SlideShare una empresa de Scribd logo
1 de 5
Descargar para leer sin conexión
Naar nieuwe arbeidsverhoudingen
                 Mensen maken het verschil, mensen realiseren groei


Januari 2011

Inleiding

De 21e eeuw wordt op het gebied van arbeidsverhoudingen het tijdperk van ‘duurzame
inzetbaarheid’. Het realiseren van nieuwe arbeidsverhoudingen die dat mogelijk maken, is het
wenkende perspectief dat AWVN, CNV Vakmensen, FNV Bondgenoten en De Unie in dit manifest
schetsen.

Duurzame inzetbaarheid – een onlosmakelijk onderdeel van een duurzame economie - vormt een
antwoord op veranderde wensen en behoeften van werknemers én werkgevers. De werknemer van
de 21e eeuw wil naast een goed inkomen ook respect en waardering voor zijn vakmanschap, hij wil
mogelijkheden om werk en privé te combineren, ontwikkelings- en ontplooiingsmogelijkheden. De
werkgever van de 21e eeuw wil flexibiliteit, reactiesnelheid en productiviteitsgroei. Beiden
realiseren zich dat die doelstellingen alleen worden gerealiseerd door te investeren in mensen, te
investeren in betrokkenheid, te investeren in zichzelf en in elkaar. Dat is in het voordeel van en naar
tevredenheid van alle betrokkenen.
Duurzaam investeren leidt ertoe dat mensen zich kunnen blijven ontplooien. Dat leidt tot duurzame
inzetbaarheid en langer productief blijven. Dat geldt voor vaste en flexibele werknemers; na die weg
creëren we een nieuw evenwicht tussen beiden groepen.

De (economische) crisis van de afgelopen jaren is vooral ook een vertrouwenscrisis. De weg naar
nieuwe arbeidsverhoudingen vormt voor de opstellers een eerste mijlpaal op weg naar volledig
herstel van vertrouwen tussen partijen. En vertrouwen is de belangrijkste bron voor welvaartsgroei.



Nieuw evenwicht

Nú is het moment. Alleen met herwonnen vertrouwen kan een krachtige impuls worden gegeven
aan economische groei. En het moet nú gebeuren, want onze economie staat op een tweesprong; er
zijn voldoende signalen die er op wijzen dat we het dieptepunt in de crisis gepasseerd zijn. Vanaf nu
kan weer volop gebouwd worden aan herstel van de aangerichte schade, aan stabilisatie en verdere
groei. Maar niet in dezelfde richting als voorheen. De nieuwe richting wordt bepaald door drie
factoren.
1. Mensen maken het verschil

       Meer dan ooit geldt dat de groei van onze economie moet komen van vitale ondernemingen
       met vitale, betrokken werknemers: zíj zijn de motor. Door vakmanschap te ontwikkelen,
       werknemers ruimte en zelfstandigheid te geven, nieuwe zekerheden te creëren, plezier in
       het werk te stimuleren, slimmer te werken met nieuwe technologieën, de dynamiek van het
       management te vergroten en de flexibiliteit binnen bedrijven te verruimen, verhogen we
       duurzaam de arbeidsproductiviteit. Want mensen maken het verschil, mensen realiseren
       groei.

       2. Een nieuwe arbeidsmarkt

       Vergrijzing en ontgroening zorgen voor een extra uitdaging die om nieuwe, creatieve
       oplossingen vraagt. In de komende decennia krijgen we te maken met een structureel
       andere, veranderde en meer gespannen arbeidsmarkt. Nam de potentiële beroepsbevolking
       in de afgelopen 25 jaar nog elk jaar fors toe, in de komende kwart eeuw zal de
       beroepsbevolking elk jaar krimpen. Dat legt een zwaar accent op maximale participatie.
       Iedereen is nodig om de welvaart in die nieuwe context te kunnen laten groeien, om te
       kunnen blijven innoveren en concurreren.

       3. Duurzaamheid essentieel

       Het gaat vanaf nu vooral ook om het creëren van duurzaamheid, om zorg voor ‘people,
       planet en profit’ in een snel veranderende maatschappelijke context. Duurzaamheid wordt
       voor overheid en burgers een steeds belangrijker onderwerp. Maar ook ondernemingen
       zullen zich behalve op ‘shareholdervalue’ meer en meer moeten richten op
       ‘stakeholdersvalue’, waarbij maatschappelijk verantwoord ondernemen (verantwoord
       leiderschap, duurzaam aanbesteden) een bepalende randvoorwaarde zal worden om als
       werkgever op die andere arbeidsmarkt attractief te zijn en te blijven.



