5. InHoudSoPGAVe
3
Inhoudsopgave
20 jaar ondernemer, Ceo André Knaepen blikt terug en vooruit
20 jaar klant, VCST getuigt over de hechte band met Cegeka
20 jaar medewerker, drie collega’s maakten de ganse historiek mee
20 jaar business partner, Ibm vertelt over het twintigjarig partnership
20 jaar jong, ICT-studenten laten in hun kaarten kijken
20 jaar buren, de Provincie Limburg zit mee in de Twee Torens
20 jaar datacenters, twee decennia green IT
Kerncijfers 2011
6
12
18
26
30
38
42
48
8. In november 2012 zal het twintig jaar geleden zijn dat onze eigen
‘captain of industry’ en CEO André Knaepen zijn spaarcenten
investeerde in de managementbuy-out van Cegeka. Sindsdien
groeide Cegeka uit tot een belangrijke speler in de Belgische
IT-sector, met een recente bekroning als Belgian IT Company of the
Year. De toekomst ziet er bijzonder rooskleurig uit, maar dat was
niet altijd het geval, weet André Knaepen.
In eerste instantie was de start al niet zo evident?
André Knaepen: “Zeker niet. De toenmalige aandeelhouders
van Cegeka hadden de bedoeling om alle activiteiten voor
derden - of niet-aandeelhouders - te beëindigen. Als commercieel
verantwoordelijke kreeg ik de opdracht om afscheid te nemen van
de betrokken medewerkers. Privé heb ik toen alles ingezet om die
dertig werknemers via een management buy-out aan boord te
houden. Ze hebben zich jarenlang de ziel uit het lijf gewerkt voor
Cegeka, hún bedrijf. Onze mensen vertrokken voor één of twee
weken naar internationale opdrachten van Parijs tot Polen, om
enkel in het weekend even thuis te zijn. Elke maand moest het
geld er zijn, maar ik had vertrouwen in mijn mensen. Ja, ik ben er
nog steeds trots op, dat ik die mensen in 1992 niet in de steek heb
gelaten.”
Welke andere mijlpalen hebben de geschiedenis van
Cegeka gekenmerkt?
André Knaepen: “Begin 2000 hebben we de minder rendabele
activiteiten afgestoten en werden we de volledige eigenaar
van het datacenter. Dat werd het strategische hart van de
dienstverlening, een ommekeer. Onze eigen datacenters zijn een
troef, wij houden de controle over het totale proces en dat willen
we zeker behouden. Vorig jaar investeerden we nog sterk in een
volledige vernieuwing van ons datacenter in Hasselt. In onze lange
overnamehistoriek springt vooral 2006 met de overname van
Ardatis eruit. Die vervolledigde de dienstverlening, bracht Cegeka
in bijkomende sectoren en verdubbelde de omzet. Twee jaar later
zetten we met de overname van DataBalk onze eerste stappen over
de grens. De Nederlandse expansie was en is belangrijk voor onze
Beneluxplannen.”
Met welk doel gaat Cegeka de toekomst tegemoet?
André Knaepen: “Een van onze directeurs zei onlangs in een
interview dat ‘we niet per se de grootste hoeven te worden, maar
in ons segment van de markt wel een toonaangevende partij willen
zijn’. Dat verwoordt het helemaal. In het verleden kleefde men wel
eens een cijfer op de doelstelling, maar het bedrijfsleven is volatieler
geworden. Ach, laat ons maar rustig doorgroeien. Dit jaar zullen we
al uitkomen boven de 220 miljoen euro. De lokale eigenheid blijft
voor ons belangrijk, vandaar onze tagline ‘van dichtbij meemaken’.
We focussen op de Benelux, met uitbreiding in centraal europa
als eerstvolgende doel. We willen met onze bestaande portfolio
immers ook geografisch uitbreiden. Daarnaast gaan we extra
investeren in de verdere internationale commercialisering van een
aantal producten.”
Daarom wordt er in 2012 vooral gewerkt aan de
rendabiliteit?
André Knaepen: “Inderdaad. De aandacht gaat dit jaar naar
marges. Het klopt dat we een groeibedrijf zijn, maar je moet in
“Vertrouwen in de medewerkers, vertrouwen in Cegeka”
- een interview met André Knaepen, CEO Cegeka
20JAARondernemer
6
10. 20JAARondeRnemeR
staat zijn om die groei te financieren. Geld dat je niet hebt, kan je
niet investeren. Onze EBIT moet dus omhoog. Daarom staat 2012 in
het teken van ‘één Cegeka’, waarin we onze structuren en diensten
nog beter op elkaar afstemmen. Dat is overigens niet nieuw. Sinds
het prille begin stellen we continu werking en structuur in vraag
om er samen beter van te worden.”
In de directie zetelen een aantal leden die de volledige
twintig jaar meemaakten. Hoe zorgt Cegeka voor de
broodnodige innovatie in het bedrijf?
André Knaepen: “Begin 2011 had ik een verjonging voorgesteld.
Die hebben we doorgevoerd en we voelen er meteen de impact
van. Er kwam een nieuwe ‘drive’ en een andere manier om tegen
de zaken aan te kijken. Let wel, het jongere management moet
de eigenheid van het bedrijf respecteren. Ik verwacht dat ze
hun laarzen aantrekken en mee in de modder staan wanneer
nodig. Opnieuw geldt: ‘van dichtbij meemaken’. Meer diversiteit is
verrijkend, maar het is daarom niet gemakkelijk om alle neuzen
toch in dezelfde richting te laten wijzen. Hoewel elk zijn visie heeft,
blijkt die diversiteit toch een kracht voor ons bedrijf. Als bewijs: de
omzet ging er in 2011 met 27% op vooruit.”
Over André Knaepen
André Knaepen (°1950), hoofdaandeelhouder en gedelegeerd
bestuurder van Cegeka, is een ondernemer in hart en nieren en
één van de boegbeelden van de Belgische informaticabranche.
Hij is afkomstig uit Tongeren en was leerling piloot/officier
voor hij aan de slag ging als analist-programmeur bij Philips
Eindhoven. Later wordt André IT-manager bij VCST (Volvo Cars
Sint-Truiden). Op zijn 42e doet hij een management buy-out
van de softwareontwikkelingsafdeling van Cegeka en wordt
hoofdaandeelhouder. Als CEO zet hij niet alleen Cegeka op de
kaart in het informaticalandschap maar tekent, ook vandaag
nog, de strategische lijnen uit. Het informaticabedrijf met een
30-tal medewerkers bouwt hij in 20 jaar uit tot één van de
grootste onafhankelijke IT-dienstengroepen in de Benelux, met
1600 mensen.
André Knaepen is vader van drie kinderen en deelt samen met
zijn vrouw zijn liefde voor lekker eten, reizen en skiën. Enkel
het Genkse voetbal komt in de buurt van zijn passie voor het
ondernemen.
Over de jaren heen valt Cegeka meermaals in de prijzen, maar
de Ambiorix-prijs van het VKW Limburg die André in 2010
ontvangt vervult hem nog steeds met een gevoel van trots. Een
onafhankelijke jury die in zijn eigen regio, zijn ondernemerschap
prijst, dat doet enorm veel plezier.
8
11. 20JAARondeRnemeR
9
naast de verhoogde aandacht voor marge mikt Cegeka ook
dit jaar op‘double digit’groei?
André Knaepen: “We gaan steeds tot het uiterste om beter
te doen. Met de vernieuwde datacenters hebben we de meest
moderne technische faciliteiten om IT-projecten in de Benelux
binnen te halen. En ondanks de zware handicap van een nieuwe,
automatische indexaanpassing moet de rendabiliteit in dit
jubileumjaar opnieuw stijgen. Dit is een must, willen we verder
kunnen groeien. Op middellange termijn streeft de groep naar een
operationele marge van 10%. Daartoe zullen we onze nearshore
activiteiten vanuit Roemenië uitbreiden. De loonkost daar zal
uiteraard evolueren, maar een nivellering met de Belgische situatie
moeten we niet verwachten. Men mag niet vergeten dat de
loonkost voor informatici in Frankrijk, Duitsland en in mindere mate
Nederland nu ook al beduidend onder de Belgische liggen.”
