1. POP2020,
een nieuw gezicht voor RotterdamPOPstad.
Paul van den Berge M.arch
POP2020, Waarom:
Rotterdam heeft een rijke muziekgeschiedenis;
verschillende muziekstijlen vonden er hun oorsprong
en vele grote namen hebben er gespeeld. Er is dan
ook in al die jaren een breed scala aan verschillende
podia, clubs en zalen opgebouwd. Een netwerk om
te benutten en om trots op te zijn!
De laatste jaren is de Rotterdamse podiumscène
echter hard achteruit gegaan. Vooral de grote
ontwikkeling die de landelijke popscene heeft
doorgemaakt door het bouwen van nieuwe podia in
het begin van de jaren 90, is aan Rotterdam voorbij
gegaan. Het missen van deze poppodium-
bouwwoede heeft zijn littekens achter gelaten. De
creatieve muziekscene zoekt naar alternatieven en
vindt die steeds vaker in andere steden zoals
bijvoorbeeld Amsterdam. Verder hebben financiële
problemen, (geluid)overlast en besluiteloosheid
vanuit de politiek ervoor gezorgd dat de Rotterdamse
popscene zijn plaats binnen Nederland verloren is.
De slechte status van de popscene in Rotterdam is, De oude Nighttown.
buiten een persoonlijke ervaring, er ook één die
regelmatig in de media terugkomt. Rotterdam mist
op dit moment gewoonweg een aantal faciliteiten.
Voor bands die meer liefhebbers trekken dan ca.
600, maar te klein zijn voor Ahoy (circa 12000) is in
Rotterdam geen plaats. Het is voor deze bands en
dus ook voor de bezoeker, noodzaak om uit te
wijken naar omliggende steden. Er is in Rotterdam
duidelijk behoefte en plaats voor een nieuw
poppodium!
Voor mijn afstudeerproject aan de Rotterdamse
Academie van Bouwkunst (Master of Architecture),
Huidige capaciteit Rotterdam
heb ik gekozen om, op basis van zelf uitgevoerd
vooronderzoek, een nieuw concept te ontwikkelen
voor een écht Rotterdams poppodium. Een podium
wat niet alleen Rotterdam weer mee laat spelen op
het landelijke niveau, maar ook de volgende stap
zou kunnen zijn in de ontwikkeling van de typologie
van het podium zelf: POP2020!
Het ontwerp wat ik voor POP2020 gemaakt heb is
slechts één van vele mogelijke uitkomsten van het
achterliggende concept. Gezien het huidige
economische klimaat zou men bijvoorbeeld ook aan
hergebruik van een bestaand gebouw kunnen
denken. Juist het achterliggende concept maakt
POP2020 interessant voor Rotterdam. Het zou,
mijns inziens, perfect passen binnen de sfeer van
Rotterdam.
2. POP2020, wat:
Wat zou een goed podium zijn waar Rotterdam de
komende jaren mee vooruit kan? Oftewel: wat is die
volgende stap in de ontwikkeling van de typologie
van het poppodium? Want daar moet Rotterdam op
inzetten. Niet als laatste van de grote steden een
“black box” als icoon neerzetten, welke bij de
ingebruikname al failliet is. Maar juist gebruik maken
van het interbellum waar Rotterdam zich op dit
moment in bevindt: leren van de fouten van de
voorgaande podia en inzetten op het poppodium 2.0.
Uit mijn vooronderzoek komt duidelijk naar voren dat
poppodia, zoals die in de jaren ‘90 zijn gebouwd, in
deze tijd niet meer rendabel zijn. Na de
ontwikkelingen die geleidt hebben tot de mono-
functionele popmachines van de jaren ‘90, moet het
circuit zich verder ontwikkelen om te kunnen blijven
bestaan.
Eén zo’n ontwikkeling zou het terugbrengen van de
binding van de bezoeker met een bepaald podium
kunnen zijn. De bezoeker moet volgens mij, niet
meer alleen consument zijn van de muziek, maar
weer een participant worden. Deze binding is
uitermate belangrijk voor het poppodium 2.0. De
podia kunnen zo hun maatschappelijke positie die ze
in de beginperiode hadden, namelijk die van een
creatieve “vrijplaats”, weer heroveren. Dit biedt een
plek aan nieuwe initiatieven en dus ook voor nieuwe
inkomsten. Het podium 2.0 moet een plek worden
om te experimenteren en bezig te zijn met muziek,
vrij van commercie.
