natuurlijk ook de verantwoordelijkheid draagt voor de behaalde resultaten. Toch
streven we naar synergieën. Zo is doorheen
de jaren een centralisatie van de Finance, HR
en Legal tot stand gekomen. De uitbouw van
dergelijke shared services komt de efficiëntie
ten goede. Om slechts één enkel voorbeeld te
geven: dat elk afzonderlijk bedrijf iemand zou
aanstellen om facturen te scannen is toch te gek
voor woorden. Daarom hebben we één dienst
die dit voor de volledige groep doet. Dankzij
deze shared services streven we naar een gezond evenwicht tussen eenheid en diversiteit.”
Finance, tot slot, wordt door twee mensen uitgevoerd. Ikzelf, maar ook door mijn collega Dominique Vansteenkiste, financieel directeur.”
valt het van die kant nog best mee. Er zijn nu
eenmaal infrastructuurwerken waar men niet
onderuit kan. Dat beroep kan gedaan worden
op PPS-structuren, verhoogt enigszins de slagkracht van de overheden.”
barre weersomstandigheden
“Wat mijn verwachtingen zijn voor 2014? Ik
hoop alleszins op beterschap”, antwoordt
CFO Defreyn. “Een groot voordeel voor ons
bedrijf is dat we actief zijn op verschillende domeinen. Door deze spreiding staan we sterker
om de onafwendbare gevolgen van de crisis op
te vangen. De voorbije jaren zijn we ook systematisch fors gegroeid. Ook hierdoor waren
en zijn we beter gewapend tegen de donderwolken die iedereen boven het hoofd zijn gaan
hangen.”
“Kenmerkend voor 2013”, vervolgt Kathleen
Defreyn, “is dat onze omzet in lijn ligt met
2012, maar dat we lagere resultaten moesten
vaststellen. Hier zie ik twee belangrijke oorzaken voor. Om te beginnen speelt de concurrentie in onze sector. Zeker in moeilijke tijden
gaat die zwaarder doorwegen. Maar tijdens het
begin van dit jaar zaten de weersomstandigheden ons niet mee. Voor een sector als de bouw
is dit een cruciale factor. En precies omdat het
weer in 2013 uitzonderlijk slecht was, hoop ik
op beterschap voor 2014.”
buitenlandse uitdagingen
De voorbije jaren kende de Willemen Groep
een forse groei. “Enerzijds was dit een organische groei, anderzijds gebeurde dit door overnames”, legt Kathleen Defreyn uit. “Zo leverde
de overname van Aswebo in 2011 een belangrijke bijdrage aan onze groei, aangezien deze
groep alleen al goed is voor een omzet van 180
miljoen euro. In de toekomst willen we blijven
groeien, enerzijds in eigen land maar ook door
onze buitenlandse activiteiten op te drijven.
Vandaag realiseren we slechts een bescheiden
deel van onze huidige omzet buiten België, dus
we zien nog veel mogelijkheden in het buitenland.”
“Voor het buitenland kijken wij voornamelijk naar het Afrikaanse continent”, vervolgt
Kathleen Defreyn. “Zo hebben we een joint
venture afgesloten met een Senegalese projectontwikkelaar voor een residentieel project in
Ivoorkust. In Marokko hebben we een nieuwe
onderneming opgericht voor onze activiteiten
aldaar. Deze zijn vooral gefocust op logistieke
gebouwen in dat land. Logisch ook. De omstandigheden lenen er zich toe. De steden liggen aan het water, er is ruimte zat, en vooral:
het zijn landen die een groeibeweging kennen.
Daar spelen we op in. Het moet echter gezegd
dat deze activiteiten uitbouwen makkelijker
gezegd dan gedaan is. Het vergt een heel andere benadering dan binnenlandse projecten.
Zo is samenwerking met lokale partners een
must. Je zit immers met andere arbeidsomstandigheden, geplogenheden, noem maar
op. Ook op het finance vlak moet je je als CFO
correct informeren. Fiscaal en btw-technisch
zitten de dingen doorgaans anders in mekaar.
Eerder treden wij dan ook op als general contractor, waarna heel wat zaken aan plaatselijke
actoren uitbesteed worden. Onze meerwaarde
in deze projecten kristalliseert zich eerder
rond de knowhow die we aan de dag kunnen
leggen. Een belangrijke regel bij zo'n buitenlandse ervaring, is dat we constant zoeken
naar synergieën met de overige ondernemingen van de groep.”
