2. VW: Happy Family?
Generaties:
1. Nel
2. Jeffrey x Carlijn
3. Rebecca x Xander, Lara x Ciske x Tom , Marc
4. Nina , Tessa x Adam , Roy , Patrick x Harriët
5. Sanne x Michel, Kevin, Anja, Thomas x Saskia x Roos x Ryan, Jayda x Mark, Sakura x Aaron
6. Laura x Frank, Michelle, baby, Eric, Merel, Vincent x Jasmine, Melvin x Celine, Kim, André
7. Esther x Steven, Lisa, Sander x Melissa, Robert x Jenna, Mariëlle x Leon, Bas, Alfons x Leentje x Jasmine,
Casper x Hedwig
8. Sofie x David, Felicia, Marcia x Joran, Miranda, Elise x Bryan, Bastiaan x Kirsten, Nora, Daphne,
Sira, Hedwig x Casper, baby , Ralph x Christine, Armando
9. Stefan, Eva, Renate, Arthur, Richard, Olga, baby, Jasper
10. Olivier
4. De vorige keer
- Fam. Stolk: Belinda kwam bij Casper en Armando wonen en
werd zwanger.
-Fam. Valentijn: Alan en Eva voegden een feestzaal aan hun
DreamHouse toe.
-Universiteit: Renate verveelde zich. Arthur en Anna gingen
samen uit. Christine en Ralph trouwden en kregen een zoontje,
Jasper.
-Fam. Stadsie: Hondje Cory stierf en Olga raakte in een diepe
depressie. Ze werd tiener en mocht de twee nieuwe pups
namen geven: Mickey en Minnie.
6. Belinda begon haar zwangerschap goed zat te worden – ze werd met de dag
zwaarder en ze voelde zich enorm lomp en lelijk.
Casper leek daar echter geen last van te hebben. Hij overlaadde haar iedere morgen
weer met complimentjes. Belinda was een beetje afwezig.
7. Casper merkte hoe ze naar Aiko de papegaai staarde, en nauwelijks reageerde op wat
hij zei. Daar maakte hij handig gebruik van.
‘Enne… wil je met me trouwen?’ gooide hij er ineens tussendoor.
‘Huh? Wat?’ Blijkbaar luisterde ze toch, want ze draaide met een ruk haar hoofd om.
Casper barstte in lachen uit.
8. Maar natuurlijk zei ze ja, en als twee verliefde tieners renden ze hand in hand naar
boven om het nieuws aan hun zoon te vertellen. Want zo zagen ze Armando echt, als
hun eigen kind.
‘Trouwen? Nu? Mag ik dan bruidsmeisje zijn?!’
‘Bruidsjongen, wat zeg je daarvan?’ vroeg Belinda toen ze uitgelachen was.
9. Dolenthousiast gooide Armando die middag roze rozenblaadjes over het bruidspaar.
Hij begreep weinig van de ingewikkelde geloftes die ze uitspraken, maar hij voelde
wel aan dat dit een heel bijzondere dag was.
10. Er waren wat vrienden en familie en samen met Ralph aten ze van de taart. Zo was de
familie weer echt compleet!
11. Hoewel, niet helemaal.
‘Wanneer komt de baby nou?’ vroeg Armando, en Belinda zuchtte vermoeid.
‘Als we dat toch eens wisten… Het kan mij in ieder geval niet gauw genoeg zijn!’
13. Zoals iedere morgen was het een drukte van jewelste aan het ontbijt. Sofie en David
genoten daar altijd met volle teugen van. Het was wonderbaarlijk om te zien hoe hun
familie zich uitgebreid had. En wie weet hoe veel kinderen er nog zouden komen?
Alsof de kleine Olivier ook over familiezaken had zitten nadenken, zei hij ineens:
‘Wanneer gaan jullie nou trouwen, papa? Mama?’
14. ‘Dat komt heus wel een keertje, lieverd. We zijn gelukkig zoals het nu is. Trouwen is
maar een papiertje, een officieel extraatje.’
‘Maar trouwen is leuk.’ Olivier prikte beteuterd in zijn omelet. ‘Dan mag jij een mooie
jurk aan.’
‘Schatje, dat is veel te veel gedoe.’
15. ‘Gedoe? Dat valt best mee, Marie!’ mengde Alan zich in het gesprek. ‘Ik zou jullie
heel graag met de bruiloft willen helpen. Eigenlijk ben ik een soort partyplanner.’
‘Wat is dat, een partyplanner?’ Olivier keek zijn blauwharige oom met grote ogen
aan. Het was vast iets spannends.
‘Je weet wel, dat ik het feest organiseer in onze feestzaal. Doen, Marie? Stefan?’
16. En voor ze het wisten stonden ze die avond ineens in een bomvolle feestzaal. Alan
had zo’n overtuigende manier van praten dat ze gewoon hadden toegestemd.
Alan had alles tot in de puntjes geregeld en al hun vrienden waren er.
‘Wow, goeie fuif.’ grinnikte Arthur bewonderend, terwijl hij met zijn vriendin Anna in
avondkledij tussen de discolichten door liep.
17. ‘Laat dat maar aan Alan over, broertje.’ riep Stefan trots van onder de trouwboog, en
hij zag hoe verschillende gasten Alan bewonderend op de schouder sloegen.