Om dit mogelijk te maken moet het gebouw op een
andere manier (economisch) bestuurd en gerund
worden. Zo hoeft er niet met dezelfde partijen te
worden samengewerkt welke invloed kunnen
uitoefenen op de programmering of bedrijfsvoering.
Het is noodzakelijk om andere inkomstenbronnen te
genereren dan alleen de verkoop van
toegangskaarten en consumpties. Hierdoor komt er
ook ruimte voor die nieuwe initiatieven die de binding
met de plek terug moeten brengen.
Huidige inkomstenbronnen. Nieuwe inkomstenbronnen zorgen voor
minder afhankelijk.
3. POP2020, hoe:
Het ontwerp voor het nieuwe podium voor
Rotterdam, kan het best omschreven worden als een
“stadsfoyer” voor het gehele Rotterdamse
muziekcircuit (het reeds bestaande netwerk). Het
gebouw zal de (pop)-muziek van Rotterdam weer op
de landelijke kaart moeten zetten en het gezicht zijn
van Rotterdam als popstad. Deze foyer zal het
startpunt zijn om het grote poppodium, wat je heel
Gebruik het bestaande netwerk.
Rotterdam kunt noemen, te ontdekken en te
gebruiken.
Rotterdam heeft een breed georiënteerd netwerk van
kleine zalen, podia en podiumcafés voor veel
verschillende doelgroepen. Toch staat Rotterdam
niet meer bekend als “popstad”. Waarom wordt er bij
de ontwikkeling van een nieuw podium geen gebruik
gemaakt van het al reeds bestaand? Bij POP2020
juist wel! Er wordt ingezet op samenwerking met de
verschillende muziek gerelateerde
onderwijsinstellingen, muzikanten en kleine
ondernemers binnen Rotterdam. Deze kunnen in het
gebouw gebruik maken van de oefenruimtes,
opnamestudio’s, kantoren en winkels door deze
ruimtes te huren. Met deze functies in één gebouw
zal er een sociaal netwerk gaan ontstaan welke
uitermate bruikbaar is voor de studenten en
professionals. Het gebouw functioneert als
aanvulling op het reeds bestaande netwerk van
POP2020 vanaf West-Kruiskade.
podia en kan zo het bestaande netwerk versterken
en één centraal gezicht geven. POP2020 kan buiten
het zelf organiseren van popconcerten, ook ingezet
worden voor het centrale punt bij stadsbrede
festivals verdeeld over verschillende locaties.
Tevens dient het als centraal informatiepunt. De
programmering van de grote zaal zal gericht zijn op
Rotterdamse (opkomende) artiesten. Hierdoor
kunnen deze artiesten weer aansluiting vinden bij
het landelijke circuit.
Door dit podium te laten dragen door en het te
maken met een brede groep gebruikers, verandert
het gebouw van mono- functioneel naar
multifunctioneel. Daarmee krijgt Rotterdam niet
alleen een duurzaam en flexibel podium dat klaar is
voor de toekomst, maar ook een plek waar mensen Interieur POP2020.
zich weer verantwoordelijk voor gaan voelen: hun
eigen plek!
Pop2020 kijkt dus verder dan de huidige typologie
van het poppodium en vormt een denkbeeld voor het
poppodium van de toekomst. Een podium waar
Rotterdam wederom trots op zou kunnen zijn.
Interieur POP2020 bij concert.
4. Academie van Bouwkunst Rotterdam
Paul van den Berge M.arch
info@paulvandenberge.nl
Afstudeerdatum:
11 februari 2011
Afstudeercommissie:
Stefan Witteman (OMA)
Jeroen Hoorn (JH architect)
Philip Powel (John106)
Vanuit academie:
Jeroen Visschers (coördinator RAVB)
Chris van Langen (Directeur RAVB)