SlideShare a Scribd company logo
1 of 10
Mind the Gap
Stappenplan identiteit en imago

    Door: Jaap v.d. Grinten




                                  Minor:
                    Marketingcommunicatie

                              Leden van groep OCEE3J#3:
                                                Jay Aarts
                                          Jarno v.d. Berg
                                             Nicky v. Eck
                                            Jordy Jacobs
                                              Rob Lemke

                                            Coördinator:
                                           Pascal Roeyen
Inhoud
Inleiding ‘Mind the Gap’ ...................................................................................... 3

Hoofdstuk 1 - Corporate communication ............................................................ 4
	    1.1 Waarom corporate communication?
	    1.2 Identiteit, imago en corporate communication?
	    1.3 De gap-analyse

Hoofdstuk 2 - Stap 1: De gewenste identiteit ...................................................... 6
	    2.1 Wat is het?
	    2.2 Hoe breng je het in kaart?

Hoofdstuk 3 - Stap 2: De werkelijke identiteit...................................................... 6
	    3.1 Wat is het?
	    3.2 Hoe breng je het in kaart?

Hoofdstuk 4 - Stap 3: De fysieke identiteit .......................................................... 7
	    4.1 Wat is het?
	    4.2 Hoe breng je het in kaart?

Hoofdstuk 5 - Stap 4: Het imago .......................................................................... 7	
	    5.1 Wat is het?
	    5.2 Hoe breng je het in kaart?

Hoofdstuk 6 - Stap 5: De gap-analyse .................................................................. 8
	    6.1 Wat is het?
	    6.2 Hoe breng je het in kaart?

Literatuur ........................................................................................................... 10
Inleiding ‘Mind the Gap’




         Grinten van der, J. (2010). Mind the Gap (2e druk) Den Haag: Boom Lemma uitgevers.

  “Met een Gap-analyse breng je de verschillen tussen de identiteit en het imago van een organisatie in
 kaart. Het helpt je bij het maken van de juiste keuzes ter versterking van het imago. Het stappenplan in
dit boek stelt iedereen in staat snel en eenvoudig een Gap-analyse uit te voeren. Iedere stap wordt in een
apart hoofdstuk uitgewerkt met behulp van voorbeelden en praktische tips. ‘Mind the Gap’ is geschreven
                         voor communicatiemanagers en studenten communicatie.”




                                                                                                             3.
Hoofdstuk 1 - Corporate communication

1.1 Waarom corporate communication?
Door diverse ontwikkelingen is corporate communicatie gestimuleerd, de ontwikkelingen die hiervoor
hebben gezorgd zijn:
• meer marktbewerking;           • maatschappelijke verantwoording;
• de dienstenmaatschappij;       • strijd om toptalent
• schaalvergroting;              • vervaging intern/extern
• informatiemaatschappij;

1.2 Identiteit, imago en corporate communication
Tegenwoordig wordt het imago van een bedrijf heel erg belangrijk gevonden, over het algemeen wordt
aangenomen dat imago het succes van een organisatie bepaalt. In ‘Mind the Gap’ licht Jaap van der Grinten
2 begrippen nader toe, te weten; imago en identiteit/organisatiereputatie.

• Identiteit: “wat de organisatie in werkelijkheid voorstelt.”
In feite hangt de basis van de identiteit van een organisatie samen met de doelstellingen van een
organisatie, de missie en visie en het gewenste imago.

• Imago/organisatiereputatie: “de voorstellingen die belangengroepen van een organisatie hebben. Hierbij
is sprake van een momentopname.”
Bij imago wordt onderscheid gemaakt tussen werkelijk en gewenst imago. Waarbij werkelijk imago het
huidige beeld van een organisatie in de ogen van de publieksgroepen is. Het gewenste imago daarentegen
is juist hoe een organisatie zichzelf wil profileren in de ogen van de publieksgroepen.




• Corporate communication
Volgens Jaap van der Grinten betekent corporate communicatie het volgende:

“Corporate communication is het geïntegreerd managen van alle communicatie-uitingen van een
organisatie, zowel intern als extern, gericht op het realiseren van een gewenst organisatie-imago vanuit de
organisatiedoelen en de organisatie-identiteit.”
                                                                                                              4.
In deze definitie wordt dus gezegd dat organisaties gebruik maken van meerdere communicatie-uitingen en
dat het vooral erg belangrijk is hoe je bepaalde communicatie-uitingen inzet en misschien nog wel
belangrijker hoe je ze op elkaar afstemd. Jaap van der Grinten verdeelt de verschillende communicatie-
uitingen onder in 3 communicatiedomeinen:
• Concerncommunicatie (invoer): gericht op externe publieksgroepen (lange termijn). Hierbij wordt ten
doel gesteld kennis, houding en gedrag te beïnvloeden m.b.t. de organisatie.
• Interne communicatie (doorvoer): gericht op interne publieksgroepen. Hierbij wordt ten doel gesteld het
verbeteren van de samenhang en begeleiding.
• Marketing communicatie (uitvoer): gericht op de consument. Hierbij wordt ten doel gesteld kennis,
houding en gedrag te beïnvloeden van de consument.

Vos en Schoemaker (2007) geven aan dat het begrip geïntegreerde communicatie op drie niveaus
geïnterpreteerd kan worden:
• Microniveau: hierbij is het belangrijk om consistentie te krijgen in alle communicatieuitingen.
• Mesoniveau: hierbij worden de verschillende domeinen (concern, intern en marketing) op elkaar
afgestemd.
• Microniveau: op dit niveau wordt het communicatiebeleid verbonden met het organisatiebeleid.