‘Laten we beginnen.’ riep hij echter na een tijdje, en het officiële gedeelte ging van
start. Zachtjes klonk de bruidsmars en alle gasten hielden hun adem in. Niemand
bewoog, alleen de lichten bewogen langzaam door de ruimte.
‘Dan verklaar ik jullie nu tot man en vrouw!’
18. Even staarden Marie en Stefan overdonderd naar hun ringen, en toen vielen ze elkaar
om de hals.
Iedereen applaudisseerde trots, maar Olivier wist zeker dat er niemand zo
enthousiast was als hij. Wat was hij blij! Hij bleef maar klappen, en zo hard dat hij na
een tijdje zijn handpalmen niet meer voelde – maar dat kon hem niet schelen.
Papa en mama waren getrouwd!
19. Marie en Stefan kusten elkaar en hadden geen woorden nodig om elkaar te
begrijpen. Ze hadden al zo veel mee gemaakt. De geboorte van hun zoontje, de
moeilijke tijd die ze gescheiden van elkaar doorgebracht hadden, en nu eindelijk
officieel als man en vrouw. Hun leven was compleet!
20. Het feest barstte los, de muziek werd harder en de lampen begonnen te flitsen en te
draaien. In tegenstelling tot de vorige keer was Olivier niet meer bang. Hij was al een
grote jongen! Trots danste hij de zaal door.
Tot er ineens opschudding ontstond in een hoekje. Mensen lachten, maar Olivier
werd woedend toen hij doorkreeg waarom ze lachten.
Opa David had een ongelukje gehad…
21. Sofie duwde mensen opzij en pakte haar man bij zijn arm. Snel leidde ze hem de zaal
uit, de stille bibliotheek in.
Daar barstte David van pure ellende in huilen uit. ‘Het was zo vernederend!’
22. Sofie wreef hem over zijn rug. ‘Stil maar, Daaf. We worden ook een dagje ouder, dit
kan dan gebeuren. Is helemaal niet erg.’
Maar David was te vernederd en hij vertrok naar de badkamer, waarna hij meteen
naar bed ging.
23. Gelukkig leek iedereen het voorval ook al snel vergeten te zijn en ging het feest door.
Abba schalde door de zaal en Alan maakte er een swingende remix van.
24. De volgende morgen zat iedereen met kleine oogjes aan tafel. Het was al ver na het
middaguur.
Als een soort huwelijkscadeau had de familie nu een butler aangenomen, die hen
overal bij kon helpen. Zoiets hoorde natuurlijk ook in een DreamHouse met alles erop
en eraan.
25. Olivier gaf weinig om luxe. Hij was al tevreden als hij zijn familie om zich heen had en
zijn favoriete speelgoed – en natuurlijk Choco. En hij was al helemáál tevreden als het
ook nog sneeuwde. Winter was zijn favoriete seizoen. Hij kon de hele dag buiten
sneeuwpoppen maken en met Choco in de sneeuwhopen duiken.
26. Stefan en Marie kropen die nacht dicht tegen elkaar aan in hun koude slaapkamer.
‘Ik ben zo dankbaar voor alles wat we hebben.’ fluisterde Stefan ineens. ‘Alles gaat zo
goed.’
‘Ik ben ook heel gelukkig, lieverd.’ glimlachte Marie.
‘Maar… wat zou je ervan zeggen als we nog een kindje zouden nemen? Een broertje
of zusje voor Olivier?’
28. ‘…maar ik bedoel, is er iets mis met me ofzo? Ik ben niet moeders mooiste, maar zo
lelijk ben ik toch ook weer niet?’ Ratelend deed Rente de afwas, terwijl Carla
nadenkend luisterde.
Renate draaide zich om en droogde haar handen af. ‘Ben ik te dik? Is dat het? Of stink
ik? Dat moet het zijn.’
29. ‘Renate…’ zuchtte Carla. ‘Dat is het allemaal niet. Je bent een leuke meid, niks mis
mee.’
‘Waarom zien de jongens me dan niet staan?’ Mopperend leunde Renate tegen het
aanrecht.
‘Wees gewoon jezelf. Het komt vanzelf wel.’
‘Dat denk ik al zes jaar, Carla…’
30. Renate begon er flink van te balen dat ze nog steeds geen vriend had. Die avond
zaten ze gezellig in de woonkamer, en ineens werkte het romantische gedoe van Tom
en Carla op haar zenuwen.
31. Ze was jaloers. Waarom kon zij geen leuke jongen vinden, iemand waarmee ze op de
bank kon knuffelen, iemand waarmee ze samen leuke dingen kon doen?
De volgende morgen scharrelde ze zwijgend in de keuken rond, net als Bart. En
ineens besefte ze dat hij het er net zo moeilijk mee had als zij.
Hij was ook al jaren single.
32. Toch was er wel een meisje, Joosje Jansen, dat vaak op hun feestjes kwam en waar
Bart zijn oog op had laten vallen.
33. Maar elke keer weer wees ze hem af. Ze wilde zelfs niet met hem dansen.
Bart deed zo zijn best.
