Natuursteenverhardingen vormen een prachtig alternatief in het brede assortiment van elementverhardingen. Er wordt sterk gehecht aan de meerwaarde voor de kwaliteit van de openbare ruimte op specifieke locaties en historische kernen. Helaas realiseert men zich vaak niet dat de toepassing van een natuursteenverharding iets anders is dan "het vervangen van de elementenverhardingen door een andere steen". Er kan van alles mis gaan zowel in het ontwerp, de materiaalkeuze en het contract als de uitvoering en het beheer. In deze presentatie wordt een overzicht gegeven van zaken die mis kunnen gaan. U heeft de kans om te leren van fouten van anderen. Na afloop weet u welke onderwerpen uzelf kunt oppakken en voor welke u misschien een deskundige moet inschakelen.
2. Lessen uit de praktijk
Even vooraf
1.
2.
3.
4.
Ontwerp
Contract
Aanleg
Beheer en onderhoud
Bronnen
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
2
3. Bronnen
• CROW Publicatie 231
Handboek natuursteenbestrating
• Ter visielegging RAW 31.5 Natuursteenbestrating
• CROW Infoblad 968
Stroefheid voor voetgangers
• Vragen Helpdesk CROW
• Eigen kennis en ervaring
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
3
4. Natuurlijk natuursteen!
Zo oud als de weg naar Rome
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
4
14. Geweldig elementenpalet
voor ontwerpers!
• Functioneel
• Technisch
• Esthetisch
Door keuzemogelijkheden in
• Materiaal
• Vorm
• Formaat
• Kleur
• Textuur
• Verband
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
14
15. 1. Ontwerp
Is meer dan het vervangen van de laag elementen van je
standaardconstructie door natuursteen!
•onderbouw (ondergrond / fundering)
•natuursteensoort en formaat, afhankelijk belasting, gebruik en
beheer(materieel)
•stroefheid
•bewerkingsvorm
•mechanische verwerking?
•straatverband
•straatlaagmateriaal
•voegbreedte
•voegvulmateriaal
- ongebonden / gebonden
•detaillering
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
15
16. Restricties aan lengte van tegel
Richtlijn:
•Maximaal 1,5x breedte
•Maximaal 4x dikte
B
L
D
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
16
17. Ontwerp: voeg en fundering
• Flexibele voeg op flexibele fundering
• Starre voeg op starre fundering
• Voeg afhankelijk belasting en veegregiem
• Dilatatievoegen bij gebonden constructies
Richtlijn:
Bij toepassing van een gebonden (starre) voeg een
gebonden fundering!
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
17
18. Voegbreedte
bij ongebonden voegmateriaal
Dikte natuursteenkei
Maximale
voegbreedte
< 60 mm
6 mm
60 – 120 mm
10 mm
> 120 mm
15 mm
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
18
19. Voegbreedte bij giet- en mortelvoegen
en gebonden voegmateriaal
Toepassing
Voegbreedte
Gezaagd materiaal
8 – 10 mm
Gekliefd nieuw geleverd
materiaal
10 – 12 mm
Gekliefd gebruikt materiaal
15 – 20 mm
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
19
20. 2. Contract
• Juiste verwerking ontwerp in contract
• Europese normen!: meetmethoden voor stroefheid
en slijtvastheid zijn vermeld, maar niet de eisen:
je moe(s)t nog wel eisen stellen als
ontwerper/bestekschrijver!
• Consequenties voor bestek bij mechanische
verwerking
• Natuursteenbestrating is vaak specialistisch werk
Tervisielegging RAW H31.5 Natuursteenbestrating
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
20
21. Europese normen
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Afmetingen en vlakheid
Vorst/dooibestendigheid
Sterkte
Slijtvastheid (niet voor banden)
Stroefheid (niet voor banden)
Uiterlijk
Wateropname
Petrografische beschrijving
Oppervlakbehandeling
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
21
22. 3. Aanleg
• Onvoldoende aandacht voor verdichting
• Ook lokaal!: bedrijfsleuven, rondom kolken etc.
• Straatlaag (te grote variatie in dikte en verdichting)
• Voegbreedte!
- afhankelijk tegels, keien en voegvulmateriaal
• Detaillering!
- inpassing allerlei straatmeubilair, putten etc.
• Voorkomen van (cement)sluier
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
22
23. 4. Beheer en onderhoud
Twee belangrijkste bedreigingen voor
natuursteenbestrating:
1.Reiniging (vegen en zuigen)
2.Kleinschalige werkzaamheden
Overig:
sneeuwruimen, strooien, onkruidbestrijding,
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
23
43. Bronnen
• CROW Publicatie 231
Handboek natuursteenbestrating
• Ter visielegging RAW 31.5 Natuursteenbestrating
• CROW Infoblad 968
Stroefheid voor voetgangers
• Vragen Helpdesk CROW
• Eigen kennis en ervaring
Natuursteenbestrating: de belangrijkste lessen uit de praktijk - InfraRelatiedagen 2013
43
Editor's Notes
Nuancering SoW tov thema Communicatie geluidkaarten, actieplannen
Toelichting bij titel geven
RIVM-site
“ Een gezonde leefomgeving is een leefomgeving die als prettig wordt ervaren, die uitnodigt tot gezond gedrag, en waar de druk op de gezondheid zo laag mogelijk is.”
