(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijks
Een terugblik op 15 jaar stadsvernieuwing
1. Vlaams Parlement 13 februari 2017
'15 jaar stadsmaken en een vooruitblik op de slimme stad van morgen'
15 jaar stadsvernieuwingsprojecten, een terugblik
met het oog op morgen
André Loeckx
1. context 2002: stad, stadsplanning, stadsontwikkeling
2. stedenbeleid en stadsprojecten: uitgangspunten, instrumenten, werking
3. een carrousel van projecten, 2004-2016
4. ‘work in progress’, aandachtspunten, uitdagingen
5. bilan en vooruitblik
2. 1990-2000 zichten uit de stad: verouderd woningpatrimonium,
postindustriële leegstand, verwaarloosde publieke ruimte, heerschappij
van de auto, ethnische spanningen, verarming, stadsvlucht, …
3. 1990-2000, zichten uit ‘de nevelstad’:
suburbanisatie, urban sprawl, mobiliteitsproblemen, verspilling van open
ruimte, verdwijnen van het rurale, verarming en gentrificatie,
territoriumstrijd,…
5. beleidsinitiatieven: aanzetten van stadsherwaardering
o.m. stadskernvernieuwing jaren 70, stadsvernieuwingscampagne en
herwaarderingsgebieden jaren 80, Sociaal Impulsfonds jaren 90
6. A
G
L
B
structuurplanning (1990-2011)
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (1997-2011)
bedenken en organiseren van het territorium in ruimtelijke structuren
(op verschillende bestuurlijke schaalniveaus),
structuurplan Gent, 2003
(weinig aandacht voor het definitie en opzet van strategische projecten)
7. stedelijke samenhang en connectiviteit:
‘de as Falcon-Nassau’ , het strategisch stadsontwerp
het stadsontwerp ontluikt
het Eilandje, Manuel de Solà-Morales, 1992
8. Europa 1985-2005 de projectmodus van stedelijke transformatie,
Rotterdam, Barcelona, Londen, Berlijn…
• ontwerpkwaliteit, aspecten van duurzaamheid, publieke ruimte,...
• superprojecten in grote steden met sterke ‘drivers’: financiële groepen,
unieke evenementen, uitzonderlijke politieke wil.....
• beperkte ‘functional mix’: kantoren, appartementen, winkels, ...
• top-down beslissingsproces: participatie als ‘public relations’
• bedoeld voor een stedelijke middenklasse / gentrificatie en sociale selectie
9. Vlaanderen-Brussel 1985-2005: de projectmodus van stedelijke
transformatie, ontwikkelaars aan zet
• + investeren in de stad, capaciteit om te realiseren
• - de overheid op het achterplan, stadsvernieuwing = vastgoedontwikkeling
• - ruimtelijke kwaliteit en leefkwaliteit niet de eerste zorg
• +/- de civiele maatschappij roert zich, maar vooral als ‘obstructor’
10. 1. context 2002: stad, stadsplanning, stadsontwikkeling
2. stedenbeleid en stadsprojecten: uitgangspunten, instrumenten, werking
3. een carrousel van projecten, 2004-2016
4. ‘work in progress’, aandachtspunten, uitdagingen
5. bilan en vooruitblik
15 jaar stadsvernieuwingsprojecten, een terugblik
met het oog op morgen
11. Stedenbeleid en stads(vernieuwings)projecten in
Vlaanderen (2002-2016)
• Vanaf 2002 groeien diverse initiatieven van ‘het Project
Stedenbeleid’ uit tot een veelzijdig en relatief coherent beleid.
• Er wordt eerst en vooral werk gemaakt van visievorming en van het
formuleren van een beleidskader (2002-2004). Dit resulteert o.m. in het
Witboek Stedenbeleid ‘De eeuw van de stad. Over
stadsrepublieken en rastersteden’
• Aansluitend worden diverse beleidsinstrumenten ontwikkeld en
toegepast, onder meer:
- de stadsmonitor
- stadscontracten
- de stedenvisitatie
- projectsubsidiëring Stadsvernieuwingsprojecten
- conceptsubsidiëring Stadsvernieuwingsprojecten
- Thuis in de Stad prijs (2015 Slim in de Stad prijs)
- Kwaliteitskamer Stadsvernieuwingsprojecten
12. • versterking van het stedelijk beleid
• van top-down dictaten naar projectgerichte samenwerking
• van sectorale en departmentale autarkie naar coproductie
• representatieve and participatieve democratie zijn complementair
• transitie naar stedelijke diversiteit, dichtheid en duurzaamheid
• 3 stedelijke co-producenten samen aan zet: stedelijke overheid, private
sector, civiele maatschappij
• drievoudige sociaal-ruimtelijke integratie (met dank aan Karl Polanyi):
* publieke welvaartsherverdeling door de overheid: publieke ruimte,
diensten, voorzieningen, toegankelijkheid en bereikbaarheid…
* betaalbaar en verscheiden woningaanbod door een faire private markt
* inbreng van sociale kennis, sociale dynamiek en solidariteit door de
civiele maatschappij
• stadsvernieuwingsprojecten zijn laboratoria van nieuw stedelijk beleid
Witboek Stedenbeleid 2004 ‘De eeuw van de stad.