34. Tot hij het op een nacht gewoon zat was.
‘Laat ook maar.’ grijnsde hij. Het kon hem ook allemaal niks meer schelen. Als dat
meisje hem niet wilde, was ze hem ook niet waard. En Bart liep bij haar weg, zonder
haar nog een blik waardig te keuren.
35. Renate nodigde haar nichtje Olga ook wel eens uit. Ze wist dat het meisje een beetje
in de put zat, en wel een feestje kon gebruiken.
36. En zeker op zo’n studentenfeestje als hier gehouden werd, was er genoeg afleiding
om even alles te vergeten.
Renate dronk regelrecht uit de fles, Han en zijn vriend Quintijn zoenden elkaar in de
keuken, ergens viel iemand lazarus op de grond.
37. En het feest ging door – zelfs de volgende dag nog. Renate en de andere studenten
hadden nauwelijks geslapen, maar wat wilde je anders?
Ze waren afgestudeerd!
‘Mijn kleine meisje, afgestudeerd…’ hoorde Renate haar moeder mompelen en ze
grijnsde wat.
39. Het feestje duurde niet lang, eigenlijk wilde iedereen het liefst naar huis.
En zo gingen Tom en Carla weer bij Toms ouders wonen – Maxwell en Jasmine.
40. Toms jongste broertje, Derrick, was ineens niet zo jong meer en al een vrolijke tiener
die zelfs een bijbaantje had.
41. Hetzelfde gold voor Lilah, vroeger altijd de ‘baby’ van de familie – en nu ineens al een
meisje van veertien.
42. Hun broer Peter was een aantal jaren terug plotseling omgekomen bij een
verkeersongeluk – en iedereen dacht nog elke dag aan hem.
43. En dan was er nog de middelste van het stel, Jesse, die niet was gaan studeren en nu
op zichzelf ging wonen met zijn vriendinnetje.
44. Tevreden liet Tom zich op de bank zakken. Het was fijn om weer thuis te zijn, bij zijn
oude kalme vader (hoewel hij vroeger niet zo kalm was, en zijn vijf kinderen allemaal
een andere moeder hadden).
45. Ook Bart was weer naar het ouderlijk huis teruggekeerd.
Zijn tienerzusje Zoë stond op het punt op te groeien. Ook zij had geen zin om te
studeren.
46. ‘Eerst een wens doen, Zoë.’ zei hun moeder een beetje streng.
Bart grinnikte hoofdschuddend, maar zijn zusje gehoorzaamde meteen. ‘Doe ik!’
47. Bart vond het fijn weer thuis te zijn, met zijn ouders en zusje. Het viel hem op
hoeveel zijn zusje op zijn vader was gaan lijken, precies dezelfde oren. Toch was de
familie niet helemaal compleet, zonder de geadopteerde Alfons en Steven erbij.
48. ‘En, wat heb je gewenst?’ vroeg Bart toen Zoë opgegroeid was.
‘Ga ik jou niet vertellen, natuurlijk.’
‘Het heeft vast iets te maken met die vriend van je.’
‘Die vriend heeft een naam: Jesse Dekker.’
‘Ja ja, weet ik heus wel, zusje. Ik plaag maar.’
49. En zo vertrok Zoë naar het nieuwe huisje dat haar vriend Jesse pas gekocht had.
50. ‘Eindelijk iets wat helemaal van onszelf is. Geen broers, geen zussen die ons in de
weg lopen.’
Zoë sprong Jesse in de armen. Ze wisten allebei wat het was om een grote familie te
hebben, en eventjes rust was niet verkeerd.
52. ‘Vuile leugenaar! Ik dacht dat je van me hield! Maar jij flirt met alles en iedereen,
smerige…!’ Het meisje in het koemascottepak vloekte er op los en verkocht Arthur
zelfs een mep.
‘W-waar heb je het over?’ kon hij nog net uitbrengen.
53. Ze had hem behoorlijk hard geslagen en voorzichtig voelde hij aan zijn pijnlijke kaak.
‘Oprotten jij, als er hier iemand een leugenaar is dan ben jij het wel met je idiote
verzinsels!’ Arthur keek de koe na en wendde zich toen tot Anna, die stilletjes had
staan toekijken.
54. ‘Wat een idioot. Waar ze het vandaan haalt, ik weet het niet.’ Arthur was woedend.
Maar Anna zei niets en keek hem aarzelend aan. Er flitste iets in haar ogen dat Arthur
nooit eerder gezien had.
Twijfel.
‘Hoe weet ik dat ze liegt?’
55. Krak – een barst in hun relatie.
Arthur kon wel janken. Alleen doordat die koe het leuk vond om roddels te
verspreiden vertrouwde Anna hem nu niet meer.
‘Alsjeblieft, ze zei maar wat. Ik ken dat hele mens niet. Ik hou toch van jou, Anna!’
56. Maar ze zweeg en bleef de komende dagen uit zijn buurt. Als Arthur haar toch
tegenkwam, klampte hij zich aan haar vast als een drenkeling aan een stuk hout.
‘Alsjeblieft Anna, luister naar me. Jij bent de enige voor mij! Anna!’
‘Ik wil even alleen zijn.’
57. Ook tussen Aurora en Steven zat het niet helemaal lekker. Ze waren nu al zo lang
samen en Aurora wilde niets liever dan voor altijd samen blijven.