1.3 De gap-analyse
Het begrip ‘gap’ betekend letterlijk ‘kloof’ of ‘gat’. Echter in een gap-analyse geeft het ook de afstand aan
tussen de gewenste identiteit en de werkelijke identiteit. Een gap-analyse kan in een vijftal stappen worden
uitgevoerd, deze stappen worden nader toegelicht in de volgende hoofdstukken:
• Stap 1: de gewenste identiteit en het gewenste imago vaststellen;
• Stap 2: de werkelijke identiteit bij werknemers vaststellen;
• Stap 3: de fysieke identiteit van de organisatie in kaart brengen;
• Stap 4: het imago vaststellen bij externe belangengroepen;
• Stap 5: de gap-analyse, vaststellen van ‘gaps’ tussen de gewenste situatie en de werkelijke identiteit.

Figuur zoals op pagina 39 in Mind the Gap:

                          Stap 1: de gewenste identiteit (gewenst imago)
                                                   Leiding
       →



                                               →



                                                                                       →

        Stap 2:                                  Stap 3:                                  Stap 4:
  werkelijke identiteit

       Medewerkers
                               →            fysieke identiteit

                                              Contactpunten
                                                                       →                  imago

                                                                                     Belangengroepen
       →



                                               →



                                                                                       →



                                           Stap 5: gap-analyse
                                         Concluderen & aanpakken




                                                                                                                5.
Hoofdstuk 2 - Stap 1: De gewenste identiteit

2.1 Wat is het?
Volgens Jaap van der Grinten is ‘gewenste identiteit’: “wat de organisatie wil uitstralen”. De gewenste
identiteit wordt vaak bepaald op de volgende vier onderwerpen:
• Visie              • Kerncompetenties
• Missie             • Waarden

Kerncompetenties: datgeen waar een organisatie goed in is. Het zijn eigenlijk de basisvoorwaarden voor
succes en onderscheiden je van de concurrentie.

Gemeenschappelijke vertrekpunten (GVP’s) en het gewenste imago
GVP’s drukken de hoofdzaak van de gewenste identiteit uit in aantal woorden. In de praktijk worden dit
vaak ‘kernwaarden’ of ‘merkwaarden’ genoemd.

2.2 Hoe breng je het in kaart?
Om te beginnen is het belangrijk dat de corporate communication manager weet welke GVP’s er zijn.
• Het interne doel is het herkennen van de GVP’s door je werknemers.
• Het externe doel is het waarmaken van het gewenste imago. De externe belangengroepen moeten de
organisatie dan associëren met de op hun gerichte GVP’s.


                       Hoofdstuk 3 - Stap 2: De werkelijke identiteit

3.1 Wat is het?
Volgens Jaap van der Grinten is ‘werkelijke identiteit’: “datgene wat werknemers als kenmerkend
beschouwen voor de organisatie”. Hoe typeren de werknemers de organisatie, wat vinden zij de zwakke en
sterke punten en welke karakteristieken zou de organisatie volgens hen moeten hebben? Voor een
organisatie is het van essentieel belang dat de werknemers de gewenste identiteit kennen.

Om bovenstaande te realiseren kunnen organisaties ervoor kiezen danwel functioneringsgesprekken te
voeren met haar medewerkers, personeelstrainingen te verzorgen of aannamebeleid. Deze drie manieren
vallen allen onder human resource management (HRM) en communicatie.

Als voorbeeld om bovenstaande beter te kunnen uitleggen zou je een hotelketen kunnen nemen. Een
hotelketen heeft onder haar medewerkers baliemedewerksters, serveersters etc. Voornamelijk
medewerkers die veel contact hebben met externe belangengroepen zijn belangrijk bij de vorming van het
imago. Het is belangrijk dat medewerkers de GVP’s van de organisatie goed kennen en zich hiermee kunnen
identificeren.

3.2 Hoe breng je het in kaart?
Er zijn verschillende manieren om de werkelijke identiteit boven water te halen en op papier te zetten.
Middelen die hiervoor uiterst geschikt zijn, zijn spontane associaties met de organisatie, mate van
identificatie met de organisatie en typering van de organisatie. Door middel van bijvoorbeeld een enquête
te houden onder verschillende werknemers kan de werkelijke identiteit van een organisatie worden
bovengehaald, echter is deze methode alleen geschikt wanneer het een grote organisatie betreft. Voor
kleinere bedrijven zouden diepte-interviews of groepsdiscussies een beter middel zijn om de werkelijke
identiteit op tafel te krijgen.

De resultaten die deze onderzoeken opleveren zijn belangrijk in het bijstellen van de gewenste identiteit.



                                                                                                             6.
Hoofdstuk 4 - Stap 3: De fysieke identiteit

4.1 Wat is het?
Eerder hebben we de gewenste en werkelijke identiteit van een organisatie besproken. Dit zijn echter geen
tastbare identiteiten, uit de gewenste identiteit vloeien een aantal GVP’s voort en de werkelijke identiteit is
zogezegd hetgene wat wernemers als kenmerkend opgeven voor de organisatie.

Volgens Jaap van der Grinten is ‘fysieke identiteit’: “het actief uitvoeren van werkzaamheden en het
zichtbare resultaat daarvan leidt tot het ontstaan van de fysieke identiteit”. Fysiek staat in het dagelijks
leven voor alles wat je kunt zien, horen, voelen en ruiken. Fysieke identiteit is de werkelijke uitstraling van
de organisatie bestaande uit: huisstijl en logo, gedrag, producten, communicatiemiddelen en de winkel
waarin je eventueel je producten verkoopt als organisatie. Wanneer we weer terugvallen in de term
belangengroepen zou het bij fysieke identiteit gaan om ‘externe’ belangengroepen, omdat het alle punten
betreft waarop zij met de organisatie in contact kunnen komen. Alle manieren waarop externe
belangengroepen in aanraking komen met een organisatie dragen bij aan het imago.

