2. Afstudeer
assessment
Algemeen
-‐ De
opleiding
CO
IEMES
afronden
-‐ Beschikken
over
de
5
LOCO
competenDes
-‐ Getoetst
op
niveau
3
-‐ Voor
COHORT
2008
wordt
het
getoetst
op
het
oude
competenDe
profiel
niveau
3
3. Afstudeer
assessment
LOCO
competenDes
1. Analyseren
en
onderzoeken
2. Ontwikkelen
van
en
adviseren
over
communicaDebeleid
3. Plannen
en
organiseren
4. Creëren
en
realiseren
5. Representeren
5. Afstudeer
assessment
Procedure
-‐ PublicaDe
op
Fontys
Portal
-‐ Eerste
planning
in
tentamen
periode
4
-‐ Herkansing
in
tentamenperiode
5
-‐ Herkansing
vindt
alDjd
plaats
in
eerstvolgende
periode
6. Afstudeer
assessment
Planning:
-‐ 7
juni
inleveren
onderzoeksrapport
-‐ 20
juni
inleveren
*URL
-‐ 24
juni
t/m
3
juli
afstudeer
assessments
8. Het
afstudeer
assessment
ID3
is
een
totaalbeleving
van
je
creaDeve
persoonlijke
idenDteit
en
bekwaamheid
op
twee
verschillende
manieren
gepresenteerd
in
een
driedimensionale
omgeving.
ID3
13. ID3
Presenteer
jezelf
op
een
efficiënte
en
concrete
manier.
De
Pitch
heeg
het
karakter
van
een
elevator
Pitch:
Kort,
bondig,
beeldend
en
overtuigend!
Pitch
gedeelte:
‘Wie
ben
ik?!‘
14. ID3
Onderdelen:
-‐ Personal
brand
-‐ CreaDef
CV
Beslis
wat
je
wel
en
niet
toont!
Pitch
gedeelte:
‘Wie
ben
ik?!‘
15. ID3
Algemene
eisen:
-‐ Beoordelingen
van
je
afstudeerfase
-‐ AuthenDciteit
-‐ RelevanDe
-‐ Overtuiging
Pitch
gedeelte:
‘Wie
ben
ik?!‘
16. Afstudeer
assessment
Belangrijk:
-‐ URL
aanleveren
-‐ Indruk
van
jezelf
-‐ Inhoud
-‐ Rode
draad
voor
jouw
ID3
*
Vereist
management
summary
van
je
onderzoeksrapport
18. ID3
Creëer
een
totaalbelevenis
rondom
het
concept
uit
de
EME
Branche
inclusief
onderliggend
onderzoek,
visie
en
communicaDe
strategie
De
onderzoekstage
kan
gebruikt
worden
als
input
van
dit
assessment
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
19. ID3
Presenteer
het
concept
in
de
vorm
van
een
totaalbelevenis
Het
doel
van
totaalbelevenissen
is
om
mensen
te
bezielen,
wakker
te
maken,
in
de
stemming
te
brengen,
te
boeien,
te
fascineren,
te
acDveren,
te
prikkelen
en
meer
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
20.
21. ID3
Onderdelen:
-‐ De
fysieke
totaalbelevenis
-‐ Een
bondige,
krachDge
omschrijving
van
de
achterliggende
gedachte
van
je
concept
-‐ Middelen
die
voortkomen
uit
het
concept
-‐ *
InspiraDon
Guide
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
22. ID3
InspiraDon
guide:
De
InspiraDon
Guide
geeg
een
inspirerend
beeld
van
hoe
je
tot
het
concept
bent
gekomen
en
wat
de
kracht
van
het
concept
is.
Wat
heeg
jou
geïnspireerd?
En
hoe
inspireer
je
de
opdrachtgever
en
andere
lezers?
Keuze
van
de
vorm
is
vrij.
Op
een
goede
InspiraDon
Guide
ben
je
trots!!!
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
23. ID3
CompetenDes:
-‐ AuthenDciteit:
-‐ wat
de
student
laat
zien
of
wat
de
student
doet,
moet
aantoonbaar
écht
van
hem/haar
zijn.
-‐ Actualiteit:
-‐ wat
de
student
laat
zien
moet
van
een
recente
datum
zijn.
-‐ RelevanDe:
-‐ het
moet
duidelijk
van
toepassing
zijn
op
de
competen>e
die
de
student
wil
aantonen.
-‐ Overtuiging:
-‐ wat
de
student
laat
zien
of
wat
de
student
doet,
moet
overtuigend
zijn
door
de
hoeveelheid,
door
de
varia>e,
door
de
kracht
of
anderszins.
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
25. ID3
Criteria
sterk
concept:
-‐ Is
het
een
concept?
Is
de
vertaalslag
gemaakt
van
een
product
naar
een
concept
of
andersom?
-‐ Is
het
concept
relevant
voor
de
gekozen
doelgroep?
-‐ Sluit
het
concept
aan
op
de
analyse,
waarden
etc.?
-‐ Is
het
gedachtegoed,
de
visie
duidelijk?
