Bij het verbeteren van de performance van financiële applicaties klinkt al snel de roep om extra of grotere servers. Performance is echter altijd een optelsom van functionele elementen, gebruikersperceptie en hardware. Net zoals het maken van meubels een optelsom is van mooi hout, ervaring en goed gereedschap.
1. 36 / VISIE
DE OPTELSOM
VAN
> WIETSE MOL RICHT ZICH BIJ TECHNISION OP DE TECHNISCHE
KANT VAN PERFORMANCE MANAGEMENT APPLICATIES.
DE SALONTAFEL IS ZIJN MEEST RECENTE ZELFGEMAAKTE MEUBEL.
2. 37 / VISIE
Bij het verbeteren van de performance van financiële applicaties klinkt al
snel de roep om extra of grotere servers. Performance is echter altijd een
optelsom van functionele elementen, gebruikersperceptie en hardware.
Net zoals het maken van meubels een optelsom is van mooi hout, ervaring
en goed gereedschap.
PERFORMANCE
TUNING
1. Maak een benchmark
Baseer de optimale performance op de bruikbaarheid
van het systeem en maak hiervoor een benchmark. Denk
aan vragen als ‘Wat moet de applicatie doen’ en ‘Kan
iedereen er goed mee werken?’ Als je van 5 seconden naar
3 seconden responsetijd gaat, verbeter je weliswaar de
performance, maar niet de effectiviteit van de applicatie.
Met een benchmark heb je altijd een objectieve standaard
om aan te refereren, dit helpt je in de communicatie naar
de eindgebruikers.
2. Focus op de bottlenecks
Maak eerst een goede analyse van waar de meeste tijd in
een proces verloren gaat. Zo kun je beoordelen hoe de
performance is als er één gebruiker actief is. Vaak
zitten daar al functionele elementen in die je anders kunt
inrichten. Hierdoor wordt niet alleen de performance
beter, maar ook technische bottlenecks komen dan al snel
boven.Voor een optimale performance draait het om slim
investeren, daar waar je het maximale rendement haalt.
Hiervoor is een integrale aanpak nodig: techniek, infrastructuur en functioneel ontwerp. Het is niet altijd zinvol
om een grotere server neer te zetten of een generieke
databasespecialist naar de database te laten kijken; het
gaat om de samenhang van de verschillende componenten
en de functies die de applicatie heeft.
3. Schaalbaarheid
Probeer voor live gang een beeld te krijgen van het gedrag
van de applicatie tijdens zware belasting. Met loadsimulatie software kun je inzicht krijgen in de capaciteit
van het platform door meerdere gebruikers hetzelfde scenario te laten uitvoeren. Wat is het effect op de
T:
TEKS
OL
SE M
WIET
performance en hoe is dan de hardware belasting? Wat is
daarin de bottleneck? En wat vinden we acceptabel? Stel,
er zijn 50 gelijktijdige gebruikers, hoeveel procent verlies
in de responsetijden ten opzichte van de benchmark is
dan geoorloofd?
4. Gelijktijdige processen
Let op de samenhang van verschillende processen.
Sommige processen leggen een zware claim op het systeem
en zitten daarmee ook de andere gebruikers in de weg.
Als de ene gebruiker een batchproces uitvoert, bijvoorbeeld een consolidatie of import, ervaart de andere gebruiker een vertraging in zijn rapport. Als je die processen
op de applicatie sneller kunt maken, wordt de applicatie
ook meteen beter schaalbaar. Als je met personenauto’s in
plaats van vrachtwagens op de weg rijdt, neemt de
capaciteit van de weg enorm toe.
5. Integreren in beheercyclus
Neem performancemetingen standaard op in de beheercyclus. Beoordeel voordat je belangrijke changes doet niet
alleen de functionele gevolgen, maar ook de effecten op de
performance. Gebruik de benchmark uit stap 1 om te zien
wat je performance winst is.
Verder praten met Wietse over het finetunen van
de performance van je financiële applicaties?
Neem contact op via wietse.mol@technision.nl of
070-3003080.