Cegeka viel dit én vorig jaar meermaals in de prijzen. Wat
doet dat met een ondernemer?
André Knaepen: “Ik loop niet zo graag te koop met de prijzen
die Cegeka toegekend krijgt. Ik blijf liever meer bescheiden, dat
past ook bij de stijl van het huis. Prijzen voor mezelf beschouw
ik overigens meer als een erkenning voor Cegeka. In al die jaren
vervult voornamelijk de Ambiorixprijs me met een gevoel van trots.
Een onafhankelijke jury die je in je eigen regio erkenning geeft, dat
doet bijzonder veel plezier.”
“André Knaepen is de bezieler van Cegeka, maar het bedrijf
is geen onemanshow“, zei je zelf eens. Wie mag er nog in de
belangstelling?
André Knaepen: “Het spreekt vanzelf dat ik veel over heb voor die
eerste dertig medewerkers. Maar in feite zijn het ál onze mensen
die Cegeka in 20 jaar tijd groot hebben gemaakt. Zij zijn het die het
elke dag opnieuw moeten waarmaken. Het succes van Cegeka staat
of valt immers met hen en met onze klanten. Ook de steun vanuit
de LRM, en niet louter financieel, heeft ons meermaals geholpen.
De maatschappij levert sterk werk voor de regio en onze thuismarkt
die voor ons belangrijk blijft.”
Laatste vraag: hoe ziet je eigen toekomst eruit?
André Knaepen: Cegeka is een belangrijk deel van mijn leven.
Strategisch blijf ik me engageren, operationeel doe ik het veel
rustiger. Klanten met een probleem kunnen mij altijd bellen en voor
elke medewerker staat mijn deur steeds open.”
“We gaan steeds tot het
uiterste om beter te doen.”
14. VCST en Cegeka hebben samen een lange geschiedenis. VCST was
ooit aandeelhouder van Cegeka maar is nu al 20 jaar trouwe klant.
We spraken over die bijzondere relatie met CEO Carlo Soors en ICT
Manager Ludo Graulus.
Hoe is die link tussen Cegeka en VCST ontstaan?
Carlo Soors: “Cegeka werd opgericht in 1988. Men begon toen
meteen met de bouw van een gloednieuw datacenter. In 1991
werdVCST een nieuwe aandeelhouder van Cegeka. André Knaepen
werkte toen voor VCST en kwam zo aan boord van de Cegeka-
directie. Samen met hem gingen bijna alle 20 medewerkers van
VCST’s ‘electronic-data-processing’-afdeling – de toenmalige
benaming voor de IT-afdeling – over naar Cegeka. Alleen het lokale
netwerk en het pc-beheer bleven in huis bij VCST. In 1992 kocht
het management van Cegeka – onder leiding van André Knaepen
- de aandeelhouders uit en bouwde de commerciële tak Cegeka
Data Center uit tot een renderende ICT-dienstverlener. VCST en de
Kempense Steenkoolmijnen waren de eerste klanten van Cegeka.”
Hoe is de relatie tussen VCST en Cegeka na de beginjaren
geëvolueerd?
Ludo Graulus: “Gezien onze gezamenlijke historiek, was er in het
begin geen sprake van een zuivere klant-leverancierverhouding.
Onze organisaties waren toen nog erg verstrengeld. Soms
bemoeilijkte dat gebrek aan afstand en formaliteit onze
samenwerking. Die nadelen zijn nu verdwenen, ook al blijft er
duidelijk een band bestaan.”
De ondernemingszin van André Knaepen was cruciaal voor
Cegeka. Had zijn aanpak ook invloed op VCST?
Carlo Soors: “André Knaepen was eerst de IT-directeur bij VCST
en vervolgens bij Cegeka, maar hij zag het al gauw veel ruimer.
Dankzij hem evolueerde Cegeka tot een grote dienstverlener
zodat VCST zijn ICT aan hen kon uitbesteden. André Knaepen
besefte dat die aanpak een schaalvoordeel zou opleveren voor
de klanten, waaronder wijzelf. Door gebruik te maken van de
infrastructuur bij een externe partner, moeten we daar zelf niet in
investeren. Ook de – moeilijk te vinden – IT-specialisten hoeven
we zelf niet aan te werven. Voor Cegeka als grote IT-organisatie
zijn die personeelskosten gemakkelijker te dragen en is het ook
eenvoudiger om de juiste medewerkers aan te trekken en te
behouden.”
Welke rol speelt Cegeka vandaag voor VCST?
Ludo Graulus: “Onze relatie als klant van Cegeka omvat twee
verschillende aspecten. Ten eerste maken we gebruik van een
mainframe dat door Cegeka wordt gehost en onderhouden in hun
datacenter. Op dat mainframe draait ons ERP-systeem. Ten tweede
zijn er in onze gebouwen naast onze vier eigen informatici zes IT-
VCST is klant sinds dag 1
- interview met Carlo Soors, CEO en Ludo Graulus, ICT-Manager van VCST
20JAARKLANT
Carlo Soors
12
15. 20JAARKLAnT
13
“Alles wat niet essentieel is voor onze
organisatie besteden we liever uit.
Daarom hebben we een betrouwbare
partner nodig.”
16. 20JAARKLANT
specialisten van Cegeka bijna permanent aanwezig. Zij staan in
voor het onderhoud en de aanpassingen van ons ERP-systeem.
Dat zijn nog grotendeels dezelfde mensen die vroeger van onze
interne IT-afdeling zijn overgegaan naar Cegeka. Je kan dus wel
stellen dat ze onze organisatie door en door kennen, wat natuurlijk
een groot voordeel is. Elke maand komen we samen met Cegeka
om de voorbije maand en de planning voor de volgende weken
te bespreken. Dat doen we in het kantoor van Cegeka. In het
datacenter zelf komen we eigenlijk nooit.”
Jullie IT-basis is dus volledig uitbesteed aan Cegeka. Welke
voordelen levert dat nog op voor VCST?
Ludo Graulus: “Cegeka neemt ons het technische aspect van de
mainframe helemaal uit handen. Daardoor kunnen we rekenen
op een perfecte beschikbaarheid en kunnen we ons toeleggen
op onze kernactiviteiten. Ook wat ons ERP-systeem betreft, biedt
het werken met ingehuurde specialisten een grote flexibiliteit.
Als bijvoorbeeld iemand ziek is of vervangen moet worden dan
lost Cegeka dat voor ons op, zodat we toch altijd de afgesproken
dienstverlening krijgen. Ook bij piekmomenten is die flexibiliteit
een voordeel. Zo konden we extra hulp krijgen bij de jaarovergang
in 2000 of bij de overschakeling naar de euro. Over die flexibiliteit
en beschikbaarheid hebben we natuurlijk duidelijke service level
agreements vastgelegd. Zonder de applicaties die bij Cegeka
draaien, kunnen we wel produceren maar valt de logistiek stil.
Als we geen producten kunnen verzenden of wanneer logistieke
documenten niet beschikbaar zijn, zou dat al snel problemen
geven. Vandaar dat we een betrouwbare partner nodig hebben.
Ons klantenbestand bevat een 20-tal grote ondernemingen en zij
eisen die optimale beschikbaarheid ook.”
Zijn er ook aspecten van de IT die jullie niet uitbesteden?
Carlo Soors: “Al onze medewerkers – 600 in België en 1055
wereldwijd – werken met het ERP-systeem dat bij Cegeka draait.
Het omvat al onze kritieke applicaties behalve de aansturing van de
productie. Alles wat we niet beschouwen als essentieel voor onze
organisatie besteden we namelijk liever uit. We investeren liever in
onze producten.”
Zijn jullie dan klaar voor de volgende 20 jaar van
samenwerking…?
Carlo Soors: “We evalueren regelmatig onze strategie maar
voorlopig zien we geen reden om de samenwerking met Cegeka
stop te zetten. Ze zitten dichtbij, ze vragen een correcte prijs en we
zijn tevreden van hun dienstverlening.”
Ludo Graulus
14
17. 20JAARKLAnT
15
Over VCST
VCST (vroeger Volvo Cars Sint-Truiden) is een toeleverancier aan
de automobielindustrie. De onderneming is gespecialiseerd in
het ontwerp en de productie van tandwielen voor motoren en
transmissies, transmissieassen en componenten voor remsystemen,
zowel voor personen- als vrachtwagens en constructievoertuigen.