rapport DGMR
Invloed van wegverkeerslawaai op een gezonde leefomgeving
Alvorens in te gaan op de invloed van wegverkeerslawaai op een gezonde leefomgeving wordt kort stilgestaan bij het begrip leefomgeving en het begrip de fysieke leefomgeving. Uit literatuuronderzoek blijkt, dat het begrip leefomgeving verschillend geïnterpreteerd wordt. De interpretatie is mede afhankelijk vanuit welke discipline het onderwerp wordt bestudeerd. Een socioloog zal vaak de sociale relaties centraal stellen, terwijl een milieukundige denkt aan bijvoorbeeld emissies. Wat wel duidelijk is, is dat het begrip gaat over het samenspel tussen de mens en zijn omgeving. Dit samenspel kan bepaald worden door objectieve maar ook subjectieve indicatoren [26].
Het onderzoeksinstituut TNO heeft het begrip leefomgeving wat nader gedefinieerd en heeft hiertoe een leefomgevingsmodel ontwikkeld [55]. Dit model geeft een overzicht van de verschillende aspecten die van belang zijn voor de leefomgeving. Alle factoren die in het model zijn opgenomen, werken in op het individu. Dit resulteert in een persoonlijk gevoel van veiligheid, de ervaren gezondheid en de tevredenheid over de woonsituatie. Vervolgens komt het tot uiting in het gedrag van het desbetreffende individu. Het TNO-model onderscheidt vijf hoofdfactoren:
sociale omgeving;
fysieke kenmerken van de woonomgeving;
voorzieningen in de woonomgeving;
woning;
persoons-/leefstijlfactoren.
Hoewel er (nog) geen eenduidige definitie is voor het begrip leefomgevingskwaliteit, is het wel al hanteerbaar gemaakt. Er is echter nog geen algemeen geaccepteerd begrippenkader. De algemene opvatting is, dat het begrip leefomgevingkwaliteit samenhangt met de gebruiksfunctie van het gebied. En, dat het een samenstelling is van verschillende factoren waaraan afhankelijk van de gebruiksfunctie verschillende wegingsfactoren kunnen worden toegekend. Het begrip ‘biodiversiteit’ zal in een gebied met de functie ‘natuur’ zwaarder wegen dan in een gebied met de functie ‘industrie’.
Ook voor het begrip een gezonde leefomgeving bestaat geen duidelijke definitie. Het ministerie van VROM hanteerde de volgende definitie [31]:
Een gezonde wijk is een wijk waar mensen gemakkelijk lopend en fietsend naar hun werk, school, winkels en sport kunnen. Een gezonde wijk is ook een wijk met een kindvriendelijke leefomgeving waar kinderen gezond kunnen opgroeien (goede woningen en scholen met een gezond binnenmilieu) en gemakkelijk buiten kunnen spelen (veilige wandel- en fietspaden, een schone en veilige buitenruimte). Een gezonde wijk heeft een ruim aanbod aan sport, cultuur en groen, dat voor iedereen goed te bereiken is. Bewoners van een wijk, inclusief de jongeren, kunnen meepraten over hun eigen woon- en leefomgeving.
Voor de kwaliteit van de leefomgeving in relatie tot wegverkeerslawaai zal het vooral gaan om de fysieke kenmerken van de leefomgeving. Overigens moet men zich wel bewust blijven van het belang van de factoren, die te maken hebben met de sociale omgeving en de individuele persoons‑ of leefstijlfactoren.
TNO beschrijft de definitie een gezonde fysieke leefomgeving als volgt [31]:
verbeteractiviteiten in de fysieke omgeving/openbare ruimte m.b.t. mobiliteit, geluid, veiligheid, (binnen)milieu, visuele aantrekkelijkheid (t.b.v. beweegvriendelijkheid) met als doel het terugdringen van gezondheidsachterstanden
Het programma Stiller op Weg heeft tot doel het stimuleren van bronmaatregelen voor wegverkeerslawaai in het stedelijk gebied. Als we deze doelstellingen beschouwen in relatie tot de hiervoor genoemde definitie voor een gezonde fysieke leefomgeving, dan zien we hier overeenkomsten, namelijk verbetermaatregelen voor het terugdringen van gezondheidsachterstanden.
Uitvloeiingsgesteente
Ganggesteente
De geweldige mogelijkheden voor ontwerpers van de OR
Om de verschillende functies in de OR te versterken……… door
Strong potency for designers to strengthen the different functions in public space by
Materials
Shapes
Textures
Colours
Sizes
Strong competitiveness opposite monolith asphalt or concrete
Afstemming straatmeubilair op straatwerk en straatverband!!