Sociaal innovatief werken aan participatie en productiviteit

Participatie en productiviteit bepalen onze welvaart. Behoud en groei van die welvaart vraagt om
vooral goed opgeleide en zelfbewuste mensen die vitaal, met plezier en met voldoende zekerheid en
middelen een bijdrage aan de samenleving kunnen en willen leveren. Participatie vraagt ook om een
mobiele arbeidsmarkt met betaalbare, bestendige en flexibele pensioenvoorzieningen.
Maar ook om groot vertrouwen in elkaar, in de maatschappij, in werkgevers en in vakbonden; de
nadruk ligt dan niet alleen op onderhandelen maar ook op co-creatie. Dáár ligt misschien wel de
belangrijkste ambitie: werken aan innovatieve arbeidsverhoudingen, aan een innovatief klimaat op
alle niveaus. Alleen als we er in slagen om samen het weggesmolten vertrouwen te herstellen,
kunnen grote ambities voor de toekomst gerealiseerd worden. Concreter, inspirerender,
noodzakelijker en lucratiever kan sociale innovatie niet zijn. Het door ons opgerichte Nederlands
Centrum voor Sociale Innovatie (NCSI) kan hierbij ondersteunen.

                                                                                                 2

                         Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, januari 2011
Ambitie van sociale partners

AWVN, CNV Vakmensen, FNV Bondgenoten en De Unie willen daar binnen ondernemingen en
binnen sectoren, in hechte en constructieve samenwerking (co-creatie), een substantiële bijdrage
aan leveren door in te zetten op en werk te maken van de volgende thema’s.


Een innovatief klimaat, duurzame arbeidsverhoudingen

Nieuwe evenwicht ontstaat alleen in een nieuw klimaat. Stabiele, constructieve en innovatieve
arbeidsverhoudingen zijn een absolute randvoorwaarde om de geschetste ambities te realiseren.
Na een tijd van polarisatie ontstaat er nu een sterke behoefte aan een klimaat waarin balans en
nuancering kunnen gedijen. Samenwerking en krachtenbundeling zijn daarbij essentieel, evenals de
bereidheid om vertrouwen op te bouwen en de eigen belangen ondergeschikt te maken aan de
collectieve belangen. Op alle niveaus moet het de ambitie zijn om aan klimaatverbetering te werken.
Met een open mind, met respect voor verschil in opvattingen en met de sterke wil om
betrokkenheid en vernieuwing te organiseren, snel reagerend op steeds sneller veranderende
omstandigheden. Dat vraagt om leiderschap binnen ondernemingen, om heldere en open
communicatie over bedrijfsdoelen en strategie, om betrokken management en gedreven leiders. En
dat vraagt om betrokken werknemers die verantwoordelijkheid krijgen en nemen. Dat vraagt om
partijen die in hun eigen en in elkaars belangen investeren.

Het hebben van een gemeenschappelijke agenda – ook voor de middellange termijn- is een
belangrijke conditie waarbinnen onderhandelingen kunnen worden gepositioneerd. Het organiseren
van een werkconferentie in de onderneming voorafgaande aan de CAO-onderhandelingen helpt om
deze gemeenschappelijke focus op duurzame inzetbaarheid te richten.



Duurzame inzetbaarheid

Maximale participatie vraagt om beleid dat zowel rekening houdt met meervoudige belasting
(zorgtaken naast werk, vrijwilligerswerk e.d.) als met de uniekheid van elke mens in zijn
vaardigheden en vermogens. Wij willen afspraken maken om ook mensen met beperkte
vaardigheden en/of vermogens zo veel mogelijk binnen ondernemingen aan het werk te helpen.

   Focus op kennis, vitaliteit, nieuwe arbeidsvoorwaarden, diversiteit

   Daarbij gaat het om investeren en het op peil houden van kennis en competenties (voor hoog
   opgeleiden, laag opgeleiden, jongeren, ouderen; voor denkers en doeners, voor starters en voor
   hen die de verder liggende eindstreep willen halen; voor “vaste werknemers”, flexwerkers en
   ZZP’ers). Voor elke contractvorm willen we dat de ontwikkeling van mensen centraal staat. Het
   gaat ook om het creëren van nieuwe arbeidsvoorwaardelijke arrangementen die inzetbaarheid
   ondersteunen, om preventieve en vitaliteitsbevorderende maatregelen en vooral ook om het
   actief en zonder reserve betrekken van minder kansrijke groeperingen(o.a. Wajongers en
   WSW’ers op de arbeidsmarkt; iedereen doet mee en blijft meedoen; productief, vitaal en met
   plezier.
                                                                                                 3

                          Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, januari 2011
Ruimte voor keuzes

   Als we moderne werknemers op een positieve manier willen ‘verleiden’ om langer te werken en
   om meer in de eigen inzetbaarheid te investeren moet de discussie en besluitvorming daarover
   dichter bij mensen gebracht worden; zij laten hun eigen keuzes of gedrag immers niet bepalen
   door macro-economische of demografische ontwikkelingen. Dat stelt eisen aan het daarvoor te
   ontwikkelen instrumentarium en aan de communicatie daarover. Doel is om individuele
   belangen van werknemers enerzijds en de bedrijfsbelangen anderzijds optimaal te integreren.
   Ook dit is nieuw evenwicht.