VCST werd opgericht in 1972 en is actief in Europa, Noord-Amerika
en China. De hoofdzetel is gevestigd in Sint-Truiden (België) en de
groep telt wereldwijd ongeveer 1055 werknemers. Klanten zijn
onder meer Continental, Volkswagen, Ford, Paccar, GM en ZF.
www.vcst.be
20. 20JAARmedewerker
Cegeka heeft een bewogen historiek die begon bij de Kempense
Steenkoolmijnen (KS). We spraken met een aantal medewerkers
die de bedrijfsgeschiedenis op de eerste rij meemaakten en zich
aanpasten aan de veranderende werkomgeving.
Ronny schoofs
Hoe ver gaat jouw geschiedenis bij Cegeka terug?
Ronny Schoofs: “In 1988 werd Cegeka opgericht, met als
aandeelhouders het Amerikaanse automatiseringsbedrijf CSC,
durfkapitalist GIMV en de Kempense Steenkoolmijnen – vandaar
de naam ‘Cegeka’. In 1992 kocht het management, onder leiding
van André Knaepen, de aandeelhouders uit. Hij heeft Cegeka
uitgebouwd tot een goed renderende ICT-dienstverlener. Die
hele evolutie heb ik zelf meegemaakt want ik heb vier jaar bij de
Kempense Steenkoolmijnen gewerkt, tot 31 december 1987. Het
was mijn eerste job.”
Vergde de omschakeling van KS naar Cegeka een grote
aanpassing?
Ronny Schoofs: “Dat viel wel mee. Het is wel zo dat niet iedereen
van de Kempense Steenkoolmijnen wou meegaan in het
uitbouwen van een groot, commercieel IT-bedrijf. Op de IT-dienst
van de KS waren we met een 40-tal medewerkers. Het grootste
deel van hen, waaronder ikzelf, is op 1 januari 1988 overgegaan
naar Cegeka. Het eerste jaar werkten we nog binnen de gebouwen
van KS in Zolder, maar in mei 1989 zijn we verhuisd naar een nieuw
gebouw in Hasselt.”
Jouw job is wellicht ook sterk geëvolueerd in de loop der
jaren?
Ronny Schoofs: “Ja, want bij KS stond ik in voor de loonverwerking
van de mijnwerkers. Bij Cegeka werd ik na verloop van tijd operator
in het datacenter. Vanaf 1994 heb ik 14 jaar als gedetacheerde bij
IBM aan grote operationele projecten meegewerkt. Dat was eerst
in Diegem, dan in Nossegem en ten slotte in Evere. IBM is in die tijd
enorm gegroeid en veranderd. Ik heb er geholpen bij het opstarten
van allerlei projecten voor hun IT-infrastructuur en ik heb ook
opleidingen gegeven.Tijdens mijn jaren bij IBM - van 1994 tot 2008
- is ook Cegeka snel gegroeid, vooral door een aantal overnames.”
Nu werk je weer in het datacenter als operator, net als in je
beginjaren.
Ronny Schoofs: “Inderdaad, maar de hele IT-wereld is intussen
zo geëvolueerd dat je niet meer kan vergelijken met vroeger. Toen
werkten we nog met ponskaarten maar nu is alles elektronisch.
De hele bedrijfswereld is ook grondig veranderd. Vroeger waren
ondernemingen gemiddeld kleiner en had elk bedrijf zijn eigen IT-
dienst. Nu kopen bedrijven elkaar op en wordt alles grootschaliger.”
Medewerkers van het eerste uur
- interview met Ronny Schoofs, Rigo Breesch & Louis Coels
Ronny Schoofs
18
Ronny Schoofs was ooit IT-
medewerker bij de Kempense
Steenkoolmijnen. Nu is hij data
services operator bij Cegeka.
22. 20JAARmedewerker
Vind je dat die grootschaligheid ook nadelen heeft?
RonnySchoofs:“Nietecht.Hetdatacenterisnueenwerkomgeving
op zich – we komen amper in contact met de collega’s buiten het
datacenter. Dat was nog niet zo toen Cegeka kleiner was. Ook de
afstand met de directie is logischerwijze groter, ook al weet André
nog heel goed wie ik ben. We zijn nu een grote onderneming maar
toch heerst er nog altijd een warm, familiaal gevoel. Ik hoor vaak
van nieuwe medewerkers dat die goede sfeer voor hen de doorslag
heeft gegeven bij hun sollicitatie. Hier ben je geen nummer en dat
trekt mensen aan. De medewerkers zijn doorgaans ook heel trouw
aan het bedrijf. Bij de operators zitten nog altijd 15 mensen die
indertijd van de Kempense Steenkoolmijnen kwamen – dat zegt
wel iets.”
Je bent dus nog altijd een tevreden werknemer?
Ronny Schoofs: “Zeker. Ik voel dat ik gewaardeerd word door de
ondernemingendoordeklantenendatgeefteengrotevoldoening.
Ik ga nu niet meer op verplaatsing bij klanten maar mijn job blijft
toch evolueren doordat er nieuwe klanten bijkomen en omdat we
bij Cegeka altijd de kans krijgen om opleidingen te volgen.”
RIGO BREESCH
Hoe heb jij de oprichting van Cegeka beleefd?
Rigo Breesch: “Ik was oorspronkelijk IT-manager bij de Kempense
Steenkoolmijnen en zo kwam ik bij Cegeka terecht vanaf de
eerste dag. In 1987 heb ik meegeholpen bij het opstellen van
het businessplan, samen met de partners van CSC en de GIMV.
We hebben aan dat businessplan negen à tien maanden hard
gewerkt. De werknaam was CGK, naar de beginletters van de
aandeelhouders. Toen we de definitieve naam moesten bedenken
hebben we gewoon klinkers tussen die initialen gezet, en Cegeka
was geboren.”
Cegeka is intussen grondig veranderd. Hoe was die evolutie
voor jou?
Rigo Breesch: “Cegeka heeft inderdaad al een grote evolutie
doorgemaakt. Als medewerker van een commerciële onderneming
moet je mee bewegen op de golven van de aandeelhouders. Ikzelf
was verantwoordelijk voor het datacenter. We hadden klanten
die ook aandeelhouders waren en dat was niet altijd gemakkelijk.
We moesten er zelf voor zorgen dat onze activiteiten rendabel
waren. De hele IT-markt is onwaarschijnlijk snel veranderd sinds
de oprichting van Cegeka, maar die evolutie had voor ons werk
alleen maar voordelen. Vroeger moesten de operators van het
datacenter hier bijvoorbeeld altijd fysiek aanwezig zijn. Later kregen
ze een IBM PS/2 draagbare computer – niet te vergelijken met de
huidige vederlichte toestellen – zodat de operators ook van thuis
uit, via een modem bepaalde beheertaken op het mainframe
konden uitvoeren. Als er problemen waren, gebruikten we een
beepersysteem want gsm’s hadden we nog niet.”
De omvang van Cegeka is plots geëxplodeerd bij de
overname van Ardatis in 2006. Wat vond jij daarvan?
Rigo Breesch: “André Knaepen is altijd al heel ambitieus geweest
met Cegeka. Hij mikte van bij het begin op winstgevendheid en
groei – zowel organische groei als groei via overnames. Door de
overname van Ardatis verdubbelden we plots in omvang en kregen
we er een vestiging met een datacenter bij. Tot dan toe kenden de
collega’s elkaar, maar dat was niet meer mogelijk toen we van 250
naar 500 medewerkers gingen. De groei is daarna trouwens verder
gegaan.Toch is de sfeer altijd hartelijk gebleven. De mensen kennen
elkaar nu goed per businessunit en er worden evenementen
georganiseerd per team. De collega’s van andere vestigingen leren
we kennen wanneer we samenwerken aan projecten.”
Jij zou met pensioen kunnen gaan maar dat ben je blijkbaar
nog niet van plan?
RigoBreesch:“Neen,ikbenblijdatiknogmágwerken,ookalbenik
de 65 gepasseerd. Ik ben nu salesmanager voor mainframeklanten.
