1. START
Over definitieve antwoorden en uitslagen van de Usability & Accessibility Quiz valt niet te corresponderen.
In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
2. 1. Usability guru Jenifer Tidwell is
vooral bekend van haar:
A. Boek over patterns
B. Visie op usability in marketing
C. Website useit.com
3. 2.ʻOnline shoppers spend most of their
time and money at websites with the
best usabilityʼ.
Van wie is deze quote?
A. Seth Godin
B. Jakob Nielsen
C. Steve Krug
4. 3. Het Nederlandse woord voor
ʻusabilityʼ is:
A. Vindbaarheid
B. Toegankelijkheid
C. Bruikbaarheid
5. 4. Een duidelijk zichtbare zoekbalk op
en webpagina is:
A. Zeer belangrijk
B. Niet zo belangrijk
C. Totaal niet belangrijk
6. 5. Wat is de nummer 1 op de lijst met
internet irritaties?
A. Lelijke websites
B. Niet goed kunnen printen
C. Lange laadtijd
7. 6. Een veelgebruikt, usability verhogend
pattern is ʻCard Stackʼ. Wat is de meest
bekende benaming voor dit pattern?
A. Broodkruimels
B. Tabs
C. Dossiermap
8. 7. Google gebruikt een usability pattern
waarbij het zoeken makkelijker wordt
gemaakt. Hoe heet dit pattern?
A. Input prompt
B. Input hints
C. Autocompletion
9. 8. Hoe heet de gebruikersonderzoeks-
methode waarbij 2 respondenten
tegelijk deelnemen?
A. Co-Testing
B. Co-Discovery
C. Co-Following
D. Co-Conut
10. 9. Eind 2010 moeten de sites van alle
overheden beschikken over waarmerk
wat betreft toegankelijkheid
Hoe heet dit waarmerk?
A. Waarmerk Drempelvrij
B. Waarmerk Toegankelijkheid
C. W3C
D. Waarmerk Webnorm
11. 10. Het grootste gedeelte van
bezoekers van een website kijkt het
eerst naar:
A. Bewegende objecten
B. Navigatie
C. Hoofdblokken tekst
12. 11. Waar moet een video op een
website volgens W3C richtlijnen aan
voldoen?
A. Helder geluid
B. Contrast ratio hoger dan 3:1
C. Beschikbare ondertiteling
13. 12. Waarom moet een ALT-attribute een
goede beschrijving geven van de
bijbehorende afbeelding?
A. Voor als de afbeelding niet laadt
B. Voor een screenreader
C. Beide antwoorden zijn goed
14. 13. Voor het evalueren van zowel
usability als accessibility in een
applicatie, bestaat er een veelgebruikte
checklist.
Wat is de naam van deze checklist?
A. Heuristic Evaluation Checklist
B. Colloquial Evalution Checklist
C. Synecdoche System Checklist
15. 14. Wanneer je gaat ontwerpen voor
kleurenblinden heb je verschillende
methoden om de website zo
toegankelijk mogelijk te maken. Welke
methode is het beste?
A. Groot contrast
B. Alternatieve tekst
C. Groot lettertype
16. 15. Welke 4 facetten behoren tot de
Honeycomb van Peter Morville?
A. Usable, desirable, credible, eatable
B. Usable, useful, placeable, findable
C. Credible, valuable, useful, desirable
17. 16. In welk jaar is de website van
usability guru Jakob Nielsen opgericht?
....
18. 17. Hoe spel je het Engelse woord voor
toegankelijkheid?
A. Accesibility
B. Accesability
C. Accessability
D. Geen van bovenstaande antwoorden
20. 1. Usability guru Jenifer Tidwell is
vooral bekend van haar:
A. Boek over patterns
B. Visie op usability in marketing
C. Website useit.com
Jenifer Tidwell - Designing Interfaces
21. 2.ʻOnline shoppers spend most of their
time and money at websites with the
best usabilityʼ.
Van wie is deze quote?
A. Seth Godin
B. Jakob Nielsen
C. Steve Krug
22. 3. Het Nederlandse woord voor
ʻusabilityʼ is:
A. Vindbaarheid
B. Toegankelijkheid
C. Bruikbaarheid
23. 4. Een duidelijk zichtbare zoekbalk op
en webpagina is:
A. Zeer belangrijk
B. Niet zo belangrijk
C. Totaal niet belangrijk
Our usability studies show that more than half of all
users are search-dominant, about a fifth of the users
are link-dominant, and the rest exhibit mixed
behavior. - Jakob Nielsen
24. 5. Wat is de nummer 1 op de lijst met
internet irritaties?
A. Lelijke websites
B. Niet goed kunnen printen
C. Lange laadtijd
Nr. 1: Lange laadtijd
Nr. 2: Automatische Fullscreen vensters
Nr. 3: Niet functionele pop-up venster
25. 6. Een veelgebruikt, usability verhogend
pattern is ʻCard Stackʼ. Wat is de meest
bekende benaming voor dit pattern?
A. Broodkruimels
B. Tabs
C. Dossiermap
26. 7. Google gebruikt een usability pattern
waarbij het zoeken makkelijker wordt
gemaakt. Hoe heet dit pattern?
A. Input prompt
B. Input hints
C. Autocompletion
27. 8. Hoe heet de gebruikersonderzoeks-
methode waarbij 2 respondenten
tegelijk deelnemen?
A. Co-Testing
B. Co-Discovery
C. Co-Following
D. Co-Conut
28. 9. Eind 2010 moeten de sites van alle
overheden beschikken over waarmerk
wat betreft toegankelijkheid
Hoe heet dit waarmerk?
A. Waarmerk Drempelvrij
B. Waarmerk Toegankelijkheid
C. W3C
D. Waarmerk Webnorm
29. 10. Het grootste gedeelte van
bezoekers van een website kijkt het
eerst naar:
A. Bewegende objecten
B. Navigatie
C. Hoofdblokken tekst
Usability guru Jakob Nielsen insists that you must
devote at least 50 percent of your screen to content,
though 80 percent is preferable.
30. 11. Waar moet een video op een
website volgens W3C richtlijnen aan
voldoen?
A. Helder geluid
B. Contrast ratio hoger dan 3:1
C. Beschikbare ondertiteling
31. 12. Waarom moet een ALT-attribute een
goede beschrijving geven van de
bijbehorende afbeelding?
A. Voor als de afbeelding niet laadt
B. Voor een screenreader
C. Beide antwoorden zijn goed
32. 13. Voor het evalueren van zowel
usability als accessibility in een
applicatie, bestaat er een veelgebruikte
checklist.
Wat is de naam van deze checklist?
A. Heuristic Evaluation Checklist
B. Colloquial Evalution Checklist
C. Synecdoche System Checklist
33. 14. Wanneer je gaat ontwerpen voor
kleurenblinden heb je verschillende
methoden om de website zo
toegankelijk mogelijk te maken. Welke
methode is het beste?
A. Groot contrast
B. Alternatieve tekst
C. Groot lettertype
34. 15. Welke 4 facetten behoren tot de
Honeycomb van Peter Morville?
A. Usable, desirable, credible, eatable
B. Usable, useful, placeable, findable
C. Credible, valuable, useful, desirable
35. 16. In welk jaar is de website van
usability guru Jakob Nielsen opgericht?
1995
36. 17. Hoe spel je het Engelse woord voor
toegankelijkheid?
A. Accesibility
B. Accesability
C. Accessability
D. Geen van bovenstaande antwoorden
ACCESSIBILITY