6. 2. Wandeling door een Romeinse villa. - > Zie maquette
7. 3. Wandeling door de Romeinse straat. “ Nacht van Rome zat vol gevaarlijk en onaangename verrassingen. Wie niet buiten moest, bleef thuis en grendelde stevig zijn deur…” - > Zie tekening.
10. De Romeinse man: - Keizer: Hij mocht zich als enige helemaal in het paars kleden (een paarse toga).
11. De Romeinse man: Deze mensen droegen een witte toga, eventueel met een rode rand. Deze werd gedragen over een tunica. Vaak droegen de mannen ook een lauwerkrans op het hoofd. -> Zie “standbeeldje” De tunica was het populairste kledingstuk, bijna iedereen droeg een wollen of linnen tuniek (van verschillende lengtes). Ze droegen ook stevige sandalen. -> Demonstratie toga. - Vooraanstaande Romeinse Burger:
12. De Romeinse man: Romeinse mannen besteedden ook enorm veel tijd aan hun uiterlijk. Ze bezochten bijna elke ochtend de barbier, waar alle laatste roddels en nieuws te horen waren. De barbier schoor zijn klanten, trimde hun baard, verfde hun haar of besprenkelde hen met parfum.
13. De Romeinse man: De slaven droegen meestal gewoon een tunica. De gladiatoren hadden 2 voornaamste attributen: een gekuifde helm en beenbeschermers. Zij waren ook voorzien van allerlei wapens. Weetje: Er waren 16 verschillende soorten gladiatoren. Bij de laagste stand hoorde ook de vrouw! - De laagste stand:
14. De Romeinse vrouw: Contrast tussen rijke en arme Romeinse vrouw. De rol van de vrouw in de samenleving hing af van die van haar echtgenoot.
15. De Romeinse vrouw: - De rijke vrouw: Zij was getrouwd met een keizer. Zij droegen een tunica, maar langer dan bij de man, met een beha eronder of erboven. In plaats van een toga, droegen ze een stola. Dit is een lang kleed met een riem. Daarover werd bij koud weer een mantel gedragen. -> Zie “standbeeldje” -> Demonstratie kledij
16. De Romeinse vrouw: Ook de opsmuk was voor de Romeinse vrouwen heel belangrijk. Zij hielden van juwelen en make-up. Rijke vrouwen besteedden vooral veel aandacht aan hun kapsel, dat achterover gekamd werd en in een dot opgestoken werd met een pin of een haarnet.
17. De Romeinse vrouw: - De arme vrouw: Zij droegen meestal gewoon een tunica.
20. Werken om te leven: - Groot Romeins bedrijf: Villa (voor de eerste eeuw) - vlak land of heuvelland liggen - dicht bij de zee vanwege gematigde temperaturen - in de buurt een bron of stroom of aquaduct liggen - een goede weg lopen naar het dorp - kwaliteit!!!
21. Werken om te leven: - Groot Romeins bedrijf: Latifundia (vanaf eerste eeuw) - grote landgoederen met landheren - VILLA URBANA: buitenverblijf in de stad (privaat - luxe) - VILLA RUSTICA: gebouw gericht op de landbouw, - - - verblijf voor werkers ( bij bedrijf) - Grootgrondbezitters in de politiek - Ironisch: brood en spelen: voor de arme boeren werk was afgenomen, door groot grondbezitter - kwantiteit!!!
22.
23.
24.
25.
26. Werken om te leven: - Verkeer in het Romeinse rijk: Wat voor verkeer? -voetgangers -lastdieren -scheepvaart -allerlei wagens met trekdieren
27.
28. Gedicht: het aanleggen van een weg ‘Statius’ Het werk begint allereerst met het maken van groeven, het banen van een weg en met het door diep spitwerk geheel en al uithollen van de grond; het volgende werk is het op andere wijze weer vullen van de uitgegraven groeven en een fundament leggen voor het gebogen wegdek, opdat de grond niet bezwijkt en een verraderlijke bodem niet een onbetrouwbare basis is voor de bovenop gelegen stenen. Het afsluitende werk is het bijeenhouden van de weg door middel van steenblokken, aan beide zijden bij elkaar gelegd, en talrijke wigvormige keien.