SlideShare una empresa de Scribd logo
1 de 7
Invoering van Verordening EU 1099/2009 
Waarborgen dierenwelzijn tijdens het doden van pluimvee op 
het bedrijf 
By: Harm Kiezebrink, Principal consultant Applied Veterinary Technologies / 
Research Fellow Queensland University 
ABSTRACT 
Er worden binnen de Europese primaire pluimvee bedrijven jaarlijks 97 
miljoen wrakke of zieke dieren handmatig gedood omdat ze hun 
economische waarde hebben verloren en/of uit hun lijden moeten worden 
verlost. Die uitval is in zichzelf ongewenst maar wordt veelal door de sector 
als een intern probleem beschouwd. Het publiek is zich nauwelijks bewust 
dat het om zulke grote aantallen dieren gaat. De Europese Verordening EU 
1099/2009 die per 1 januari 2013 binnen alle Europese lidstaten van kracht 
is geworden werd in Nederland opgenomen in de wet Houders van Dieren 
die per 22 augustus 2014 van kracht is geworden. Deze nieuwe 
dierenwelzijnswet biedt unieke kansen voor gespecialiseerde pluimvee 
dierenartsen om en sleutel rol te vervullen in de transformatie van de 
pluimvee sector.
Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf 
Inhoudsopgave 
Aanleiding....................................................................................................................... 3 
Dierenwelzijn als maatschappelijk belang en invoering van nieuwe wetgeving ........ 3 
ANNEX 1 bij EU 1099/2009 ............................................................................................ 5 
Wet houders van Dieren ................................................................................................ 5 
Artikel 1.10 Gevallen waarin dieren mogen worden gedood....................................... 5 
Artikel 1.12 Besparen vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden ......................... 5 
Artikel 1.13 Methoden ................................................................................................... 5 
Opleiden van pluimveehouders ........................................ Error! Bookmark not defined. 
Standaard werkwijzen ................................................................................................... 6 
Referenties ...................................................................................................................... 7 
AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 2 1-10-2014
Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf 
Aanleiding 
Het doden van dieren hoort inherent bij dierlijke productie. Het grootste deel van onze 
productiedieren eindigt in de slachterij, met name die dieren die we houden voor de 
vleesproductie, maar ook de dieren die we primair voor de melk of de eieren houden. 
Dieren die naar de slachterij gaan hebben (vrijwel altijd) economische waarde. 
Een kleiner, maar bepaald niet betekenisloos aantal dieren wordt echter eerder dan 
normaal gedood danwel geëuthanaseerd, omdat ze geen economische waarde hebben, 
die hun waarde hebben verloren (wrakke of zieke dieren) en/of uit hun lijden moeten 
worden verlost (euthanasie). 
Het gaat binnen Europa om aanzienlijke aantallen Pluimvee. De uitval op pluimvee 
bedrijven –door een natuurlijke dood of door actieve levensbeëindiging– is naar 
schatting 3%, waarvan twee-derde actief op het bedrijf wordt gedood. Als we pluimvee 
productie cijfers voor vleeskippeni dat jaarlijks binnen Europa wordt geslacht en het 
aantal legkippenii dat binnen Europa word gehouden als indicatie nemen, dan gaat om 
enorme aantallen. 
Uitgaande dat 3% van de dieren vroegtijdig aan hun einde komen (veelal na een periode 
van lijden) waarvan 1% zonder ingrijpen van de pluimveehouder, dan worden er in 
Europa jaarlijks 97 miljoen vleeskuikens en circa 11 miljoen leghennen op traditionele 
wijze op het bedrijf gedood. Voor Nederlandiii betekent dit ca. 5,54 miljoen vleeskuikens 
en een kleine 620.000 leghenneniv. 
In vergelijking met de reguliere slacht, die (in ieder geval formeel) goed gereguleerd en 
gecontroleerd wordt, is het doden van wrakke en zieke dieren een ondergeschoven 
kindje. Daarbij kan het zowel gaan om de (bij wetgeving verplichte) euthanasie vanwege 
‘uitzichtloos lijden’, als om het doden van dieren die zouden kunnen herstellen, maar 
economisch hun waarde hebben verloren. Het is de enige vorm van doding van dieren 
waarbij de boer zelf een actieve rol speelt, als beslisser en als uitvoerder. De praktijk op 
het boerenerf is daardoor zeer variabel en oncontroleerbaar. 
Het publiek is zich nauwelijks bewust dat het om zulke grote aantallen dieren gaat die 
geen keuze hebben tussen een langzame dood (door de passieve houding/niet ingrijpen 
door de veehouder) en onnodig leiden (door de onverschilligheid en/of willekeur van de 
persoon die het dier dood) of simpel vanwege de afwezigheid van een controleerbare 
euthanasie methode. 
Dierenwelzijn als maatschappelijk belang en invoering van nieuwe wetgeving 
Er wordt er in toenemende mate druk uitgeoefend op de sector, met de nadruk op 
transparantie en naleving van welzijnswetgeving. Mede als gevolg van nieuwe 
wetenschappelijke inzichten en door de toegenomen maatschappelijke aandacht voor 
dierenwelzijn is per 1 januari 2013 de Europese Verordening EU 1099/2009 vvan kracht 
geworden, gevolgd door het inwerking treden van de Wet Houders van Dieren viper 22 
Augustus 2014. 
In de praktijk is het met name bij de kleinere dieren, zoals pluimvee, niet zo makkelijk 
om te voldoen aan deze vereisten, omdat: 
AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 3 1-10-2014
Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf 
 Het inzetten van een dierenarts voor een individueel dier is in zulke gevallen 
economisch onhaalbaar. Het toedienen van lethale injecties (zoals T61) is daarom 
geen optie 
 Pluimveehouders niet beschikken over een alternatieve techniek die 
geaccepteerd is volgens de Verordening 
De pluimvee branche heeft tot nu toe passief gereageerd op de wijzigingen in de 
wetgeving. Investeringen die dierenwelzijn op het bedrijf verbeteren leiden niet 
automatisch tot een beter financieel rendement en de afwezigheid van praktisch 
toepasbare methoden spelen waarschijnlijk een belangrijke rol. 
Dientengevolge wordt nog steeds en uitsluitend de ‘breken van de nek’-techniek 
toegepast en opereren pluimveehouders feitelijk in strijd met de wet Houders van 
Dieren en riskeren zij een mogelijke veroordeling op grond van het administratief recht. 
Zolang de huidige situatie van de afwezigheid van alternatieven aanhoudt zullen 
veterinaire autoriteiten niet snel tot vervolging overgaan. Deze houding zal 
waarschijnlijk veranderen na de marktintroductie van apparatuur die voldoen aan de 
gewijzigde wet- en regelgeving, zoals de Anoxiavii techniek. 
De pluimvee branche staat dus voor structurele aanpassingen: de migratie van de 
oncontroleerbare ‘breken van de nek’-methode naar het toepassen van controleerbare 
euthanasie technieken. 
In de Wet Houders van Dieren wordt de rol van dierenarts uitvoerig beschreven, met 
name waar het gaat om de behandeling van zieke en zwakke dieren. Gespecialiseerde 
pluimvee dierenartsen zijn bij uitstel geschikt om pluimveehouders te begeleiden in dit 