Hoofdstuk 4 ‘Stadsdebat en Stadsprojecten’
13. subsidiëren en ondersteunen van van stadsprojecten op basis
van kwaliteitscriteria / kwaliteitsvectoren
• 1. structurele impact, ‘hefboomeffect’, in wisselwerking met structuurplanning
• 2. integrale duurzaamheid: ecologisch, economisch, sociaal, ruimtelijk
• 3. stedelijke synergie: samenbrengen, verbinden, verknopen, verweven van
uiteengelegde functies, diensten, voorzieningen, programma’s, projecten
• 4. stedelijke coproductie (1): efficiënte publiek - publieke samenwerking
• 5. stedelijke coproductie (2): ontwikkelingsgerichte publiek - private samenwerking
• 6. stedelijke coproductie (3): verantwoordelijk burgerschap en effectieve participatie
• 7. kwaliteitsvolle planning en ontwerp als ruimtelijk kader of platform voor
stedelijke ontwikkeling
• 8. performante projectopzet en sturing door de lokale overheid (bestuur
16. 1. context 2002: stad, stadsplanning, stadsontwikkeling
2. stedenbeleid en stadsprojecten: uitgangspunten, instrumenten, werking
3. een carrousel van projecten, 2004-2016
4. ‘work in progress’, aandachtspunten, uitdagingen
5. bilan en vooruitblik
15 jaar stadsvernieuwingsprojecten, een terugblik
met het oog op morgen
17. werk van o.m. noA, Atelier 4, Wilma, WVI
Brugge, Nieuwe Molens en Kolenkaai, 2004-
SVP: ontsluiting en inrichting perifeer stadsdeel / herstel van de relatie
tussen woonbuurten en kade / renovatie van het industrieel patrimonium /
aanleg publieke ruimte / nieuwe woningtypologie
18. werk van o;a.. Wit, Bogdan&VanBroeck, Nero, Maenhout, Dijledal, Matexi
Leuven, Centrale Werkplaatsen, 2004-
SVP: residentieel luik van de herontwikkeling van de stationsomgeving /
brownfieldsanering / renovatie en hergebruik van het industrieel
patrimonium / gediversifieerde wijk (wonen en winkels, sociale
woningbouw, park, jeugdcentrum, stedelijke academie,...)
19. Aalst, stationsomgeving, 2008-
SVP: hechting NMBS vastgoedproject aan stedelijke omgeving via aanleg
publieke ruimten, betere ontsluiting en publieksgerichte functies: Werfplein,
Sint Annabrug, administratief centrum, busstation, Statieplein, tunnel onder
spoorberm, Denderplein, fietsersbrug, Corneliskade, ...
masterplan Christian Kieckens (2002), stadsontwerp cepezed (2006) besix, breevast, grontmij,
werk van Maya Roos, Abscis, Christian Kieckens
20. Antwerpen Militair Hospitaal (‘t Groen Kwartier), 2007-
SVP: betere integratie van een prestigieus vastgoedproject in de directe
stedelijke omgeving (vermijden van ‘gated community’) door meervoudige
ontsluiting, aanleg buitenruimte, parkeervoorziening, buurtwerking
Beel Achtergael Architecten, Michel Desvigne, Matexi, Vanhaerents, AG Vespa
21. Antwerpen, Eilandje, Kattendijkdok en MAS, 2006-
SVP: investeren in structurele verbindingen stad-Eilandje met MAS als
knooppunt / aanleg kwaliteitsvolle publieke ruimte / parkeervoorziening
werk van o.m. Project2, Diener & Diener, Desvigne, Neutelings-Riedijk
22. Gent, Tondelier en Rabot, 2013-
19e eeuwse gordel, verouderd woningpatrimonium, gebrek aan groene en
publieke ruimte, postindustriële leegstand,...