Maar Steven was een romantieksim – en dat was het probleem.
‘Wil je dan niet oud met me worden?’ mompelde Aurora kleintjes.
‘Hoe kan ik dat nu al weten? Ik ben 22, Aurora!’
58. Het deed pijn. Aurora en Anna zaten allebei op hun kamers te huilen en Arthur en
Steven zaten in een hoekje te mopperen.
Richard en Claire zochten steun bij elkaar.
‘Het lijkt wel alsof iedereen ruzie heeft.’ fluisterde Claire ongelukkig.
59. Richard drukte haar wat dichter tegen zich aan.
‘Het komt wel goed. En maak je over ons maar geen zorgen, er moet heel wat
gebeuren voordat wij ruzie krijgen. Toch?’
‘Ja.’
60. Nadat alle ruziemakers wat afgekoeld waren, had Steven een besluit genomen.
‘Trek wat leuks aan, we gaan uit.’ zei hij. Het klonk niet zo vriendelijk als hij wilde,
maar Aurora klaarde meteen op.
‘Wat een gave club, Steef!’
61. Op het dakterras bestelden ze wat te eten en genoten van het uitzicht.
‘Het spijt me van vanmiddag. Ik ben gewoon… onzeker.’ zei Steven.
Aurora nam een slok water om niets te hoeven zeggen.
‘Ik hou van je, Aurora. Ik ben gewoon niet zo’n huisje-boompje-beestje type, dat is
alles. Daarom twijfelde ik.’
62. Hun maaltijd werd bezorgd en al gauw was al Aurora’s aandacht bij haar bord. Ze
hoorde nauwelijks dat Steven zei:
‘Maar nu…nu twijfel ik niet meer.’
Hij moest haar aantikken om haar te laten opkijken.
63. ‘Ik…hier.’ Weer iets onvriendelijker dan hij had gewild, schoof hij het doosje naar haar
toe. Soms was hij ook zo’n lompe boer.
‘Wat?’ Eerst durfde Aurora het doosje niet te openen.
64. Maar Steven knikte bemoedigend. ‘Ik meen het, Auroor.’
Ze schoof blozend de ring om haar vinger en ze kusten elkaar.
‘Ik twijfel niet meer.’ zei Steven in haar oor. ‘Nu weet ik het zeker, ik wil m’n hele
leven bij je blijven.’
65. Tussen die twee zat het dus wel weer goed. Maar kon dat ook van Arthur en Anna
gezegd worden?
Richard en Claire probeerden Arthur zo goed mogelijk te helpen.
‘Ze is bang.’ zuchtte Arthur. ‘Maar ik vind dat ze niet naar die mascotte moet
luisteren. Ik bedoel, iedereen weet toch dat die figuren onzin uitkramen?’
66. En eindelijk durfde hij zijn hart die middag uit te storten bij Anna – en zij uitte ook al
haar twijfels.
Hun gesprek eindigde onder de dekens – dus dat was een goed teken.
67. Met een rood hoofd liep Claire langs hun slaapkamer en hoorde het gegiechel en het
kraken van het bed. Snel liep ze verder naar haar eigen kamer, waar Richard op bed
lag.
‘Wat?’ vroeg hij meteen, toen hij haar rooie kop zag.
‘Ze… zijn het weer goed aan het maken.’ zei ze verlegen en plofte naast hem op het
nieuwe bed.
Richard lachte zijn vertrouwde, bulderende lach.
68. Maar net toen alles weer goed leek te komen, voelde Aurora zich elke morgen
vreselijk misselijk.
69. En het was onvermijdelijk: ze was zwanger.
Aurora was doodsbang. Ze klampte zich aan Steven vast alsof hij haar laatste hoop op
aarde was, alsof ze aan de rand van een afgrond hing.
‘Ik wil geen kind, Steven!’ snikte ze benauwd. ‘Ik wil het niet! Ik ga het weg laten
halen!’
‘Dat doe je niet.’
70. ‘Jawel. Ik wil geen kind.’
Steven keek haar streng aan. ‘Ik ook niet. Maar we halen het niet weg. Deze baby
heeft net zo goed recht op een leven als ieder ander kind.’
‘Maar… wat moeten we dan doen?’
‘Dat weet ik nog niet.’
71. Steven belde zijn adoptiebroer Alfons en die kwam meteen langs.
‘Het was een ongeluk, man…’ zuchtte Steven. Hij was duidelijk in de war.
72. ‘Heb je al over adoptie nagedacht? Weet je nog die familie waar wij eerst door
geadopteerd waren, bij Ralph? Zijn halfbroer Casper heeft laatst een jongen
geadopteerd. Ik weet zeker dat hij zo nog een baby zou adopteren.’
‘Het is een fijne familie, die Stolkjes.’ knikte Steven langzaam. ‘Bedankt, man.’
73. En hoewel Steven en Aurora er nog met niemand anders in het huis over hadden
gesproken, ging het nieuws als een lopend vuurtje de ronde.
‘Zwanger, zij?’ mompelde Richard geschokt.
‘Je hebt het niet van mij, hoor!’ zei de jongen tegenover hem geheimzinnig.
‘De muren hebben hier oren…’ zuchtte Arthur.