-‐ Heeg
het
concept
uithoudingsvermogen
(kan
de
invulling
van
het
concept
vernieuwd
worden)?
-‐ Is
het
concept
onderscheidend
(het
concept
is
anders
dan
andere
concepten,
sluiten
producten
I
communicaDe
etc.
aan
op
het
concept)?
-‐ Is
het
concept
betekenisvol
(het
bevat
'waarheid,
is
authenDek,
past
bij
de
doelgroep)?
-‐ Bevat
het
concept
betekenislagen,
is
het
concept
op
meerdere
niveaus
te
interpreteren?
-‐ Sluit
het
concept
aan
op
de
briefing,
lost
het
concept
de
vraag
of
probleem
op?
-‐ Speelt
het
concept
in
op
I
houdt
het
verband
met
trends
en
ontwikkelingen?
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
26. ID3
Onderdelen
totaalbelevenis:
-‐ De
fysieke
totaalbelevenis
die
jij
creëert
in
een
beschikbaar
gestelde
ruimte.
-‐ Een
bondige,
krachDge
omschrijving
van
de
achterliggende
gedachte
van
je
concept
(aansluiDng
onderzoek
-‐
concept),
conceptnaam.
Presenteer
dit
op
een
passende
manier
binnen
de
totaalbelevenis.
-‐ Middelen
die
voortkomen
uit
het
concept
(
conceptdragers,
zoals
bijvoorbeeld
een
evenement,
product.
flyer,
logo
etc).
-‐ lnspiraDon
Guide.
De
lnspiraDon
Guide
geeg
een
inspirerend
beeld
van
hoe
je
tot
het
concept
bent
gekomen
en
wat
de
kracht
van
het
concept
is.
Wat
heeg
jou
geïnspireerd?
En
hoe
inspireer
je
de
opdrachtgever
en
andere
lezers?
Een
lnspiraDon
Guide
laat
op
een
korte
bondige
manier
een
combinaDe
van
vorm
en
inhoud
zien.
Op
een
goede
lnspiraDon
Guide
ben
je
trots!
De
keuze
voor
de
vorm
van
de
lnspiraDon
Guide
is
vrij.
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
27. ID3
Checklist
sterke
totaalbelevenis:
-‐ De
fysieke
totaalbelevenis
die
jij
creëert
in
een
beschikbaar
gestelde
ruimte.
-‐ Een
bondige,
krachDge
omschrijving
van
de
achterliggende
gedachte
van
je
concept
(aansluiDng
onderzoek
-‐
concept),
conceptnaam.
Presenteer
dit
op
een
passende
manier
binnen
de
totaalbelevenis.
-‐ Middelen
die
voortkomen
uit
het
concept
(
conceptdragers,
zoals
bijvoorbeeld
een
evenement,
product.
flyer,
logo
etc).
-‐ lnspiraDon
Guide.
De
lnspiraDon
Guide
geeg
een
inspirerend
beeld
van
hoe
je
tot
het
concept
bent
gekomen
en
wat
de
kracht
van
het
concept
is.
Wat
heeg
jou
geïnspireerd?
En
hoe
inspireer
je
de
opdrachtgever
en
andere
lezers?
Een
lnspiraDon
Guide
laat
op
een
korte
bondige
manier
een
combinaDe
van
vorm
en
inhoud
zien.
Op
een
goede
lnspiraDon
Guide
ben
je
trots!
De
keuze
voor
de
vorm
van
de
lnspiraDon
Guide
is
vrij.
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
28. Performance
gedeelte:
Totaalbelevenis
-‐ Wat
te
laten
zien?
① Onderzoek
(rode
draad)
à
Visie
en
concept;
zaken
die
je
concept
versterken.
(bv.
Concept
omtrent
reizen.
Koffers,
globe,
Dckets
etc.)
② Belevingsinstrumenten
inzeqen;
Storytelling,
zintuigen,
animaDe
etc.
TIP:
basismaterialen
om
je
expo
in
te
richten.
Bijvoorbeeld
presentaDeborden,
fotolijstjes,
houten
blokken,
schildersezel,
karton,
foam,
piepschuim
etc.
29. ID3
PrakDsche
randvoorwaarden:
-‐ Iedere
student
heeg
beschikking
over
een
afgescheiden
ruimte
-‐ Studenten
zijn
zelf
verantwoordelijk
voor
het
regelen
van
apparatuur
(computer,
beamer)
-‐ Iedere
student
krijgt
Djd
voor
opbouw
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
30. ID3
Beoordeling:
-‐ 2
assessoren
en
1
toezichthouder
-‐ Beoordeling
op
niveau
3
-‐ Per
competenDe
een
cijfer
-‐ Beoordeling
direct
na
afloop
assessment
(m.u.v.
twijfel)
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘
31. ID3
Waar
wordt
je
op
beoordeeld?
-‐ De
cijfers
van
de
competenDe
1
t/m
5
zijn
gebaseerd
op
het
pitch
en
performance
gedeelte
Performance
gedeelte:
‘Wat
kan
ik?!‘