Als medewerker van het eerste uur voel ik mij nog altijd sterk
betrokken bij de onderneming. Ik heb de evolutie van Cegeka
meegemaakt en ik blijf ook nog altijd zelf evolueren. Het gaat erom
dat je je continu blijft vernieuwen en blijft vooruitgaan. Dat geldt
voor de onderneming maar het is ook belangrijk voor alle mensen
die hier werken. Ik wil dus zelf helemaal niet “vastroesten”. Ook in
mijn vrije tijd volg ik de evolutie op het vlak van technologie op de
voet, en ik ben actief op Facebook en Twitter.”
20
“Ik heb de evolutie van
Cegeka meegemaakt en
ik blijf ook nog altijd zelf
evolueren.”
23. 20JAARmedewerker
21
Onze medewerkers van
het eerst uur verdienen
een pluim.
André Quanten
André Vanherck
Dominic Lemmens
François Soors
Frans Croonenborghs
Georges Aerts
Guido Droogmans
Hendrik Danko
Hubert Rutten
Ides Luts
Ivan Ulens
Jaak Haex
Jean-Pierre Comhair
Jean-Pierre Prosman
Johan Vanhove
Johny Buvens
Jos Sourbron
Kaziu Danko
Leon Conings
Louis Coels
Luc Dreesen
Ludo Bellinkx
Ludo Kelleneers
Ludo Saenen
Marcel Millen
Maria Daniëls
Marleen Bekkers
Maurice Knuts
René Bollen
Rigo Breesch
Roger Smolders
Roland Reekmans
Ronny Schoofs
Stephan Beerten
Rigo Breesch was van bij de oprichting
betrokken bij Cegeka. Hij heeft de
pensioenleeftijd al bereikt, maar heeft
nog lang geen zin om te stoppen met
werken.
Rigo Breesch
25. LOUIS COELS
Hoe verliep voor jou de overgang van KS naar Cegeka?
Louis Coels: “Ik werkte bij de Kempense Steenkoolmijnen op de
IT-afdeling – toen noemde men dat “de mechanografische dienst”.
Die telde ongeveer 40 medewerkers en was daarmee een van de
grootste IT-organisaties in die tijd.Toen de mijnen werden gesloten,
ging ik over naar Cegeka. Mijn functie was analist-programmeur en
de laatste vijf jaar was ik als servicemanager verantwoordelijk voor
de datacenterdiensten aan sommige klanten van IBM.”
Als medewerker van een onafhankelijke dienstverlener zag
jouw job er wellicht helemaal anders uit dan bij de interne
IT-afdeling van de Kempense Steenkoolmijnen?
Louis Coels: “Dat is waar. Bij KS zat ik 18 jaar vlakbij huis en ging ik
met de fiets naar het werk. Bij Cegeka ging dat niet meer, want ik
moest voortdurend op verplaatsing gaan werken bij klanten. Dat
was wel wennen want we stonden zowat elke dag in de file. Van
firmawagens voor iedereen was er nog geen sprake, dus reden we
vaak met collega’s mee.”
Was het een boeiende tijd?
Louis Coels: “De files waren natuurlijk een minpunt – en ik zag
ze ook elk jaar langer worden - maar los daarvan was het een
fantastische ervaring. Bij KS waren al mijn collega’s ongeveer even
oud, we kenden elkaar goed en we kwamen ook in onze vrije tijd
bij elkaar over de vloer. Dat was heel aangenaam, maar bij Cegeka
kwamen we plots in een zeer gevarieerde en internationale
omgeving terecht en op die manier heb ik heel wat beleefd en
bijgeleerd. Eerst moest ik naar het Gemeentekrediet in Brussel,
waar ik in een Franstalige omgeving terechtkwam. Als men dan
in vergaderingen met afkortingen goochelde was het wel even
zweten. Ik heb daarna een hele tijd bijVCST gewerkt aan een Cobol-
project en later heb ik drie jaar op de Boelwerf in Temse gewerkt.
“Boel” was toen een eerste keer failliet verklaard en werd tijdelijk
rechtgehouden door de overheid omdat er nog zeven schepen op
stapel stonden. Ik kwam er in de gang toppolitici tegen en maakte
de verhalen uit de krant zelf mee.”
Hoe was het voor jou om bij klanten telkens in een andere
werkomgeving terecht te komen?
Louis Coels: “Het was altijd interessant maar natuurlijk niet
altijd even gemakkelijk. Als medewerker van KS zaten we in een
beschermde omgeving. De directie had zelfs liever dat we geen
cursussen volgden omdat ze vreesden dat ze ons dan opslag
zouden moeten geven. Dat staat lijnrecht tegenover de visie van
Cegeka. Bij onze klant Argenta kwam ik terecht in wat volgens André
Knaepen een heel groot project kon worden. Als ‘gemoedelijke
Limburger’ was het toch wennen aan de Antwerpse mentaliteit.
Die beginperiode was ook heel stresserend, waardoor ik soms
nachtenlang lag te piekeren. Mijn laatste externe werkgever was
Centea, waar we de overgang van het Centea-platform naar het
KBC-platform moesten verwezenlijken.”
Hoe kijk je nu terug op je jaren bij Cegeka?
Louis Coels: “Ik heb hier altijd graag gewerkt. André Knaepen is
een fantastische baas. Hij slaagde er ook in om ons te motiveren
zodat zijn medewerkers voor hem door het vuur gaan. Sinds 2008
ben ik met pensioen, maar ik heb nog steeds contact met mijn
vroegere collega’s. Daardoor mis ik de werksfeer niet en kan ik nu
volop genieten van de rust.”
Ook Louis Coels kwam van de
Kempense Steenkoolmijnen
aan boord bij Cegeka.
Intussen geniet hij met volle
teugen van zijn pensioen.
20JAARmedewerker
23
Louis Coels
28. 20JAARPARTNER
Informaticagigant IBM was er al bij sinds de oprichting van Cegeka.
Twintig jaar geleden koos Cegeka voor IBM-mainframes en nog
altijd heeft het producten van IBM in huis, bijvoorbeeld in het
vernieuwde datacenter. In die twintig jaar is de relatie geëvolueerd
van leverancier-klant tot een complexere, maar daarom niet
minder boeiende verhouding. Intussen installeert Cegeka immers
ook IBM-technologie bij zijn klanten en is het uitgegroeid tot een
belangrijke businesspartner voor IBM. Recent kreeg het hiervoor
nog een belangrijke erkenning (zie kaderstuk). Wij hadden een
gesprek over dit partnership met Jacques Platieau, Country General
Manager van IBM.
Hoe zou u de relatie tussen Cegeka en IBM omschrijven?
Jacques Platieau: “Uitstekend. Ik ontmoet geregeld het
managementvanCegekaendecontactenverlopenamicaal.Cegeka
is een goed voorbeeld van het nieuwe type businesspartner met
wiewegraagzakendoen,vandaagenmorgen.Deinformaticasector
is een zeer competitieve omgeving, dus moeten we onze klanten
meerwaarde bieden. Precies hier zijn partners zoals Cegeka van
ontzettend groot belang. Zij bieden toegevoegde waarde aan
onze technologieën door er extra diensten voor te ontwikkelen
en doen dus meer dan louter onze producten verkopen. Cegeka
gaat in die dienstverlening en in dat meedenken een stap verder
dan gemiddeld. Ik ben als verantwoordelijke voor IBM België zeer
gelukkig om een partner als Cegeka te hebben die zo snel groeit.”
Welke parallellen en verschillen zie je tussen de twee
bedrijven?
Jacques Platieau: “Van de 20 miljard dollar wereldwijde winst
die IBM vorig jaar heeft geboekt, komt de helft uit investeringen in
onderzoek en ontwikkeling. Het commodity gebeuren, zoals pc’s en
printing producten, hebben we verlaten. Het is die strategie die mee
ons succes bepaalt. Ook Cegeka investeert in nichetoepassingen en
innovatie, denken we maar aan cloud computing. Zo differentiëren
ze zich van anderen. Dat creëert chemie tussen ons tweeën.
Bovendien trekt Cegeka de lokale kaart – het zit zelfs in hun tagline:
‘Van dichtbij meemaken’ – wat ons helpt om het middensegment
te bereiken en de markt voldoende breed te dekken.”
Waaruit blijkt de sterkte van het partnership?