Duurzame flexibiliteit

Ondernemingen zullen in toenemende mate behoefte hebben aan het flexibel kunnen inzetten van
mensen. Vakorganisaties zetten onder andere in op het vergroten van de weerbaarheid van mensen
die ‘aan de onderkant’ van de arbeidsmarkt werkzaam zijn en van mensen die hun diensten in
flexibele constructies aanbieden; deze werknemers (de zgn. outsiders) hebben minder kansen op de
arbeidsmarkt en een slechtere toegang tot sociale zekerheid. Beide agenda’s moeten en kunnen
beter op elkaar afgestemd worden. De flexibiliteitsbehoefte van bedrijven is legitiem, maar moet
niet leiden tot een ‘tweedeling’ in de maatschappij die het gevolg kan zijn van de situatie dat
flexwerkers minder beschermd worden dan andere werknemers. Meer zekerheid voor flexwerkers is
nodig en kan ondermeer gecreëerd worden door ook te investeren in deze werknemers.. Voorts zou
meer aandacht besteed moeten worden aan arbeidsomstandigheden, met daarbij ook nieuwe rollen
voor opdrachtgevers. Ook de toegankelijkheid van de sociale zekerheid voor flexwerkers is een
aandachtspunt.
Daarnaast kan geëxploreerd worden hoe een grotere interne flexibiliteit (bijvoorbeeld gefaciliteerd
langs de weg van zelfroosteren en/of telewerken) de druk op ongewenste externe flexibiliteit kan
verminderen. Dat vraagt om een optimale mix van flexibiliteit en zeggenschap op een zo laag
mogelijk niveau in bedrijven.

Doel moet zijn om de flexibiliteitsbehoefte van ondernemingen en werknemers te dienen en om
mensen die in dat kader hun inzet leveren een goede maatschappelijke positie en
arbeidsmarktpositie te bieden.



Duurzaam en samenhangend beloningsbeleid

Bij periodieke aanpassingen van arbeidsvoorwaarden zal altijd gekeken blijven worden naar
mogelijkheden en ruimte voor het verbeteren van inkomens (structureel en/ of resultaatafhankelijk).

   Ruimte creëer je samen

   Die ruimte is geen statisch begrip en is niet alleen afhankelijk van (macro)economische
   ontwikkelingen; binnen ondernemingen kan meer ruimte ontstaan door samen te werken aan

                                                                                                  4

                          Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, januari 2011
hogere arbeidsproductiviteit, groter interne flexibiliteit, aan snellere innovatie van producten en
    diensten en aan een hogere klanttevredenheid.

    Stimuleer duurzaam gedrag

    Ter ondersteuning van de terechte en onomkeerbare duurzaamheidstrend moeten duurzame
    doelstellingen op grotere schaal onderdeel gaan uitmaken van resultaatafhankelijke
    beloningsvormen voor zowel de top als voor andere werknemers in de onderneming
    (bijvoorbeeld een vermindering van uitstoot en schadelijke gassen).

    Geaccepteerde inkomensverhoudingen

    De maatschappelijke acceptatie van te grote inkomensverschillen staat al lange tijd onder druk.
    Ook op dit thema kan een gezamenlijke zoektocht naar nieuw evenwicht tot een nieuwe praktijk
    leiden die wél kan steunen op die maatschappelijke acceptatie. Beloning aan de top die
    gerelateerd is aan met name duurzame resultaten voor de lange(re) termijn is één van de wegen
    om dat de realiseren. Duurzaam betekent óók meer balans tussen inkomens aan de top en aan
    de onderkant; De gezamenlijke ambitie moet zijn om het aantal mensen dat meer dan één baan
    nodig heeft om in het levensonderhoud te kunnen voorzien (de ‘werkende armen’) drastisch te
    verminderen. Werk moet lonen.