3. |
auteur: michaël vandamme foto’s: jerry de brie
Kathleen Defreyn:
“We willen blijven groeien,
enerzijds in eigen land maar
ook door onze buitenlandse
activiteiten op te drijven.
We kijken wij voornamelijk
naar het Afrikaanse
continent.”
overheidsinvesteringen
“Wanneer het onderwerp risico aangekaart
wordt, moet een onderscheid gemaakt worden
tussen interne en externe risico's”, benadrukt
Kathleen Defreyn. “De externe kant van de zaak
ligt ergens voor de hand. Dan heb ik het specifiek over concurrentie. Door de grote concurrentie liggen de prijzen laag. Daarom volgen wij
als groep bijna alle PPS projecten die uitkomen.
Hier liggen de marges hoger maar anderzijds
liggen ook de kosten van aanbesteding veel hoger. Verder is er de wil om te investeren bij opdrachtgevers, de overheid incluis. Wat dat laatste
betreft, en zoals ik zei zijn overheidsopdrachten
in de brede zin van het woord goed voor zo'n
40% van onze omzet, hebben we misschien één
voordeel. Aan bepaalde infrastructuurwerken
kan men niet onderuit. En de voorbije jaren werd
op dit vlak iets minder geïnvesteerd, wat voor
een zekere inhaalbeweging zorgt.”
vijver van ingenieurs
“Het zal u misschien verbazen, maar het
vinden van het geschikt personeel is een
belangrijk intern risico voor ons”, aldus CFO
Defreyn. “Een buitenstaander denkt misschien
snel dat gezien de moeilijke tijden die de
sector kent, de crisis op dat vlak in ons voordeel speelt. Toch is dat niet zo. Zeker wat de ingenieurs betreft, is dat niet altijd een sinecure.
Per slot van rekening vis je als bouwonderneming in een betrekkelijk kleine vijver. Daar we
nu ook geschikte mensen nodig hebben voor
onze buitenlandse projecten, maakt dit de
rekrutering er niet makkelijker op. Meer nog
dan vandaag willen we werken aan een duidelijke employer branding. Op een geschikte
manier naar potentiële medewerkers toe naar
buiten treden. Gelukkig hebben we op dat ge-
bied wel wat troeven uit te spelen. Door onze
omvang en brede waaier aan activiteiten en
projecten, kunnen we aantrekkelijke loopbaanperspectieven voorschotelen. Je merkt
dat rond bepaalde projecten of gebouwen iets
prestigieus hangt, wat wervend werkt. Een
tijdje geleden haalden we het nieuws omdat we
gekozen werden voor de bouw van de nieuwe
Belgische ambassade in Kinshasa. En natuurlijk is er de prijs van Onderneming van het Jaar
die we in ontvangst mochten nemen. Zonder
meer een blijk van erkenning voor de hele
ploeg. Dit komt ons imago op de arbeidsmarkt
ten goede.”
“Om het plaatje van de interne risico's volledig
te maken, moet ook kostprijsbeheersing aangestipt worden”, zegt Kathleen Defreyn. “Dit
zal bij andere bedrijven wel niet anders zijn,
maar de bouw is een aparte sector. Tijdens de
uitvoering van het project moeten de kosten
nauwgezet vergeleken worden met het budget
en moet de planning van de werken opgevolgd
worden. Alleen bij een correcte opvolging kan
er tijdig bijgestuurd worden.”
kathleen defreyn, kort
genoteerd
Na een zestal jaar bij Ernst & Young, thans
EY, te hebben doorgebracht, zette Kathleen
Defreyn in 1999 de stap naar de Willemen
Groep. “Door de groeibeweging van de voorbije jaren, kregen de functies die ik hier uitoefende stelselmatig een andere invulling.”
Aanvankelijk ging CFO Defreyn van start als
Group Controller. Tussen de periode 20052009 was ze financieel directeur bij Franki
Construct, een van de ondernemingen binnen de Groep. Die verantwoordelijkheid
voor Franki is er vandaag nog steeds, weliswaar in combinatie met de functie van financieel directeur voor de volledige groep.