Zowel qua materiaal, vorm als plaats in de OR
Tabel T 31.5.4 Eisen voegbreedte bij giet- en mortelvoegen en gebonden voegmateriaal
Toepassing
Voegbreedte
Gezaagd materiaal
8 – 10 mm
Gekliefd nieuw geleverd materiaal
10 – 12 mm
Gekliefd gebruikt materiaal
15 – 20 mm
Soms wel klassen, maar niet voorgeschreven welke klasse
Soms alleen test beschreven
Passtenen
Mogelijkheden rechthoekig (poten) straatmeubilair / boomkransen / afstemming straatwerk en verband op straatmeubilair
Overig:
sneeuwruimen, strooien, onkruidbestrijding,
Denk ook aan markten en kramen met bakinstallaties
RIVM-site
“ Een gezonde leefomgeving is een leefomgeving die als prettig wordt ervaren, die uitnodigt tot gezond gedrag, en waar de druk op de gezondheid zo laag mogelijk is.”
rapport DGMR
Invloed van wegverkeerslawaai op een gezonde leefomgeving
Alvorens in te gaan op de invloed van wegverkeerslawaai op een gezonde leefomgeving wordt kort stilgestaan bij het begrip leefomgeving en het begrip de fysieke leefomgeving. Uit literatuuronderzoek blijkt, dat het begrip leefomgeving verschillend geïnterpreteerd wordt. De interpretatie is mede afhankelijk vanuit welke discipline het onderwerp wordt bestudeerd. Een socioloog zal vaak de sociale relaties centraal stellen, terwijl een milieukundige denkt aan bijvoorbeeld emissies. Wat wel duidelijk is, is dat het begrip gaat over het samenspel tussen de mens en zijn omgeving. Dit samenspel kan bepaald worden door objectieve maar ook subjectieve indicatoren [26].
Het onderzoeksinstituut TNO heeft het begrip leefomgeving wat nader gedefinieerd en heeft hiertoe een leefomgevingsmodel ontwikkeld [55]. Dit model geeft een overzicht van de verschillende aspecten die van belang zijn voor de leefomgeving. Alle factoren die in het model zijn opgenomen, werken in op het individu. Dit resulteert in een persoonlijk gevoel van veiligheid, de ervaren gezondheid en de tevredenheid over de woonsituatie. Vervolgens komt het tot uiting in het gedrag van het desbetreffende individu. Het TNO-model onderscheidt vijf hoofdfactoren:
sociale omgeving;
fysieke kenmerken van de woonomgeving;
voorzieningen in de woonomgeving;
woning;
persoons-/leefstijlfactoren.
Hoewel er (nog) geen eenduidige definitie is voor het begrip leefomgevingskwaliteit, is het wel al hanteerbaar gemaakt. Er is echter nog geen algemeen geaccepteerd begrippenkader. De algemene opvatting is, dat het begrip leefomgevingkwaliteit samenhangt met de gebruiksfunctie van het gebied. En, dat het een samenstelling is van verschillende factoren waaraan afhankelijk van de gebruiksfunctie verschillende wegingsfactoren kunnen worden toegekend. Het begrip ‘biodiversiteit’ zal in een gebied met de functie ‘natuur’ zwaarder wegen dan in een gebied met de functie ‘industrie’.
Ook voor het begrip een gezonde leefomgeving bestaat geen duidelijke definitie. Het ministerie van VROM hanteerde de volgende definitie [31]:
Een gezonde wijk is een wijk waar mensen gemakkelijk lopend en fietsend naar hun werk, school, winkels en sport kunnen. Een gezonde wijk is ook een wijk met een kindvriendelijke leefomgeving waar kinderen gezond kunnen opgroeien (goede woningen en scholen met een gezond binnenmilieu) en gemakkelijk buiten kunnen spelen (veilige wandel- en fietspaden, een schone en veilige buitenruimte). Een gezonde wijk heeft een ruim aanbod aan sport, cultuur en groen, dat voor iedereen goed te bereiken is. Bewoners van een wijk, inclusief de jongeren, kunnen meepraten over hun eigen woon- en leefomgeving.
Voor de kwaliteit van de leefomgeving in relatie tot wegverkeerslawaai zal het vooral gaan om de fysieke kenmerken van de leefomgeving. Overigens moet men zich wel bewust blijven van het belang van de factoren, die te maken hebben met de sociale omgeving en de individuele persoons‑ of leefstijlfactoren.
TNO beschrijft de definitie een gezonde fysieke leefomgeving als volgt [31]:
verbeteractiviteiten in de fysieke omgeving/openbare ruimte m.b.t. mobiliteit, geluid, veiligheid, (binnen)milieu, visuele aantrekkelijkheid (t.b.v. beweegvriendelijkheid) met als doel het terugdringen van gezondheidsachterstanden
Het programma Stiller op Weg heeft tot doel het stimuleren van bronmaatregelen voor wegverkeerslawaai in het stedelijk gebied. Als we deze doelstellingen beschouwen in relatie tot de hiervoor genoemde definitie voor een gezonde fysieke leefomgeving, dan zien we hier overeenkomsten, namelijk verbetermaatregelen voor het terugdringen van gezondheidsachterstanden.