migratie proces. Zij zijn bij uitstek geschikt om pluimveehouders te ondersteunen en 
begeleiden; toezicht te houden op het juist toepassen van de techniek volgens 
standaardwerkwijzen; training van personeel; en certificering van de bedrijf/gebruikers. 
Verder kunnen zij de rol van project manager vervullen bij het introduceren van “Gidsen 
voor goede praktijken”viii . 
Introductie van nieuwe euthanasie technieken bedoelt om ondragelijk lijden te 
voorkomen betekent niet alleen een doorbraak op het gebied van dierenwelzijn; het is 
ook een kans voor de pluimvee houder om zich positief te manifesteren ten opzichte 
van consumenten. 
AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 4 1-10-2014
Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf 
Het nieuwe wettelijke kader 
ANNEX 1 bij EU 1099/2009 
Op grond van EU 1099/ 2009 geldt dat “Een dier wordt gedood door middel van een 
methode die waarborgt dat de dood onmiddellijk of na bedwelming, maar vóórdat de 
bewusteloosheid is geweken, intreedt.” Verder wordt er bepaald dat het doden van 
dieren gebeurt “door personen die aantoonbaar de nodige kennis en vaardigheden 
bezitten om de taken humaan en doeltreffend uit te voeren.” 
In deze annex is een opsomming opgenomen die beschrijft welke methoden en 
technieken toegepast mogen worden. Hierin wordt bepaald dat het doden door het 
breken van de nek weliswaar is toegestaan, maar dat het breken van de nek niet als 
routinemethode. ANNEX 1; Hoofdstuk 2; onder 3 (breken van de nek): 
“Deze methoden mogen niet als routinemethode worden gebruikt maar uitsluitend 
indien er geen andere bedwelmings-methoden voorhanden zijn.” 
In de wet Houders van Dieren zijn deze bepalingen integraal overgenomen. 
Wet houders van Dieren 
De wet Houders van Dieren schrijft onder meer voor dat de houders voldoende zijn 
opgeleid om hun taken adequaat en overeenkomstig de in deze paragraaf bedoelde 
voorschriften te kunnen uitvoeren. Er geldt een overgangsperiode voor bestaande 
praktijken. Indien nieuwe praktijken worden ingevoerd, zoals het vervangen van de 
methode van doden van dieren op het bedrijf, geldt dat de pluimveehouder 
gecertificeerd moeten worden om de handhaving van dierenwelzijn op het bedrijf te 
kunnen waarborgen. 
Artikel 1.10 Gevallen waarin dieren mogen worden gedood 
In dit artikel wordt uiteengezet onder welke condities dieren op het bedrijf gedood 
mogen worden en wat de rol van de dierenarts hierbij is: 
a. een dier wordt gedood ter beëindiging of voorkoming van onmiddellijk gevaar voor mens 
of dier; 
b. een dierenarts heeft vastgesteld dat doden in het belang van het dier 
Artikel 1.12 Besparen vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden 
Hierin bepaalt dat het leiden van het dier moet hierbij worden bespaard: 
“Bij het doden van dieren en daarmee verband houdende activiteiten wordt de dieren 
elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden bespaard.” 
Artikel 1.13 Methoden 
Art. 1.13 regelt dat voor het doden van het dier een methode moet worden toegepast 
die ervoor zorgt dat het dier onmiddellijk gedood wordt: 
AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 5 1-10-2014
Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf 
1. Een dier wordt gedood door middel van een methode die waarborgt dat de dood 
onmiddellijk of na bedwelming, maar vóórdat de bewusteloosheid is geweken, 
intreedt. 
2. In afwijking van het eerste lid behoeft een dier niet te worden bedwelmd indien 
een dier moet worden gedood: 
a. ter beëindiging of voorkoming van onmiddellijk gevaar voor mens of dier of 
b. ter beëindiging van ondraaglijk lijden van het dier. 
Bij de formulering van de bovengenoemde artikelen is zo veel mogelijk aangesloten bij 
de tekst van Verordening 1099/2009. Dit betekent dat de methoden die voor het doden 
van de pluimvee op het bedrijf zijn overgenomen uit ANNEX 1 van de Verordening. 
Standaard werkwijzen 
De Verordening schrijft tevens voor dat “Bedrijfsexploitanten (pluimveehouders) 
plannen vooraf het doden van dieren en de daarmee verband houdende activiteiten, en 
voeren het doden uit overeenkomstig de standaardwerkwijzen”. Vervolgens dienen 
pluimveehouders te “waarborgen dat het doden van dieren en de daarmee verband 
houdende activiteiten” overeenkomstig de Verordening plaatsvinden. 
De Europese Verordening stelt dus ook eisen aan de leveranciers van Euthanasie 
apparatuur. In Artikel 8 van de Verordening zijn de eisen voor de producent als volgt 
omschreven: “Producten die worden verhandeld of aangeprezen als fixatie 
of bedwelmings-apparatuur, mogen uitsluitend worden verkocht mits zij vergezeld 
gaan van adequate instructies over het gebruik, zodat optimale omstandigheden voor 
het welzijn van dieren gewaarborgd zijn. De producenten stellen deze instructies via 
internet ook aan het publiek beschikbaar.” 
In artikel 9 van de verordening zijn de eisen aan de pluimveehouders vastgelegd: 
“Bedrijfsexploitanten zorgen ervoor dat alle apparatuur voor het fixeren of bedwelmen 
van dieren onderhouden en gecontroleerd wordt volgens de instructies van de 
producent door personen die daartoe specifiek zijn opgeleid.” 
AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 6 1-10-2014
Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf 
Referenties 
i Annual report of the Association of Poultry Processors and Poultry Trade in the EU 
Countries a.v.e.c. 2013, the total gross domestic production of poultry meat in the EU 
(Carcass weight) was 12.745.000 tons: 9.914.000 tons broilers/3,965 billion broilers 
(average live weight of 2,5 kg); 1.920.000 tons Turkey/ 350 million turkeys (average live 
weight of 5,5 kg); 499.000 tons Ducks/ 185 million ducks (average live weight of 2,87kg) 
and 363 million layer hens i. 
ii http://www.compassionlebensmittelwirtschaft.de/wp-content/uploads/2012/05/Info- 
1-Egg-production-in-the-EU.pdf.pdf 
iii Kengetallen Pluimveehouderij gepubliceerd op 26 november 2013 door LTO Nederland: 
In totaal 1.560 pluimvee locaties met totaal stuks pluimvee: 99,2 miljoen dieren 
Leghennenbedrijven: Totaal aantal legbedrijven: 720 locaties/: 34,1 miljoen leghennen 
per jaar/ 43.000 per bedrijf; bij 2% uitval - 860 per bedrijf, 2,3 kippen per dag 
Vleeskuikenbedrijven: Totaal aantal vleeskuiken bedrijven: 440 locaties/ totaal aantal 
vleeskuikens per jaar; 65,1 miljoen vleeskuikens/ 5,54 miljoen vleeskuikens per jaar/ 
gemiddeld aantal vleeskuikens per bedrijf per 90.000 cyclus (6 weken)/ 7 cycli per jaar/ 
bij 2% per cyclus - 12.600 per bedrijf/ 42,9 kippen per bedrijf per dag 
Pluimvee slachterijen: 15 pluimveeslachterijen; capaciteit van >10.000 ton; aantal dieren 
dat gemiddeld per dag wordt aangevoerd - 68.000 dieren per dag; bij 0,1% uitval per 
dag; 68 dieren per dag (Aangevoerd ziek/verzwakt pluimvee mag niet geslacht worden 
en dient te worden gedood). 
iv http://www.lto.nl/actueel/kengetallen/Pluimveehouderij 
v http://n2gf.com/?p=395. 
vi http://n2gf.com/?p=1704. 
vii http://n2gf.com/?p=1183 
viii Als bedoeld in Artikel 2.61 van Wet Houders van Dieren: Gidsen voor goede praktijken. 
AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 7 1-10-2014