Evenwicht in stakeholdersbeleid

De huidige crisis heeft laten zien waartoe een té eenzijdige oriëntatie op aandeelhouderswaarde
leidt. Op élk niveau (onderneming, branche, centraal) kan veel meer invulling gegeven worden aan
een evenwichtig en geïntegreerd beleid in de driehoek planet, people, profit. Behalve dat zo’n beleid
op termijn de beste waarborg is voor noodzakelijk rendement (het wordt een ‘business-case’ op
zichzelf), zal het – mits creatief en innovatief ingevuld – zonder uitzondering bijdragen aan herstel en
groei van vertrouwen.



Resultaat

AWVN, CNV Vakmensen, FNV Bondgenoten en De Unie hebben gezamenlijk de ambitie om langs
bovengeschetste lijnen de komende jaren in bedrijven en branches het overleg over
arbeidsvoorwaardenontwikkeling te voeren. Concreet vragen we van al onze cao-onderhandelaars en
–adviseurs om langs bovenstaande weg invulling te gaan geven aan nieuwe arbeidsverhoudingen.

Dat zal niet direct overal direct lukken, maar aan veel overlegtafels kan met die gezamenlijke ambitie
zichtbaar resultaat geboekt worden. Met zo’n gezamenlijke inspanning willen partijen op een
faciliterende, inspirerende en verbindende manier richting geven aan innovatieve
arbeidsverhoudingen binnen bedrijven en branches.

De initiatiefnemers zullen regelmatig berichten over de voortgang en inspirerende voorbeelden voor
het voetlicht brengen.
                                                                                                      5

                           Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, januari 2011

Más contenido relacionado

La actualidad más candente (6)

Gevraagd meer balans_tussen_ziel_en_zakelijkheid
Gevraagd meer balans_tussen_ziel_en_zakelijkheidGevraagd meer balans_tussen_ziel_en_zakelijkheid
Gevraagd meer balans_tussen_ziel_en_zakelijkheid
 
Leren als arbeidsvoorwaarde - Duurzaam meedoen publicatie 2011 503560
Leren als arbeidsvoorwaarde - Duurzaam meedoen publicatie 2011 503560Leren als arbeidsvoorwaarde - Duurzaam meedoen publicatie 2011 503560
Leren als arbeidsvoorwaarde - Duurzaam meedoen publicatie 2011 503560
 
Participatie zoals het ook kan
Participatie zoals het ook kanParticipatie zoals het ook kan
Participatie zoals het ook kan
 
Aan het werk Jouke Post Tijdschrift voor HRM
Aan het werk Jouke Post Tijdschrift voor HRMAan het werk Jouke Post Tijdschrift voor HRM
Aan het werk Jouke Post Tijdschrift voor HRM
 
Jaarverslag 2008
Jaarverslag 2008Jaarverslag 2008
Jaarverslag 2008
 
V_2012_11_09_Streekpact_overlegtafel_economie_10
V_2012_11_09_Streekpact_overlegtafel_economie_10V_2012_11_09_Streekpact_overlegtafel_economie_10
V_2012_11_09_Streekpact_overlegtafel_economie_10
 

Similar a Het awvn fnv cnv unie manifest 2011

DeKlantrede2015-H3ROES
DeKlantrede2015-H3ROESDeKlantrede2015-H3ROES
DeKlantrede2015-H3ROES
Etienne Jager
 
Visiedocument R. Hijner
Visiedocument R. HijnerVisiedocument R. Hijner
Visiedocument R. Hijner
Roos Hijner
 
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Maatschappelijk Verantwoord OndernemenMaatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Piet Rosseel
 
Wp nieuwe business modellen
Wp nieuwe business modellenWp nieuwe business modellen
Wp nieuwe business modellen
tfvanstraaten
 
Tijddossier Duurzame Flexibilisering - Déhora
Tijddossier Duurzame Flexibilisering - DéhoraTijddossier Duurzame Flexibilisering - Déhora
Tijddossier Duurzame Flexibilisering - Déhora
Déhora
 
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 septemberCollegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Malu Hertzdahl
 

Similar a Het awvn fnv cnv unie manifest 2011 (20)

Werken aan de waarden van stadslandbouw
Werken aan de waarden van stadslandbouwWerken aan de waarden van stadslandbouw
Werken aan de waarden van stadslandbouw
 
De klantrede2015 Door HEROES met H3ROES
De klantrede2015 Door HEROES met H3ROESDe klantrede2015 Door HEROES met H3ROES
De klantrede2015 Door HEROES met H3ROES
 
De Klantrede 2015 - H3ROES
De Klantrede 2015 - H3ROESDe Klantrede 2015 - H3ROES
De Klantrede 2015 - H3ROES
 
Duurzaamheid_AKD
Duurzaamheid_AKDDuurzaamheid_AKD
Duurzaamheid_AKD
 
Op weg naar een ondernemende samenleving (essay)
Op weg naar een ondernemende samenleving (essay)Op weg naar een ondernemende samenleving (essay)
Op weg naar een ondernemende samenleving (essay)
 