“In die laatste hoedanigheid sta ik onder
andere in voor de rapportering aan de raad
van bestuur. Ik zorg voor de financiële rapportering, de afsluiting, opmaken van de
budgetten en geef ik de leiding aan een ploeg
van zo'n 20 mensen. Daarnaast zetel ik ook
in het directiecomité van de groep.”
rapportage verfijnen
De Willemen Groep staat niet stil. Wat zit er
in de pijplijn van deze CFO? “Op dit moment
werken we aan een verdere uitbouw van de
business rapportage”, legt Kathleen Defreyn
uit. “Nu hoort u me niet zeggen dat die vandaag niet goed zou zijn, maar een goede CFO
moet ervan uitgaan dat alles beter kan (lacht).
Reporting is in de bouw een complex gebeuren. Dit moet immers werf per werf gebeuren,
en net daarom zou ik een grotere automatisatie
willen op dat vlak. Hiervoor kunnen we meer
tijd investeren in de analyse, eerder dan in de
opmaak van de cijfers.”
“We werken verder aan de uitbouw van ons
ERP-systeem”, stelt Kathleen Defreyn. “Destijds hebben we ons een standaard pakket voor
de bouw aangeschaft, en dit werken we verder
uit. Kortom, we voegen er nieuwe modules aan
toe. En dat is iets, voor alle duidelijkheid, dat
we puur intern doen.” ¯
cfo-barometer: economische trends
4. cfo barometer ˘ resultaten
De CFO Barometer is een onafhankelijk research initiatief van de redactie van CFO Magazine in samenwerking met EY. Bij een representatief
staal van om en bij de tweehonderd Belgische CFO’s van middelgrote tot grote multi ationale ondernemingen een vragenlijst omtrent
n
een actuele CFO-topic afgenomen. De focus van de CFO Barometer is lokaal, waardoor de resultaten heel representatief zijn voor de
Belgische markt en de CFO Barometer een benchmarktool wordt voor de in België actieve CFO. De resultaten worden in deze extra CFO
Barometer katern weergegeven en becommentarieerd door specialisten of geïllustreerd met praktijkervaringen.
interne risico's
Wat zijn volgens u de top 5 INTERNE, BEDRIJFSPECIFIEKE risico's waarmee uw onderneming zal geconfronteerd worden in/vanaf 2014?
Druk op kostenbeheersing/winstgevendheid 66%
Personeelskosten evolutie 49%
Aantrekken en behouden van adequaat talent 43%
Vermogen om te voorspellen (cash, resultaten, activiteitsniveau,…) 41%
Beheer van werkkapitaal 41%
Kostprijsbeheersing 38%
Innovatief vermogen (producten, processen,…) 34%
Beheer van IT systemen 34%
Eigen financiële positie 29%
Behoud/verlies van bedrijfsessentiële expertise 21%
Behoud van "moraal" en/of productiviteit tijdens economisch reces 18%
Continuïteit/herstructurering 13%
Toeleveringsketen 11%
Beveiliging en veiligheid van data 11%
externe risico's
Wat zijn volgens u de top 5 EXTERNE risico's waarmee uw bedrijf zal geconfronteerd worden in/vanaf 2014?
Concurrentie (aanwezigheid, prijspolitie, aanbod, …) 69%
Economische omstandigheden 69%
Vraag van klanten naar uw diensten/producten 59%
Arbeidswetgeving 38%
Andere grondstoffen (beschikbaarheid, prijsevolutie,…) 33%
Beschikbaarheid van adequaat talent 33%
Energie en brandstofkosten (beschikbaarheid, prijsevolutie,…) 29%
Solvabiliteitsrisico's tegenpartij 29%
Fiscale wetgeving 28%
Kredietmarkten (beschikbaarheid van financiering, kostprijs,...) 20%
Financiële regelgeving 16%
Milieuwetgeving 15%
Binnenlandse politieke ontwikkelingen 14%
Financiële systeem/bankensysteem 13%
Volatiliteit buitenlandse valuta 10%
verwachtingen voor sector/eigen bedrijf
Hoe kijkt u aan tegen de EVOLUTIE VAN UW SECTOR in 2014,
in vergelijking met 2013?
Hoe kijkt u aan tegen de EVOLUTIE VAN DE ACTIVITEIT VAN UW BEDRIJF
in 2014, in vergelijking met 2013?
