14. Confijten met suiker
Product behandelen met suiker of koken in
suikerwater.
Doel:
• water onttrekken
• afsluitende suikerlaag beschermt tegen zuurstof
15. Pasteuriseren
Het product wordt gedurende een korte tijd verhit.
De hoogte van de temperatuur is afhankelijk van
het product.
Doel:
• m.o. doden door verhitten
Gepasteuriseerde producten worden ook wel
halfconserven genoemd. Je vindt ze in het
koelvak van een winkel.
16. Steriliseren
Het product wordt gedurende een korte tijd heel
hoog verhit. Tijd en temperatuur zijn afhankelijk
van het product.
Doel:
• alle m.o. doden door verhitten
Gesteriliseerde producten worden volconserven
genoemd.
17. Vacumeren
Het product wordt afgesloten van zuurstof.
Doel:
• beperking groei van m.o. door zuurstofarm milieu
18. Koelen - vriezen
Het product wordt bij een lage temperatuur
bewaard.
Doel:
• door de lage temperatuur worden de
levensfuncties van m.o. vertraagd of stopgezet
22. VLEESWAREN
Vleeswaren zijn producten van slachtdieren, wild en
gevogelte die een bewerking hebben ondergaan.
• Worstsoorten
• Fijne vleeswaren
• Diversen