5. De waarheid van Doëg ‘Ik heb hier het zwaard van de FilistijnGoliat, die u in de Terebintenvallei verslagen hebt,’ antwoordde de priester. ‘Daar hangt het, achter het priestergewaad, gewikkeld in een doek.’ 1 Samuël 21,10
6. De waarheid van Doëg ‘Ik heb de zoon van Isaï in Nob gezien, bij Achimelech, de zoon van Achitub. Die heeft voor hem de HEER geraadpleegd en hem niet alleen leeftocht gegeven, maar ook het zwaard van de FilistijnGoliat.’ 1 Samuël 22, 9v
7. Het wapen van Doëg Ze scherpen hun tong als een mes, ze richten hun pijl, een giftig woord, uit verborgen hoeken schieten ze op een onschuldige, ze schieten onverhoeds, voor niemand bang. Ze wapenen zich met kwade woorden, Psalm 64,4-6
9. het wrange van Doëg Er bevond zich daar op die dag ook een dienaar van Saul, een zekere Doëg uit Edom, de opzichter van Sauls herders. Hij was daar vanwege een of andere verplichting aan de HEER.1 Samuël 21,8