SVP deel 1: PPS vastgoedproject (klimaatneutraal, typologische en sociale
mix, perceelsgewijze ontwikkeling, kwaliteitsvolle publieke ruimte)
SVP deel 2: coproductieve woningverbetering, participatief buurtbeheer
Rapp&Rapp, EVR, ONO, De Smet Vermeulen, Office Kersten Geers David Van Severen
23. BUUR masterplan, BBS landschapsontwerp, Stad Genk, Sociale Bouwmaatschappij, Lava arch.
Genk, Sledderlo, 2010-
wegwerken van de perifere getto conditie: connectiviteit, sociale woningen+
marktconforme woningen, gemengde sociale nabijheid, kernversterking en
verdichting, publieke voorzieningen, publieke ruimte, integrerend landschap
24. SVP:connectiviteit ( fiets- en voetgangersbruggen) / publieke ruimte
(stedelijk park, buurtgroen, kaaipromenade, hergebruik grintbakken) / socio-
cultureel programme (‘DOK’) / mix van marktconforme en sociale
woningen / voorzieningencluster (school, sporthal, kinderdagverblijf,
bibliotheek)
Gent, ‘Oude Dokken’, Schipperskaai, 2011-
25. Vilvoorde, stadsvernieuwingsprojecten Watersite,2004-
herontwikkeling van de postindustriële strip tussen spoorweg en kanaal /
masterplan beklemtoont de link met de haven van Brussel + suite van
nieuwe residentiële stadswijken / waterfront promenade / landschapsherstel
Zenne
B
V
fase1
globaal masterplan: Xaveer De Geyter architects, 2006
fase 2
fase 3
V
B
26. Vilvoorde, Watersite, fase 1: Kanaalpark, 2004-
aanleg park en speelterrein / waterfront promenade / renovatie van voormalig
‘Tuchthuis’ (museum-hotel-restaurant-café) / residentieel vastgoed
werk van: Styfhals en Partners, Robbrecht en Daem, Bob 361, Stad Vilvoorde, W&Z, TV
partnership Watersteen (Virix),
27. Vilvoorde, Watersite, fase 2 ‘De Molens’, 2008-
nieuwe woonwijken / stedelijke woningtypes / groene energie / gediversifieerde publieke
ruimte / school / waterfront promenade / aanleg Zenne oevers / voetgangers- en fietsbrug /
treinstation (uitbouw gewestelijk netwerk)
werk van o.a..Xaveer De Geyter architects, Beel-Achtergael arch., BBS landschapsontwerp,
CEE-engineering, stad Vilvoorde, W&Z, PSR Brownfield Developers-Matexi
Voormalige industriële kanaaloever wordt vastgoed woonpark voor een nieuwe
stedelijke middenklasse. Gentrificatie? Wat met werken in de stad?
28. Vilvoorde, Watersite, fase 3: ‘Broek’, 2014,
herontwikkeling van een woon-werk-weefsel, landschapsherstel Zenne
conceptsubsidie Vilvoorde Broek 2013: sociaal-ruimtelijke analyse en
veldwerk als basis voor masterplan en stadsvernieuwingsproject: lokale
economie / gebouwenbestand / nood aan sociale voorzieningen (school,
kinderdagverblijf, buurtcentrum, naschoolse ondersteuning, repetitielokaal,
indoor sport jongeren, gamers centrum, voorzieningen voor starters...)