DeKlantrede2015-H3ROES
DeKlantrede2015-H3ROESDeKlantrede2015-H3ROES
DeKlantrede2015-H3ROES
 
Visiedocument R. Hijner
Visiedocument R. HijnerVisiedocument R. Hijner
Visiedocument R. Hijner
 
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025
 
Sociaal inklusief Besturen & Ondernemen
Sociaal inklusief Besturen & OndernemenSociaal inklusief Besturen & Ondernemen
Sociaal inklusief Besturen & Ondernemen
 
KiB12016_publicatie
KiB12016_publicatieKiB12016_publicatie
KiB12016_publicatie
 
Onderzoek 2012 Nieuwe Business Modellen Jonker_Tap_vanStraaten2012
Onderzoek 2012 Nieuwe Business Modellen Jonker_Tap_vanStraaten2012Onderzoek 2012 Nieuwe Business Modellen Jonker_Tap_vanStraaten2012
Onderzoek 2012 Nieuwe Business Modellen Jonker_Tap_vanStraaten2012
 
SharePeople
SharePeopleSharePeople
SharePeople
 
Yncubate; een cultuuromslag naar meer innovatiekracht en connectivity
Yncubate; een cultuuromslag naar meer innovatiekracht en connectivityYncubate; een cultuuromslag naar meer innovatiekracht en connectivity
Yncubate; een cultuuromslag naar meer innovatiekracht en connectivity
 
Trends 2013 2023 pensioenen
Trends 2013 2023 pensioenenTrends 2013 2023 pensioenen
Trends 2013 2023 pensioenen
 
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Maatschappelijk Verantwoord OndernemenMaatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
 
Wp nieuwe business modellen
Wp nieuwe business modellenWp nieuwe business modellen
Wp nieuwe business modellen
 
De sociale revolutie
De sociale revolutieDe sociale revolutie
De sociale revolutie
 
Tijddossier Duurzame Flexibilisering - Déhora
Tijddossier Duurzame Flexibilisering - DéhoraTijddossier Duurzame Flexibilisering - Déhora
Tijddossier Duurzame Flexibilisering - Déhora
 
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 septemberCollegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
 
to bamboo 2015
to bamboo 2015to bamboo 2015
to bamboo 2015
 

Más de RemcoMostertman (8)

HRcommunity the story
HRcommunity the storyHRcommunity the story
HRcommunity the story
 
HR BU design summit
HR BU design summitHR BU design summit
HR BU design summit
 
Flyer society 30 en hrd 1904
Flyer society 30 en hrd 1904Flyer society 30 en hrd 1904
Flyer society 30 en hrd 1904
 
HR world cafe 26 jan 2011 handout Paul-Peter Feld
HR world cafe 26 jan 2011 handout Paul-Peter FeldHR world cafe 26 jan 2011 handout Paul-Peter Feld
HR world cafe 26 jan 2011 handout Paul-Peter Feld
 
The psychology of change management
The psychology of change managementThe psychology of change management
The psychology of change management
 
Het nieuwe werken bij snsreaal mirjam damen hr world café 2 november 2010
Het nieuwe werken bij snsreaal   mirjam damen hr world café 2 november 2010Het nieuwe werken bij snsreaal   mirjam damen hr world café 2 november 2010
Het nieuwe werken bij snsreaal mirjam damen hr world café 2 november 2010
 
Weconomics paul bessems hr world café 2 november 2010
Weconomics   paul bessems hr world café 2 november 2010Weconomics   paul bessems hr world café 2 november 2010
Weconomics paul bessems hr world café 2 november 2010
 
Tekort aan personeel bedreigt economie - chief human resources officer noodza...
Tekort aan personeel bedreigt economie - chief human resources officer noodza...Tekort aan personeel bedreigt economie - chief human resources officer noodza...
Tekort aan personeel bedreigt economie - chief human resources officer noodza...
 

