1. Beetje hoger vliegen
De actieradius van de mens zou wereldwijd moeten zijn, maar beperkt zich in het algemeen tot de
meeldraad van het madeliefje in zijn eigen tuin.
Dit noemen we een specialist, een kenner, een vakidioot. En daar hebben we er heel veel van. Op
zich natuurlijk heel goed dat we ergens in uit willen blinken, maar dat geeft ook een zeer beperkte
horizon. Ook nog vanuit een en hetzelfde kader. Eigenlijk is navelstaarderij in een en dezelfde groep
het hoogst verworven goed. Je weet wel, ´wij broeders onder elkaar´ en vervolgens volgt er een
onwrikbaar standpunt.
En met het oog gericht op deze kleine wereldwonderen vergeten we dat de wijsheid ligt in
onverwachte hoek op een banale alledaagse plaats. Juist door een stap terug te zetten komt de hele
bloem weer in het veld. En met een extra stap erbij komt ook het vijvertje bij de buurman in zicht. Ga
je vervolgens op een muurtje staan, besef je eindelijk weer eens hoe rijk een landschap eigenlijk is.
Door bekrompenheid – en specialisten vervallen hier heel snel in – en te dicht op het doel zitten
verliezen we juist totaal waar de focus moet zijn. Iets verder weg, met af en toe een afslag op een
landweggetje en genoeg tijd om een praatje te maken. Kunnen we vervolgens mijmerend weer op
weg en vatten hoe bijzonder die ´kleine wereld´ van die vreemde vogel was daar midden in het veld.
Komen we er achter dat ie misschien nog niet zo heel gek was en geven we ons eigen tuintje wat
meer tijd om te worden wat het eigenlijk moet zijn. Een stabiele ondergrond met de veerkracht van
vergane planten die bewezen hebben dat vruchtbaarheid ligt in het kleine gebaar en langzaam
vergroeien met elkaar.
Anki Raemaekers, autonome kunst