Jacques Platieau: “We hebben een gemeenschappelijk doel:
samen meer business ontwikkelen door in te zetten op innovatie
en onze gemeenschappelijke competenties. We zijn dan ook een
zeer efficiënte tandem en complementair, niet alleen voor de
doelgroepen. Zo helpen wij elkaar ook bij geografische groei. Het
is een misvatting dat een internationaal bedrijf als IBM op dat vlak
niks te leren heeft. Cegeka heeft vaste voet aan wal in Vlaanderen
en wordt sterker in Wallonië, met dochter NSI, en in Nederland,
sinds de overname van Databalk. Ça colle avec notre modèle: in
die drie regio’s willen wij ook nog groeien en daarvoor doen we
een beroep op partners als Cegeka. We zijn er zeker van dat Cegeka
ons hierbij concreet kan helpen door hun gedegen kennis van de
lokale markt en hun wijdvertakt netwerk. Nog een sterkte van onze
samenwerking is dat Cegeka snel onze nieuwste technologieën
test en er ons nuttige feedback over geeft. Eigenlijk zouden we hen
nog vroeger moeten betrekken in de testfase.”
Slotvraag:watwenstuCegekatoevoorzijn20steverjaardag?
Jacques Platieau: “Ik hoop dat ze hun gestage groei met dubbele
cijfers behouden en ze in lijn blijven met hun strategie. Dat laatste is
volgens mij een van hun sterktes: ze behalen hun ambities volgens
de juiste roadmap. België zou best wat meer spelers zoals Cegeka
mogen hebben, met de juiste geest van entrepreneurship. Ik hoop
van harte dat ze hiervoor beloond worden met groei binnen en
buiten België en wens hen hierbij veel succes.”
Cegeka en IBM zijn al 20 jaar partner
-interview met Jacques Platieau, Country General Manager IBM
26
29. 20JAARPARTneR
27
Cegeka is IBM Business Partner of the Year
Dat IBM Cegeka als een toppartner beschouwt, blijkt ook uit de
erkenning die Cegeka begin dit jaar nog kreeg op de jaarlijkse
uitreiking van de IBM-awards. Zo werd Cegeka uitgeroepen tot
‘partner van het jaar’en daarnaast verkozen tot beste IBM Business
Partnerin Systems&TechnologyGroup(voorwederverkoop)enIBM
Business Partner Midmarket (voor verkoop in het middensegment).
Bovendien was Cegeka genomineerd in de categorieën Systems
& Technology Winback, General Business, Global Financing en
Marketing Demand Generation. Met zeven nominaties en drie
prijzen was Cegeka dus de grote winnaar in 2012. Ook eerder ging
Cegeka met prijzen aan de haal. Zo sleepte het vorig jaar de IBM
Business Partner Award General Business in de wacht en kreeg het
ook al in 2010 de titel van IBM Business Partner of the Year.
JACQueS plATieAu
“Cegeka trekt de lokale kaart ‘van
dichtbij meemaken’ wat ons helpt om het
middensegment te bereiken en de markt
voldoende breed te dekken.”
30. 20 JAAR ondernemer
20 JAAR klant
20 JAAR medewerker
20 JAAR business partner
20 JAAR jong
32. 20JAARJonG
Leonard Tam studeert Toegepaste
Informatica aan de KHLeuven. Zijn persoonlijke
passies zijn webdesign, reizen en muziek – hij
speelt zowel gitaar als drums en was actief in
verschillende muziekbands. Na zijn studies
staat ook een rondreis door Indonesië op het
programma. Tijdens zijn stage bij Cegeka werkt
hij aan het“Ventouris project”, waarvoor hij een
conversietool ontwikkelde.
Chantal Goos studeert Toegepaste Informatica aan
de XIOS Hogeschool Limburg met als afstudeerrichting
Applicatieontwikkeling. In haar vrije tijd houdt zij graag
van diversiteit: ze gaat op stap met vriendinnen, winkelt,
pakt eens een cinema mee en babysit in de buurt. Haar
stage doet zij, samen met medestudent Tom Buntinx,
op de afdeling Healthcare. Daar ontwikkelen zij een
applicatie die genetische aandoeningen weergeven in de
stamboom van patiënten.
Tom Buntinx studeert Toegepaste Informatica,
afstudeerrichting Applicatieontwikkeling, aan de XIOS
Hogeschool Limburg. In zijn vrije tijd doet hij aan taekwondo
en luchtkarabijnschieten, al wil hij ook wel eens aan zijn
pc knutselen. Tijdens zijn stage bij Cegeka werkt hij op de
afdeling Healthcare. Daar ontwikkelt hij samen met Chantal
Goos een applicatie om de genetische stamboom van
patiënten te optimaliseren.
30
33. 20JAARJonG
31
nele Quanten studeert Toegepaste Informatica, afstudeerrichting
Applicatieontwikkeling, aan de Provinciale Hogeschool
Limburg. Haar vrije tijd vult zij vooral met dansen: ze geeft niet
enkel dansles, maar is ook lid van de organisatie Freshness die
jams, battles en trainingen organiseert. Tijdens haar stage bij
Cegeka werkt zij op de afdeling Productivity Solutions, waar
ze een platform voor onafhankelijke mobiele applicaties in de
paardensport analyseert, ontwikkelt, test en debugt.
Bavo Claes studeert Toegepaste informatie,
specialisatie Systeem- en Netwerkbeheer. Bavo
had al snel het informaticavirus te pakken en lost
ook in zijn vrije tijd vaak computerproblemen
op voor vrienden. Tijdens de zomermaanden
toont hij zich, als vrijwilliger op de wei, een grote
festivalliefhebber. Zijn stage bij Cegeka brengt
hij door op de afdeling Outsourcing. Zijn taak
bestaat erin de binnenkomende standaard
requests bij de servicedesk te analyseren en waar
mogelijk te automatiseren.
Özgul Eren studeert Toegepaste Informatica
aan de Provinciale Hogeschool Limburg. Als
gepassioneerd natuurliefhebber combineert zij
haar voorliefde voor de vrije natuur graag met
haar liefde voor de fotografie. Zij wil zich dan
ook graag specialiseren in natuurfotografie.
Özgul is stagiaire op de afdeling Shared ICT
Delivery - Open Source Development. Als
stageproject werkt zij aan het automatiseren
van de aanvragen voor het opzetten van
nieuwe virtuele servers die via de bestelportal
binnenkomen.
34. Hoe ziet Generation Y de toekomst van de IT? Welke evoluties zien
zij vol verwachting – of misschien met verachting – tegemoet? Wat
willen ze bereiken, waar willen ze naartoe? Een bedrijf als Cegeka
hoort het antwoord op deze vragen te weten als het de komende
jaren jong IT-talent wil blijven aantrekken. Daarom haalden we zes
beloftevolle stagiairs uit het serverlokaal en in ruil voor broodjes en
frisdrank lieten ze in hun kaarten kijken.
De zes studenten aan onze tafel lopen stage in
verschillende afdelingen van het bedrijf en komen ook
uit verschillende scholen: Chantal Goos en Tom Buntinx
studeren aan de XIOS, Nele Quanten, Özgul Eren en Bavo
Claes komen van de PHL en Leonard Tam zit op de KH
Leuven. Ook hun motieven om informatica te gaan studeren
liepen sterk uiteen.
Bavo: “Bij mij was dat vooral omwille van de mogelijkheden die je
uit kunt. Je kunt alles gaan doen met IT-studies.”
Özgul: “Ik wou vooral zelf iets kunnen ontwikkelen, iets maken, en
daarna kunnen zeggen: dat is mijn creatie.”
Leonard: “Wat mij vooral aantrekt in IT, is dat het niet stilstaat, het
evolueert constant. Ook het probleemoplossend denken staat mij
wel aan. Ik hou er wel van om puzzels op te lossen en zo zou je
programmeren wel kunnen zien: alles een beetje in elkaar zetten.”
Er is dus eigenlijk geen betere keuze dan IT studeren, als je
het zo hoort. En toch is er een enorm tekort aan informatici.
Waarom kiezen dan niet meer jongeren voor deze job?
Weten de jongelui rond de tafel wat hun leeftijdsgenoten
afschrikt?