Más contenido relacionado

Destacado

EFSA AHAW report on monitoring procedures at poultry slaughterhouses
EFSA AHAW report on monitoring procedures at poultry slaughterhousesEFSA AHAW report on monitoring procedures at poultry slaughterhouses
EFSA AHAW report on monitoring procedures at poultry slaughterhousesHarm Kiezebrink
 
EFSA Guidance on assessment new stunning & slaughter methods
EFSA Guidance on assessment new stunning & slaughter methodsEFSA Guidance on assessment new stunning & slaughter methods
EFSA Guidance on assessment new stunning & slaughter methodsHarm Kiezebrink
 
The relevance of the farming community regarding zoonoses
The relevance of the farming community regarding zoonosesThe relevance of the farming community regarding zoonoses
The relevance of the farming community regarding zoonosesHarm Kiezebrink
 
WHO warns of H7 N9 pandemic
WHO warns of H7 N9 pandemic WHO warns of H7 N9 pandemic
WHO warns of H7 N9 pandemic Harm Kiezebrink
 
One World - One Health presentation Katinka de Balogh FAO
One World - One Health presentation Katinka de Balogh FAOOne World - One Health presentation Katinka de Balogh FAO
One World - One Health presentation Katinka de Balogh FAOHarm Kiezebrink
 
