Inzicht in ambitie geeft richting aan de implementatie van de Omgevingswet. Dit ambitieraam helpt raadsleden om het gesprek over ambitie met elkaar aan te gaan. Vanuit dat gesprek kan richting bepaald worden. Daarbij gaat het niet om hoog of laag, goed of fout. Het gaat om het goede gesprek.
2. 22 maart 2018
Toelichting
Inzicht in ambitie geeft richting aan de implementatie van de Omgevingswet. Onderstaand ambitieraam
helpt raadsleden om het gesprek over ambitie met elkaar aan te gaan. Vanuit dat gesprek kan richting
bepaald worden. Daarbij gaat het niet om hoog of laag, goed of fout. Het gaat om het goede gesprek.
Vul het ambitieraam eerst voor jezelf in, bepaal je eigen positie
Leg de individuele resultaten bij elkaar en bespreek ze per issue (bijvoorbeeld met de leden van de
raadscommissie)
Is de spreiding klein: er is kennelijk sprake van een behoorlijke overeenstemming. Toets dat bij
elkaar. Waar en waarom vinden jullie elkaar?
Is de spreiding groot: er is kennelijk sprake van verschillende beelden. Toets dat bij elkaar. Waar
zitten de verschillen? Hoe kunnen die worden verklaard?
2
3. 22 maart 20183
Implementatie Omgevingswet: inzet
VolgerKoploper
De vraag over de ambitie van uw gemeente bij de uitvoering van de Omgevingswet start in feite al bij de
vraag naar de ambitie van de gemeente in het implementatietraject.
Kiest de gemeente voor een rol als ‘volger’ bijvoorbeeld door eerst maar eens af te wachten ‘hoe het loopt’
en hoe andere gemeenten het doen, en/of door de mogelijkheden die het overgangsrecht biedt
(bijvoorbeeld voor het opstellen van een omgevingsvisie of omgevingsplan) optimaal te benutten?
Of kiest de gemeente voor een meer actieve rol, bijvoorbeeld door de voorbereiding op de wet nu al
voortvarend op te pakken, en/of nu al aan de slag te gaan met omgevingsvisie en/of omgevingsplan, en/of
door nu al te ‘oefenen’ met participatie in de geest van de Omgevingswet?
4. 22 maart 20184
Bestaand beleid
gebundeld
Nieuw, integraal beleid
voor de fysieke leef-
omgeving, in de geest
van de Ow
Omgevingsvisie
De omgevingsvisie hoeft er niet per se op 1 januari 2021 te liggen, gesproken wordt van een
overgangstermijn van circa 5 jaar. Voor het omgevingsplan loopt die periode tot 2029. Daar ligt dus al een
eerst keuze; nu al aan de slag met omgevingsvisie en/of omgevingsplan, of later?
Daarnaast ligt er een keuze in de vorm van visie en plan. Het gaat dan om de reikwijdte (fysieke
leefomgeving), waarin bijvoorbeeld ook aspecten als veiligheid en gezondheid een plek krijgen. Maar ook
om de ‘toon en aard’ van visie en plan, bijvoorbeeld ‘uitnodigend, open en ruimte biedend’, of veel meer
kaderstellend (‘wat wel en wat niet?’).
Nieuw, gebieds-
dekkend plan voor de
fysieke leefomgeving
(verbrede reikwijdte), in
de geest van de Ow
Bestaande bestem-
mingsplannen en ver-
ordeningen gebundeld
Omgevingsplan
5. 22 maart 2018
5
GedetailleerdGlobaal
Omgevingsvisie
De omgevingsvisie is vormvrij. Het kan dus een vooral strategisch stuk zijn, waarin de hoofdlijnen van beleid uiteengezet
worden (‘het wat’), en waarbij bijvoorbeeld omgevingsprogramma’s worden gebruikt voor de nadere uitwerking (‘het hoe’).
Maar ook een verdergaande uitwerking van het beleid is een optie.
6. 22 maart 20186
Globaal Gedetailleerd
Omgevingsplan
Het omgevingsplan vertaalt de omgevingsvisie (en de omgevingsprogramma’s) in regels. Die kunnen gedetailleerd zijn,
vergelijkbaar met huidige middelvoorschriften in huidige bestemmingsplannen, bouwvergunningen en omgevings-
vergunningen. Maar er kan ook gekozen worden voor een meer globale uitwerking die ruimte biedt voor nadere invulling.
Denk bijvoorbeeld aan het werken met ‘open normen’, ondersteund door beleidsregels, in plaats van ‘gesloten normen’. Of
aan de keuze tussen veel of juist weinig gebruik maken van de mogelijkheid om gebruik te maken van omgevingswaarden of
lokale maatwerkregels.
7. 22 maart 20187
Minimaal
Pro-actief en
intensief
Participatie
Participatie is belangrijk in de Omgevingswet. Initiatiefnemers hebben de zorg voor het participatieproces
en moeten dat ook verantwoorden. Voor de gemeente heeft dit onder meer betrekking op de participatie
rondom de omgevingsvisie, het omgevingsplan en het omgevingsprogramma. Voor andere initiatiefnemers,
zoals bedrijven, is dit van belang bij het aanvragen van een omgevingsvergunning.
