Dit is de presentatie die ik op 31 augustus heb gegeven in het kader van Antwoord 2.0 Onderdelen van dit verhaal kunnen worden opgenomen in de publicatie 'Het Gele Boekje', dat wordt samengesteld in opdracht van VDP, Topkring Dienstverlening, NVVB, KING, Werkgroep Antwoord, het Ministerie van BZK/ open data en NOiV.
Sociale Media bij de overheid (Overheid en ICT 2010)
Presentatie antwoord 2.0 #geleboekje
1. Van e-Government naar we-Government
Otto Thors
adviseur sociale media en dienstverlening
Amersfoort 31 augustus 2011 www.we-government.nl
2. Inhoud Impact
Klantvaardigheden en Burgers praten ook met elkaar
klantbehoeften
Communicatieprincipes en Van bereik naar impact
netwerkdenken
Ontwikkelmodel voor Dynamische rolopvatting
social media strategie
eParticipatie, Open data, De toekomst is al lang begonnen
Apps , Mobiel internet
3. Internetgebruik van burgers
91% gebruikt internet
Informatie Communicatie
Interactie Transactie
Vermaak
Digitale vaardigheden
Operationeel 74% (browser, zoekmachine, formulier)
Formeel 80% (navigatie en orientatie)
Informatie 53% (vinden en gebruiken)
Strategisch 29% (voordeel behalen, doelen bereiken)
Social Media
43% van de Nederlanders maakt dagelijks of wekelijks
gebruik van sociale netwerken
6. Identiteit wordt op internet platgeslagen tot...
informatie die je uploadt
Foto
Inzicht in vriendenkring Berichten die je plaatst
7. Motieven van burgers
• Burgers willen informatie en diensten kunnen afnemen
• Burgers willen contact met verantwoordelijke mensen en afdelingen
• Burgers willen over iets kunnen kiezen en oordelen
• Burgers willen iets kunnen agenderen
• Burgers willen hun stem of mening kwijt en daarover debatteren
• Burgers willen van gedachten wisselen over verschillende onderwerpen
• Burgers willen misstanden aan de kaak stellen
• Burgers willen sociaal netwerken met gelijkgestemden
• Burgers willen zelf een probleem oplossen
• Burgers willen helpen bij het oplossen van een probleem
• Burgers willen waarde toevoegen aan diensten
• Burgers willen monitoren en de uitvoering van beleid kunnen volgen
10. Actieve inbreng gebruikers
Open toegankelijk
Web 2.0
Platforms op internet waar gebruikers
zich kunnen organiseren, samenwerken,
vriendschappen onderhouden, delen,
ruilen, handelen en/of creëren
Maximaal geëxploiteerd
Decentraal georganiseerd
11. Het barrière model
Institutionele Gebruiks Effect
barrières barrières barrières
Internet Overheid Burgers Participatie
Mogelijkheden gebruikt internet participeren heeft invloed op
voor
overheid
e-participatie
Bron: Meijer en Thaens
12. Het is bij sociale media niet interessant
wat er allemaal kan (functionaliteiten)
Plan van Aanpak - Programma van Eisen
doen Functioneel Ontwerp - Technisch Ontwerp
Het is veel belangrijker om te kijken wat mensen
in werkelijkheid doen (gebruik en toepassing)
Monitoren - Luisteren - Vragen stellen
deelnemen Deelnemen - Antwoorden geven - Initieren
13. open
Dialoog Co-productie
op eigen media op externe media
content
Informeren Betrekken
via eigen media via externe media
gesloten
gesloten open
platform
Bron: www.we-government.nl
14. open
Dialoog Co-productie
op eigen media op externe media
regisseur gast(heer)
content
Publiceren Verspreiden
op eigen media op externe media
redacteur marketeer
gesloten
gesloten open
platform
Bron: www.we-government.nl
15. Redacteur
• informatie van binnen naar buiten