74. Als het echt waar was, vond hij het heel erg voor Aurora. Ze was zo’n leuk meisje, dit
verdiende ze niet. Tenzij ze natuurlijk wél een baby wilde, dan zou hij blij voor haar
zijn – maar iets zei hem dat dit kind ongewenst was.
75. Het duurde een hele tijd voor hij Aurora weer zag, en toen wist hij nauwelijks wat hij
moest zeggen.
‘S-sterkte, Aurora. Als ik ooit ergens mee kan helpen, dan zeg je het maar hoor!’
‘Bedankt, Arthur.’ zei ze kalm. ‘Maar het lukt allemaal wel. We geven het kindje op
voor adoptie en gaan dan verder met onze studie.’
76. Het klonk zo ongelofelijk hard, zo harteloos.
Aurora kon zich tegenover haar medestudenten wel groot houden, maar zodra ze
alleen was begonnen de tranen te stromen.
77. Alleen op haar studentenkamertje beviel Aurora van haar baby. Zo wilde ze het, ze
wilde geen pottenkijkers erbij.
78. Haar zicht werd vertroebeld door tranen toen ze haar dochter vasthield, en ze dwong
zichzelf zich niet aan haar te gaan hechten.
Toch zag ze de blauwe ogen van Steven, haar zwarte haar – en ze voelde een steek
van verdriet in haar hart.
79. Steven trilde toen hij de baby bekeek. Eigenlijk was het het beste als ze zo weinig
mogelijk tijd met hun dochter doorbrachten, zodat ze zich ook niet aan haar gingen
hechten. Ze hadden haar afgestaan en dat kon niet meer worden teruggedraaid.
‘Ze is mooi.’ zei Steven uiteindelijk ademloos.
80. De vrouw van het adoptiebureau mopperde op hen, schreeuwde dat ze egoïstisch
waren en een ‘onverantwoord stelletje pubers’.
Aurora en Steven lieten het over zich heen komen. Dit was het beste voor hun meisje.
81. Ze hadden haar nog wel een naam gegeven: Emma.
Toen ze weg was, barstten Aurora en Steven allebei in tranen uit.
‘Het is voorbij, schat. Het is over.’ Zo kalmeerden ze elkaar. ‘Nu komt het weer goed.’
82. Ze probeerden hun studentenleven weer op te pakken, maar dat was moeilijker dan
ze dachten. Bij alles moesten ze aan Emma denken.
‘Ze krijgt het vast goed in het tehuis, en later bij haar familie.’ zei Arthur, in een
poging Steven op te vrolijken.
83. ‘J-ja, dat weet ik wel zeker.’ zei hij, en ineens barstte hij weer in huilen uit, zo maar in
de kantine. ‘O, sorry man…’ snifte hij.
‘Sorry? Dat geeft niks, gooi het eruit. Na wat jullie hebben meegemaakt…’
84. Ook Aurora was een emotioneel wrak, en Claire was er dag en nacht voor haar.
85. Na een paar weken leek alles weer gewoon te worden, en de drukke studies leidden
de aandacht ook wat af.
Richard en Arthur deden er alles aan om het weer gezellig en vrolijk te maken. Een
leuk feestje, goede muziek, vriendschap en liefde – dat waren de ingrediënten voor
een goed humeur.
86. En toen ze afstudeerden, waren Steven en Aurora weer bijna de oude. Ze lachten
weer, gedroegen zich weer als gewone studenten.
Emma ter adoptie afstaan was de moeilijkste keuze van hun leven geweest, maar wel
een goede.
‘We konden haar niet houden, we zijn er nog lang niet aan toe. We hebben haar ook
niks te bieden.’ legde hij uit, maar Ralph zei: ‘Je hoeft het niet uit te leggen, ik begrijp
je volkomen, man!’
87. En zo gingen Steven en Aurora na hun studie terug naar het ouderlijk huis – waar kort
daarvoor een sterfgeval was geweest.
88. De oude vader van de familie was gestorven. Iedereen was er kapot van, en het
normaal zo gezellige huis met de tuin vol bloemen was ineens koud en donker.
89. Aurora had moeite aan haar nieuwe thuis we wennen, maar ze wist dat ook deze
periode van rouw voorbij zou gaan. En wie weet – wie weet wat de toekomst daarna
zou brengen?
92. ‘Goedemorgen zonnetje van me!’ lachte Ralph trots toen hij zijn vrouw en zoon de
kamer in zag komen.
93. Hij was gek op Jasper, en Christine ook. Ze waren een ontzettend hecht gezinnetje en
dat ze daarnaast moesten studeren veranderde daar niets aan.
94. Voor grote examens moesten ze een kindermeisje inhuren, omdat die vaak tegelijk
vielen. Colleges kon je soms nog overslaan, of Ralph moest ‘s ochtends en Christine ‘s
avonds. Dan was er altijd wel iemand voor Jasper.
Na hun examen klopten ze elkaar trots op de schouder.
‘Weer gehaald! Nu maar eens kijken hoe Jasper het uitgehouden heeft met de
oppas.’
95. Jasper kwam hun al tegemoet waggelen met een vreselijk verdrietig gezichtje.
‘Wat is er gebeurd? Wat heb je met hem gedaan?’ riep Ralph agressief naar de
oppas.