Anoxia - applying the technique
Anoxia - applying the techniqueAnoxia - applying the technique
Anoxia - applying the techniqueHarm Kiezebrink
 
Animal Euthanasia: What are the challenges?
Animal Euthanasia: What are the challenges?Animal Euthanasia: What are the challenges?
Animal Euthanasia: What are the challenges?Harm Kiezebrink
 

Destacado (8)

EFSA AHAW report on monitoring procedures at poultry slaughterhouses
EFSA AHAW report on monitoring procedures at poultry slaughterhousesEFSA AHAW report on monitoring procedures at poultry slaughterhouses
EFSA AHAW report on monitoring procedures at poultry slaughterhouses
 
EFSA Guidance on assessment new stunning & slaughter methods
EFSA Guidance on assessment new stunning & slaughter methodsEFSA Guidance on assessment new stunning & slaughter methods
EFSA Guidance on assessment new stunning & slaughter methods
 
The relevance of the farming community regarding zoonoses
The relevance of the farming community regarding zoonosesThe relevance of the farming community regarding zoonoses
The relevance of the farming community regarding zoonoses
 
WHO warns of H7 N9 pandemic
WHO warns of H7 N9 pandemic WHO warns of H7 N9 pandemic
WHO warns of H7 N9 pandemic
 
Anoxia: what is it?
Anoxia:   what is it?Anoxia:   what is it?
Anoxia: what is it?
 
One World - One Health presentation Katinka de Balogh FAO
One World - One Health presentation Katinka de Balogh FAOOne World - One Health presentation Katinka de Balogh FAO
One World - One Health presentation Katinka de Balogh FAO
 
Anoxia - applying the technique
Anoxia - applying the techniqueAnoxia - applying the technique
Anoxia - applying the technique
 
Animal Euthanasia: What are the challenges?
Animal Euthanasia: What are the challenges?Animal Euthanasia: What are the challenges?
Animal Euthanasia: What are the challenges?
 

Más de Harm Kiezebrink

Applying Firefighting Foam for Depopulation.pdf
Applying Firefighting Foam for Depopulation.pdfApplying Firefighting Foam for Depopulation.pdf
Applying Firefighting Foam for Depopulation.pdfHarm Kiezebrink
 
World bank evaluating the economic consequences of avian influenza
World bank evaluating the economic consequences of avian influenzaWorld bank evaluating the economic consequences of avian influenza
World bank evaluating the economic consequences of avian influenzaHarm Kiezebrink
 
Gas alternatives to carbon dioxide for euthanasia a piglet perspective
Gas alternatives to carbon dioxide for euthanasia  a piglet perspectiveGas alternatives to carbon dioxide for euthanasia  a piglet perspective
Gas alternatives to carbon dioxide for euthanasia a piglet perspectiveHarm Kiezebrink
 
Laves presentation practical experiences in the culling of poultry in germany
Laves presentation practical experiences in the culling of poultry in germanyLaves presentation practical experiences in the culling of poultry in germany
Laves presentation practical experiences in the culling of poultry in germanyHarm Kiezebrink
 
Berg et al. 2014 killing of spent laying hens using co2 in poultry barns
Berg et al. 2014 killing of spent laying hens using co2 in poultry barnsBerg et al. 2014 killing of spent laying hens using co2 in poultry barns
Berg et al. 2014 killing of spent laying hens using co2 in poultry barnsHarm Kiezebrink
 
Neutralizing risks instead of stamping-out
Neutralizing risks instead of stamping-outNeutralizing risks instead of stamping-out
Neutralizing risks instead of stamping-outHarm Kiezebrink
 
Stamping out strategy failed
Stamping out strategy failedStamping out strategy failed
Stamping out strategy failedHarm Kiezebrink
 
FLI Seminar on different response strategies: Stamping out or Neutralization
FLI Seminar on different response strategies: Stamping out or NeutralizationFLI Seminar on different response strategies: Stamping out or Neutralization
FLI Seminar on different response strategies: Stamping out or NeutralizationHarm Kiezebrink
 
Dossier transmission: Transmission of Avian Influenza Virus to Dogs
Dossier transmission: Transmission of Avian Influenza  Virus to DogsDossier transmission: Transmission of Avian Influenza  Virus to Dogs
Dossier transmission: Transmission of Avian Influenza Virus to DogsHarm Kiezebrink
 
Spatio temporal dynamics of global H5N1 outbreaks match bird migration patterns
Spatio temporal dynamics of global H5N1 outbreaks match bird migration patternsSpatio temporal dynamics of global H5N1 outbreaks match bird migration patterns
Spatio temporal dynamics of global H5N1 outbreaks match bird migration patternsHarm Kiezebrink
 
Spatial, temporal and genetic dynamics of H5N1 in china
Spatial, temporal and genetic dynamics of H5N1 in chinaSpatial, temporal and genetic dynamics of H5N1 in china
Spatial, temporal and genetic dynamics of H5N1 in chinaHarm Kiezebrink
 
Different environmental drivers of H5N1 outbreaks in poultry and wild birds
Different environmental drivers of H5N1 outbreaks in poultry and wild birdsDifferent environmental drivers of H5N1 outbreaks in poultry and wild birds
Different environmental drivers of H5N1 outbreaks in poultry and wild birdsHarm Kiezebrink
 