Zeer optimistisch
Eerder optimistisch
5,1%
2,5%
Eerder optimistisch
Eerder optimistisch
54,4%
40,0%
Geen verandering
Geen verandering
25,3%
37,5%
Eerder pessimistisch
Eerder pessimistisch
12,7%
17,5%
Zeer pessimistisch
Zeer pessimistisch
2,5%
2,5%
5. Wat zijn uw verwachtingen over het AANTAL
WERKNEMERS in uw bedrijf in 2014?
> -5%
1,3%
Omzet door overnames
tussen -3% en -5%
Gemiddelde loonkost
> -5%
5,3%
2,7%
tussen -1% en -3%
tussen -1% en -3%
1,3%
tussen -3% en -5%
8,0%
0,0%
tussen 0% en -1%
tussen 0% en -1%
2,6%
tussen -1% en -3%
9,3%
1,4%
status quo
status quo
11,8%
tussen 0% en -1%
38,7%
2,7%
tussen 0% en +1%
tussen 0% en +1%
44,7%
status quo
18,7%
68,9%
tussen +1% en +3%
tussen +1% en +3%
34,2%
tussen 0% en +1%
5,3%
6,8%
tussen +3% en +5%
tussen +3% en +5%
1,3%
tussen +1% en +3%
6,7%
5,4%
> +5%
> +5%
3,9%
tussen +3% en +5%
6,7%
4,1%
Wat zijn uw verwachtingen over de
RENDABILITEIT van uw bedrijf in 2014?
> +5%
8,1%
> -5%
1,4%
tussen -1% en -3%
8,1%
tussen 0% en -1%
10,8%
status quo
cfo bij projecten betrokken
23,0%
tussen 0% en +1%
24,3%
In welke projecten binnen uw bedrijf zal u als CFO voornamelijk betrokken zijn vanaf 2014?
tussen +1% en +3%
10,8%
tussen +3% en +5%
10,8%
> +5%
10,8%
Kostenbesparing 55%
Procesoptimalisatie (productie, supply chain,…) 46%
Update van bedrijfsstrategie 41%
Werkkapitaalverbetering 38%
Interne business rapportering (forecasting, KPI, prognoses,…) 38%
Performance management 31%
Verbeteren interne controles (policies & procedures) 28%
Optimalisatie van financieringsstructuur 25%
Groei door overname/strategische allianties 25%
Optimalisering business model (outsourcing, relocatie,…) 18%
Optimaliseren van IT enablement 18%
ERP en BI implementatie 15%
Fiscale optimalisatie 15%
Opzetten shared services center 14%
Optimalisering bedrijfsinfrastructuur 10%
Externe rapportering (vb over niet financiële indicatoren) 10%
Data analyse 9%
Verbeteren van risico management 9%
Optimalizeren juridische organisatiestructuur 5%
IFRS 4%
cfo-barometer: economische trends
6. cfo barometer ˘ interview met experts
“verwachting van status quo is dominant”
Economische verwachtingen van economen zijn wat ze zijn, maar hoe ziet de CFO
dat zelf ? Anders gezegd, hoe percipieert hij de omstandigheden waarin hijzelf, zijn
bedrijf, maar ook zijn sector functioneert. En vooral: welke verwachtingen koppelt hij
hieraan. Deze nieuwsgierigheid lag aan de basis van deze editie van onze Barometer.
“De meesten zien weinig veranderingen in 2014, dat is voor mij de belangrijkste
vaststelling”, merkt Stefan Olivier, partner bij EY Bedrijfsrevisoren, op. Hoewel een
meerderheid aangeeft “eerder optimistisch” te zijn voor de nabije toekomst, lijkt dit
een eufemisme te zijn, want in concrete groeiverwachtingen uitgedrukt bedraagt
het gemiddelde slechts “0% tot 1%”. Toch leveren de resultaten enkele opmerkelijke
vaststellingen op. “Dit bevestigt een trend die we al een tijdje ontwaren, de rol van de
CFO wijzigt. Steeds meer worden zijn taken ruimer dan het klassieke pakket, hetgeen
niet enkel een verhoogde druk, maar ook opportuniteiten creëert.” Een doorlichting.
óó Een eerste punt, de respondenten. Wat
kan hierover gezegd worden?
stefan olivier: “Een fundamenteel vertrekpunt in het nagaan van de representativiteit
van de bevraagde groep, is inderdaad de situering van de betrokken bedrijven. Kijken we
naar sector, omvang, buitenlandse activiteit en
zo meer, dan kunnen we de resultaten als reëel
beschouwen voor wat er momenteel leeft bij de
Belgische CFO's.”
