1. VAN LIESHOUT & PARTNERS
Vermogensbeheer
Nieuwsbrief
Gemengde signalen
Hoewel de beurs 2010 goed begon, is deze daarna helaas weer weggezakt. Op het moment van schrijven noteert
de AEX 328 punten. Grote vraag is natuurlijk wat de beurs de komende tijd zal gaan brengen. Hoewel dat nooit
met zekerheid valt te voorspellen, zullen wij u aan de hand van een aantal indicatoren informeren over onze visie
op de beurs. Uiteraard kunnen nieuwe feiten en gebeurtenissen onze visie veranderen. De indicatoren variëren van
macro-economische analyse, fundamentele analyse, technische analyse tot psychologische factoren.
Macro-economische indicatoren
De wereldwijde staat van de economie is de belangrijkste bepaler voor de beurskoersen. Op korte termijn kan het
zijn dat dit verband tijdelijk niet opgaat, bijvoorbeeld vanwege het sentiment, maar op lange termijn moet er
altijd een duidelijk verband zijn. De algehele economie bepaalt immers de winsten van alle bedrijven tezamen en
deze bepalen op lange termijn weer de beurskoers van een onderneming (behalve ten tijde van de IT-bubble).
Monthly QaUSCPROFIT/A, Q.DJI
Blauwe lijn: Totale winst Amerikaanse ondernemingen. Zwarte lijn: Dow Jones.
Het Internationale Monetair Fonds heeft dinsdag 26 januari een update gegeven van zijn economische prognoses.
Het voorziet een sterker economisch herstel dan eerder werd aangenomen.
Economische groeiverwachtingen IMF Oude prognose IMF
(oktober 2009)
2008 2009 2010 2011 2010 2011
Wereldwijd 3,0 -0,8 3,9 4,3 3,1 4,2
Ontwikkelde landen 0,5 -3,2 2,1 2,4 1,3 2,5
VS 0,4 -2,5 2,7 2,4 1,5 2,8
Eurozone 0,6 -3,9 1,0 1,6 0,3 1,3
VK 0,5 -4,8 1,3 2,7 0,9 2,5
Japan -1,2 -5,3 1,7 2,2 1,7 2,4
Azië 7,9 6,5 8,4 8,4 7,3 8,1
Latijns Amerika 4,2 -2,3 3,7 3,8 2,9 3,7
Oost Europa 3,1 -4,3 2,0 3,7 1,8 3,8
2. VAN LIESHOUT & PARTNERS
VAN Vermogensbeheer & PARTNERS
LIESHOUT
Vermogensbeheer
Hoewel wij hopen dat bovenstaande verwachtingen uit zullen komen, blijven wij sceptisch over een fors
economisch herstel. Op dit moment komt het herstel bijna volledig voor rekening van de overheden en de
monetaire autoriteiten. Op een gegeven ogenblik zullen de consumenten het stokje moeten overnemen.
Grote onzekerheid is hoe lang de overheden de economie kunnen blijven ondersteunen en wanneer de
consumenten hun bestedingen zullen verhogen.
Signaal 1: Rol overheid
In alle grote economieën wereldwijd heeft de overheid de laatste anderhalf jaar de economie fors ondersteund.
Dit heeft er mede voor gezorgd dat de economische recessie snel is gestopt en is omgeslagen in economische
groei. De vraag is echter hoe lang de overheid dit vol kan houden. Het stimuleringsbeleid heeft er namelijk ook
voor gezorgd dat de schulden van de overheid in zowel de VS als in Europa fors zijn opgelopen.
US Federal Debt As Percent Of GDP
US Federal Debt As Percent Of GDP
Government Spending in US from FY 1792 to FY 2010
Government Spending in US from FY 1792 to FY 2010
140
120
100 In de VS is de staatsschuld
Percent GDP
80 nu circa 94% van het BNP
en deze zal naar verwach-
60 ting oplopen tot boven de
40 100% |in 2011. Alleen
tijdens de Tweede
20
Wereldoorlog bedroeg de
0 staatschuld meer.
1800 1820 1840 1860 1880 1900 1920 1940 1960 1980 2000
UK National Debt As Percent Of GDP
UK National Debt As Percent Of GDP
UK Public Spending from FY 1900from FY1900 to FY 2010
UK Public Spending to FY 2010
250
200
Percent GDP
150
100
Ook de Engelse staats-
50
schuld is fors aan het
oplopen hoewel een hoge
0 staatsschuld eerder
1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 1970 1980 1990 2000 2010 is voorgekomen.