De fysieke identiteit van een organisatie is in te delen in de volgende 5 categorieën:
• Informatie -> alle communicatiemiddelen, bijvoorbeeld website, flyers en posters.
• Omgeving -> voorbeelden: bedrijfskleding en kantoren.
• Gedrag -> voorbeelden: hoe een werknemer de bedrijfskleding draagt of hoe een klacht afgehandeld
wordt.
• Producten/diensten -> alle handelswaar en verpakkingen
• Symboliek -> logo en huisstijl

Uiteraard is het voor een reclamebureau bijvoorbeeld belangrijk om een huisstijl en website te hebben en
voor een tuincentrum is wellicht de bedrijfskleding weer belangrijker.

4.2 Hoe breng je het in kaart?
Allereerst moet de organisatie alle fysieke contactpunten op een rijtje zetten, bijv. advertenties, webteksten
en flyers voordat de fysieke identiteit in kaart kan worden gebracht. Mits de organisatie een fysieke winkel
betreft zal de winkelomgeving ook vast moeten worden gelegd middels foto’s en beschrijvingen. Daarnaast
zal er moeten worden gekeken hoe de medewerkers, klanten te woord staan. De volgende stap is dan om
te gaan kijken welke uitstraling deze factoren moeten krijgen. Daarna moeten de GVP’s worden
doorvertaald naar beoordelingscriteria, waarna de comunication manager kan gaan kijken naar de
overeenkomsten tussen de gewenste en fysieke identiteit.


                                 Hoofdstuk 5 - Stap 4: Het imago

5.1 Wat is het?
Volgens Jaap van der Grinten is ‘het imago’: “het organisatie-imago is het beeld dat belangengroepen op
een bepaald moment van een organisatie hebben”. In de meeste gevallen is het contact dat een
organisatie heeft gehad met belangengroepen van grote invloed op hoe het imago tot stand is gekomen.
Dit kan bijvoorbeeld zijn door het kopen of nuttigen van producten en/of diensten van een organisatie. Dit
kan ook zijn door alleen maar een winkelbezoek te doen of bijvoorbeeld vragen te stellen aan medewerkers
binnen de organisatie. Er zijn echter ook vijf externe factoren die het imago beïnvloeden:
• het imago van de branche
• het land van herkomst van een product
• de rol van actiegroepen
• de rol van de media (dit kan zowel positief als negatief zijn)
• en de mening en/of het advies van individuen



                                                                                                                  7.
(Totstandkoming imago) - Figuur zoals op pagina 71 in Mind the Gap:

                                            Fysieke identiteit
         Product            Informatie           Symboliek            Omgeving             Gedrag
       →
                          →

                                               →

                                                                     →
                                                                                         →
                                                  Imago
                                         Externe belangengroepen
     →

                         →

                                               →

                                                                    →
                                                                                     →
      Branche-imago     Land van herkomst       Actiegroepen            Media            Individuen
                                           Externe invloeden

5.2 Hoe breng je het in kaart?
Voordat je als organisatie het imago kunt gaan meten, moet het eerst duidelijk zijn bij wie het imago
gepeild moet worden. In ‘Mind the Gap’ worden een 7-tal externe belangengroepen genoemd waarbij het
imago gemeten zou kunnen worden:
• Leveranciers            • Toekomstige medewerkers
• Investeerders           • Pressiegroepen
• Klanten                 • Algemeen publiek
• Overheid

Vervolgens kan een imago-onderzoek gedaan worden door middel van korte, schriftelijke interviews. De
belangrijkste drie vragen die je als organisatie zou moeten stellen tijdens een imago-onderzoek zijn:
• een vraag naar de spontane naamsbekendheid, bijvoorbeeld: “Noem de eerste drie organisaties die in u
opkomen binnen een branche X”.
• een vraag over categorieën binnen de organisatie, bijvoorbeeld: “Noem de eerste drie woorden die in u
opkomen als u aan (naam organisatie) denkt”.
• een vraag over geholpen typeringen van de organisatie, bijvoorbeeld: “Omcirkel de vijf woorden die u het
best bij (naam organisatie) vindt passen”.


                             Hoofdstuk 6 - Stap 4: De gap-analyse
6.1 Wat is het?
Volgens Jaap van der Grinten is ‘gap-analyse’: “een gap-analyse bekijkt het verschil tussen de gewenste
situatie en de werkelijke situatie. Door middel van een gap-analyse kunnen het gewenste imago en de
gewenste identiteit waargemaakt worden”.

Jaap van der Grinten stelt dat een gap-analyse uit drie niveaus kan bestaan, te weten:
• Gap 1: geeft de verschillen tussen de gekozen GVP’s en de werkelijke identiteit aan.
• Gap 2: geeft de verschillen tussen de gekozen GVP’s en de fysieke identiteit aan.
• Gap 3: geeft de verschillen tussen de gekozen GVP’s en het imago aan.




                                                                                                             8.
6.2 Hoe breng je het in kaart?
In het boek ‘Mind the Gap’ wordt een invulschema (dit schema is terug te vinden op pagina 82) gegeven
voor het maken van een gap-analyse. Deze bestaat uit de volgende onderdelen:
• Gewenste identiteit (visie, missie, kerncompetenties en waarden)
• GVP’s van alle belangengroepen
• GVP’s interne groepen
• GVP’s externe groepen
• Gap 1: gewenste versus werkelijke identiteit
• Gap 2: gewenste versus fysieke identiteit
• Gap 3: gewenste versus werkelijk imago
• Conclusies en acties

Op het moment dat het gehele schema is ingevuld en uitgewerkt op alle drie de niveaus van een
gap-analyse, moet de oorzaak van iedere gap worden vastgesteld. De laatste stap ten slotte (conclusies en
acties) van een gap-analyse zou tot de volgende acties kunnen leiden:
• Het veranderen van de inzichten van de werknemers
• Het veranderen van de contactpunten van de fysieke identiteit
• Het veranderen van de wensen van de leiding/het beleid




                                                                                                            9.
Literatuurlijst

• Grinten van der, J. (2010). Mind the Gap (2e druk) Den Haag: Boom Lemma uitgevers.




