2. Over de hele wereld worden
oorlogen gevoerd. Meestal hebben
landen die oorlog met elkaar voeren
ruzie over grond. Ze willen er een
stuk van het andere land bij
hebben. Tijdens een oorlog wordt
er gevochten. Door soldaten, maar
soms ook door gewone mensen. In
een oorlog overlijden talloze
onschuldige mensen. Want het is
gevaarlijk op straat. En gebouwen
worden kapot gemaakt. Mensen
hebben honger. Oorlog is
verschrikkelijk. De laatste oorlog in
Nederland duurde vijf jaar, van 1940
tot en met 1945. Die oorlog heet de
Tweede Wereldoorlog met Adolf
Hitler als stichter.
3. De Eerste Wereldoorlog (1914-1918)
was aan Nederland voorbijgegaan,
dankzij de Nederlandse
neutraliteitspolitiek. Die
neutraliteitspolitiek ging door. Ten
opzichte van Hitler verliep dat niet
helemaal vloeiend; er zijn in 1933-
1940 in Nederland mensen bestraft
voor de belediging van dit 'bevriende
staatshoofd'. Maar de neutraliteit
werkte deze keer niet. De Duitse
aanval op Nederland begon op 10 mei
1940, vroeg in de ochtend.
4. Onder meer bij Den Haag, de
Grebbeberg en de Afsluitdijk bood het
Nederlandse leger tegenstand. Op 14
mei bombardeerde de Duitse
luchtmacht (Luftwaffe) het centrum
van Rotterdam. Onder de dreiging dat
ook Utrecht gebombardeerd zou
worden, gaf het Nederlands leger zich
over. Op 15 mei 1940 werd de
‘capitulatie’ getekend. Alleen in
Zeeland ging het gevecht nog door, tot
17 mei. Nederland werd, met zijn 9
miljoen inwoners, een bezet gebied.
5. De Nederlandse regering en koningin
Wilhelmina gingen uitelkaar op 13 mei naar
Engeland. Prinses Juliana was een dag eerder
vertrokken. Ze reisden van Engeland door naar
Canada. De echtgenoot van prinses Juliana,
prins Bernhard, zou de meeste tijd in Engeland
doorbrengen. In Londen werd een
Nederlandse regering-in-ballingschap
gevormd. De Britse omroep BBC bood
onderdak aan Radio Oranje, de door gevluchte
Nederlanders gemaakte 'stem van strijdend
Nederland'. Koningin Wilhelmina zou het
Nederlandse volk bijna vijftig keer via Radio
Oranje toespreken.
6. Nederland werd bezet gehouden door troepen
van de Wehrmacht onder bevel van de
luchtmachtgeneraal Christiansen. Je kon
duidelijk zien dat ook de Ordnungspolizei
aanwezig was. Bovendien arriveerde er nog
allerlei geheime politie: Gestapo, SD, Sipo. Maar
daar bleef het niet bij. Er trad een 'burgerlijk
bestuur' aan (dus geen militair bestuur, zoals in
België) met slimme, goeie nationaal-socialisten.
Aan de top van het Duitse bestuur in Nederland
stond de Oostenrijkse nazi Arthur Seyss-Inquart.
Hij was de 'rijkscommissaris', de baas van Hitler.
De rijkscommissaris begon met de boodschap
dat de Nederlanders als 'Germaans broedervolk'
behandeld zouden worden. De Duitse militairen
gedroegen zich inderdaad 'correct'.
7. Veel Nederlanders hadden in de
zomer van 1940 het gevoel dat
het allemaal niet zo erg was.
Vanaf het najaar van 1940 werd
het steeds meer Nederlanders
duidelijk dat het juist wel erg was.
Na april-mei 1943 wist heel
Nederland waar het met de
bezetters aan toe was. De
bevrijding van Nederland door de
geallieerden begon in september
1944. Pas rond 5 mei 1945 was de
bevrijding helemaal klaar. De hele
bevrijdingsoperatie kostte 50.000
geallieerde militairen het leven