Op termijn heeft de overheid twee keuzes. Zij kan de schulden nog verder laten oplopen om de economie te
blijven ondersteunen, hetgeen kan leiden tot enorme inflatie in de toekomst, of op niet al te lange termijn haar
stimuleringspakketten beëindigen. President Obama heeft laten weten dat wat hem betreft de overheid dit jaar
nog zeker niet zal stoppen met de stimuleringsmaatregelen. Desondanks is de overheid in december 2009 gestopt
met een belastingvoordeel ter waarde van $ 8.000 dollar die starters op de woningmarkt kregen. Vrijdag 22
januari werd bekend dat in december de verkoop van bestaande woningen met 16 procent ten opzichte van de
vorige maand is gedaald. Hoewel we moeten oppassen zaken te generaliseren, geeft dit wel een indicatie dat de
Amerikaanse economie hoogst waarschijnlijk nog niet zonder overheidssteun kan. Onderstaande grafiek geeft de
toename/afname weer van de verkoop van bestaande woningen uitgedrukt als percentage ten opzichte van de
vorige maand.
3. VAN LIESHOUT & PARTNERS
VAN Vermogensbeheer & PARTNERS
LIESHOUT
Vermogensbeheer
Start belastingvoordeel
Signaal 2: Werkloosheid
Hoewel de opkomst van China en India onmiskenbaar is, is de Amerikaanse economie nog steeds veruit
de belangrijkste economie ter wereld en hiermee ook het belangrijkste voor de wereldwijde beurzen.
De Amerikaanse economie wordt normaal gesproken voor een groot gedeelte bepaald door consumenten-
bestedingen. De belangrijkste voorwaarde om te blijven consumeren is uiteraard het hebben van een baan.
Wat ons betreft is dit één van de grootste problemen in de VS op dit moment.
Zoals vermeld draait de Amerikaanse economie op dit moment voor een groot gedeelte op overheidsbestedingen.
Gegeven de enorme schulden van de overheid zal de consument op een gegeven moment dit stokje moeten
overnemen. Uit onderstaande grafiek kunt u opmaken dat de werkloosheid in de VS fors is opgelopen. Naast de
daling van de huizenprijzen zorgt dit er voor dat de consumentbestedingen fors zijn teruggevallen.
Monthly QaUSUNR/A
Toch is er een aantal lichtpunt-
jes dat er op duidt dat de
arbeidsmarkt op korte termijn
aan kan trekken. De afgelopen
maanden zijn de arbeidsproduc-
tiviteit en de gemiddelde
werkweek (aantal gewerkte uren
per week) fors toegenomen.
Tevens wordt er weer meer
overgewerkt. Dit betekent dat
de productie aantrekt, maar dat
bedrijven de extra productie
nog opvangen met bestaande
werknemers. Dit kan men
echter niet oneindig volhouden
waardoor bedrijven op termijn
weer mensen moeten aannemen.
Daarnaast neemt het aantal
aangekondigde toekomstige
Werkloosheid als percentage van de beroepsbevolking ontslagen af.
4. VAN LIESHOUT & PARTNERS
VAN Vermogensbeheer & PARTNERS
LIESHOUT
Vermogensbeheer
Monthly QaUSJOBC/A 31/05/2000 - 28/02/2010 (LON)
Monthly QaUSPHOPBUS/A 31/01/1981 - 30/09/2009 (LON)
Value Value
Line, QaUSJOBC/A, Cvalue(Last), (S1, S2, S3, S4) Line, QaUSPHOPBUS/A, Cvalue(Last), (S1, S2)
31/01/2010, 482,000 630,000 30/09/2009, 8.5 8
600,000 7
6
570,000
5
540,000
4
510,000
3
480,000 2
450,000 1
420,000 0
-1
390,000
-2
360,000
-3
330,000 -4
300,000 -5
2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 1985 1990 1995 2000 2005 2010
2000 1980 1990 2000
Maandelijkse aanvragen werkloosheidsuitkeringen Verandering arbeidsproductiviteit op jaarbasis
Monthly QaUSWORKW/A 30/11/1980 - 31/12/2009 (LON) Monthly QaUSUEMPL 31/01/1994 - 31/01/2010 (LON)
Value Value
Line, QaUSWORKW/A, Cvalue(Last), (S1, S2) Line, QaUSUEMPL, Cvalue(Last), (S1, S2)
31/12/2009, 33.2 31/12/2009, 45,094
220,000
35
200,00
34,8
180,000
34,6
160,000
34,2
140,000
34
120,000
33,8
100,000
33,6
80,000
33,4
60,000
33,2
40,000
1985 1990 1995 2000 2005 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006 2008 2010
1980 1990 2000 1990 2000
Werkweek in uren Aangekondigde ontslagen
Dit heeft er voor gezorgd dat de productiekosten, die vooral bepaald worden door de loonkosten, de laatste
maanden weer toenemen.