                                                                                       10.

More Related Content

What's hot

Marketing - Brand Positioning
 Marketing - Brand Positioning  Marketing - Brand Positioning
Marketing - Brand Positioning
Abhishek Salunke
 
How to position a brand powerfully 04 11-2013
How to position a brand powerfully 04 11-2013How to position a brand powerfully 04 11-2013
How to position a brand powerfully 04 11-2013
Maxwell Ranasinghe
 
Chapter 8 - Creative Strategy: Planning and Development
Chapter 8 - Creative Strategy: Planning and DevelopmentChapter 8 - Creative Strategy: Planning and Development
Chapter 8 - Creative Strategy: Planning and Development
kpatric
 
13 GouravDholwal Brand Positioning
13 GouravDholwal Brand Positioning13 GouravDholwal Brand Positioning
13 GouravDholwal Brand Positioning
Gourav Dholwal
 

What's hot (20)

Developing and establishing a brand positioning
Developing and establishing a brand positioningDeveloping and establishing a brand positioning
Developing and establishing a brand positioning
 
PayPal Creative Brief
PayPal Creative BriefPayPal Creative Brief
PayPal Creative Brief
 
Crispin Porter + Bogusky Employee handbook
Crispin Porter + Bogusky Employee handbookCrispin Porter + Bogusky Employee handbook
Crispin Porter + Bogusky Employee handbook
 
The Irrationality of Measuring Brand Performance: Using Fame, Feeling & Fluen...
The Irrationality of Measuring Brand Performance: Using Fame, Feeling & Fluen...The Irrationality of Measuring Brand Performance: Using Fame, Feeling & Fluen...
The Irrationality of Measuring Brand Performance: Using Fame, Feeling & Fluen...
 
Marketing - Brand Positioning
 Marketing - Brand Positioning  Marketing - Brand Positioning
Marketing - Brand Positioning
 
Brand strategy
Brand strategyBrand strategy
Brand strategy
 
Brand metrics to measure business performance
Brand metrics to measure business performanceBrand metrics to measure business performance
Brand metrics to measure business performance
 
Business Model Canvas
Business Model CanvasBusiness Model Canvas
Business Model Canvas
 
Brand portfolio strategy
Brand portfolio strategyBrand portfolio strategy
Brand portfolio strategy
 
Brand Planning for Clients
Brand Planning for ClientsBrand Planning for Clients
Brand Planning for Clients
 
Marketing theory. Behavioural segmentation
Marketing theory. Behavioural segmentation Marketing theory. Behavioural segmentation
Marketing theory. Behavioural segmentation
 
Consumer engagement tips for insurance companies
Consumer engagement tips for insurance companiesConsumer engagement tips for insurance companies
Consumer engagement tips for insurance companies
 
The Power of Brand Strategy
The Power of Brand Strategy The Power of Brand Strategy
The Power of Brand Strategy
 
How to position a brand powerfully 04 11-2013
How to position a brand powerfully 04 11-2013How to position a brand powerfully 04 11-2013
How to position a brand powerfully 04 11-2013
 
Public Relations Plan Playbook
Public Relations Plan PlaybookPublic Relations Plan Playbook
Public Relations Plan Playbook
 
Chapter 8 - Creative Strategy: Planning and Development
Chapter 8 - Creative Strategy: Planning and DevelopmentChapter 8 - Creative Strategy: Planning and Development
Chapter 8 - Creative Strategy: Planning and Development
 
A branding journey
A branding journeyA branding journey
A branding journey
 
13 GouravDholwal Brand Positioning
13 GouravDholwal Brand Positioning13 GouravDholwal Brand Positioning
13 GouravDholwal Brand Positioning
 
Influencing Up through Personal Leadership
Influencing Up through Personal LeadershipInfluencing Up through Personal Leadership
Influencing Up through Personal Leadership
 
Essentials Of Branding
Essentials Of BrandingEssentials Of Branding
Essentials Of Branding
 

Viewers also liked

Vergelijk 7 s en esh presentatie
Vergelijk 7 s en esh presentatieVergelijk 7 s en esh presentatie
Vergelijk 7 s en esh presentatie
Gert Jan Schop
 
Greiner model presentatie
Greiner model presentatieGreiner model presentatie
Greiner model presentatie
Gert Jan Schop
 
Model workbreakdownstructure presentatie
Model workbreakdownstructure presentatieModel workbreakdownstructure presentatie
Model workbreakdownstructure presentatie
Gert Jan Schop
 

Viewers also liked (20)

Gapanalyse
GapanalyseGapanalyse
Gapanalyse
 
Spinnenwebmethode
SpinnenwebmethodeSpinnenwebmethode
Spinnenwebmethode
 
Identity and image
Identity and imageIdentity and image
Identity and image
 
Internal Branding En Nieuwe Media
Internal Branding En Nieuwe MediaInternal Branding En Nieuwe Media
Internal Branding En Nieuwe Media
 
Esh model presentatie
Esh model presentatieEsh model presentatie
Esh model presentatie
 
Vergelijk 7 s en esh presentatie
Vergelijk 7 s en esh presentatieVergelijk 7 s en esh presentatie
Vergelijk 7 s en esh presentatie
 
Greiner model presentatie
Greiner model presentatieGreiner model presentatie
Greiner model presentatie
 
Ashridge missiemodel
Ashridge missiemodelAshridge missiemodel
Ashridge missiemodel
 
Kenniskring samenvatting E3K groep 1
 Kenniskring samenvatting E3K groep 1 Kenniskring samenvatting E3K groep 1
Kenniskring samenvatting E3K groep 1
 
