4. God,
bron en monding van ons bestaan,
sommige plekken in ons leven
zijn dor als een woestijn.
Maar Gij laat ons niet los.
Ga met ons op weg
naar het land dat Gij hebt beloofd,
naar een nieuw bestaan,
naar een dag die nooit eindigt,
een Licht dat niet dooft.
5. Lofzang
Here Jezus, om uw woord
zijn wij hier bijeengekomen.
Laat in 't hart dat naar U hoort,
uw genade binnenstromen.
Heilig ons, dat wij u geven
hart en ziel en heel ons leven.
6. Ons gevoel en ons verstand
zijn, o Heer, zo zonder klaarheid,
als uw Geest de nacht niet bant,
ons niet stelt in 't licht der waarheid.
't Goede denken, doen en dichten
moet Gij zelf in ons verrichten.
7. Laat alle zeeën, alle landen
Hem prijzen met een blij geluid.
Rivieren klappen in de handen,
de bergen jubelen het uit.
Hij komt, Hij komt de aarde richten,
Hij komt, o volken weest verblijd,
Hij komt zijn koninkrijk hier stichten,
zijn heil en zijn gerechtigheid.
12. De wegen van de Heer
brengen genade en waarheid,
waar wij leven
in Zijn verbond.
13.
14. Ik geloof in God,
de almachtige Vader,
Schepper van hemel en aarde.
En in Jezus Christus,
zijn enige Zoon, onze Heer,
die ontvangen is
van de heilige Geest,
en geboren uit de Maagd Maria;
die geleden heeft
onder Pontius Pilatus, gekruisigd is,
gestorven en begraven;
15. die neergedaald is ter helle,
de derde dag verrezen uit de doden;
die opgevaren is ten hemel,
en zit aan de rechterhand
van God, zijn almachtige Vader.
Vandaar zal Hij komen oordelen
de levenden en de doden.
16. Ik geloof in de heilige Geest,
de heilige katholieke kerk,
de gemeenschap van de heiligen,
de vergiffenis van de zonden,
de verrijzenis van het lichaam,
het eeuwig leven.
Amen.
17.
18. Laten we opstaan
voor het grote dankgebed…
De Heer zal bij u zijn.
De Heer zal u bewaren.
Verheft uw hart.
We zijn met ons hart bij de Heer.
Brengen wij dank aan de Heer, onze God
Hij is onze dankbaarheid waardig.
19. Dankend noemen wij uw Naam,
Heer, onze God:
Liefde en Gerechtigheid,
Vergeving en Vertrouwen,
Moeder en Vader, Bron van Leven.
Gij die gezegd hebt:
Ik zal er zijn voor u,
Gij zijt de ziel van ons bestaan.
20. Uw liefde werd zichtbaar
in onze geschiedenis,
mens geworden in Jezus,
kind van Israël, de Christus.
Dankbaar stemmen wij
ons leven af op u,
wij loven en prijzen u
met deze woorden:
21. Heilig, heilig, heilig de Heer,
de God van alle leven,
die aarde vol van hemel maakt:
Hij is het hart van ons bestaan !
Heilig, heilig, heilig, de Heer !
Gezegend die komt in zijn Naam:
de Mens die recht en vrede doet.
Hosanna, Gods wil is wel gedaan.
22. Uw gaven, Vader,
zijn hier bijeengebracht,
brood en wijn,
ons werk en onze inzet,
tekens van bereidheid en verbondenheid.
23. Gaven om u te danken
voor alles wat zin en vreugde geeft
aan ons leven,
voor het licht dat steeds weer
door de wolken breekt,
voor iedere stap die mensen zetten
naar een nieuwe toekomst.
We danken u voor mensen
die samen op weg gaan,
voor steun en bemoediging,
voor vriendschap, kracht en troost.
24. Vooral danken we u voor
Jezus van Nazaret, zoon van mensen.
Zijn woorden van hoop
worden nog altijd gehoord,
zijn daden van goedheid
blijven aanstekelijk werken,
zijn aanklacht tegen kwaad en onrecht
roept ons wakker,
zijn keuze voor de kleinen
wordt ook onze keuze,
zijn trouw ten einde toe
wordt onze kracht.
25. Zend uw Geest
nu wij hier Jezus ter sprake brengen,
zijn zelfgave in het brood
en de beker van het avondmaal.
Die op de avond …
26. Verkondigen wij
het mysterie van ons geloof:
Als wij dan eten van dit brood
en drinken uit deze beker
verkondigen wij de dood des Heren,
totdat hij komt.
We gaan zitten…
27. In de Geest van Jezus
bidden wij u, Vader,
dat de stroming
die door zijn gebaar ontstaan is,
ook in ons mag verdergaan,
dat zijn verhaal
handen en voeten mag krijgen
in ons leven en werken van elke dag.
Laat uw Kerk een hoopvol teken worden
van uw bevrijdende toekomst.
28. Dat uw Rijk mag doorbreken
vragen wij voor hen
die ons zijn toevertrouwd,
voor mensen die ziek zijn
of in nood verkeren,
voor allen waarmee we
ver of nabij verbonden zijn,
voor heel die wereld
die Gij ons in handen
hebt gegeven.
29. Met Maria, de moeder van de Heer,
en met alle heiligen bidden wij
dat de overledenen
mogen leven in uw Licht,
al onze gestorven geliefden
en hen die wij met name noemen…
30. Verbonden met hen
zendt Gij ons de wereld in
met handen vol vrede,
met woorden van leven,
opdat wij mogen worden wie wij zijn:
brood van gerechtigheid,
wijn van vreugde,
lichaam van Christus.
31. Door Hem, en met Hem, en in Hem,
zal uw naam geprezen zijn,
Heer onze God, almachtige Vader,
in de eenheid van de heilige Geest,
hier en nu en tot in eeuwigheid.
Amen.