óó Alvorens we dieper op de resultaten
ingaan, is er een algemene trend die
u vanuit uw achtergrond in het oog
springt?
stefan olivier: “Eerlijk gezegd vind ik de
resultaten nogal vlak, waarmee ik me niet negatief uitlaat over deze Barometer, versta me
niet verkeerd (lacht). Ik zie eigenlijk erg weinig
uitschieters. Ook geen zaken die drastisch indruisen tegen wat ik in mijn eigen beroepsbezigheden tegenkom. Het ervaren van de CFO's
is duidelijk: de nadruk ligt vooral op de status
quo of een zeer lichte groei. Het leert vooral dat
we nog niet uit de crisis zijn, of beter: dat de
CFO dat zeker op korte termijn niet verwacht.
Ervan uitgaande dat dit een reflectie is van recente budgetrondes voor 2014 in de bedrijven,
blijkt er gemiddeld gesproken weinig ambitie aanwezig te zijn. Wellicht mede gedreven
door een gebrek aan vertrouwen in de bredere
marktfactoren van de nabije toekomst.”
globale economische toestand
óó Inhoudelijk gesproken handelen de
eerste vragen over hoe de bevraagde
CFO's de algemene economische toestand
in ons land ervaren?
stefan olivier: “De vlag dekt natuurlijk een
erg brede lading. Er werd dan ook naar verschillende aspecten gepolst. Zo onder meer
het consumentenvertrouwen, de consumptieprijzen, binnenlandse vraag, exportniveau,
loonkosten, maar ook de schuldgraad van de
Belgische overheid en de fiscale en parafiscale
druk. Wat opvalt is dat de geleverde antwoorden heel wat parallellen vertonen. In de meeste
gevallen zijn de antwoorden ‘status quo' of
‘groei tussen 0% en 1%' de belangrijkste. Een
sterkere stijging ziet men doorgaans inzake de
loonkost, de overheidsschuld maar ook de fiscale en parafiscale druk. En laat ons wel wezen,
het betreft hier gemiddelden van een representatieve groep CFO's. Corrigeren we de lichte
algemene groeiverwachting, tussen 0% en 1%,
met de actuele inflatie in België, dan spreken
we in feite over stagnatie, hetgeen niet erg optimistisch stemt.”
bedrijf en sector
óó Welke verschillen kunnen ontwaard
worden tussen de manier waarop de
ondervraagde CFO's de toekomst van hun
eigen sector en eigen bedrijf zien?
stefan olivier: Hier zie je een opvallend onderscheid. Globaal genomen schatten ze de
toekomst voor de eigen onderneming positiever in dan die van hun eigen sector. Waar de
groep van zij die het zeer optimistisch zien sowieso erg klein is, zijn het er voor het eigen bedrijf 5,1%, ruim het dubbele van voor de sector
(2,5%). De grootste verschillen zitten echter
bij zij die een status quo verwachten of “eerder optimistisch” zijn. Respectievelijk 25,3%
versus 37,5%, en 54,4% versus 40%. Hoe dit
verklaard kan worden? Vermoedelijk heeft dit
te maken met het aanhouden van de moeilijke
crisisjaren. Dit versombert het beeld dat men
van de eigen sector krijgt, of men verwacht dat
er verdere inkrimping van de sectorgenoten zal
optreden waardoor de eigen positie relatief gezien wordt verstevigd.”
externe en interne risico's
óó Er werd de CFO's gevraagd naar de
belangrijkste externe risico's die zij voor
de toekomst zien?
stefan olivier: “Precies, en in deze antwoorden is er toch één specifieke element dat me
opvalt. Laten we beginnen bij het begin. Dat
een CFO een bijzondere aandacht heeft voor de
evolutie van de omzet of de focus legt op hetgeen zich op de kredietmarkten zal afspelen is
niet zo verwonderlijk. Wat me wel verbaast is
dat ook het thema “handelsbeleid en handelsakkoorden” zich in de top 3 van externe risico's
bevindt. Je zou kunnen zeggen dat we hiermee
enigszins buiten het klassieke actieveld van de
CFO treden. En meer nog, deze bekommernis
weegt zwaarder door dan die voor pakweg de
concurrentiepositie of het algemeen economisch klimaat. Je zou deze prioriteitsstelling
eerder bij een CEO of sales manager verwachten. Dit illustreert dat een CFO niet op een eiland leeft, maar toenemend betrokken is met
de bredere context waarbinnen de onderneming opereert.”