Het awvn fnv cnv unie manifest 2011

  • 1. Naar nieuwe arbeidsverhoudingen Mensen maken het verschil, mensen realiseren groei Januari 2011 Inleiding De 21e eeuw wordt op het gebied van arbeidsverhoudingen het tijdperk van ‘duurzame inzetbaarheid’. Het realiseren van nieuwe arbeidsverhoudingen die dat mogelijk maken, is het wenkende perspectief dat AWVN, CNV Vakmensen, FNV Bondgenoten en De Unie in dit manifest schetsen. Duurzame inzetbaarheid – een onlosmakelijk onderdeel van een duurzame economie - vormt een antwoord op veranderde wensen en behoeften van werknemers én werkgevers. De werknemer van de 21e eeuw wil naast een goed inkomen ook respect en waardering voor zijn vakmanschap, hij wil mogelijkheden om werk en privé te combineren, ontwikkelings- en ontplooiingsmogelijkheden. De werkgever van de 21e eeuw wil flexibiliteit, reactiesnelheid en productiviteitsgroei. Beiden realiseren zich dat die doelstellingen alleen worden gerealiseerd door te investeren in mensen, te investeren in betrokkenheid, te investeren in zichzelf en in elkaar. Dat is in het voordeel van en naar tevredenheid van alle betrokkenen. Duurzaam investeren leidt ertoe dat mensen zich kunnen blijven ontplooien. Dat leidt tot duurzame inzetbaarheid en langer productief blijven. Dat geldt voor vaste en flexibele werknemers; na die weg creëren we een nieuw evenwicht tussen beiden groepen. De (economische) crisis van de afgelopen jaren is vooral ook een vertrouwenscrisis. De weg naar nieuwe arbeidsverhoudingen vormt voor de opstellers een eerste mijlpaal op weg naar volledig herstel van vertrouwen tussen partijen. En vertrouwen is de belangrijkste bron voor welvaartsgroei. Nieuw evenwicht Nú is het moment. Alleen met herwonnen vertrouwen kan een krachtige impuls worden gegeven aan economische groei. En het moet nú gebeuren, want onze economie staat op een tweesprong; er zijn voldoende signalen die er op wijzen dat we het dieptepunt in de crisis gepasseerd zijn. Vanaf nu kan weer volop gebouwd worden aan herstel van de aangerichte schade, aan stabilisatie en verdere groei. Maar niet in dezelfde richting als voorheen. De nieuwe richting wordt bepaald door drie factoren.
  • 2. 1. Mensen maken het verschil Meer dan ooit geldt dat de groei van onze economie moet komen van vitale ondernemingen met vitale, betrokken werknemers: zíj zijn de motor. Door vakmanschap te ontwikkelen, werknemers ruimte en zelfstandigheid te geven, nieuwe zekerheden te creëren, plezier in het werk te stimuleren, slimmer te werken met nieuwe technologieën, de dynamiek van het management te vergroten en de flexibiliteit binnen bedrijven te verruimen, verhogen we duurzaam de arbeidsproductiviteit. Want mensen maken het verschil, mensen realiseren groei. 2. Een nieuwe arbeidsmarkt Vergrijzing en ontgroening zorgen voor een extra uitdaging die om nieuwe, creatieve oplossingen vraagt. In de komende decennia krijgen we te maken met een structureel andere, veranderde en meer gespannen arbeidsmarkt. Nam de potentiële beroepsbevolking in de afgelopen 25 jaar nog elk jaar fors toe, in de komende kwart eeuw zal de beroepsbevolking elk jaar krimpen. Dat legt een zwaar accent op maximale participatie. Iedereen is nodig om de welvaart in die nieuwe context te kunnen laten groeien, om te kunnen blijven innoveren en concurreren. 3. Duurzaamheid essentieel Het gaat vanaf nu vooral ook om het creëren van duurzaamheid, om zorg voor ‘people, planet en profit’ in een snel veranderende maatschappelijke context. Duurzaamheid wordt voor overheid en burgers een steeds belangrijker onderwerp. Maar ook ondernemingen zullen zich behalve op ‘shareholdervalue’ meer en meer moeten richten op ‘stakeholdersvalue’, waarbij maatschappelijk verantwoord ondernemen (verantwoord leiderschap, duurzaam aanbesteden) een bepalende randvoorwaarde zal worden om als werkgever op die andere arbeidsmarkt attractief te zijn en te blijven. Sociaal innovatief werken aan participatie en productiviteit Participatie en productiviteit bepalen onze welvaart. Behoud en groei van die welvaart vraagt om vooral goed opgeleide en zelfbewuste mensen die vitaal, met plezier en met voldoende zekerheid en middelen een bijdrage aan de samenleving kunnen en willen leveren. Participatie vraagt ook om een mobiele arbeidsmarkt met betaalbare, bestendige en flexibele pensioenvoorzieningen. Maar ook om groot vertrouwen in elkaar, in de maatschappij, in werkgevers en in vakbonden; de nadruk ligt dan niet alleen op onderhandelen maar ook op co-creatie. Dáár ligt misschien wel de belangrijkste ambitie: werken aan innovatieve arbeidsverhoudingen, aan een innovatief klimaat op alle niveaus. Alleen als we er in slagen om samen het weggesmolten vertrouwen te herstellen, kunnen grote ambities voor de toekomst gerealiseerd worden. Concreter, inspirerender, noodzakelijker en lucratiever kan sociale innovatie niet zijn. Het door ons opgerichte Nederlands Centrum voor Sociale Innovatie (NCSI) kan hierbij ondersteunen. 2 Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, januari 2011