Afstudeerverslag Stijn Bekkers - Toekomst scenario's en Business Modellen
Afstudeerverslag Stijn Bekkers - Toekomst scenario's en Business ModellenAfstudeerverslag Stijn Bekkers - Toekomst scenario's en Business Modellen
Afstudeerverslag Stijn Bekkers - Toekomst scenario's en Business Modellen
 
Imago, identiteit en huisstijl
Imago, identiteit en huisstijlImago, identiteit en huisstijl
Imago, identiteit en huisstijl
 
Model workbreakdownstructure presentatie
Model workbreakdownstructure presentatieModel workbreakdownstructure presentatie
Model workbreakdownstructure presentatie
 
Interrelatiediagram
InterrelatiediagramInterrelatiediagram
Interrelatiediagram
 
Presentatie activiteit taak functie
Presentatie activiteit taak functiePresentatie activiteit taak functie
Presentatie activiteit taak functie
 
Model business maturity-model_presentatie
Model business maturity-model_presentatieModel business maturity-model_presentatie
Model business maturity-model_presentatie
 
Kleurenleer van de_caluwe_1.1
Kleurenleer van de_caluwe_1.1Kleurenleer van de_caluwe_1.1
Kleurenleer van de_caluwe_1.1
 
World Travel Market London: Creating Content Travellers Really Want
World Travel Market London: Creating Content Travellers Really WantWorld Travel Market London: Creating Content Travellers Really Want
World Travel Market London: Creating Content Travellers Really Want
 
Your Bullet-proof, All-in-One Searchlight Web Presence Management (WPM) Start...
Your Bullet-proof, All-in-One Searchlight Web Presence Management (WPM) Start...Your Bullet-proof, All-in-One Searchlight Web Presence Management (WPM) Start...
Your Bullet-proof, All-in-One Searchlight Web Presence Management (WPM) Start...
 
Housekeeping Products & Material and Cleaning Chemicals Price List
Housekeeping Products & Material and Cleaning Chemicals Price ListHousekeeping Products & Material and Cleaning Chemicals Price List
Housekeeping Products & Material and Cleaning Chemicals Price List
 
Sharepoint 2010 overview - what it is and what it can do
Sharepoint 2010 overview - what it is and what it can doSharepoint 2010 overview - what it is and what it can do
Sharepoint 2010 overview - what it is and what it can do
 

Similar to Samenvatting Mind the Gap

Z obinnen zobuiten
Z obinnen zobuitenZ obinnen zobuiten
Z obinnen zobuiten
Ron van Gils
 
120806 inleiding marketing en communicatie [compatibiliteitsmodus]
120806 inleiding marketing en communicatie [compatibiliteitsmodus]120806 inleiding marketing en communicatie [compatibiliteitsmodus]
120806 inleiding marketing en communicatie [compatibiliteitsmodus]
Hannie Derks
 
Het Nieuwe Corporate Merkdenken
Het Nieuwe Corporate MerkdenkenHet Nieuwe Corporate Merkdenken
Het Nieuwe Corporate Merkdenken
Tibor van Bekkum
 

Similar to Samenvatting Mind the Gap (20)

C31 college 2
C31 college 2C31 college 2
C31 college 2
 
Les 6 digitaal ecosysteem
Les 6 digitaal ecosysteemLes 6 digitaal ecosysteem
Les 6 digitaal ecosysteem
 
Z obinnen zobuiten
Z obinnen zobuitenZ obinnen zobuiten
Z obinnen zobuiten
 
Workshop Personal Branding Gitp
Workshop Personal Branding GitpWorkshop Personal Branding Gitp
Workshop Personal Branding Gitp
 
Business Spiritualiteit[1].1 Final
Business Spiritualiteit[1].1 FinalBusiness Spiritualiteit[1].1 Final
Business Spiritualiteit[1].1 Final
 
2markit
2markit2markit
2markit
 
Identity Workshop By David
Identity Workshop By DavidIdentity Workshop By David
Identity Workshop By David
 
Brainstorm positionering
Brainstorm positioneringBrainstorm positionering
Brainstorm positionering
 
Hoe activeer en betrek je meer mensen? Alexy Markides - Marketing Adviseur RVO
Hoe activeer en betrek je meer mensen? Alexy Markides - Marketing Adviseur RVOHoe activeer en betrek je meer mensen? Alexy Markides - Marketing Adviseur RVO
Hoe activeer en betrek je meer mensen? Alexy Markides - Marketing Adviseur RVO
 
Workshop marketing & social media juni bussloo
Workshop marketing & social media juni busslooWorkshop marketing & social media juni bussloo
Workshop marketing & social media juni bussloo
 
Social media school 2011 webversie
Social media school 2011 webversieSocial media school 2011 webversie
Social media school 2011 webversie
 
HollandTraining - social media training Treeport Zundert
HollandTraining - social media training Treeport ZundertHollandTraining - social media training Treeport Zundert
HollandTraining - social media training Treeport Zundert
 
Mobile en Social Media
Mobile en Social MediaMobile en Social Media
Mobile en Social Media
 
Je hebt een plan. En dan? Presentatie voor Social Media in 1 day op 11 april ...
Je hebt een plan. En dan? Presentatie voor Social Media in 1 day op 11 april ...Je hebt een plan. En dan? Presentatie voor Social Media in 1 day op 11 april ...
Je hebt een plan. En dan? Presentatie voor Social Media in 1 day op 11 april ...
 