óó En wie externe risico's zegt, zegt ook in
één adem interne risico's?
stefan olivier: “De antwoorden die we hier
ontwaren liggen in de lijn van de verwachting.
Het innovatief vermogen en de eigen financiële positie blijven zeer belangrijk, net als de
7. |
auteur: michaël vandamme foto’s: jerry de brie
beheersing van de kostprijzen en de marges.
Helaas blijft ook de evolutie van de personeelskosten een reëel en acuut probleem. Je hoort
of leest er vrijwel dagelijks over in de media.
Aan werkgeverszijde hamert men er constant
op. Uit dit resultaat mogen we afleiden dat het
draagvlak voor dit standpunt van de werkgeversvertegenwoordigers reëel is. Ook en zeker
bij de CFO's. Een bijzondere vaststelling is dat
een van de belangrijkste risico’s het ‘gebrek
aan vermogen om te voorspellen (cash, resultaten, activiteitsniveau...)’ wordt genoemd,
daar kom ik zo dadelijk nog op terug.”
projecten van morgen
óó Vervolgens kaarten we opportuniteiten
voor de bedrijven, althans, zoals de CFO
die ervaart?
stefan olivier: “De antwoordmogelijkheden
waren legio, toch springen er enkele uit. ‘Procesoptimalisatie (productie, supply chain...)',
het ‘optimaliseren van de IT enablement', ‘ERP
en BI implementatie' en tot slot de ‘update van
de bedrijfsstrategie' zijn de belangrijkste antwoorden. Dat een CFO zich nauw betrokken
voelt bij de bedrijfsstrategie sluit aan bij wat
ik net onderstreepte: het beroep is in evolutie,
met name een verbreding en nauwere aansluiting met de bedrijfsvoering. Misschien één
kanttekening bij deze resultaten rond opportuniteiten. Dat ERP en BI in één adem genoemd
worden, is, denk ik, enigszins misleidend.
Heel wat bedrijven hebben een ERP implementatie reeds enige tijd achter de rug. Dit
ligt evenwel anders op het vlak van Business
Intelligence waar vaak nog heel wat potentieel
in schuilt. Het zwaartepunt van antwoord én
vraag moet m.i. dus op de BI gelegd worden.
Vele bedrijven zitten thans in een fase waarbij
ze de massa aan data die door hun ERP systemen wordt gegenereerd, nu willen veredelen
tot intelligente beleidsinformatie en uiteindelijk hopen te gebruiken voor een efficiëntere
bedrijfsvoering en als competitief voordeel.
Voornamelijk “forward looking” inzichten en
variantieanalyses ontbreken nog vaak in de
bedrijfsvoering. Hiervoor wordt primair naar
de CFO gekeken die hierdoor relevanter wordt
omdat hij hierdoor mee de koers van het bedrijf kan bepalen.”
óó Er werd niet enkel gevraagd naar de
opportuniteiten, maar ook gepolst naar
de projecten waar de CFO zichzelf in
2014 betrokken ziet. Wat leren ons deze
resultaten?
stefan olivier: “Mijn opmerking rond ERP
en BI blijft hier onverminderd gelden. Veruit
het vaakst wordt aangegeven dat ERP en BI
Stefan Olivier:
“Het beroep van CFO blijft verder evolueren, waarbij het
klassieke technische takenpakket overstijgt wordt door
beleidsbepalende analyses, inzichten en voorspellingen.”
cfo-barometer: economische trends
8. cfo barometer ˘ interview met experts
implementatie hét project is waarin de CFO
in of vanaf 2014 een centrale rol zal spelen. En
zoals gezegd, eerder BI dan ERP dus. Dat ook
een grote betrokkenheid verwacht wordt rond
de ‘optimalisatie van de financieringsstructuur', de ‘update van de bedrijfsstrategie' en de
‘groei door overname/strategische allianties'
kan ik enkel als logisch bestempelen. Wellicht
is dat de ruimere conclusie die uit deze barometer gehaald kan worden. Het beroep van
CFO blijft verder evolueren, waarbij het klassieke technische takenpakket, bijvoorbeeld
inzake compliance, overstijgt wordt door
“beleidsbepalende” analyses, inzichten en
voorspellingen. De complexe, globale en snel
wijzigende omgeving waarbinnen vele organisatie thans fungeren maken de CFO meer en
meer bedrijfsrelevant, zowel in directiecomités en raden van bestuur. Het is een trend die
me al even duidelijk was in de projecten waarmee ik beroepshalve bezig ben. De Barometer
bevestigt deze ontwikkeling ook. 2014 wordt
het jaar waarin deze evolutie zich scherper zal
voordoen. De CFO schuift hierdoor qua competentiegebied meer en meer op naar deze van
de CEO.”