  • 3. Ambitie van sociale partners AWVN, CNV Vakmensen, FNV Bondgenoten en De Unie willen daar binnen ondernemingen en binnen sectoren, in hechte en constructieve samenwerking (co-creatie), een substantiële bijdrage aan leveren door in te zetten op en werk te maken van de volgende thema’s. Een innovatief klimaat, duurzame arbeidsverhoudingen Nieuwe evenwicht ontstaat alleen in een nieuw klimaat. Stabiele, constructieve en innovatieve arbeidsverhoudingen zijn een absolute randvoorwaarde om de geschetste ambities te realiseren. Na een tijd van polarisatie ontstaat er nu een sterke behoefte aan een klimaat waarin balans en nuancering kunnen gedijen. Samenwerking en krachtenbundeling zijn daarbij essentieel, evenals de bereidheid om vertrouwen op te bouwen en de eigen belangen ondergeschikt te maken aan de collectieve belangen. Op alle niveaus moet het de ambitie zijn om aan klimaatverbetering te werken. Met een open mind, met respect voor verschil in opvattingen en met de sterke wil om betrokkenheid en vernieuwing te organiseren, snel reagerend op steeds sneller veranderende omstandigheden. Dat vraagt om leiderschap binnen ondernemingen, om heldere en open communicatie over bedrijfsdoelen en strategie, om betrokken management en gedreven leiders. En dat vraagt om betrokken werknemers die verantwoordelijkheid krijgen en nemen. Dat vraagt om partijen die in hun eigen en in elkaars belangen investeren. Het hebben van een gemeenschappelijke agenda – ook voor de middellange termijn- is een belangrijke conditie waarbinnen onderhandelingen kunnen worden gepositioneerd. Het organiseren van een werkconferentie in de onderneming voorafgaande aan de CAO-onderhandelingen helpt om deze gemeenschappelijke focus op duurzame inzetbaarheid te richten. Duurzame inzetbaarheid Maximale participatie vraagt om beleid dat zowel rekening houdt met meervoudige belasting (zorgtaken naast werk, vrijwilligerswerk e.d.) als met de uniekheid van elke mens in zijn vaardigheden en vermogens. Wij willen afspraken maken om ook mensen met beperkte vaardigheden en/of vermogens zo veel mogelijk binnen ondernemingen aan het werk te helpen. Focus op kennis, vitaliteit, nieuwe arbeidsvoorwaarden, diversiteit Daarbij gaat het om investeren en het op peil houden van kennis en competenties (voor hoog opgeleiden, laag opgeleiden, jongeren, ouderen; voor denkers en doeners, voor starters en voor hen die de verder liggende eindstreep willen halen; voor “vaste werknemers”, flexwerkers en ZZP’ers). Voor elke contractvorm willen we dat de ontwikkeling van mensen centraal staat. Het gaat ook om het creëren van nieuwe arbeidsvoorwaardelijke arrangementen die inzetbaarheid ondersteunen, om preventieve en vitaliteitsbevorderende maatregelen en vooral ook om het actief en zonder reserve betrekken van minder kansrijke groeperingen(o.a. Wajongers en WSW’ers op de arbeidsmarkt; iedereen doet mee en blijft meedoen; productief, vitaal en met plezier. 3 Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, januari 2011
  • 4. Ruimte voor keuzes Als we moderne werknemers op een positieve manier willen ‘verleiden’ om langer te werken en om meer in de eigen inzetbaarheid te investeren moet de discussie en besluitvorming daarover dichter bij mensen gebracht worden; zij laten hun eigen keuzes of gedrag immers niet bepalen door macro-economische of demografische ontwikkelingen. Dat stelt eisen aan het daarvoor te ontwikkelen instrumentarium en aan de communicatie daarover. Doel is om individuele belangen van werknemers enerzijds en de bedrijfsbelangen anderzijds optimaal te integreren. Ook dit is nieuw evenwicht. Duurzame flexibiliteit Ondernemingen zullen in toenemende mate behoefte hebben aan het flexibel kunnen inzetten van mensen. Vakorganisaties zetten onder andere in op het vergroten van de weerbaarheid van mensen die ‘aan de onderkant’ van de arbeidsmarkt