1. pNotulen
workshop
professioneel
opdrachtgeverschap
o.l.v.
Frens
Pries
Pries opent de workshop met de introductie van het thema en de drie gasten die ieder a.d.h.v.
3 door hun ingebrachte stellingen een discussie met en onder de deelnemers zullen voeren.
De drie gasten zijn: Paul Born: directeur Bam Woningbouw Bunnik, Hennes de Ridder
hoogleraar Integraal Ontwerpen/ Living Building Concept TU Delft, en Gert Visser, directeur
Mobiliteit & Ruimte Movares Nederland.
In de workshop zal de invloed van het professioneel opdrachtgeverschap op het bouwproces
centraal staan. Een aantal zaken in het huidige bouwproces hebben een negatieve invloed op
het eindresultaat (zie hieronder). De professionele opdrachtgever die dit proces (vaak) initieert
en hier vanaf het begin in participeert kan mogelijk positief bijdragen aan een beter
procesgang.
Enkele kenmerken van het huidige bouwproces zijn:
- Onze omgeving verandert
- Het bouwproces is archaïsch
- Complexiteit van de omgeving neemt toe
…. Dus verandering is noodzakelijk
- Fragmentatie van het proces is groot en neemt nog toe …
Oplossen door integratie? Ook, maar nog belangrijker: beter samenwerken (door
toepassen van alternatieve contractvormen)
maarr …
- Hardnekkige beelden, paradigma’s
- Transparantie terreur (iedereen is bang om ergens op aangesproken te worden)
- Juridificering
- Mopperen op elkaar
Kortom, welke rol kan de professionele opdrachtgever hierin spelen om dit proces te
verbeteren?
Stellingen van Paul Born,
1) Opdrachtgeverschap is niet gericht op bevorderen van deskundig samenwerken
2) Opdrachtgeverschap is uitsluitend gericht op organiseren van belangen en niet van
waarden
3) Opdrachtgever heeft altijd gelijk
Algemeen wordt vastgesteld wordt dat door de crisis er weer meer op laagste (stichtings)
kosten wordt gegund.
N.a.v. St 1. Wordt vanuit de zaal opgemerkt dat :
2. - de opdrachtgevers wachten tot de bouwers zover zijn. (d.w.z. het vertalen van een
behoeftespecificatie naar een eindproduct); hiervoor is durf en vertrouwen nodig,
immers de opdrachtgevers definiëren de behoefte, waarna de opdrachtnemers deze
specificatie vertalen naar een technische oplossing.
- de opdrachtgevers willen wel (samenwerken op basis van vertrouwen, maar de
bouwers volgen niet voldoende)
- tijdens hoogconjunctuur is meer ruimte voor experiment, tijdens laagconjunctuur
wordt vooral op safe gespeeld (=op laagste prijs gegund).
- Hoe effectief zijn alternatieve contractvormen?
Opdrachtgeverschap stimuleert het deskundig samenwerken als de opdrachtgever niet
alleen op laagste prijs maar ook op kwaliteitscriteria meeweegt in de gunning.
Stellingen van Gert Visser,
1) Adviseurs, architecten, ingenieurs en projectmanagers leven bij de gratie van
onprofessioneel opdrachtgeverschap: zij moeten hun vertrouwde stellingen verlaten.
2) We kunnen wel maar willen niet. Professioneel opdrachtgeverschap is het meest
gebaat bij een soepel ontslagrecht.
3) Professioneel opdrachtgeverschap vertoont teveel oude wijn in nieuwe zakken gedrag:
de bal ligt dus gewoon bij professioneel opdrachtnemerschap.
N.a.v. st. 1
- En stemronde levert 50% mee 50% tegen op.
- De Ridder merkt op dat er teveel inspanning wordt geleverd door adviseurs t.o.v.
professionele opdrachtgevers.
N.a.v. st. 2
- Visser merkt op dat de beroepshouding van de oude garde zou ingesleten zit, dat vanuit deze
hoek weinig te verwachten is t.a.v. vernieuwingen.
- Vastgesteld wordt dat jonge instroom makkelijker kan aansluiten bij nieuwe rollen. Zeker
als de werkgevers stimuleren om de studenten tijdens hun opleiding voor te bereiden op hun
rollen in het bouwproces.
N.a.v. st. 3
- Er wordt opgemerkt dat zowel OG als ON belang hebben bij een goede samenwerking
Op dit moment houden OG en ON elkaar teveel gevangen.
Kennis is aanwezig. Cultuur moet om
Stellingen van Hennes de Ridder
1) Professioneel OG zijn systematisch, rationeel en competent
2) Professioneel OG kunnen effectief en efficiënt inschakelen
3) Professioneel OG kunnen vertrouwen creëren door ruimte te geven.
.
3. N.a.v. St. 1:
OG moet dit toepassen op zijn rol: opereren in het gebied van de context, (
behoeftespecificatie) en zich niet begeven in het gebied van de oplossingen.
N.a.v. St. 2:
Dit vraagt de competentie om goed te ‘luisteren’ naar de klant (= eindgebruiker)
(maar doe nooit wat hij zegt!)
Algemene opmerking: Om de rol van OG goed te vervullen moet zijn zowel de
gedragscompetenties als de technische competenties belangrijk!
N.a.v. St. 3:
Om dit te kunnen, is vertrouwen tussen OG en ON nodig. De vergt een cultuuromslag, want
de huidige omgang OG/ON wordt (nog) teveel bepaald door gebrek aan vertrouwen: dit is een
taaie cultuur en geeft een houding van frustratie en berusting… (dit is altijd zo geweest en zal
altijd zo blijven??!!)