96. ‘N-niets, meneer,’ stamelde het breekbare vrouwtje. ‘Hij miste jullie, dat is alles. Ik
kon hem niet stil krijgen.’
‘O, sorry, ik…’ stamelde Ralph met een rood hoofd. Hij kon wel door de grond zakken.
Snel haalde hij een fooi tevoorschijn.
‘Bedankt, en tot de volgende keer hoor!’
98. Zijn kamertje werd wat veranderd, maar veel gaf hij daar niet om. Hij was helemaal
weg van de boeken die hij gekregen had voor zijn verjaardag, en nog tot laat in de
avond zat hij er met zijn neus in.
99. Andere mensen zouden Jasper misschien een wijsneus vinden – maar zijn ouders
zagen hem gewoon als een slim jongetje. Wat wilde je ook anders, als je opgroeide
op zo’n kennisbolwerk als de universiteit?
Jasper kon het ook prima vinden met de studenten, hij leek nauwelijks te merken dat
hij jonger was.
100. Tussen de colleges door namen zijn ouders hem mee naar de bibliotheek, het café,
het park. En Jasper merkte niet eens dat hij een andere jeugd had dan andere
kinderen – zijn ouders maakten altijd tijd voor hem vrij en stuurden hem nooit weg
als ze moesten leren.
‘Ik heb beet!’ gilde Jasper ineens door het park, toen de hengel die zijn vader
gehuurd had door begon te buigen. ‘Papáá!’
101. ‘Nou, binnenhalen dan! Draaien!’ Snel legde Ralph zijn eigen hengel opzij om Jasper
te helpen. Hij was ook nog zo klein, nog net geen peuter meer, en nu probeerde hij
met zijn korte armpjes een enorme vis in bedwang te houden.
‘Hou hem vast hoor!’ lachte Ralph trots.
‘Mag ik hem houden? Gaan we hem opeten, pap?’
‘Gooi hem terug,’ klonk het van zijn moeder, maar Ralph zei: ‘Natuurlijk, neem mee!’
102. ‘s Nachts kon Jasper vaak niet slapen. Hoe kon je je tijd verspillen in het donker,
terwijl er zo veel boeiende boeken in de kast stonden te wachten?
Jasper verslond ze gewoon, boeken met verhalen maar ook kookboeken, technische
boeken en boeken over het menselijk lichaam.
103. Hij wilde alles weten!
Toen hij de volgende morgen op zijn korte beentjes de schoolbus in klauterde, voelde
hij zijn hart tekeer gaan. Wat zou hij vandaag allemaal gaan leren?
104. Trots keken Ralph en Christine hem na, en draaiden zich toen naar elkaar om.
Eindelijk hadden ze het huis weer voor zich alleen – eindelijk konden ze weer even
gewoon student zijn!
105. Jasper belde of hij na school met Tina mee mocht. Ralph stemde meteen toe – Tina
was het dochtertje van zijn adoptiebroer Alfons en Rita.
Leuk dat die twee elkaar ontmoet hadden.
106. Ze speelden de hele middag buiten bij het appartementencomplex waar Tina met
haar ouders naartoe verhuisd was.
De zaken in de speelgoedwinkel van haar ouders gingen zo goed, dat ze groter waren
gaan wonen.
‘Als jullie klaar zijn met studeren, moet je ook hier komen wonen.’ zei Tina. ‘Dan
kunnen we elke dag spelen!’
107. Jammer genoeg duurde het nog wel een jaartje tot Ralph en Christine afstudeerden.
Gelukkig mocht Jasper vaak vriendjes meenemen naar de campus.
‘Gooien, Olivier!’
108. Jasper ving de bal, maar ineens begon Olivier heel hard te lachen.
‘Wat?’
Olivier lachte alleen maar harder.
109. Hij wees in Jaspers richting, die er helemaal niks van begreep.
‘Lach je me uit? Olivier!!’ Jasper stampvoette. ‘Wat is er?’
Eindelijk draaide hij zich om en zag de lama, die al de hele tijd gek had staan doen
achter zijn rug.
‘Oh,’ zei Jasper chagrijnig – maar hij moest toch ook een beetje lachen toen hij Olivier
hoorde roepen: ‘Ik pis zowat in m’n broek!’
110. ‘Klaar! Afgelopen!’ schreeuwde Ralph en hand in hand renden hij en Christine na hun
laatste examen rond het huis. Het stortregende, maar dat kon ze niet schelen.
111. Na hun eigen kleine feestje in de regen hielden ze een echt afstudeerfeest, waar
behoorlijk wat mensen langs kwamen.
112. Zelfs aan Jasper was gedacht, want veel vrienden van Ralph namen hun kinderen
mee.
113. Christine groeide op tot volwassene – en zag dat haar figuur ook niet meer was wat
het geweest was. Veel zorgen kon ze zich er echter niet over maken.
114. En ook Ralph groeide op, in een outfit waarvan hij vond dat hij die zeker nog eens aan
moest op een melig feestje.
115. Ze lieten hun studentenhuisje leeg achter, met alleen nog wat oude kranten,
verfrommeld huiswerk en etensresten.
‘Bedankt voor de mooie jaren, huisje.’