Monthly QaUSULCND/A 30/11/1980 - 31/12/2009 (LON)
Value
Line, QaUSULCND/A, Cvalue(Last), (S1, S2)
30/09/2009, -0.5 12
10
8
6
4
2
0
-2
-4
-6
-8
-10
1985 1990 1995 2000 2005
1980 1990 2000
Productiekosten
5. VAN LIESHOUT & PARTNERS
VAN Vermogensbeheer & PARTNERS
LIESHOUT
Vermogensbeheer
EmploymentTrendloIndex re n d s In d e x 1973-2009 0 0 9
E mp yme nt T
(ETI)™ ( E T I) ™ 1 9 7 3 -2 Ook het onafhankelijke onderzoeks-
140
M illio n s
-7
In d e x, 1 9 9 6 =1 0 0
130 instituut Conference Board gaat er
-9
120 vanuit dat op zeer korte termijn de
130
110
arbeidsmarkt zal herstellen. Hierbij
120
-4
baseren zij zich op hun Employment
100
110
Trends Index. Deze arbeidsmarkt
T o ta l No n f a r m E m p lo y m e n t 90 index is samengesteld uit 8 verschil-
-4
100
( L e f t)
80
lende indicatoren, zoals het aantal
-2
openstaande vacatures, toename van
90 70 het aantal uitzendkrachten, het aantal
-15 E m p lo y m e n t T r e n d s In d e x ( E T I)
-8*
( R ig h t) werkloosheidsaanvragen en het
-7
80 60 percentage werklozen dat aangeeft
-1 moeilijk een nieuwe baan te vinden.
70
-1 -2
50
Hoe hoger deze index, hoe beter de
1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010 toekomstige arbeidsmarkt.
* L e a d s a re in re la tio n to th e tu rn in g p o in ts o f P a y ro ll E m p lo y m e n t
Signaal 3: Baltic Dry Index
In meerdere nieuwsbrieven hebben wij geschreven over de Baltic Dry Index (BDI). Deze index is de belangrijk-
ste graadmeter voor tarieven van de bulkscheepvaart. Het wordt dagelijks gepubliceerd door de Londense Baltic
Exchange. De koers wordt samengesteld op basis van de tarieven die betaald worden om grondstoffen te
vervoeren op de 25 drukst bevaren scheepvaartroutes. Alleen de scheepsvervoerders en aanbieders van grondstof-
fen mogen handelen op deze beurs. De BDI is dus een mooie objectieve maatstaf voor de wereldhandel. Uit de
eerste grafiek blijkt duidelijk dat er een grote correlatie is tussen de AEX (onderste lijn) en de BDI (bovenste
lijn). Daalt de BDI dan daalt de AEX en vice versa. Uitzondering was de periode 1997 – 2003 toen de beurzen
stegen en inklapten vanwege de IT-bubble. Voor de goede orde, beide indices zijn in onderstaande grafieken in
euro’s weergegeven.
Daily Q/.BADI,Q,AEX
16/10/1985 - 29-01-2010 (AMS)
Price
EUR Line, Q/BADI, Last Trade(Last)
6,000 25/01/2010. 2,277,739
5,000
4,000
3,000
2,000
.123
Price
EUR Line, Q/AEX, Last Trade(Last)
26/01/2010. 327,62
500
400
300
200
.12
1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006 2008 2010
1980 1990 2000
6. VAN LIESHOUT & PARTNERS
VAN Vermogensbeheer & PARTNERS
LIESHOUT
Vermogensbeheer
In onderstaande grafiek hebben wij de BDI vergeleken met de AEX, gemeten vanaf eind december 2008 tot en
met 25 januari 2010. Op het eerste gezicht lijken beide indices elkaar redelijk te volgen. De schaalverdeling
geeft echter een vertekend beeld. De AEX is inclusief dividend met ruim 38% gestegen. De BDI is in dezelfde
periode met ruim 312% gestegen. Op basis van deze indicator lijkt de AEX dus achter te lopen.