ABC van marketing voor christelijke organisaties
ABC van marketing voor christelijke organisatiesABC van marketing voor christelijke organisaties
ABC van marketing voor christelijke organisaties
 
120806 inleiding marketing en communicatie [compatibiliteitsmodus]
120806 inleiding marketing en communicatie [compatibiliteitsmodus]120806 inleiding marketing en communicatie [compatibiliteitsmodus]
120806 inleiding marketing en communicatie [compatibiliteitsmodus]
 
Community Management, een kennismaking
Community Management, een kennismakingCommunity Management, een kennismaking
Community Management, een kennismaking
 
Het Nieuwe Corporate Merkdenken
Het Nieuwe Corporate MerkdenkenHet Nieuwe Corporate Merkdenken
Het Nieuwe Corporate Merkdenken
 
Whitepaper social marketing strategie
Whitepaper social marketing strategieWhitepaper social marketing strategie
Whitepaper social marketing strategie
 
Merk gedreven service innovatie
Merk gedreven service innovatieMerk gedreven service innovatie
Merk gedreven service innovatie
 

Samenvatting Mind the Gap

  • 1. Mind the Gap Stappenplan identiteit en imago Door: Jaap v.d. Grinten Minor: Marketingcommunicatie Leden van groep OCEE3J#3: Jay Aarts Jarno v.d. Berg Nicky v. Eck Jordy Jacobs Rob Lemke Coördinator: Pascal Roeyen
  • 2. Inhoud Inleiding ‘Mind the Gap’ ...................................................................................... 3 Hoofdstuk 1 - Corporate communication ............................................................ 4 1.1 Waarom corporate communication? 1.2 Identiteit, imago en corporate communication? 1.3 De gap-analyse Hoofdstuk 2 - Stap 1: De gewenste identiteit ...................................................... 6 2.1 Wat is het? 2.2 Hoe breng je het in kaart? Hoofdstuk 3 - Stap 2: De werkelijke identiteit...................................................... 6 3.1 Wat is het? 3.2 Hoe breng je het in kaart? Hoofdstuk 4 - Stap 3: De fysieke identiteit .......................................................... 7 4.1 Wat is het? 4.2 Hoe breng je het in kaart? Hoofdstuk 5 - Stap 4: Het imago .......................................................................... 7 5.1 Wat is het? 5.2 Hoe breng je het in kaart? Hoofdstuk 6 - Stap 5: De gap-analyse .................................................................. 8 6.1 Wat is het? 6.2 Hoe breng je het in kaart? Literatuur ........................................................................................................... 10
  • 3. Inleiding ‘Mind the Gap’ Grinten van der, J. (2010). Mind the Gap (2e druk) Den Haag: Boom Lemma uitgevers. “Met een Gap-analyse breng je de verschillen tussen de identiteit en het imago van een organisatie in kaart. Het helpt je bij het maken van de juiste keuzes ter versterking van het imago. Het stappenplan in dit boek stelt iedereen in staat snel en eenvoudig een Gap-analyse uit te voeren. Iedere stap wordt in een apart hoofdstuk uitgewerkt met behulp van voorbeelden en praktische tips. ‘Mind the Gap’ is geschreven voor communicatiemanagers en studenten communicatie.” 3.
  • 4. Hoofdstuk 1 - Corporate communication 1.1 Waarom corporate communication? Door diverse ontwikkelingen is corporate communicatie gestimuleerd, de ontwikkelingen die hiervoor hebben gezorgd zijn: • meer marktbewerking; • maatschappelijke verantwoording; • de dienstenmaatschappij; • strijd om toptalent • schaalvergroting; • vervaging intern/extern • informatiemaatschappij; 1.2 Identiteit, imago en corporate communication Tegenwoordig wordt het imago van een bedrijf heel erg belangrijk gevonden, over het algemeen wordt aangenomen dat imago het succes van een organisatie bepaalt. In ‘Mind the Gap’ licht Jaap van der Grinten 2 begrippen nader toe, te weten; imago en identiteit/organisatiereputatie. • Identiteit: “wat de organisatie in werkelijkheid voorstelt.” In feite hangt de basis van de identiteit van een organisatie samen met de doelstellingen van een organisatie, de missie en visie en het gewenste imago. • Imago/organisatiereputatie: “de voorstellingen die belangengroepen van een organisatie hebben. Hierbij is sprake van een momentopname.” Bij imago wordt onderscheid gemaakt tussen werkelijk en gewenst imago. Waarbij werkelijk imago het huidige beeld van een organisatie in de ogen van de publieksgroepen is. Het gewenste imago daarentegen is juist hoe een organisatie zichzelf wil profileren in de ogen van de publieksgroepen. • Corporate communication Volgens Jaap van der Grinten betekent corporate communicatie het volgende: “Corporate communication is het geïntegreerd managen van alle communicatie-uitingen van een organisatie, zowel intern als extern, gericht op het realiseren van een gewenst organisatie-imago vanuit de organisatiedoelen en de organisatie-identiteit.” 4.