117. Renate maakte het zich gemakkelijk in haar nieuwe kamer in haar ouderlijk huis. Het
was vreemd om weer thuis te zijn. Op de universiteit kon ze lekker haar eigen gang
gaan. Hopelijk veranderde dat nu niet te veel.
118. Ze was heel vroeg in de ochtend aan gekomen en haar ouders sliepen, maar Olga had
een welkomstontbijtje voor haar gemaakt.
‘Wat lief!’ kirde Renate en de meisjes aten samen met smaak. Het gesprek kwam op
Renate’s oude kamer, waar al jaren sliep maar die nooit veranderd was.
‘Ik dacht… dat het ondankbaar zou zijn als ik het vroeg. Ik durfde niet te vragen om
een ander behang, snap je.’
119. ‘Onzin, m’n ouders mogen jou heus wel een nieuwe kamer geven. Je hoeft niet in
mijn babykamer te blijven nu je al veertien bent.’ Vastberaden ging Renate aan de
slag en hielp haar nichtje de kamer om te bouwen. ‘Zo.’
‘Wow.’ zei het roodharige meisje vol bewondering. Ze vond Renate al geweldig, maar
nu helemaal. it is echt…this is me.’
120. ‘Onzin, m’n ouders mogen jou heus wel een nieuwe kamer geven. Je hoeft niet in
mijn babykamer te blijven nu je al veertien bent.’ Vastberaden ging Renate aan de
slag en hielp haar nichtje de kamer om te bouwen. ‘Zo.’
‘Wow.’ zei het roodharige meisje vol bewondering. Ze vond Renate al geweldig, maar
nu helemaal. ‘Dit is echt…this is me.’
121. ‘De Disneyschilderijtjes doen het hem, hè?’ glimlachte Renate.
‘Helemaal. Ik ben echt verslaafd aan Disney. En die groene details zijn ook geweldig,
m’n lievelingskleur.’
Olga lachte stralend en Renate had haar nog nooit zo blij gezien.
122. Het was leuk om weer met haar ouders aan het ontbijt te zitten, in plaats van met
een stel studenten met een kater.
123. Het was zaterdag en Olga bood aan om boodschappen te doen. Ze had gemerkt dat
afleiding goed was – anders zakte ze weer weg in de angst, in het verdriet.
In de supermarkt klonk zachte muziek en Olga genoot van alle verschillende geuren
en kleuren. Ze deed er veel langer over dan hoefde, gewoon omdat ze het leuk vond
om even buiten de deur te zijn.
124. Bovenin een warenhuis was een danswedstrijd aan de gang, en ineens dacht Olga:
waarom niet?
Ze waagde een poging en tot haar verbazing verkoos de jury haar ook nog als
winnaar. Langzaam begon Olga te beseffen dat haar levenswens hier iets mee te
maken zou hebben: feesten, genieten van het leven, blij zijn.
125. In de stad kocht ze nog wat cadeautjes. Voor haar oom Bryan zette ze een sixpack
speciaal soort bier in de koelkast – die zou hij snel genoeg ontdekken.
126. Tante Elise verraste ze met een setje oorbellen in precies dezelfde kleur donkerblauw
als haar lievelingsrok.
‘Kind, dat had toch niet gehoe- oh gut, die zijn beeldig!’
127. Zelfs Renate had ze niet overgeslagen. Ze gaf haar een goede lipstick in een bruintint
die haar perfect stond – en Renate gaf haar een knuffel die heel lang duurde.
Olga voelde zich blij. Het was fijn om de mensen van wie ze hield iets te geven.
128. Bart kwam langs en ze besloten die avond uit te gaan. Even bij kletsen, praten over
het leven als volwassene.
‘En natuurlijk op zoek naar leuke jongens!’ giechelde Olga, maar Renate haalde
mysterieus haar schouders op.
‘Wie weet.’
129. Natuurlijk was dat het grote doel van hun uitje: leuke jongens en meisjes zoeken.
Maar dat hoefde niet iedereen te weten. Voor ze weg gingen, hielp Bart Renate met
het vinden van een outfit.
‘Jezus, ik heb echt niks.’
‘Deze jurk is toch leuk?’
‘Leuk voor carnaval, ja.’
130. En eindelijk bekeek Renate zich zonder afkeuring in de spiegel.
‘Dames en heren, we hebben de outfit van de avond gevonden.’ zei ze officieel.
‘Mooi. Kunnen we dan nu eindelijk gaan?’ zuchtte Bart. ‘Vrouwen…’
131. Het was nog vrij vroeg, en er waren nog maar weinig mensen in de nachtclub.
Aan de bar checkte Renate snel nog haar make-up in een spiegeltje. En – niets zo
gênant als etensresten tussen je tanden als je iemand probeerde te versieren!
132. ‘Hey, moet je kijken!’ riep Bart vanuit een aangrenzende ruimte.
‘Idioot, wat doe jij nou?’ Renate sprong overeind en rende erheen. ‘Zo’n ding is…’ Ze
maakte haar zin niet af, maar barstte in lachen uit toen ze haar neef moeizaam zag
bewegen in de draaiende bol.
‘Wacht maar, het lukt me wel!’ lachte hij terug.