Daily Q/.BADI,Q,AEX 24/12/2008 - 29-01-2010 (AMS)
Price
EUR Line, Q/BADI, Last Trade(Last)
2,500 25/01/2010. 2,277,739
2,000
1,500
1,000
.123
Price
EUR Line, QAEX, Last Trade(Last)
26/01/2010. 327,71
300
270
240
.12
02 16 02 16 02 16 01 16 01 18 01 16 01 16 03 17 01 16 01 16 02 16 01 16 04 18
Q1 2009 Q2 2009 Q3 2009 Q4 2009 Q1 2010
Signaal 4: Korte rente
De meeste analisten gaan er vanuit dat de zowel de Fed als de ECB op zijn vroegst pas aan het einde van dit jaar
de korte rente zullen verhogen. Dit betekent dat de Centrale Banken voorlopig het monetaire systeem nog niet te
veel willen verkrappen. Blijkbaar vinden de Centrale Banken het nog te vroeg om de eventuele toekomstige
inflatie af te remmen. Het stimuleren van de economie heeft dus nog steeds de eerste prioriteit. Hoewel wij dit
verwelkomen geeft dit wel aan dat de Centrale Banken, die zeer veel informatie hebben over de economie,
voorlopig nog onzeker zijn over het herstel.
Fundamentele indicatoren
Naast macro-economische factoren, kijken wij ook naar fundamentele indicatoren. Deze geven een verder inzicht
in de mate waarin de beurs goed of slecht nieuws heeft ingeprijsd.
Signaal 1: Risico opslag
De bedrijfsobligatiemarkt begint de laatste weken iets onrustiger te worden. Begin dit jaar bedroeg de risico opslag
voor high yield obligaties in Europa 4,25%. Dit is de opslag die beleggers jaarlijks eisen bovenop de risicovrije
rente met dezelfde looptijd. De 5-jaars staatsrente in Nederland bedraagt op dit moment 2,2%. Een 5-jarige high
yield obligatie moet dus een rendement opleveren van 6,45% per jaar. In de maand januari is de risico opslag
opgelopen van 4,25% naar 4,5%. Dit betekent dat beleggers het risico op wanbetaling iets hoger inschatten dan
begin dit jaar. Echt verontrustend is dit echter niet. In maart 2009 bedroeg de risico opslag nog ruim 11%.
7. VAN LIESHOUT & PARTNERS
VAN Vermogensbeheer & PARTNERS
LIESHOUT
Vermogensbeheer
Daily QITCRS5EA=GFI Over een lange periode gemeten
bedraagt de gemiddelde risico
opslag voor high yield obligaties
circa 3%. Ondanks dat de
afgelopen maanden de onrust
flink is afgenomen zijn obliga-
tiebeleggers nog steeds negatie-
ver over de economie dan
normaal.
Signaal 2: Chinese beurs
Zoals in een vorige nieuwsbrief al vermeld, bestaat er een opmerkelijk verband tussen de Chinese en Amster-
damse beurs. De correlatie tussen beide beurzen omgerekend naar euro’s bedraagt 65%. Dat betekent dat in 65%
van de gevallen de AEX dezelfde richting heeft als de Chinese beurs. Dit zegt alleen wat over de richting van de
beurs en niets over de mate waarin een beurs stijgt of daalt. Op zich is dit verband niet zo merkwaardig aange-
zien de Chinese economie direct en indirect van steeds groter belang wordt. Als we kijken naar onderstaande
grafiek dan zien we dat beide beurzen ongeveer in dezelfde periode het hoogte- en dieptepunt hebben bereikt.
Daily Q/.SSEC, Q.AEX
15/11/2004 - 226-01-2010 (SHA)
Price
EUR Line, Q/SSEC, Last Trade(Last)
26/01/2010. 314 647
400
300
200
.123
Price
EUR Line, QAEX, Last Trade(Last)
26/01/2010, 327.75
400
300
.12
Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1 Q2 Q3 Q4 Q1
2005 2006 2007 2008 2009
Hoewel China op de (middel)lange termijn wel degelijk een aantal serieuze economische problemen heeft, zijn er
weinig analisten te vinden die voor 2010 negatief zijn over de Chinese aandelenmarkt. Gegeven bovenstaande
correlatie tussen de AEX en de SSEC kan dit ook voor de AEX een positief effect teweeg brengen.
Signaal 3: Waarderingen
Zoals u ongetwijfeld weet zijn de wereldwijde aandelenbeurzen in 2009 flink hersteld. Veel goed nieuws is dus
al in meer of mindere mate ingeprijsd. De gemiddelde analistenverwachting is dat de AEX een winst over 2010
weet te behalen van 25,5. Dit is de gewogen gemiddelde winst van de onderliggende aandelen in de AEX.
