2. Regio’s ingedeeld volgens Nielsen indeling
• Noord-Nederland
(Groningen, Drenthe en Friesland)
• Oost-Nederland
(Overijssel, Gelderland en Flevoland)
• Zuid-Nederland
(Limburg,Noord-Brabant en Zeeland)
• West-Nederland
(Utrecht,Zuid-Holland en Noord-
Holland, exclusief de grote 3 steden)
• De grote drie steden
(Amsterdam, Rotterdam en Den Haag)
3. Betaal Gedrag Index (BGX)
BGX geeft het actuele betaalgedrag van consumenten weer.
Regio BGX
3 grote steden 73
Rest Westen 79
Noorden 78
Oosten (+ Flevoland) 78
Zuiden 79
Gemiddeld in Nederland 77
4. Vooral Zuid-Nederland bezuinigt n.a.v. recessie
Vorig jaar gaven mensen in het zuiden van Nederland vaker aan te verwachten
dat de economische situatie duidelijk zou verslechteren. Nu zien we dat inwoners
van Noord-Nederland het minst optimistisch zijn; 24% denkt dat de economische
situatie zal verslechteren vs. 27% gemiddeld.
De reactie op de economische recessie verschilt enigszins per regio:
• De 3 grote steden
Meer op de markt gaan kopen in plaats van in de supermarkt (21% vs. 16%
gemiddeld), meer op afbetaling kopen (5% vs. 3% gemiddeld).
• Zuid-Nederland
Minder uit eten gaan (46% vs. 42% gemiddeld), minder auto rijden (24% vs. 21%
gemiddeld), minder op dure vakanties gaan (39% vs. 35% gemiddeld), minder
snel een lening afsluiten (37% vs. 31% gemiddeld). Men is het ook minder vaak
eens met de stelling “ik trek me niets aan van de economische situatie” (19%
oneens, vs. 23% gemiddeld).
5. In Noord-, Oost-, en West-Nederland worden een aantal maatregelen om de
gevolgen van de recessie te compenseren juist vaker niet genomen :
• West-Nederland: minder sparen (68% doet dit niet, vs. 62% gemiddeld), minder
op afbetaling kopen (68% vs. 64% gemiddeld), grote uitgaven uitstellen ( 67% vs.
63% gemiddeld), minder autorijden (77% vs. 73% gemiddeld), minder aandelen
kopen (72% vs. 69% gemiddeld), minder snel een lening afsluiten (62% vs. 59%
gemiddeld). Men stelt ook minder vaak grote aankopen uit (33% doet dit niet vs.
30% gemiddeld).
• Oost-Nederland: meer via internet kopen (79% vs. 75% gemiddeld), meer op
afbetaling kopen (94% vs. 92% gemiddeld), minder op dure vakanties gaan (63%
vs. 58% gemiddeld), vaker een lening afsluiten (97% vs. 94% gemiddeld).
• Noord-Nederland: grote uitgaven juist nu doen (90% vs. 87% gemiddeld), minder
dure kleren kopen (94% vs. 92% gemiddeld) en vaker een lening afsluiten (96%
vs. 94% gemiddeld).
6. Inkomens zijn ook dit jaar het minst gestegen in Zuid-Nederland
• Vorig jaar maart was er nog sprake van meer inkomensstijgingen dan
inkomensdalingen in alle regio’s. Dit jaar zien we dat in alle regio’s het aantal
inkomensdalingen groter wordt.
• In de drie grote steden ligt het aantal stijgingen en dalingen nu gelijk. In West zijn
er iets meer inkomensstijgingen dan dalingen. Voor de overige gebieden (Noord,
Oost en Zuid), ligt het aantal inkomensdalingen hoger dan het aantal stijgingen.
• In Zuid-Nederland is het verschil het grootst, daar is 23% van de inkomens
gedaald, ten opzichte van 19% stijging. Dit verklaart dan ook waarom in deze
regio het meest bezuinigd is in de afgelopen 12 maanden.
• De reden die in Zuid-Nederland het vaakst is genoemd voor inkomensdaling is
ontslag (22%), maar dit verschilt niet significant van andere regio’s (20%
gemiddeld). Ontslag wordt juist vaker genoemd in Noord-Nederland (28%).
7.
8. Verwachtingen over inkomensontwikkeling meest positief in G3
• In alle regio’s zien we dat het aantal
verwachtte inkomensstijgingen sterk is
teruggelopen ten opzichte van de
meting van vorig jaar. Men verwacht
vooral vaker dat het inkomen gelijk zal
blijven.
• Zuid-Nederland was vorig jaar nog het
meest pessimistisch over de
inkomensontwikkelingen. Die plek is dit
jaar overgenomen door Noord-
Nederland. Het meest optimistisch is
men in de G3.
9. West-Nederland verwacht vaker salarisverhoging
Redenen voor inkomensstijging in de komende 12 maanden:
• In het Westen verwacht men vaker een inkomensstijging door salarisverhoging in
de huidige functie (58% vs. 44% gemiddeld).
• In het Noorden verwacht men vaker (weer) aan het werk te gaan (26% vs. 18%
gemiddeld).
• In de 3 grote steden verwacht men vaker meer inkomen uit onderneming (14% vs.
9% gemiddeld).