133. Het apparaat begon harder te draaien, tot hij zich niet meer staande kon houden en
met een harde smak op de grond terecht kwam.
Hij bewoog niet meer.
‘Bart! BART!’ Renate viel naast hem op haar knieën, en toen opende hij grijnzend zijn
ogen.
‘Jezus man, ik dacht dat je dood was!’
134. Nog na grinnikend volgde Bart Renate naar de dansvloer – waar hij alleen maar
harder moest lachen om het stelletje idioten dat daar stond te dansen.
Wie het ook waren, er zat in ieder geval geen leuk meisje voor hem tussen.
135. Renate mengde zich ertussen en zag wat leuke jongens, maar ze wachtte net zo lang
tot er een échte leuke in haar blikveld kwam.
En daar was er eentje: een donkere jongen met gevlochten rastahaar en een groene
sweater.
Ze flirtte wat met hem, wat moeilijk ging door de harde muziek – maar het was
duidelijk dat er een vonk tussen hen was.
136. Thuis belde Renate meteen weer met hem – en ze dacht dat niemand haar kon
horen.
Maar Olga was, zoals bijna elke nacht, nog wakker. ‘s Nachts kwamen alle
nachtmerries uit het verleden extra duidelijk naar boven.
137. Vaak ging ze ‘s nachts naar het hondenverblijf, waar de puppy’s voor afleiding
zorgden.
138. Ook de oudere hondjes toverden een glimlach op haar gezicht. Vooral Sandy, het
hondje van Renate en de moeder van haar eigen kleine Mickey en Minnie, was een
schat van een beestje.
140. Toen er iemand in de keuken bezig was, zat ze gelijk weer rechtop. Olga had weinig
slaap nodig.
Klaarwakker rende ze op Renate af.
‘Vertel.’ zei ze.
Renate ging echter onverstoorbaar door met eieren klutsen in een kom.
141. ‘Hè kom op, hoe was het? Nog iemand ontmoet? Een speciaal iemand?’
Renate glimlachte fijntjes en hield wijs haar mond.
‘Dacht jij dat ik dat aan jou ging vertellen, kleintje?’
‘Nou, eigenlijk wel ja.’
‘Ik heb leuke jongens gezien, ja. Eentje komt vandaag langs, maar dan zit jij toch
lekker op school. Jammer jôh!’ Ze lachte plagerig en Olga grijnsde terug.
142. Een paar uur later stond hij inderdaad voor de deur, Tijmen, de jongen die ze van
iedereen het leukst vond in de club. Het was gek om hem nu bij daglicht te zien, en
niet in de zweterige discotheek, omgeven door drankgeur.
‘Ik heb een vriendin meegenomen voor de gezelligheid,’ zei hij vriendelijk. ‘Zo maar
een vriendin, hoor, iedereen denkt altijd…’
143. ‘O, vertel mij wat. Niemand schijnt te begrijpen dat mannen en vrouwen ook gewoon
vrienden kunnen zijn. Hoe dan ook: kom binnen, gezellig!’
Renate bekeek het meisje dat Tijmen had meegenomen wat beter. En ineens besefte
ze: Bart zou haar ontzettend leuk vinden. Ze leek haar precies zijn type. Zo snel ze kon
nodigde ze Bart uit.
144. Hij kwam meteen – hij had immers nog steeds geen baan gevonden, net als Renate.
Het ging wat onwennig tussen hem en Suzie, maar al gauw kwamen ze erachter dat
ze allebei dol waren op gekke muziek en nog gekkere dansjes.
145. ‘Laat die twee maar even alleen.’ Renate trok Tijmen met een smoesje mee naar haar
kamer, maar eigenlijk wilde ze gewoon even alleen met hem zijn.
‘Ik vond het heel leuk gisteravond,’ Ze stapte wat dichter naar Tijmen toe.
‘Nou, ik ook. Je komt niet iedere nacht zo’n mooie meid tegen!’
146. Renate giechelde en ze wist zeker: dit is het moment. Hij vindt me leuk.
En dus bracht ze haar gezicht naar het zijne en tuitte haar lippen.
Tot hij ineens zenuwachtig achteruit stapte.
‘Renate, ik… vind je echt aardig, maar… we kennen elkaar nauwelijks. Noem me
ouderwets, maar ik zoen niet zo maar met iedereen.’
147. Renate stamelde dat ze het helemaal begreep, en dat ze gauw weer zouden
afspreken. Maar die avond voelde ze zich eenzaam.
In de keuken zat ze haar hersens te pijnigen op een puzzelbal.
‘Wat is er met jou? Date niet goed gegaan?’ vroeg Olga.
‘Hoezo?’
‘Kom op, iedereen weet dat je alleen met die puzzel speelt als je ergens mee zit.’
148. Renate zuchtte en legde de bal op tafel. ‘Ik kan ook niks verborgen houden voor jou,
hè? Nou, ik heb dus een behoorlijke blunder gemaakt. Ik probeerde hem te kussen,
maar hij wilde niet.’
‘Oeps.’ zuchtte Olga teleurgesteld. ‘Gaan jullie wel nog een keer afspreken?’
‘Hij zegt van wel, maar ik ben bang dat ik het verpest heb. Alweer. Ik denk dat ik maar
voor eeuwig single blijf.’