5. Programma:
Derde ronde:
• Opbrengsten check
1. Zijn de doelen helder?
2. Kunnen we formuleren hoe we de
iPads gaan invoeren en
implementeren?
3. Kunnen we criteria formuleren, die
meerwaarde aantonen en
aantoonbaar maken wanneer de pilot
is geslaagd ?
4. Kunnen we een plan formuleren hoe
we zaken gaan aanpakken?
7. Wat willen we met de inzet van
iPads bereiken?
Hoe gaan we het proces van
invoering en implementatie
managen?
Op welke wijze gaan we
evalueren? ( succes criteria en
behaalde meerwaarde )
Op welke wijze gaan we aan het
werk? ( project )
8. Is er voor iedereen
reden om in actie te
komen?
Wie worden door de
actie geraakt?
Wie is opdrachtgever?
Wie is opdrachtnemer?
Wat gaat er gebeuren
of
wat gaan we doen?Waar gaat het
gebeuren? (afdeling,
team, locatie, enz..)Wie is verantwoordelijk
voor uitvoering en
resultaat?
Wie gaa(t)n dit
uitvoeren?Onze Pitch…..
9. DE subvragen
a Waar past het?
b Wat is de werkelijke
reden van deze actie
c Waarom is het van
belang?
d Hoelang mag het duren?
DE transpositie
1
2
3
4
10. DE subvragen
a Wie is de doelgroep?
b Voor wie heeft het
gevolgen?
c Wie heeft er baat bij?
DE transpositie
1
2
3
4
11. DE subvragen
a Wat gaat er gebeuren?
b Wat gaan we doen?
c Wat zijn de gewenste
effecten?
DE transpositie
1
2
3
4
12. DE subvragen
a Waar merk je de effecten
van de resultaten?
b Waar zie je de opbrengst
En hoe borg je deze?
c Waar gaat het gebeuren?
DE transpositie
1
2
3
4
13. DE subvragen
a Wie is opdrachtgever?
b Wie gaat het verschil
maken?
c Wie voert het uit?
d Wie krijgt hier last van?
DE transpositie
1
2
3
4
14. DE subvragen
a Probeer kort te
verwoorden
b Welke doelen zijn
essentieel?
c Begrijpt de medewerker/
leidingevende de actie?
DE transpositie
1
2
3
4
15. Derde ronde:
• Opbrengsten check
1. Zijn de doelen helder?
2. Kunnen we formuleren hoe we de
iPads gaan invoeren en
implementeren?
3. Kunnen we criteria formuleren, die
meerwaarde aantonen en
aantoonbaar maken wanneer de pilot
is geslaagd ?
4. Kunnen we een plan formuleren hoe
we zaken gaan aanpakken?
16. » Tijdschema formuleren, waarbij tijdsinvestering ,
gewenste opbrengsten, evaluatiemomenten,
begeleiding, betrokkenheid worden benoemd.
» SMART bepalen op welke wijze een werkgroep
en stuurgroep worden gevormd en welke
competenties hierbij wenselijk zijn.
» Nalopen van geformuleerde tijdpad in
startdocument op haalbaarheid, wenselijkheid
en urgentie.