Redenen voor inkomensdaling in de komende 12 maanden:
• De redenen voor inkomensdaling wijken minder sterk af per regio.
• Alleen in het Westen verwacht men vaker dat een uitkering verlaagd of beëindigd
wordt (21% vs. 13% gemiddeld), of minder inkomen uit aandelen (6% vs. 3%
gemiddeld).
10. Hoge inkomensstijging verwacht in Oost-Nederland
• De hoogste inkomensstijging wordt verwacht in Oost-Nederland, de hoogste
inkomensdaling in West-Nederland.
• Ten opzichte van maart 2009 zien we een grote stijging in de gemiddelde
verwachte inkomensstijging in Oost-Nederland. We zien dat in West-Nederland de
gemiddelde verwachtte inkomensdaling sterk is toegenomen.
• In Oost-Nederland is men vaker van plan om het meer verdiende geld uit te geven
aan producten (of diensten) (42% vs. 30% gemiddeld). In het Zuiden is men dat
juist minder vaak van plan (19%).
• In de 3 grote steden is men minder vaak van plan om inkomensdaling te
compenseren door minder te gaan sparen (52% vs. 64% gemiddeld).
12. G3 spaarde vaker, Noorden juist minder vaak t.o.v. 2009
• In het Westen en Oosten is het vaakst gespaard in de afgelopen 12 maanden
(resp. 47% en 46% vs. 42% gemiddeld). Ten opzichte van vorig jaar zien we dat
er in de G3 meer is gespaard (39% vs. 31% in 2009). In het Noorden is juist veel
minder gespaard (39% vs. 46% in 2009).
• In de toekomst verwacht men in het Westen vaker te sparen dan in andere regio’s
(46% vs. 41% gemiddeld). In het Noorden verwacht men nu minder vaak te zullen
sparen ten opzichte van vorig jaar (38% vs. 46% in 2009).
13. G3 betaalt nog steeds het vaakst te laat
• Evenals vorig jaar zien we dat bewoners uit de G3 het vaakst regelmatig
rekeningen te laat betalen. Ten opzichte van vorig jaar is het wel iets verbeterd; in
maart zei nog 14% regelmatig te laat te betalen.
• Zuid-Nederland behoort ondanks de slechtere inkomensontwikkeling nog steeds
tot de best betalende regio’s.
• Rekeningen die in de G3 vaker dan gemiddeld te laat worden betaald zijn: huur of
hypotheek, water, internet toegang en mobiele telefoon. In het Westen, worden
relatief vaak postorderbedrijven en huisarts/tandartsrekeningen te laat betaald.
• In vergelijking met vorig jaar is men in de G3 positiever geworden over het tijdig
betalen van rekeningen. Vorig jaar dacht nog 43% rekeningen te laat te betalen,
dit jaar is dat gedaald naar 36%.
14.
15. G3 niet langer grootste gebruiker van financieringsmogelijkheden
• Vorig jaar sprong de G3 eruit als grootste gebruiker van alle
financieringsmogelijkheden. Dit jaar zien we dat dit gebruik meer is verdeeld
over de verschillende regio’s. Nog steeds springt de G3 eruit bij krediet via
uitgestelde betaling en (samen met Noord-Nederland) geld lenen bij familie of
vrienden.
• De grootste verschillen ten opzichte van vorig jaar zijn:
– In de G3 en in het Oosten is minder gebruik gemaakt van krediet via
uitgestelde betaling (resp. 16% en 7% vs. 22% en 15% in 2009)
– In het Noorden is vaker geld geleend bij familie (18% vs. 14% in 2009)
16.
17. G3 staat vaker rood en kent meeste betalingsproblemen
• Het percentage personen met betaalproblemen in de totale bevolking is ongeveer
gelijk gebleven. Ook dit jaar zien we dat de G3 de meeste betalingsproblemen
heeft (19% vs. 14% gemiddeld). In het Westen geeft men het minst vaak
betalingsproblemen te hebben (12%). Men geeft daar ook vaker aan controle te
hebben over de betalingsproblemen (25% vs. 18% gemiddeld).
• In de G3 staan mensen het vaakst continu rood (10% vs. 7% gemiddeld). Ten
opzichte van vorig jaar is dit licht verbeterd, toen stond in de G3 11% continu rood
en 16% regelmatig.
• In het Zuiden zien we de grootste verschillen ten opzichte van vorig jaar. Toen
stond daar nog 10% continu rood en 14% regelmatig.
18.
19.
20. Noorden vaker in aanraking gekomen met incassobureau
Ten opzichte van vorig jaar is de G3 minder vaak in aanraking gekomen met een
incassobureau (11% vs. 13% vorig jaar). In het Noorden is dit juist toegenomen (11%
vs. 8% vorig jaar).
21. G3 onzeker over toekomstig contact met incassobureau
• In de G3 had de incasso vaker te maken met de hypotheek (5% vs. 1%
gemiddeld) en de telefoon (10% vs. 5% gemiddeld).
• In het Noorden had de incasso vaker te maken met het aflossen van een lening
(17% vs. 9% gemiddeld).
• In de verwachtingen voor de komende 12 maanden is de G3 vaker onzeker: dan
geeft 10% van de G3 aan niet te weten of zij te maken zullen krijgen met een
incassobureau (vs. 7% gemiddeld).