H5N8 virus dutch outbreak (2014) linked to sequences of strains from asia
H5N8 virus dutch outbreak (2014) linked to sequences of strains from asiaH5N8 virus dutch outbreak (2014) linked to sequences of strains from asia
H5N8 virus dutch outbreak (2014) linked to sequences of strains from asiaHarm Kiezebrink
 
Wind mediated spread of LPAI
Wind mediated spread of LPAIWind mediated spread of LPAI
Wind mediated spread of LPAIHarm Kiezebrink
 
Per contact probability of infection by Highly Pathogenic Avian Influenza
Per contact probability of infection by Highly Pathogenic Avian InfluenzaPer contact probability of infection by Highly Pathogenic Avian Influenza
Per contact probability of infection by Highly Pathogenic Avian InfluenzaHarm Kiezebrink
 
Supplementary information wind mediated transmission HPAI
Supplementary information wind mediated transmission HPAISupplementary information wind mediated transmission HPAI
Supplementary information wind mediated transmission HPAIHarm Kiezebrink
 
Avian Influenza in the Netherlands 2003: comparing culling methods
Avian Influenza in the Netherlands 2003: comparing culling methodsAvian Influenza in the Netherlands 2003: comparing culling methods
Avian Influenza in the Netherlands 2003: comparing culling methodsHarm Kiezebrink
 
Reseach on H9N2: evidence that link outbreaks in Eurasia, China, South Korea,...
Reseach on H9N2: evidence that link outbreaks in Eurasia, China, South Korea,...Reseach on H9N2: evidence that link outbreaks in Eurasia, China, South Korea,...
Reseach on H9N2: evidence that link outbreaks in Eurasia, China, South Korea,...Harm Kiezebrink
 
Risk analysis on the role of wild ducks by the introduction of Avian Influenz...
Risk analysis on the role of wild ducks by the introduction of Avian Influenz...Risk analysis on the role of wild ducks by the introduction of Avian Influenz...
Risk analysis on the role of wild ducks by the introduction of Avian Influenz...Harm Kiezebrink
 
Anoxia presentation during the AI symposium in Taiwan, March 2015
Anoxia presentation during the AI symposium in Taiwan, March 2015Anoxia presentation during the AI symposium in Taiwan, March 2015
Anoxia presentation during the AI symposium in Taiwan, March 2015Harm Kiezebrink
 

Más de Harm Kiezebrink (20)

Applying Firefighting Foam for Depopulation.pdf
Applying Firefighting Foam for Depopulation.pdfApplying Firefighting Foam for Depopulation.pdf
Applying Firefighting Foam for Depopulation.pdf
 
World bank evaluating the economic consequences of avian influenza
World bank evaluating the economic consequences of avian influenzaWorld bank evaluating the economic consequences of avian influenza
World bank evaluating the economic consequences of avian influenza
 
Gas alternatives to carbon dioxide for euthanasia a piglet perspective
Gas alternatives to carbon dioxide for euthanasia  a piglet perspectiveGas alternatives to carbon dioxide for euthanasia  a piglet perspective
Gas alternatives to carbon dioxide for euthanasia a piglet perspective
 
Laves presentation practical experiences in the culling of poultry in germany
Laves presentation practical experiences in the culling of poultry in germanyLaves presentation practical experiences in the culling of poultry in germany
Laves presentation practical experiences in the culling of poultry in germany
 
Berg et al. 2014 killing of spent laying hens using co2 in poultry barns
Berg et al. 2014 killing of spent laying hens using co2 in poultry barnsBerg et al. 2014 killing of spent laying hens using co2 in poultry barns
Berg et al. 2014 killing of spent laying hens using co2 in poultry barns
 
Neutralizing risks instead of stamping-out
Neutralizing risks instead of stamping-outNeutralizing risks instead of stamping-out
Neutralizing risks instead of stamping-out
 
Stamping out strategy failed
Stamping out strategy failedStamping out strategy failed
Stamping out strategy failed
 
FLI Seminar on different response strategies: Stamping out or Neutralization
FLI Seminar on different response strategies: Stamping out or NeutralizationFLI Seminar on different response strategies: Stamping out or Neutralization
FLI Seminar on different response strategies: Stamping out or Neutralization
 
Dossier transmission: Transmission of Avian Influenza Virus to Dogs
Dossier transmission: Transmission of Avian Influenza  Virus to DogsDossier transmission: Transmission of Avian Influenza  Virus to Dogs
Dossier transmission: Transmission of Avian Influenza Virus to Dogs
 
Spatio temporal dynamics of global H5N1 outbreaks match bird migration patterns
Spatio temporal dynamics of global H5N1 outbreaks match bird migration patternsSpatio temporal dynamics of global H5N1 outbreaks match bird migration patterns
Spatio temporal dynamics of global H5N1 outbreaks match bird migration patterns
 
Spatial, temporal and genetic dynamics of H5N1 in china
Spatial, temporal and genetic dynamics of H5N1 in chinaSpatial, temporal and genetic dynamics of H5N1 in china
Spatial, temporal and genetic dynamics of H5N1 in china
 
Different environmental drivers of H5N1 outbreaks in poultry and wild birds
Different environmental drivers of H5N1 outbreaks in poultry and wild birdsDifferent environmental drivers of H5N1 outbreaks in poultry and wild birds
Different environmental drivers of H5N1 outbreaks in poultry and wild birds
 
H5N8 virus dutch outbreak (2014) linked to sequences of strains from asia
H5N8 virus dutch outbreak (2014) linked to sequences of strains from asiaH5N8 virus dutch outbreak (2014) linked to sequences of strains from asia
H5N8 virus dutch outbreak (2014) linked to sequences of strains from asia
 