Participatie ‘moet’ dus, maar hier is nadrukkelijk een keuze te maken. Hoe pro-actief en intensief wil de
gemeente dit inzetten? Want daar zegt de wet zelf niets over. En is dit in het traject voor de omgevingsvisie
anders dan bijvoorbeeld in het traject van het omgevingsplan of omgevingsprogramma’s?
En, richting bedrijven: wanneer is de gemeente tevreden over het participatie-proces van een aanvrager?
En wil / kan de gemeente bedrijven ondersteunen bij het vormgeven van dat participatieproces. Voor veel
bedrijven (en andere initiatiefnemers) is dit immers niet ‘business as usual’.
8. 22 maart 20188
De specifieke situatie in
de gemeente X
(aspecten, gebieden)
vraagt nauwelijks om
maatwerk
De specifieke situatie in
de gemeente X
(aspecten, gebieden)
vraagt om maatwerk
(maatwerkregels,
omgevingswaarden,
vergunningplicht)
Omgevingsplan en VTH
De Omgevingswet biedt verschillende mogelijkheden om op lokaal niveau tot maatwerk te komen.
Bijvoorbeeld omdat specifieke aspecten of gebieden dat ‘waard’ zijn. Dat kan door in het omgevingsplan te
werken met maatwerkregels, maatwerkvoorschriften, of omgevingswaarden (die strenger of soepeler zijn
dan de landelijke ‘default’). Of door op lokaal niveau specifieke vergunningplichten in te stellen.
Het is misschien lastig om daar nu al concrete uitspraken over te doen. Maar het is in dit stadium misschien
wel mogelijk al eens stil te staan bij de vraag of uw gemeente dit soort specifieke aspecten of gebieden
binnen de grenzen heeft. En of het voor die gebieden wenselijk is tot lokaal maatwerk te komen.
9. 22 maart 20189
Vergunningverlening: één loket
Afstemmingsmodel,
living apart together
Optimaal
geïntegreerd,
zaakgericht werken
centraal
Vergunningverlening: minder vergunningen, meer algemene
regels
Meer controle achteraf
Meer ‘gesprek aan de
voorkant’
De één loket gedachte staat centraal in de Omgevingswet. Maar hoe organiseer je het
vergunningverleningsproces achter dat loket? Zowel intern, met de verschillende disciplines, als in
afstemming met je ketenpartners (waterschap, provincie, veiligheidsregio) en Omgevingsdienst. Kiest de
gemeente voor een minimaal afstemmingsmodel, of voor een optimaal geïntegreerd werkproces?
Het streven is te komen tot minder vergunningen en meer algemene regels. Wat betekent dat voor de
strategie voor toezicht en handhaving. Meer nadruk op het gesprek ‘aan de voorkant’ (informatie, preventie)
en ‘meer controle achteraf’?
10. 22 maart 201810
Digitalisering
Digitalisering lokaal,
stand alone
Digitalisering in
regionaal verband
De digitaliseringsopgave is groot in de Omgevingswet, zowel als het gaat om de digitale beschikbaarheid
van visie en beleid (met een klik op de kaart moet een inititiatiefnemer of burger kunnen zien wat wel en
niet mag), als om het digitale proces van vergunningverlening, toezicht en handhaving.
De uitwerking van deze opgave is zowel afhankelijk van de ‘digitale stand van zaken’ in de gemeente zelf,
de digitaliseerbaarheid van gemeentelijke regels, als van de landelijke ontwikkelingen, zoals het Digitaal
Stelsel Omgevingswet (DSO).
Belangrijke vragen zijn hoe pro-actief de gemeente de digitale opgave wil oppakken en de vraag of de
gemeente dat zelf wil doen, of vooral in regionaal verband?
11. 22 maart 201811
Volgend, on the jobPro-actief
HR: kennis- en competenties ‘in de geest van de Ow’
“De Omgevingswet is voor 20% een instrumentele opgave en voor 80% een culturele opgave”. Werken in
de geest van de Omgevingswet vraagt andere vaardigheden en competenties van medewerkers,
management en bestuur.
De opgave van de Omgevingswet - opgavegericht, klantgericht, gebiedsgericht, integraal en digitaal -
vraagt om ‘houding en gedrag’ die daarbij passen. Ambtelijk en bestuurlijk, management, beleid en
uitvoering. Dat gaat over de beweging van ‘nee, tenzij’ naar ‘ja, mits’, over vertrouwen en loslaten, over
‘echt’ integraal werken, over de beweging van handhaven naar ook meedenken, et cetera.
Hoe gaat de gemeente dit faciliteren; pro-actief, door daar op korte termijn in te investeren, of meer
volgend, waarbij on the job wordt geleerd?
12. 22 maart 2018
Tot slot
Ik heb goede ervaringen met de toepassing van dit Ambitieraam bij gemeenteraden,
colleges en managementteams. Interesse? Neem dan contact met me op.
Bert Groffen
bert.groffen@rhdhv.com
06-53649735
12