Bij een huidige indexstand van circa 328 bedraagt de K/W van de AEX dus 12,8. In de grafiek op de volgende
pagina hebben wij de koers/winstverhouding van de AEX afgezet tegen het rendement van de daaropvolgende
10 beursjaren. De X-as geeft de koers/winstverhouding weer en de Y-as het rendement in procenten.
8. VAN LIESHOUT & PARTNERS
VAN Vermogensbeheer & PARTNERS
LIESHOUT
Vermogensbeheer
800 Het verleden wijst uit dat een K/W van
700 tussen de 12 en 13 gemiddeld heeft geleid
600
tot een rendement van circa 150% in
de daaropvolgende 10 jaar. Dit komt
500
overeen met een jaarrendement van 9,6%.
400 Dat betekent dat op basis van het verleden
300 en de huidige waardering de AEX over
200 10 jaar op 820 punten kan staan.
100
Over de afgelopen 25 bedroeg de gemid-
0
delde K/W van de AEX 11,5. Op dit
0 5 10 15 20 25 30
moment bedraagt de K/W 12,8. Deze
hogere K/W komt echter vaker voor bij
een beginnend economisch herstel. Beurzen lopen vooruit op dit herstel terwijl de winsten nog niet herstellen.
Desalniettemin hoeft men op basis van de koers/winstverhouding geen substantieel verder herstel van de AEX
te verwachten.
Signaal 4: Dividend ten opzichte van risicovrije rente
Een andere signaal om te beoordelen of aandelen (te) duur zijn, is het vergelijken van de risicovrije rente met
het dividend op aandelen. Op basis van het verleden blijkt dat de 10-jaars rente gemiddeld genomen gelijk is
aan het dividendrendement van een goed gespreide aandelenportefeuille of index. Is het dividendpercentage
hoger, dan zijn de aandelen relatief (te) goedkoop en is de rente hoger dan zijn aandelen relatief (te) duur.
Vanwege alle onzekerheid omtrent de hoogte van het toekomstig dividend moet men wel uiterst terughoudend
zijn met deze vergelijking.
Uit onderstaande grafiek blijkt dit verband in Nederland de laatste jaren redelijk te gelden. De enige uitzonde-
ring zijn de laatste maanden van 2008 toen het dividendrendement fors boven de 10-jaars staatsrente lag.
Reden van dit grote verschil komt vanwege de data. In die periode bleek dat de Nederlandse financials geen
dividend zouden uitkeren terwijl dit dividend nog wel in de data werd gebruikt.
8
7
6
5
4
3
2
09
06
08
08
02
03
04
05
7
8
9
5
6
2
3
4
-0
-0
-0
-0
-0
-0
-0
-0
g-
g-
g-
g-
g-
g-
g-
g-
feb
feb
feb
feb
feb
feb
feb
feb
au
au
au
au
au
au
au
au
Dividend AEX 10-jaars rente
Op basis van deze maatstaf zijn aandelen dus redelijk geprijsd in vergelijking met staatsobligaties. Aangezien
wij er vanuit gaan dat verdere koersstijgingen van obligaties gering zullen zijn, is ook een zijwaartse beweging
van de AEX een realistisch scenario.
9. VAN LIESHOUT & PARTNERS
VAN Vermogensbeheer & PARTNERS
LIESHOUT
Vermogensbeheer
Technische analyse
Technische analyse gebruiken wij als hulpmiddel om het beurssentiment te beoordelen. Op korte termijn kan dit
namelijk afwijken van de onderliggende economische trend. Daarnaast loopt de beurs altijd vooruit op de
verwachte toekomstige economische situatie.
Signaal 1: trendkanaal
Alvorens dieper in te gaan op de korte termijn vooruitzichten, is het raadzaam eerst naar de AEX op de lange
termijn te kijken. Over de afgelopen 27 heeft de AEX aan koersrendement behaald van 7,5%.
De rode lijn in onderstaande grafiek geeft een jaarlijkse stijging van 7,5% weer.
Daily Q.AEX 03/01/1985 - 25/01/2010 (AMS)
Price
EUR Line, Q/AEX, Last Trade(Last)
26/01/2010, 329,65
600
500
400
300
200
.12
1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2002 2004 2006 2008 2010
1980 1990 2000
Wat dat betreft zijn de (te) hoge koersstijgingen van begin deze eeuw nu volledig gecorrigeerd.