Wind mediated spread of LPAI
Wind mediated spread of LPAIWind mediated spread of LPAI
Wind mediated spread of LPAI
 
Per contact probability of infection by Highly Pathogenic Avian Influenza
Per contact probability of infection by Highly Pathogenic Avian InfluenzaPer contact probability of infection by Highly Pathogenic Avian Influenza
Per contact probability of infection by Highly Pathogenic Avian Influenza
 
Supplementary information wind mediated transmission HPAI
Supplementary information wind mediated transmission HPAISupplementary information wind mediated transmission HPAI
Supplementary information wind mediated transmission HPAI
 
Avian Influenza in the Netherlands 2003: comparing culling methods
Avian Influenza in the Netherlands 2003: comparing culling methodsAvian Influenza in the Netherlands 2003: comparing culling methods
Avian Influenza in the Netherlands 2003: comparing culling methods
 
Reseach on H9N2: evidence that link outbreaks in Eurasia, China, South Korea,...
Reseach on H9N2: evidence that link outbreaks in Eurasia, China, South Korea,...Reseach on H9N2: evidence that link outbreaks in Eurasia, China, South Korea,...
Reseach on H9N2: evidence that link outbreaks in Eurasia, China, South Korea,...
 
Risk analysis on the role of wild ducks by the introduction of Avian Influenz...
Risk analysis on the role of wild ducks by the introduction of Avian Influenz...Risk analysis on the role of wild ducks by the introduction of Avian Influenz...
Risk analysis on the role of wild ducks by the introduction of Avian Influenz...
 
Anoxia presentation during the AI symposium in Taiwan, March 2015
Anoxia presentation during the AI symposium in Taiwan, March 2015Anoxia presentation during the AI symposium in Taiwan, March 2015
Anoxia presentation during the AI symposium in Taiwan, March 2015
 