  • 5. In deze definitie wordt dus gezegd dat organisaties gebruik maken van meerdere communicatie-uitingen en dat het vooral erg belangrijk is hoe je bepaalde communicatie-uitingen inzet en misschien nog wel belangrijker hoe je ze op elkaar afstemd. Jaap van der Grinten verdeelt de verschillende communicatie- uitingen onder in 3 communicatiedomeinen: • Concerncommunicatie (invoer): gericht op externe publieksgroepen (lange termijn). Hierbij wordt ten doel gesteld kennis, houding en gedrag te beïnvloeden m.b.t. de organisatie. • Interne communicatie (doorvoer): gericht op interne publieksgroepen. Hierbij wordt ten doel gesteld het verbeteren van de samenhang en begeleiding. • Marketing communicatie (uitvoer): gericht op de consument. Hierbij wordt ten doel gesteld kennis, houding en gedrag te beïnvloeden van de consument. Vos en Schoemaker (2007) geven aan dat het begrip geïntegreerde communicatie op drie niveaus geïnterpreteerd kan worden: • Microniveau: hierbij is het belangrijk om consistentie te krijgen in alle communicatieuitingen. • Mesoniveau: hierbij worden de verschillende domeinen (concern, intern en marketing) op elkaar afgestemd. • Microniveau: op dit niveau wordt het communicatiebeleid verbonden met het organisatiebeleid. 1.3 De gap-analyse Het begrip ‘gap’ betekend letterlijk ‘kloof’ of ‘gat’. Echter in een gap-analyse geeft het ook de afstand aan tussen de gewenste identiteit en de werkelijke identiteit. Een gap-analyse kan in een vijftal stappen worden uitgevoerd, deze stappen worden nader toegelicht in de volgende hoofdstukken: • Stap 1: de gewenste identiteit en het gewenste imago vaststellen; • Stap 2: de werkelijke identiteit bij werknemers vaststellen; • Stap 3: de fysieke identiteit van de organisatie in kaart brengen; • Stap 4: het imago vaststellen bij externe belangengroepen; • Stap 5: de gap-analyse, vaststellen van ‘gaps’ tussen de gewenste situatie en de werkelijke identiteit. Figuur zoals op pagina 39 in Mind the Gap: Stap 1: de gewenste identiteit (gewenst imago) Leiding → → → Stap 2: Stap 3: Stap 4: werkelijke identiteit Medewerkers → fysieke identiteit Contactpunten → imago Belangengroepen → → → Stap 5: gap-analyse Concluderen & aanpakken 5.
  • 6. Hoofdstuk 2 - Stap 1: De gewenste identiteit 2.1 Wat is het? Volgens Jaap van der Grinten is ‘gewenste identiteit’: “wat de organisatie wil uitstralen”. De gewenste identiteit wordt vaak bepaald op de volgende vier onderwerpen: • Visie • Kerncompetenties • Missie • Waarden Kerncompetenties: datgeen waar een organisatie goed in is. Het zijn eigenlijk de basisvoorwaarden voor succes en onderscheiden je van de concurrentie. Gemeenschappelijke vertrekpunten (GVP’s) en het gewenste imago GVP’s drukken de hoofdzaak van de gewenste identiteit uit in aantal woorden. In de praktijk worden dit vaak ‘kernwaarden’ of ‘merkwaarden’ genoemd. 2.2 Hoe breng je het in kaart? Om te beginnen is het belangrijk dat de corporate communication manager weet welke GVP’s er zijn. • Het interne doel is het herkennen van de GVP’s door je werknemers. • Het externe doel is het waarmaken van het gewenste imago. De externe belangengroepen moeten de organisatie dan associëren met de op hun gerichte GVP’s. Hoofdstuk 3 - Stap 2: De werkelijke identiteit 3.1 Wat is het? Volgens Jaap van der Grinten is ‘werkelijke identiteit’: “datgene wat werknemers als kenmerkend beschouwen voor de organisatie”. Hoe typeren de werknemers de organisatie, wat vinden zij de zwakke en sterke punten en welke karakteristieken zou de organisatie volgens hen moeten hebben? Voor een organisatie is het van essentieel belang dat de werknemers de gewenste identiteit kennen. Om bovenstaande te realiseren kunnen organisaties ervoor kiezen danwel functioneringsgesprekken te voeren met haar medewerkers, personeelstrainingen te verzorgen of aannamebeleid. Deze drie manieren vallen allen onder human resource management (HRM) en communicatie. Als voorbeeld om bovenstaande beter te kunnen uitleggen zou je een hotelketen kunnen nemen. Een hotelketen heeft onder haar medewerkers baliemedewerksters, serveersters etc. Voornamelijk medewerkers die veel contact hebben met externe belangengroepen zijn belangrijk bij de vorming van het imago. Het is belangrijk dat medewerkers de GVP’s van de organisatie goed kennen en zich hiermee kunnen identificeren. 3.2 Hoe breng je het in kaart? Er zijn verschillende manieren om de werkelijke identiteit boven water te halen en op papier te zetten. Middelen die hiervoor uiterst geschikt zijn, zijn spontane associaties met de organisatie, mate van identificatie met de organisatie en typering van de organisatie. Door middel van bijvoorbeeld een enquête te houden onder verschillende werknemers kan de werkelijke identiteit van een organisatie worden bovengehaald, echter is deze methode alleen geschikt wanneer het een grote organisatie betreft. Voor kleinere bedrijven zouden diepte-interviews of groepsdiscussies een beter middel zijn om de werkelijke identiteit op tafel te krijgen. De resultaten die deze onderzoeken opleveren zijn belangrijk in het bijstellen van de gewenste identiteit. 6.
  • 7. Hoofdstuk 4 - Stap 3: De fysieke identiteit 4.1 Wat is het? Eerder hebben we de gewenste en werkelijke identiteit van een organisatie besproken. Dit zijn echter geen tastbare identiteiten, uit de gewenste identiteit vloeien een aantal GVP’s voort en de werkelijke identiteit is zogezegd hetgene wat wernemers als kenmerkend opgeven voor de organisatie. Volgens Jaap van der Grinten is ‘fysieke identiteit’: “het actief uitvoeren van werkzaamheden en het zichtbare resultaat daarvan leidt tot het ontstaan van de fysieke identiteit”. Fysiek staat in het dagelijks leven voor alles wat je kunt zien, horen, voelen en ruiken. Fysieke identiteit is de werkelijke uitstraling van de organisatie bestaande uit: huisstijl en logo, gedrag, producten, communicatiemiddelen en de winkel waarin je eventueel je producten verkoopt als organisatie. Wanneer we weer terugvallen in de term belangengroepen zou