In onderstaande grafiek hebben wij de AEX afgebeeld sinds eind 2008. Zolang de AEX boven de 328 punten
noteert blijft de AEX in het opwaarts trendkanaal zitten. Daalt de AEX hieronder dan ligt er een flinke steun op
een niveau van 300 punten. Wij denken niet dat de AEX snel onder de 300 punten zal komen. Deze visie wordt
ondersteund door de RSI (Relative Strenght Index, zie rode lijn) die op dit moment neutraal is. Een RSI boven
de 70 punten geeft aan dat de AEX overbought is en een RSI onder de 30 punten geeft aan dat de AEX oversold
is. Op dit moment bedraagt de RSI circa 44.
Daily Q.AEX
10. VAN LIESHOUT & PARTNERS
Vermogensbeheer
Signaal 2: 20-daags gemiddelde
Naast de algehele trend kijken wij ook naar het 20-daags en het 120-daags gemiddelde. Het uitgangspunt is
dat zolang het 20-daags gemiddelde hoger noteert dan het 120-daags gemiddelde de trend intact is. Wel
vinden wij het van belang om te vermelden dat dit een hulpmiddel is en dat, hoewel deze analyse vaak opgaat,
het in sommige gevallen ook leidt tot een verkeerde beleggingsbeslissing.
In onderstaande grafiek hebben wij de AEX (zwarte lijn), het 20-daags gemiddelde (rode lijn) en het 120-daags
gemiddelde (blauwe lijn) afgebeeld. De pijlen geven aan wanneer het 20-daags gemiddelde onder het 120-daags
gemiddelde zakt (verkoopsignaal) en wanneer het 20-daags gemiddelde door het 120-daags gemiddelde stijgt
(koopadvies).
Daily Q.AEX
Uit de weergegeven pijlen blijkt dat dit een bruikbare indicator is, hoewel niet onfeilbaar.
Psychologische indicatoren
Naast bovenstaande analyses hanteren wij ook psychologische indicatoren. De beurs wordt immers bepaald door
mensen en het handelen van mensen wordt vaak beïnvloed door twee factoren, te weten angst en hebzucht.
Een belangrijk signaal dat aangeeft of de gemiddelde belegger zich laat leiden door angst dan wel hebzucht is het
voorpaginasignaal.
1990 1987
11. VAN LIESHOUT & PARTNERS
Vermogensbeheer
Signaal 1: Voorpagina signaal
Het verleden wijst uit dat de media vaak een mooie contra indicator zijn. Hoe positiever vakbladen, radio en
televisie worden, hoe groter de kans op een correctie en vice versa. De reden hiervan komt hoogst waarschijnlijk
doordat de media de stemming onder de gemiddelde belegger goed weergeven. Als de gemiddelde belegger
positief is, dan heeft hij hoogstwaarschijnlijk zijn portefeuille al aangepast en heeft dus al aandelen gekocht.
Dit betekent dat er minder toekomstige kooporders zijn om de beurs te ondersteunen.
Ook de afgelopen dagen was er (gelukkig) weer een aantal negatieve artikelen te vinden.
Conclusie
Drie van de vier indicatoren geven een neutraal tot licht positief beeld. De belangrijkste indicator (macro-
economie) laat een gemengd beeld zien. De economische groei wordt bijna volledig gedragen door overheids-
investeringen. Het centrale thema in 2010 zal zijn of de overheden dit blijven volhouden en of de consument in
2010 meer zal gaan besteden. Gegeven de enorme overheidstekorten en staatsschulden zullen de overheden hun
stimuleringsbeleid niet risicoloos kunnen blijven volhouden. Daarnaast is nu de werkloosheid bijzonder hoog.
Hoewel er tekenen zijn dat de werkgelegenheid snel kan aantrekken, blijft dit onzeker. Wij menen dat in 2010
beleggers zich meer dan gebruikelijk tussen angst en hoop zullen begeven. De beurs zal hierdoor beweeglijker
worden dan in 2009. Per saldo denken wij dat de AEX hierdoor in een grote bandbreedte zal fluctueren
(300 – 350 punten).
JP Morgan (1929): it will fluctuated
Met vriendelijke groet,
Van Lieshout & Partners N.V.
Van Lieshout & Partners n.v.
maliebaan 27 • postbus 13224 • 3507 le utrecht
telefoon (030) 234 54 32 • fax (030) 234 54 00
email info@lieshout-par tners.nl • www.lieshout-par tners.nl