Nele: “Er zijn er heel veel die beginnen aan de richting. In het
eerste jaar waren wij soms met zestig in een klas en zo waren er
verschillende klassen. Nu zijn we nog met zeventig in totaal. Er zijn
er veel die afhaken.”
Tom: “Er is volgens mij een misvatting over de studie. De meesten
beginnen op hun achttiende met computers in elkaar te steken en
zo, maar daar heeft het allemaal niet veel mee te maken.”
Hier aan tafel zitten er drie meisjes op een totaal van zes
mensen. Nochtans is er sprake van een enorm tekort aan
vrouwen in de IT. Hoe zit dat bijvoorbeeld op de scholen?
Tom: “Bij ons zitten er vijf meisjes in het laatste jaar - op een totaal
van 70.”
Leonard: “Ik schat: minder dan tien procent.”
Chantal: “Ik ben bij de enige twee op een groep van 50 à 60.”
Denk je dat daar iets aan gedaan kan worden? Heeft het zin
dat er inspanningen gedaan worden om meer meisjes in de
richting te laten beginnen?
Özgul: “De meeste meisjes zitten nog met de stereotypen van de
De nuchtere kijk van Generation Y
- interview met zes beloftevolle ICT studenten
20JAARJONG
32
35. 20JAARJONG
33
informaticus. Die van ‘s morgens tot ‘s avonds achter de computer
zit. Dat willen de vrouwen misschien niet als toekomstige job. In
het echt is dat zo niet. Er is teamverband, contacten met klanten,
enzovoort.”
Wordt ondernemerschap gestimuleerd tijdens jullie
opleiding?
Tom: “Onze opleiding wordt vanaf volgend jaar aangepast. In
het laatste jaar vallen enkele vakken weg en in de plaats daarvan
komt een ‘small business’-project, waarbij je een product moet
ontwikkelen en verkopen aan een eventueel virtuele klant.”
Özgul: “Bij PHL komen er sprekers langs die ondernemer zijn en die
het gemaakt hebben, ex-studenten die ondernemer zijn geworden,
enzovoort. Je moet een minionderneming oprichten, met een echt
ondernemingsnummer, en echt verkopen, met echte winsten.”
De cloud is al oud
We gooien even een paar thema’s op tafel. Cloud computing
bijvoorbeeld, hét buzzwoord van het moment. Hoe staan
jullie daar tegenover? Is het echt een revolutie?
Tom: “Cloud computing bestaat in mijn ogen eigenlijk al heel lang.
Het is wel een echte hype aan het worden – in de game-industrie,
in de professionele industrie en zo, maar of het echt nieuw is? Nee.
Dropbox bestaat echt al lang en dat is eigenlijk de cloud gebruiken.”
Bavo: “Qua veiligheid biedt de cloud wel wat uitdagingen. Als je
een server hebt met dataopslag, dan kun je die beveiligen, je kunt er
een gebouw omheen zetten. Maar in de cloud, ja waar zit dat dan?”
Chantal: “Het is vooral handig, je kunt er van op meerdere locaties
aan.”
Özgul: “Het is ook kostenbesparend, want je betaalt enkel voor het
deel data storage dat je gebruikt. Anders moet je daar zelf een server
voor in gebruik nemen, die je moet betalen en onderhouden.”
Bavo: “Voor applicatieontwikkeling kan dat zeker van pas komen,
bijvoorbeeld als je even een supercomputer nodig hebt voor
vijftien minuten. Nu kun je die tijdelijk via de cloud gebruiken.”
Nog zo’n discussie van het moment: ontwikkel je specifieke
apps of een HTML 5-toepassing die in elke browser draait?
Wat vinden jullie?
Nele: “Het hangt af van wat je echt nodig hebt. In principe heb je
met HTML 5 meer mogelijkheden dan met een app. Maar als de
toepassing bijvoorbeeld de camera van je toestel moet aanspreken,
is dat veel moeilijker met een HTML 5. Ook voor applicaties die
je constant informatie moeten bezorgen, zoals toegang tot je
Facebook-account bijvoorbeeld, is een app makkelijker dan een
browser. Een app kan namelijk‘slapen’.“
36. 20JAARJONG
Facebook: just say no
Van apps naar social media. Hebben jullie hier bij Cegeka
toegang tot Facebook en Twitter?
Nele: “Bijna niets is hier geblokkeerd. Gelukkig maar, want ik moest
op Facebook kunnen voor een applicatie, dus ik had wel een reden
om toegang te hebben. Op het werk tijdens de middagpauze snel
eens kijken op Facebook, dat doe ik eigenlijk niet.”
Bavo: “Als je Facebook en zo blokkeert op de werk-pc’s, zullen
mensen snel proxysites gebruiken, vrees ik.”
Özgul: “Als ik werkgever was en ik zie werknemers die verslaafd
zijn aan Facebook of Twitter, dan zou ik dat toch laten blokkeren. Ik
vind niet dat mensen constant op Facebook kunnen zitten, terwijl
ze moeten werken.”
Tom: “Je kunt het ook anders aanpakken. Mensen die er vaak
op zitten erover aanspreken, bijvoorbeeld. Ik denk ook aan de
mogelijkheid om een tijdsschema op te stellen, bijvoorbeeld:
Facebook is beschikbaar van 12 tot 1 uur ’s middags.”
Denken jullie dat jullie nog veel te maken gaan krijgen met
die problematiek, of denk je eerder dat het wel zal loslopen.
Chantal: “Vaak moet je binnen een bepaalde tijd iets klaar hebben.
Als je het niet af krijgt en je zat intussen veel op Facebook, dan zul
je het achteraf wel horen.”
Van jullie generatie wordt beweerd dat jullie betaald
willen worden voor jullie productiviteit. En niet voor de
arbeidstijd, want dat systeem straft de slimme, efficiënte
ontwikkelaars die daardoor meer moeten werken, meer
projecten moeten doen. Hoe zit dat bij jullie?
Leonard: “Ik denk dat je betaald wordt om je best te doen en
zoveel mogelijk te doen in de uren die je moet werken. En dat het
niet afhangt van de uren die je doet, maar wat je in die tijd afwerkt.”
Özgul: “Dan zou alles draaien om prestaties. Dan zou iedereen
competitief zijn en iedereen proberen naar beneden te halen om
er zelf voordeel uit te halen.”
Tom: “Sneller is niet altijd beter. Als ik bijvoorbeeld acht uur aan een
bepaalde code werk en iemand anders vier uur, dan lijkt die tweede
interessanter. Maar als je naar zijn code kijkt, zie je misschien dat die
qua performantie veel minder goed gemaakt is.”
Het Nieuwe Werken is ook niet alles
Nog een buzz word: Het Nieuwe Werken. Meer thuiswerken,
de scheiding tussen privé en werk die volgens sommigen
gaat vervagen. Kan iemand zich daarin vinden?
Bavo: “Je hebt nu al glijdende uren, natuurlijk. Je hebt een kleinere
tijdsspanne dat je samen zit met collega’s, maar die tijd heb je wel
nodig, om te kunnen overleggen.”
Özgul: “Maar de mogelijkheid om af en toe eens, als je je niet kunt
verplaatsen of als je je niet kiplekker voelt, thuis verder te kunnen
34
37. 20JAARJONG
35
werken zonder problemen, dat zou moeten kunnen.”
Tom: “Ik denk dat het opnieuw een gevaar met zich mee brengt.
Ik weet bijvoorbeeld dat, als ik ‘s avonds van school thuiskom en
er moest een project afgewerkt zijn, dan ga ik daar mee slapen. Je
hebt mensen die thuis niets doen en mensen die blijven werken.”
Wat hebben jullie er eigenlijk voor over om ergens te gaan
werken? Uren in de file staan, hoort dat erbij of wil je dat te
allen koste vermijden?
Tom: “Een half uur verplaatsing naar het werk vind ik nog
aanvaardbaar. Wellicht kun je meer verdienen als je in Brussel of
Leuven gaat werken, maar is het die files waard?”
Nele: “Ik kan me wel voorstellen dat ik een job doe waar ik ‘s
morgens anderhalf uur voor in de file moet staan. Misschien niet
heel mijn leven, maar bijvoorbeeld een job waarvan je denkt dat
die je kan lanceren.”