Wet Houders van Dieren, invoering van EU 1099/2009 in Nederland

  • 1. Invoering van Verordening EU 1099/2009 Waarborgen dierenwelzijn tijdens het doden van pluimvee op het bedrijf By: Harm Kiezebrink, Principal consultant Applied Veterinary Technologies / Research Fellow Queensland University ABSTRACT Er worden binnen de Europese primaire pluimvee bedrijven jaarlijks 97 miljoen wrakke of zieke dieren handmatig gedood omdat ze hun economische waarde hebben verloren en/of uit hun lijden moeten worden verlost. Die uitval is in zichzelf ongewenst maar wordt veelal door de sector als een intern probleem beschouwd. Het publiek is zich nauwelijks bewust dat het om zulke grote aantallen dieren gaat. De Europese Verordening EU 1099/2009 die per 1 januari 2013 binnen alle Europese lidstaten van kracht is geworden werd in Nederland opgenomen in de wet Houders van Dieren die per 22 augustus 2014 van kracht is geworden. Deze nieuwe dierenwelzijnswet biedt unieke kansen voor gespecialiseerde pluimvee dierenartsen om en sleutel rol te vervullen in de transformatie van de pluimvee sector.
  • 2. Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf Inhoudsopgave Aanleiding....................................................................................................................... 3 Dierenwelzijn als maatschappelijk belang en invoering van nieuwe wetgeving ........ 3 ANNEX 1 bij EU 1099/2009 ............................................................................................ 5 Wet houders van Dieren ................................................................................................ 5 Artikel 1.10 Gevallen waarin dieren mogen worden gedood....................................... 5 Artikel 1.12 Besparen vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden ......................... 5 Artikel 1.13 Methoden ................................................................................................... 5 Opleiden van pluimveehouders ........................................ Error! Bookmark not defined. Standaard werkwijzen ................................................................................................... 6 Referenties ...................................................................................................................... 7 AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 2 1-10-2014
  • 3. Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf Aanleiding Het doden van dieren hoort inherent bij dierlijke productie. Het grootste deel van onze productiedieren eindigt in de slachterij, met name die dieren die we houden voor de vleesproductie, maar ook de dieren die we primair voor de melk of de eieren houden. Dieren die naar de slachterij gaan hebben (vrijwel altijd) economische waarde. Een kleiner, maar bepaald niet betekenisloos aantal dieren wordt echter eerder dan normaal gedood danwel geëuthanaseerd, omdat ze geen economische waarde hebben, die hun waarde hebben verloren (wrakke of zieke dieren) en/of uit hun lijden moeten worden verlost (euthanasie). Het gaat binnen Europa om aanzienlijke aantallen Pluimvee. De uitval op pluimvee bedrijven –door een natuurlijke dood of door actieve levensbeëindiging– is naar schatting 3%, waarvan twee-derde actief op het bedrijf wordt gedood. Als we pluimvee productie cijfers voor vleeskippeni dat jaarlijks binnen Europa wordt geslacht en het aantal legkippenii dat binnen Europa word gehouden als indicatie nemen, dan gaat om enorme aantallen. Uitgaande dat 3% van de dieren vroegtijdig aan hun einde komen (veelal na een periode van lijden) waarvan 1% zonder ingrijpen van de pluimveehouder, dan worden er in Europa jaarlijks 97 miljoen vleeskuikens en circa 11 miljoen leghennen op traditionele wijze op het bedrijf gedood. Voor Nederlandiii betekent dit ca. 5,54 miljoen vleeskuikens en een kleine 620.000 leghenneniv. In vergelijking met de reguliere slacht, die (in ieder geval formeel) goed gereguleerd en gecontroleerd wordt, is het doden van wrakke en zieke dieren een ondergeschoven kindje. Daarbij kan het zowel gaan om de (bij wetgeving verplichte) euthanasie vanwege ‘uitzichtloos lijden’, als om het doden van dieren die zouden kunnen herstellen, maar economisch hun waarde hebben verloren. Het is de enige vorm van doding van dieren waarbij de boer zelf een actieve rol speelt, als beslisser en als uitvoerder. De praktijk op het boerenerf is daardoor zeer variabel en oncontroleerbaar. Het publiek is zich nauwelijks bewust dat het om zulke grote aantallen dieren gaat die geen keuze hebben tussen een langzame dood (door de passieve houding/niet ingrijpen door de veehouder) en onnodig leiden (door de onverschilligheid en/of willekeur van de persoon die het dier dood) of simpel vanwege de afwezigheid van een controleerbare euthanasie methode. Dierenwelzijn als maatschappelijk belang en invoering van nieuwe wetgeving Er wordt er in toenemende mate druk uitgeoefend op de sector, met de nadruk op transparantie en naleving van welzijnswetgeving. Mede als gevolg van nieuwe wetenschappelijke inzichten en door de toegenomen maatschappelijke aandacht voor dierenwelzijn is per 1 januari 2013 de Europese Verordening EU 1099/2009 vvan kracht geworden, gevolgd door het inwerking treden van de Wet Houders van Dieren viper 22 Augustus 2014. In de praktijk is het met name bij de kleinere dieren, zoals pluimvee, niet zo makkelijk om te voldoen aan deze vereisten, omdat: AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 3 1-10-2014
  • 4. Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf  Het inzetten van een dierenarts voor een individueel dier is in zulke gevallen economisch onhaalbaar. Het toedienen van lethale injecties (zoals T61) is daarom geen optie  Pluimveehouders niet beschikken over een alternatieve techniek die geaccepteerd is volgens de Verordening De pluimvee branche heeft tot nu toe passief gereageerd op de wijzigingen in de wetgeving. Investeringen die dierenwelzijn op het bedrijf verbeteren leiden niet automatisch tot een beter financieel rendement en de afwezigheid van praktisch toepasbare methoden spelen waarschijnlijk een belangrijke rol. Dientengevolge wordt nog steeds en uitsluitend de ‘breken van de nek’-techniek toegepast en opereren pluimveehouders feitelijk in strijd met de wet Houders van Dieren en riskeren zij een mogelijke veroordeling op grond van het administratief recht. Zolang de huidige situatie van de afwezigheid van alternatieven aanhoudt zullen veterinaire autoriteiten niet snel tot vervolging overgaan. Deze houding zal waarschijnlijk veranderen na de marktintroductie van apparatuur die voldoen aan de gewijzigde wet- en regelgeving, zoals de Anoxiavii techniek. De pluimvee branche staat dus voor structurele aanpassingen: de migratie van de oncontroleerbare ‘breken van de nek’-methode naar het toepassen van controleerbare euthanasie technieken. In de Wet Houders van Dieren wordt de rol van dierenarts uitvoerig beschreven, met name waar het gaat om de behandeling van zieke en zwakke dieren. Gespecialiseerde pluimvee dierenartsen zijn bij uitstel geschikt om pluimveehouders te begeleiden in dit migratie proces. Zij zijn bij uitstek geschikt om pluimveehouders te ondersteunen en begeleiden; toezicht te houden op het juist toepassen van de techniek volgens standaardwerkwijzen; training van personeel; en certificering van de bedrijf/gebruikers. Verder kunnen zij de rol van project manager vervullen bij het introduceren van “Gidsen voor goede praktijken”viii . Introductie van nieuwe euthanasie technieken bedoelt om ondragelijk lijden te voorkomen betekent niet alleen een doorbraak op het gebied van dierenwelzijn; het is ook een kans voor de pluimvee houder om zich positief te manifesteren ten opzichte van consumenten. AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 4 1-10-2014