werkzaam zijn en van mensen die hun diensten in flexibele constructies aanbieden; deze werknemers (de zgn. outsiders) hebben minder kansen op de arbeidsmarkt en een slechtere toegang tot sociale zekerheid. Beide agenda’s moeten en kunnen beter op elkaar afgestemd worden. De flexibiliteitsbehoefte van bedrijven is legitiem, maar moet niet leiden tot een ‘tweedeling’ in de maatschappij die het gevolg kan zijn van de situatie dat flexwerkers minder beschermd worden dan andere werknemers. Meer zekerheid voor flexwerkers is nodig en kan ondermeer gecreëerd worden door ook te investeren in deze werknemers.. Voorts zou meer aandacht besteed moeten worden aan arbeidsomstandigheden, met daarbij ook nieuwe rollen voor opdrachtgevers. Ook de toegankelijkheid van de sociale zekerheid voor flexwerkers is een aandachtspunt. Daarnaast kan geëxploreerd worden hoe een grotere interne flexibiliteit (bijvoorbeeld gefaciliteerd langs de weg van zelfroosteren en/of telewerken) de druk op ongewenste externe flexibiliteit kan verminderen. Dat vraagt om een optimale mix van flexibiliteit en zeggenschap op een zo laag mogelijk niveau in bedrijven. Doel moet zijn om de flexibiliteitsbehoefte van ondernemingen en werknemers te dienen en om mensen die in dat kader hun inzet leveren een goede maatschappelijke positie en arbeidsmarktpositie te bieden. Duurzaam en samenhangend beloningsbeleid Bij periodieke aanpassingen van arbeidsvoorwaarden zal altijd gekeken blijven worden naar mogelijkheden en ruimte voor het verbeteren van inkomens (structureel en/ of resultaatafhankelijk). Ruimte creëer je samen Die ruimte is geen statisch begrip en is niet alleen afhankelijk van (macro)economische ontwikkelingen; binnen ondernemingen kan meer ruimte ontstaan door samen te werken aan 4 Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, januari 2011
  • 5. hogere arbeidsproductiviteit, groter interne flexibiliteit, aan snellere innovatie van producten en diensten en aan een hogere klanttevredenheid. Stimuleer duurzaam gedrag Ter ondersteuning van de terechte en onomkeerbare duurzaamheidstrend moeten duurzame doelstellingen op grotere schaal onderdeel gaan uitmaken van resultaatafhankelijke beloningsvormen voor zowel de top als voor andere werknemers in de onderneming (bijvoorbeeld een vermindering van uitstoot en schadelijke gassen). Geaccepteerde inkomensverhoudingen De maatschappelijke acceptatie van te grote inkomensverschillen staat al lange tijd onder druk. Ook op dit thema kan een gezamenlijke zoektocht naar nieuw evenwicht tot een nieuwe praktijk leiden die wél kan steunen op die maatschappelijke acceptatie. Beloning aan de top die gerelateerd is aan met name duurzame resultaten voor de lange(re) termijn is één van de wegen om dat de realiseren. Duurzaam betekent óók meer balans tussen inkomens aan de top en aan de onderkant; De gezamenlijke ambitie moet zijn om het aantal mensen dat meer dan één baan nodig heeft om in het levensonderhoud te kunnen voorzien (de ‘werkende armen’) drastisch te verminderen. Werk moet lonen. Evenwicht in stakeholdersbeleid De huidige crisis heeft laten zien waartoe een té eenzijdige oriëntatie op aandeelhouderswaarde leidt. Op élk niveau (onderneming, branche, centraal) kan veel meer invulling gegeven worden aan een evenwichtig en geïntegreerd beleid in de driehoek planet, people, profit. Behalve dat zo’n beleid op termijn de beste waarborg is voor noodzakelijk rendement (het wordt een ‘business-case’ op zichzelf), zal het – mits creatief en innovatief ingevuld – zonder uitzondering bijdragen aan herstel en groei van vertrouwen. Resultaat AWVN, CNV Vakmensen, FNV Bondgenoten en De Unie hebben gezamenlijk de ambitie om langs bovengeschetste lijnen de komende jaren in bedrijven en branches het overleg over arbeidsvoorwaardenontwikkeling te voeren. Concreet vragen we van al onze cao-onderhandelaars en –adviseurs om langs bovenstaande weg invulling te gaan geven aan nieuwe arbeidsverhoudingen. Dat zal niet direct overal direct lukken, maar aan veel overlegtafels kan met die gezamenlijke ambitie zichtbaar resultaat geboekt worden. Met zo’n gezamenlijke inspanning willen partijen op een faciliterende, inspirerende en verbindende manier richting geven aan innovatieve arbeidsverhoudingen binnen bedrijven en branches. De initiatiefnemers zullen regelmatig berichten over de voortgang en inspirerende voorbeelden voor het voetlicht brengen. 5 Naar nieuwe arbeidsverhoudingen, januari 2011