Tot slot...
óó Een slotopmerking over deze
resultaten?
stefan olivier: “Uiteraard hadden we de
vooruitzichten graag wat optimistischer gezien. Intuïtief sluit het echter aan met de algemeen licht positieve verwachting van vele
bedrijven in hun recente budgetrondes alsook
met de huidige statistieken inzake consumentenvertrouwen in België. Bovendien is het
– wellicht anders dan in de politiek - niet de
bedoeling van zo'n Barometer om per se een
goednieuwsshow te brengen (lacht). Het beeld
dat me hiervan bijblijft is de sterke consistentie
en coherentie van de antwoorden. Verder zal
het interessant zijn in de volgende edities van
deze Barometer vast te stellen hoe de visie van
de CFO’s op de toekomst en hun focus al dan
niet zal evolueren.” ¯
Stefan Olivier:
“Het innovatief vermogen en de eigen
financiële positie blijven zeer belangrijk,
net als de beheersing van de kostprijzen
en de marges. Helaas blijft ook de
evolutie van de personeelskosten een
reëel en acuut probleem.”
barometer bevestigt
profielwijziging cfo
“Het is een feit dat bedrijven in een meer
onzeker en competitief ondernemingslandschap vandaag geconfronteerd worden met
een groeiend aantal belangrijke uitdagingen”, stelt Stefan Olivier, partner bij EY
Bedrijfsrevisoren. “Strategische opportuniteitsbeslissingen rond (des)investeringen,
complexe regelgeving, wijzigende maatschappelijke verwachtingen inzake transparantie, duurzaamheid of inkomstenbelastingen, maar ook toenemende vereisten met
betrekking tot de supply chain, bijvoorbeeld
door e-commerce. Ook het beheersen van big
data, forecasting en variatieanalyses, net als
het beheersen van nieuwe risico's, denken we
maar aan cybercriminaliteit, vereist nieuwe
inzichten en expertises. Deze context maakt
de plaats van de CFO interessant. In tijden
van volatiliteit en onzekerheden, toenemende
druk op operationele marges en krimpende
financiële middelen kijkt men steeds sneller
en vaker naar de CFO als waardevolle gids.
En precies omwille van dit alles bekleedt
de CFO een meer prominente rol binnen de
besluitvorming van bedrijven, zowel operationeel als strategisch. Dit is een belangrijke
conclusie die ik in de praktijk ervaar en in
een aantal antwoorden van deze barometer
bevestigd zie. Een dubbel gevolg vloeit uit dit
alles voort. Enerzijds wordt aan de CFO en
zijn team steeds hogere eisen gesteld. Anderzijds put hij hierdoor meer voldoening uit
zijn werk. Hierdoor ontstaat een belangrijke
vraag: is de functie van CFO een eindbestemming of een tussenstation op weg naar een
rol als CEO of non-executive bestuurder?
Uit studies die we als EY in het verleden
uitvoerden, bleek dat een grote meerderheid
van de CFO's niet de ambitie had om door te
groeien tot CEO. Toch heeft een CFO thans
meer kansen dan ooit binnen de hiërarchie.
Hoewel de permanente overstap van CFO
naar CEO relatief zeldzaam is en wellicht
zal blijven, lijken er meer kansen te bestaan
voor CFO's binnen de raad van bestuur. Je
treft er vandaag al heel wat ex-CFO's aan,
bijvoorbeeld als voorzitter van het auditcomité, hoewel hun competentie verder reikt
dan dit domein. Uit een meer recente studie
van EY is gebleken dat zomaar even 82% van
de ondervraagde CFO's voor zichzelf een rol
weggelegd zien na hun carrière, meestal in
de vorm van een mandaat van non-executive
bestuurder. Slotsom: kansen zijn er, maar ze
moeten wel gegrepen worden.”