  • 5. Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf Het nieuwe wettelijke kader ANNEX 1 bij EU 1099/2009 Op grond van EU 1099/ 2009 geldt dat “Een dier wordt gedood door middel van een methode die waarborgt dat de dood onmiddellijk of na bedwelming, maar vóórdat de bewusteloosheid is geweken, intreedt.” Verder wordt er bepaald dat het doden van dieren gebeurt “door personen die aantoonbaar de nodige kennis en vaardigheden bezitten om de taken humaan en doeltreffend uit te voeren.” In deze annex is een opsomming opgenomen die beschrijft welke methoden en technieken toegepast mogen worden. Hierin wordt bepaald dat het doden door het breken van de nek weliswaar is toegestaan, maar dat het breken van de nek niet als routinemethode. ANNEX 1; Hoofdstuk 2; onder 3 (breken van de nek): “Deze methoden mogen niet als routinemethode worden gebruikt maar uitsluitend indien er geen andere bedwelmings-methoden voorhanden zijn.” In de wet Houders van Dieren zijn deze bepalingen integraal overgenomen. Wet houders van Dieren De wet Houders van Dieren schrijft onder meer voor dat de houders voldoende zijn opgeleid om hun taken adequaat en overeenkomstig de in deze paragraaf bedoelde voorschriften te kunnen uitvoeren. Er geldt een overgangsperiode voor bestaande praktijken. Indien nieuwe praktijken worden ingevoerd, zoals het vervangen van de methode van doden van dieren op het bedrijf, geldt dat de pluimveehouder gecertificeerd moeten worden om de handhaving van dierenwelzijn op het bedrijf te kunnen waarborgen. Artikel 1.10 Gevallen waarin dieren mogen worden gedood In dit artikel wordt uiteengezet onder welke condities dieren op het bedrijf gedood mogen worden en wat de rol van de dierenarts hierbij is: a. een dier wordt gedood ter beëindiging of voorkoming van onmiddellijk gevaar voor mens of dier; b. een dierenarts heeft vastgesteld dat doden in het belang van het dier Artikel 1.12 Besparen vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden Hierin bepaalt dat het leiden van het dier moet hierbij worden bespaard: “Bij het doden van dieren en daarmee verband houdende activiteiten wordt de dieren elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden bespaard.” Artikel 1.13 Methoden Art. 1.13 regelt dat voor het doden van het dier een methode moet worden toegepast die ervoor zorgt dat het dier onmiddellijk gedood wordt: AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 5 1-10-2014
  • 6. Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf 1. Een dier wordt gedood door middel van een methode die waarborgt dat de dood onmiddellijk of na bedwelming, maar vóórdat de bewusteloosheid is geweken, intreedt. 2. In afwijking van het eerste lid behoeft een dier niet te worden bedwelmd indien een dier moet worden gedood: a. ter beëindiging of voorkoming van onmiddellijk gevaar voor mens of dier of b. ter beëindiging van ondraaglijk lijden van het dier. Bij de formulering van de bovengenoemde artikelen is zo veel mogelijk aangesloten bij de tekst van Verordening 1099/2009. Dit betekent dat de methoden die voor het doden van de pluimvee op het bedrijf zijn overgenomen uit ANNEX 1 van de Verordening. Standaard werkwijzen De Verordening schrijft tevens voor dat “Bedrijfsexploitanten (pluimveehouders) plannen vooraf het doden van dieren en de daarmee verband houdende activiteiten, en voeren het doden uit overeenkomstig de standaardwerkwijzen”. Vervolgens dienen pluimveehouders te “waarborgen dat het doden van dieren en de daarmee verband houdende activiteiten” overeenkomstig de Verordening plaatsvinden. De Europese Verordening stelt dus ook eisen aan de leveranciers van Euthanasie apparatuur. In Artikel 8 van de Verordening zijn de eisen voor de producent als volgt omschreven: “Producten die worden verhandeld of aangeprezen als fixatie of bedwelmings-apparatuur, mogen uitsluitend worden verkocht mits zij vergezeld gaan van adequate instructies over het gebruik, zodat optimale omstandigheden voor het welzijn van dieren gewaarborgd zijn. De producenten stellen deze instructies via internet ook aan het publiek beschikbaar.” In artikel 9 van de verordening zijn de eisen aan de pluimveehouders vastgelegd: “Bedrijfsexploitanten zorgen ervoor dat alle apparatuur voor het fixeren of bedwelmen van dieren onderhouden en gecontroleerd wordt volgens de instructies van de producent door personen die daartoe specifiek zijn opgeleid.” AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 6 1-10-2014
  • 7. Achtergrond praktijk doden van dieren op het pluimveebedrijf Referenties i Annual report of the Association of Poultry Processors and Poultry Trade in the EU Countries a.v.e.c. 2013, the total gross domestic production of poultry meat in the EU (Carcass weight) was 12.745.000 tons: 9.914.000 tons broilers/3,965 billion broilers (average live weight of 2,5 kg); 1.920.000 tons Turkey/ 350 million turkeys (average live weight of 5,5 kg); 499.000 tons Ducks/ 185 million ducks (average live weight of 2,87kg) and 363 million layer hens i. ii http://www.compassionlebensmittelwirtschaft.de/wp-content/uploads/2012/05/Info- 1-Egg-production-in-the-EU.pdf.pdf iii Kengetallen Pluimveehouderij gepubliceerd op 26 november 2013 door LTO Nederland: In totaal 1.560 pluimvee locaties met totaal stuks pluimvee: 99,2 miljoen dieren Leghennenbedrijven: Totaal aantal legbedrijven: 720 locaties/: 34,1 miljoen leghennen per jaar/ 43.000 per bedrijf; bij 2% uitval - 860 per bedrijf, 2,3 kippen per dag Vleeskuikenbedrijven: Totaal aantal vleeskuiken bedrijven: 440 locaties/ totaal aantal vleeskuikens per jaar; 65,1 miljoen vleeskuikens/ 5,54 miljoen vleeskuikens per jaar/ gemiddeld aantal vleeskuikens per bedrijf per 90.000 cyclus (6 weken)/ 7 cycli per jaar/ bij 2% per cyclus - 12.600 per bedrijf/ 42,9 kippen per bedrijf per dag Pluimvee slachterijen: 15 pluimveeslachterijen; capaciteit van >10.000 ton; aantal dieren dat gemiddeld per dag wordt aangevoerd - 68.000 dieren per dag; bij 0,1% uitval per dag; 68 dieren per dag (Aangevoerd ziek/verzwakt pluimvee mag niet geslacht worden en dient te worden gedood). iv http://www.lto.nl/actueel/kengetallen/Pluimveehouderij v http://n2gf.com/?p=395. vi http://n2gf.com/?p=1704. vii http://n2gf.com/?p=1183 viii Als bedoeld in Artikel 2.61 van Wet Houders van Dieren: Gidsen voor goede praktijken. AVT Applied Veterinary Technologies Pagina 7 1-10-2014