Bavo: “Ik kan mij dat niet voorstellen. Je werkt al acht uur op een
dag of langer en dan nog eens twee keer anderhalf uur in de auto
zitten, dat is een werkdag van elf à twaalf uur. Dan heb je geen
leven meer.”
Opletten voor mobiele valstrikken
Tot slot nog één discussiepunt: BYOD, of Bring Your Own
Device. Hebben jullie daar al professioneel ervaring mee?
Als je voor een project een eigen apparaat wil gebruiken, en
dat georganiseerd moet worden bijvoorbeeld?
Nele: “Ik had wel eens graag op mijn eigen gsm getest wat ik nu
al heb van nieuwe applicaties, maar op mijn toestel gaat het niet.
Wel op die van de stagebegeleider. En dat was omwille van de
beveiliging. Vervelend…”
Özgul: “Bij mij lukt het door de beveiliging bijvoorbeeld niet om
mijn Cegeka-mailbox met mijn iPhone te openen. Dat zou handig
zijn, bijvoorbeeld om mijn agenda eens te bekijken, zodat je weet of
je‘s anderendaags een meeting hebt. Nu kan dat enkel via webmail
en dat werkt niet zo goed op mobiele apparaten. Langs de andere
kant begrijp ik wel dat er veiligheidsmaatregelen moeten zijn.”
Tom: “Op een mobiel toestel maak je ook veel sneller eens een
fout. Kijk maar naar die ministers die met hun Blackberry vanalles
op Twitter zetten en zo. Het kan geen kwaad om dingen die met
je werk te maken hebben op een pc te regelen. Plus: als je alles
op een mobiel toestel kunt doen, dan is de verleiding groot om ‘s
avonds na de werkdag nog vijf uur door te werken. Dat weegt ook
op je relatie en zo. Je moet op een gegeven moment je werkdag
afsluiten.”
Hadden we al gezegd dat ze bijzonder nuchter zijn,
die van Generation Y?
“Bij verloning op basis van productiviteit
zou alles draaien om prestaties. Dan wordt
iedereen competitief en primeert het eigen
voordeel. Sneller is niet altijd beter.”
38. 20 JAAR ondernemer
20 JAAR klant
20 JAAR medewerker
20 JAAR business partner 20 JAAR buren
20 JAAR jong
40. De administratieve diensten van de provincie Limburg huizen
al ruim 20 jaar naast Cegeka. Sinds 2010 delen Cegeka en het
provinciebestuur zelfs een gloednieuw gebouw, de Twee Torens.
Elk zit in een eigen ‘vleugel’ van deze bijzondere constructie.
Gouverneur Herman Reynders vertelt waarom hij opgetogen is
over zijn buren.
U bent sinds 2009 gouverneur van Limburg. Wat is uw
indruk van Cegeka?
HermanReynders:“Voorikgouverneurwerd,wasikburgemeester
van Hasselt en ook toen had ik al goede contacten met Cegeka.
Voor ons is in de eerste plaats André Knaepen het gezicht van
Cegeka en onze directe contactpersoon. Hoewel hij intussen een
omvangrijke onderneming leidt, is hij nog altijd even bescheiden,
benaderbaar en tegelijk heel gedreven.”
Cegeka is in de loop der jaren inderdaad sterk geëvolueerd
en gegroeid. Hetzelfde geldt voor de provincie Limburg.
Schept dat een band?
Herman Reynders: “Cegeka is in 20 jaar tijd uitgegroeid tot een
bijzonder modern en bloeiend IT-bedrijf. Die evolutie liep eigenlijk
parallel met de gedaanteverandering van de provincie Limburg, en
dat schept alleszins een band. André Knaepen en zijn medewerkers
staan symbool voor de dynamiek in Limburg.We willen vooruitgaan
in het leven en steeds blijven evolueren. Cegeka heeft zijn wortels
in de IT-afdeling van de Kempense Steenkoolmijnen, die op die
manier nieuw leven kreeg ingeblazen. Ook onze provincie heeft
een nieuwe wending moeten nemen na het sluiten van de mijnen.
We zijn uiteindelijk uitgegroeid tot een dynamische provincie waar
heel veel gebeurt op heel veel verschillende domeinen.”
Leeft het mijnverleden nog in de provincie Limburg?
Herman Reynders: “Door het sluiten van de mijnen zag Limburg
zich wel verplicht om een nieuwe economie uit te bouwen, en in
die zin was de impact van de sluiting erg belangrijk voor de transitie
van onze provincie.We zijn natuurlijk erg trots op ons verleden maar
we sluiten het hoofdstuk van de steenkoolmijnen nu definitief af
door de mijnterreinen een nieuwe bestemming te geven. Er komen
kantoren voor culturele organisaties en bedrijven, naast particuliere
woningen, winkels, toeristische en recreatieve infrastructuur. Er
wordt ook ingezet op groene energie. Dat alles zal zeker positief zijn
voor de tewerkstelling.”
Speelt Cegeka ook een actieve rol in de ontwikkeling van de
regio?
Herman Reynders: “Cegeka is een belangrijke werkgever in de
regio Hasselt. Ze bieden jobs voor hoogopgeleide mensen zodat
die hier in Limburg blijven wonen. Zonder een bedrijf als Cegeka
zou er veel meer sprake zijn van een‘brain drain’van hoogopgeleide
Cegeka zet Limburg op de kaart
- interview met Herman Reynders, Gouverneur provincie Limburg
20jaarburen
Herman Reynders
38
“De evolutie van Cegeka
liep parallel met die van
de provincie Limburg,
en dat schept een band.”
41. 20jaarburen
39
Wie is Herman Reynders?
Op 5 oktober 2009 werd Herman Reynders gouverneur van de
Provincie Limburg.
Personalia
• Geboren: op 1 februari 1958 in Hasselt
• Studies: Handelsingenieur
Politiek
• 1988: gemeenteraadslid in Hasselt
• 1995: schepen van financiën van Hasselt
• 1998: waarnemend burgemeester van Hasselt
• 2003: dienstdoend burgemeester van Hasselt
• 2005: burgemeester van Hasselt
• 2009: gouverneur van Limburg
Bezoek www.limburg.be/gouverneur voor meer informatie
inwoners naar andere steden waar de vacatures voor hun profiel
dichter gezaaid zijn. Cegeka speelt zeker ook een ambassadeursrol
voor de regio. Door het feit dat zij hier gevestigd zijn, zetten ze
Limburg op de kaart en trekken ze ook andere ondernemers
aan. Hoewel Cegeka steeds meer internationaal actief is, blijft de
organisatie steeds aandacht hebben voor de regio waar ze ontstaan
is. Zo gaat Cegeka de Ronde van Limburg sponsoren en zijn ze
als structurele sponsor betrokken bij Een Hart voor Limburg, een
initiatief dat projecten ondersteunt voor kansarme kinderen.”
Werken jullie zelf ook concreet samen met Cegeka?
Herman Reynders: “We zijn inderdaad ook klant bij Cegeka – ze
stockeren een deel van onze gegevens. Los daarvan beschouwen
we hen als een echte partner en een goede buur, ook al lopen we
zeker niet elkaars deur plat. Cegeka helpt ons wel om strategisch
na te denken over de ontwikkelingen in de provincie, zoals de
samenwerking van de lokale ziekenhuizen, de manier waarop de
gezondheidssector evolueert en hoe we die kunnen ondersteunen.
Daarnaast hebben we zelf ook heel intensief samengewerkt met
Cegeka voor ons gezamenlijke bouwproject. We weten dat we in
ieder geval op elkaar kunnen rekenen als dat nodig is.”
42. 20 JAAR ondernemer
20 JAAR klant
20 JAAR medewerker
20 JAAR business partner 20 JAAR buren
20 JAAR datacenters
20 JAAR jong
45. 20JAARDATACENTERS
43
Wie het hoofdgebouw van Cegeka aan de Universiteitslaan in
Hasselt voorbij rijdt, ziet ruim 600 zonnepanelen blinken op het
dak van het vernieuwde datacenter. De panelen liggen er sinds
september 2011 en moeten jaarlijks gemiddeld 95.000 KWh
opbrengen, goed om ruim 27 gezinnen een jaar lang van stroom
te voorzien. Ze dekken een deel van het stroomverbruik bij Cegeka.