• push berichtgeving op beschikbaarheid
• trapsgewijs contentbeheer proces
• centrale sturing en verantwoordelijkheid
• communicatie als sluitstuk beleidsproces
• gericht op status bevestigen
Bron: www.we-government.nl
16. Marketeer
• informatie van binnen naar buiten
• push berichtgeving op basis van bereik
• doelgroep oriëntatie
• zichtbaarheid vergroten
• gericht op reputatie verbeteren
Bron: www.we-government.nl
17. Regisseur
• initiatief van binnen naar buiten
• pull berichtgeving op basis van beschikbaarheid
• doelgerichte focus en scope
• tijdspad en doorlooptijd staan vast
• gestructureerde co-creatie
• toetsen en prioriteren
• gericht op betrekken en legitimeren
Bron: www.we-government.nl
18. Gast(heer)
• initiatief van buiten naar binnen
• pull berichtgeving op basis van betrokkenheid
• eerst ontvangen, dan zenden
• ongestructureerde co-creatie
• tijdspad en doorlooptijd onbekend
• agenderen, aanpassen en waarderen
• dynamische rolopvatting
• gericht op betrekken en innoveren
Bron: www.we-government.nl
19. open
Dialoog Co-productie
op eigen media op externe media
regisseur gast(heer)
content
Model geschikt voor publicatie?
Publiceren Verspreiden
op eigen media op externe media
redacteur marketeer
gesloten
gesloten open
platform
Bron: www.we-government.nl
21. eParticipatie
Betrokken burgers, bewogen bestuur
eParticipatie
Het toepassen van ICT-middelen door overheid en burgers
om samen te werken aan oplossingen voor,
of in ieder geval in gesprek te komen over, maatschappelijke vraagstukken.”
3 typen relaties:
Burger - Bestuur >politieke participatie
Burger - Dienstverlening >beleidsparticipatie
Burger - Burger >sociale participatie
22. De Utrechtse Participatiestandaard
1. Krachtenveldanalyse maken
2. Niveau van participatie bepalen
3. Actoren met kernboodschap bepalen
4. Kalender maken
5. Participatiemiddelen bepalen
23.
24.
25.
26. Mindset
1. Van informeren, naar betrekken
2. Van aanbod, naar vraag
3. Van interessant doen, naar geinteresseerd zijn
28. Open Data: het op eenduidige wijze, publiekelijk en elektronische
beschikbaar maken van data.
De voordelen van open data
Met open data kunnen programmeurs laagdrempelig, goedkoop en
flexibel informatie uit verschillende bronnen combineren.
Het mixen van informatie maakt nieuwe diensten en inzichten
mogelijk:
• Diensten die anders te duur zouden zijn
• Diensten die anders technisch niet te realiseren zijn
• Wetenschappelijk onderzoek en inzichten
• Betere beslissingen door burgers en organisaties
29. Doelen:
Beth Noveck (USA) 69 miljoen downloads
40% leidt tot gebruik
Betrouwbaarheid vergroten
eerste jaar: 47 datasets
Snelheid van informatie verhogen
Inmiddels: >250.000 Opbrengsten : Kosten
Datakwaliteit verbeteren
(10 tot 40) : (1)
30.
31.
32.
33. Mindset
1. Van sturing en beheersing, naar delen en verspreiden
2. Van verantwoorden, naar uitleggen
3. Van zelf doen, naar laten doen
42. Mobiel Internet
• 36% van Nederlanders gebruikt mobiel internet
• 12 tot 25 jaar: 48%
• 25 tot 44 jaar: 40%
43. 74% van de app-gebruikers gebruikt Apple of Android
Gemiddeld aantal apps:
iPhone: 48
Android: 35
Blackberry: 15
Juli 2008 eerste app wordt gedownload
December 2014 185.000.000.000 downloads
47. Mindset
1. Van eenmalig beheer, naar meervoudig gebruik
2. Van centraal, naar plaatsgebonden informatie
3. Van eigen servers, naar externe netwerken