het bij fysieke identiteit gaan om ‘externe’ belangengroepen, omdat het alle punten betreft waarop zij met de organisatie in contact kunnen komen. Alle manieren waarop externe belangengroepen in aanraking komen met een organisatie dragen bij aan het imago. De fysieke identiteit van een organisatie is in te delen in de volgende 5 categorieën: • Informatie -> alle communicatiemiddelen, bijvoorbeeld website, flyers en posters. • Omgeving -> voorbeelden: bedrijfskleding en kantoren. • Gedrag -> voorbeelden: hoe een werknemer de bedrijfskleding draagt of hoe een klacht afgehandeld wordt. • Producten/diensten -> alle handelswaar en verpakkingen • Symboliek -> logo en huisstijl Uiteraard is het voor een reclamebureau bijvoorbeeld belangrijk om een huisstijl en website te hebben en voor een tuincentrum is wellicht de bedrijfskleding weer belangrijker. 4.2 Hoe breng je het in kaart? Allereerst moet de organisatie alle fysieke contactpunten op een rijtje zetten, bijv. advertenties, webteksten en flyers voordat de fysieke identiteit in kaart kan worden gebracht. Mits de organisatie een fysieke winkel betreft zal de winkelomgeving ook vast moeten worden gelegd middels foto’s en beschrijvingen. Daarnaast zal er moeten worden gekeken hoe de medewerkers, klanten te woord staan. De volgende stap is dan om te gaan kijken welke uitstraling deze factoren moeten krijgen. Daarna moeten de GVP’s worden doorvertaald naar beoordelingscriteria, waarna de comunication manager kan gaan kijken naar de overeenkomsten tussen de gewenste en fysieke identiteit. Hoofdstuk 5 - Stap 4: Het imago 5.1 Wat is het? Volgens Jaap van der Grinten is ‘het imago’: “het organisatie-imago is het beeld dat belangengroepen op een bepaald moment van een organisatie hebben”. In de meeste gevallen is het contact dat een organisatie heeft gehad met belangengroepen van grote invloed op hoe het imago tot stand is gekomen. Dit kan bijvoorbeeld zijn door het kopen of nuttigen van producten en/of diensten van een organisatie. Dit kan ook zijn door alleen maar een winkelbezoek te doen of bijvoorbeeld vragen te stellen aan medewerkers binnen de organisatie. Er zijn echter ook vijf externe factoren die het imago beïnvloeden: • het imago van de branche • het land van herkomst van een product • de rol van actiegroepen • de rol van de media (dit kan zowel positief als negatief zijn) • en de mening en/of het advies van individuen 7.
  • 8. (Totstandkoming imago) - Figuur zoals op pagina 71 in Mind the Gap: Fysieke identiteit Product Informatie Symboliek Omgeving Gedrag → → → → → Imago Externe belangengroepen → → → → → Branche-imago Land van herkomst Actiegroepen Media Individuen Externe invloeden 5.2 Hoe breng je het in kaart? Voordat je als organisatie het imago kunt gaan meten, moet het eerst duidelijk zijn bij wie het imago gepeild moet worden. In ‘Mind the Gap’ worden een 7-tal externe belangengroepen genoemd waarbij het imago gemeten zou kunnen worden: • Leveranciers • Toekomstige medewerkers • Investeerders • Pressiegroepen • Klanten • Algemeen publiek • Overheid Vervolgens kan een imago-onderzoek gedaan worden door middel van korte, schriftelijke interviews. De belangrijkste drie vragen die je als organisatie zou moeten stellen tijdens een imago-onderzoek zijn: • een vraag naar de spontane naamsbekendheid, bijvoorbeeld: “Noem de eerste drie organisaties die in u opkomen binnen een branche X”. • een vraag over categorieën binnen de organisatie, bijvoorbeeld: “Noem de eerste drie woorden die in u opkomen als u aan (naam organisatie) denkt”. • een vraag over geholpen typeringen van de organisatie, bijvoorbeeld: “Omcirkel de vijf woorden die u het best bij (naam organisatie) vindt passen”. Hoofdstuk 6 - Stap 4: De gap-analyse 6.1 Wat is het? Volgens Jaap van der Grinten is ‘gap-analyse’: “een gap-analyse bekijkt het verschil tussen de gewenste situatie en de werkelijke situatie. Door middel van een gap-analyse kunnen het gewenste imago en de gewenste identiteit waargemaakt worden”. Jaap van der Grinten stelt dat een gap-analyse uit drie niveaus kan bestaan, te weten: • Gap 1: geeft de verschillen tussen de gekozen GVP’s en de werkelijke identiteit aan. • Gap 2: geeft de verschillen tussen de gekozen GVP’s en de fysieke identiteit aan. • Gap 3: geeft de verschillen tussen de gekozen GVP’s en het imago aan. 8.
  • 9. 6.2 Hoe breng je het in kaart? In het boek ‘Mind the Gap’ wordt een invulschema (dit schema is terug te vinden op pagina 82) gegeven voor het maken van een gap-analyse. Deze bestaat uit de volgende onderdelen: • Gewenste identiteit (visie, missie, kerncompetenties en waarden) • GVP’s van alle belangengroepen • GVP’s interne groepen • GVP’s externe groepen • Gap 1: gewenste versus werkelijke identiteit • Gap 2: gewenste versus fysieke identiteit • Gap 3: gewenste versus werkelijk imago • Conclusies en acties Op het moment dat het gehele schema is ingevuld en uitgewerkt op alle drie de niveaus van een gap-analyse, moet de oorzaak van iedere gap worden vastgesteld. De laatste stap ten slotte (conclusies en acties) van een gap-analyse zou tot de volgende acties kunnen leiden: • Het veranderen van de inzichten van de werknemers • Het veranderen van de contactpunten van de fysieke identiteit • Het veranderen van de wensen van de leiding/het beleid 9.
  • 10. Literatuurlijst • Grinten van der, J. (2010). Mind the Gap (2e druk) Den Haag: Boom Lemma uitgevers. 10.