Ook de elektriciteit die Cegeka bij externe energieproducenten
haalt, is 100% groen. Milieubewust ondernemen en duurzaamheid
zitten Cegeka in het bloed. Daarover spraken we met Luc Greefs,
Director Shared Technology and Infrastructure Delivery.
Luc Greefs: “Al toen we ons eerste datacenter openden twintig jaar
geleden, gebruikten we de warmte die de servers produceerden om
onze gebouwen te verwarmen. Dat klinkt nu heel gewoon, maar
toen was het revolutionair. In mei 2010 openden we officieel een
energiezuinig passief kantoor. We gebruiken betonkernactivering,
gecombineerd met warmtepompen en opslag van warmte in de
bodem, in plaats van een klassiek verwarmings- en koelsysteem. Het
systeem heeft een warmteaccumulerend vermogen: de leidingen
voor de verwarming en koeling zitten in de betonnen welfsels.
Omdat de totale oppervlakte aan welfsels zo groot is, kan Cegeka
zijn kantoren koelen en verwarmen via water met bescheiden
temperaturen: 16°C om te koelen en 29°C om te verwarmen. Ter
vergelijking: bij traditionele verwarming kan dat oplopen tot 60°C
à 90°C.”
Maar het paradepaardje blijft de koeling van het
vernieuwde datacenter?
Luc Greefs: “Inderdaad. Koeling blijft immers een zeer groot
aandachtspunt in datacenters. Servers zetten 95% van hun energie
om in warmte. Als de temperatuur van de server te hoog wordt,
valt de server uit en dat moeten we natuurlijk absoluut vermijden.
Daarom is een betrouwbaar koelsysteem cruciaal. Als eerste in
België hebben wij twee warmtewielen van KyotoCooling in huis
gehaald. We maken maximaal gebruik van de koelcapaciteit van de
buitenlucht met warmtewisselaars.”
Hoe werkt het systeem van KyotoCooling precies?
Luc Greefs: “De warmtewielen fungeren als warmtewisselaar.
Het zijn aluminium wielen die al draaiend de koelte van de
buitenomgeving opslaan en deze koelte afgeven aan de
computerruimte waar de servers staan. In dezelfde beweging wordt
de warmte uit het datacenter afgevoerd met dezelfde wielen. Het
klinkt simpel, maar geloof me: er is een zeer ingenieuze sturing
nodig om dit optimaal te laten functioneren.”
Warme binnenlucht afvoeren en koude buitenlucht
aanvoeren: dat is toch niet nieuw?
Luc Greefs: “Klassieke aircosystemen zijn erg energieverslindend.
Het koelsysteem dat wij gebruiken gaat efficiënter om met energie.
Met dit systeem treedt de traditionele airconditioning, die we dus
ook nog hebben, pas in werking wanneer de temperatuur buiten
hoger is dan 20°. En dat is in ons land in minder dan tien procent
van de tijd het geval. Ik maak het concreet: met KyotoCooling
kunnen we ons datacenter koel houden met 30 kW. Als we de
gangbare technologie hadden gebruikt, zou dat 200 kW zijn
geweest. Een verbruik dat ruim zes keer lager ligt. Dit sluit perfect
aan bij milieubewust ondernemen en duurzaamheid.”
Bijdragen aan een groene samenleving
- interview met Luc Greefs, Director Shared Technology and Infrastructure Delivery
46. 20JAARDATACENTERS
De investering in het uitgebreide datacenter is nochtans
niet min: 2,4 miljoen euro.
Luc Greefs: “Dat klopt, maar dat is het totaalbedrag. Naast
koeling is stroomvoorziening een tweede belangrijk domein van
investeringen. De servers wil je te allen tijde up and running hebben,
ook al valt de stroomvoorziening van de energieleverancier weg.
Daarom wordt geïnvesteerd in noodstroomvoorzieningen. En ook
in deze noodstroomvoorziening bouw je extra veiligheden in door
extra componenten in te bouwen, door redundantie in je ontwerp
op te nemen. Het datacenter krijgt een classificatie op basis van de
manier waarop en de mate waarin redundantie opgenomen is in
het ontwerp. Dit geldt natuurlijk ook voor de koelinfrastructuur.Voor
dit nieuwe datacenter is de classificatie tier 3, de op één na hoogste
kwalificatie. Tier 3-datacenters hebben een beschikbaarheid van
ten minste 99.982%. Het uitgebreide datacenter heeft nu een
extra capaciteit van 300 kilowatt, wat ruim 70% meer is dan in het
originele datacenter in Hasselt. We kunnen dus 300 kilowatt aan
computerapparatuur extra plaatsen in ons datacenter!”
Ondanks alle inspanningen blijven datacenters grote
energieverslinders, toch?
Luc Greefs: “In Europa en de Verenigde Staten zijn
datacenters inderdaad verantwoordelijk voor 2% van het totale
elektriciteitsverbruik en tegen 2020 zal dit wellicht nog veel meer
zijn. Dat is natuurlijk niet niks, maar zonder datacenters zouden de
verbruikscijfers nog hoger liggen, mocht iedereen investeren in
eigen koeling en noodstroomvoorzieningen. Maar dat is nog niet
alles. Kijk, ondernemingen zoals Cegeka investeren miljoenen in IT-
apparatuur zodat klanten zelf geen servers meer hoeven te kopen.
De klanten betalen voor wat ze werkelijk van deze IT-apparatuur
verbruiken.Zoudendezeklantenoverstappennaareigentoestellen,
dan zou het totale elektriciteitsverbruik makkelijk enkele malen
hoger liggen. Het is bovendien maar de vraag of bedrijven tijdig
hun apparatuur zouden vervangen door nieuwe, die weer minder
verbruiken en dus beter zijn voor het milieu. Vergelijk maar eens
het verbruik en de CO2
van een oud automodel met dat van zijn
opvolger. Daartegenover staat dat we de belasting op het milieu
van productie en ontmantelen van IT-apparatuur ook niet mogen
onderschatten. We moeten dus naar de gulden middenweg
zoeken. Datacenters investeren in elk geval wel geregeld in nieuwe
toestellen die zuiniger zijn en trachten hierin de juiste balans te
zoeken. Het is hun corebusiness.”
Dus datacenters komen het milieu alleen maar ten goede?
Luc Greefs: “Eigenlijk wel. Laat ik dat nog even toelichten met
een voorbeeld: het merendeel van de servers die bij bedrijven
staan, wordt niet optimaal gebruikt. Veel rekencapaciteit wordt in
de meeste gevallen zelden of nooit helemaal gebruikt. Vergelijk
het met een bedrijf dat een kantoorruimte koopt voor 200
medewerkers, terwijl er vandaag eigenlijk slechts twintig aan
44
“We zien het als onze morele
plicht om bij te dragen aan een
groene samenleving.”
47. 20JAARDATACENTERS
45
de slag zijn. Het is een dure zekerheid die je koopt. Net zo is het
met servers. Datacenters spelen hierop in door zelf te investeren
in servers en deze servers te delen tussen verschillende klanten,
uiteraard met de nodige beveiligingen. Op die manier benutten we
de capaciteit van de servers optimaal en maximaal. De klant betaalt
voor wat hij gebruikt. Gebruikt hij minder, dan komt er capaciteit vrij
voor een andere klant. Zo eenvoudig is het.”
Limburg wordt CO2
-neutraal in 2020. Wat betekent dit voor
Cegeka?
Luc Greefs: “Limburg heeft zich inderdaad geëngageerd om tegen
2020 CO2
-neutraal te worden. Als Cegeka onderschrijven we deze
doelstelling. Het helpt ons onze aandacht voor het milieu scherp te
houden in alles wat we doen. Milieubewustzijn en duurzaamheid
zijn erg belangrijk voor Cegeka: dat zie je in de investeringen die we
de laatste jaren hebben gedaan. We zien het als onze morele plicht
om bij te dragen aan een groene samenleving. De technologie om
dat doel te bereiken bestaat, waarom zouden we ze niet gebruiken?”
Luc Greefs
48. 20 JAAR ondernemer
20 JAAR klant
20 JAAR medewerker
20 JAAR business partner 20 JAAR buren
20 JAAR datacenterskerncijfers 2011
20 JAAR jong