De Smet Vermeulen architecten - Marleen Goethals
29. Aalst, Immerzeel, 2016-
verdichting, uitrusting en landschapsontwikkeling van bebouwd perifeer
landschap tot ‘stedelijke ‘Trabant’ (groene stadsbuurt) /
inzetten op: coproductie, alternatieve woningproductie en grondenbeheer,
nieuwe woonvormen, duurzame mobiliteit, commons, landschapsbeheer
30. Conceptsubsidie Halle, Nederhem, 2003 (PS 2006)
herontwikkeling van brownfield tussen spoorweg en kanaal /
hechten van morfologische breuk tussen het middeleeuwse stadscentrum
en de volkswijken aan de overkant / realisatie van een ‘derde stadsdeel’ als
connector en attractor / publieke voorzieningen (sport, karnaval) /
multifunctionele buurt: wonen+werken+park+sociaal centrum /
landschapherstel Zenne
masterplan: De Smet Vermeulen architecten, Stad Halle, NMBS
31. Conceptsubsidie Sint-Niklaas, H. Heymanplein, 2014
reconversie van uitgestrekt parkeerplein / stedelijk groen / bijdrage tot
autoluwe stedelijke mobiliteit / revitalisatie van het stedelijk winkelen
(supermarkt, winkelgalerij) / nieuwe bibliotheek
ontwerpend onderzoek: Blauwdruk, communicatie en participatie: Common Ground
onderzoek parking: TML
32. Conceptsubsidie Aalst,
Stationsomgeving, ontsluiting Tragelweg, 2012
ontwerpend onderzoek: Palmbout Urban Landscapes
ontwerpend onderzoek naar deblokkering van aangrenzend
stadsvernieuwingsproject legt basis van nieuwe gemengde ontwikkeling in
het ruimere stadsdeel
33. Conceptsubsidie Antwerpen, Nieuw Zurenborg, 2007
reconversie van onderbenut terrein gekneld tussen Singel+Ring en spoor /
oplossen van dilemma (groen versus wonen+voorzieningen) / hergebruik van
vergeten industrieel erfgoed / verbeteren van connectie met directe
omgeving
Stadsvernieuwingsproject Nieuw Zurenborg blijft opgeschort wegens:
1. te hoge waarde fijn stof
2 dilemma groen versus wonen+voorzieningen niet oplosbaar
Overkapping Ring zou problemen elimineren en project deblokkeren
ontwerpend onderzoek: De Smet-Vermeulen, Palmboom en van den Bout
34. Conceptsubsidie Deinze Oostkouter / politiesite, 2014
herstructureren van patchwork van uitgestrekte verkavelingen +
reconversie vacante politiesite / ontsluiting / verdichting / participatie
uapS, Centrum voor Stadsontwikkeling, TOPOS
36. 1. context 2002: stad, stadsplanning, stadsontwikkeling
2. stedenbeleid en stadsprojecten: uitgangspunten, instrumenten, werking
3. een carrousel van projecten, 2004-2016
4. ‘work in progress’, aandachtspunten, uitdagingen
5. bilan en vooruitblik
15 jaar stadsvernieuwingsprojecten, een terugblik
met het oog op morgen
37. uitdaging 1: stad en regio
• Oostende, Triptiek Oostende Centrum (PS 2005)
• Roeselare Centraal [stationsomgeving](CS 2007, PS 2010),
• Roeselare, Van Stadhuis naar Stadscentrum XL (CS 2016),
• Gent, Zuurstof voor de Brugse Poort (PS 2002),
• Gent, Tondelier en Rabot (PS 2013),
• Mechelen, Nekker Nova (Nekkerspoel) (CS 2016),
• Antwerpen, Centrale as, een hart voor Deurne (PS 2011 N),
• Gent, Dampoort en Sint-Amandsberg (CS 2013, PS 2015 N),
• Deinze, Oostkouter en poiltiesite (CS 2014),
• Genk, LO 2020 Sledderlo (PS 2010)
• Genk, Kolenspoor (CS 2015)
• Aalst, Immerzeel+ (PS 2016),
• Oostende, AppelblauwzeeGroen Lint (PS 2014 N)
• Dendermonde, Stationsomgeving (CS 2016)
• ... ...
38. impulsen geven aan het stadscentrum, herdenken van stedelijke centraliteit /
nieuw leven voor de versleten 19e eeuwse gordel / wat met de gefragmenteerde
20e
eeuwse gordel / herdenken van de verkavelingen / profilering van landschap
en bebouwing in de stedelijke periferie / ruimtelijke + functionele +
landschappelijke samenhang tussen stad en stadsregio, gepaste mobiliteit voor
buurt-stad-regio, woningdiversiteit en woonmobiliteit binnen de stadsregio...
uitdaging 1: stad en regio
39. uitdaging 2: mobiliteit en infrastructuur
• Sint-Niklaas, H. Heymanplein (CS 2014)
• Sint-Niklaas, Clementwijk (PS 2007)
• Antwerpen, Scheldekaaien, Sint-Andries Zuid (PS 2012)
• Oostende, Verlaning A10 (CS 2014)
• Leuven, Stadspoort Bodart (CS 2012)
• Antwerpen, Ijzerlaan, van brug tot stad (PS 2013)
• ...
40. uitdaging 2: mobiliteit en infrastructuur
nood aan significante transitie naar duurzame stedelijke mobiliteit / reductie en
optimalisatie van het parkeren in de stad / de autoluwe verkaveling / verkeersknoop
wordt vestibule van de stad / de invalsweg als stadsboulevard / kwaliteitsvolle aanleg
en uitrusting voor zacht verkeer / kwaliteitsvolle stedelijke plekken voor openbaar
vervoer / uitgekiende multimodale snedes,...
41. uitdaging 3: werken in de stad
• Gent, Herontwikkeling UCO-site (PS 2012)
• Genk, Thor Re-Invent (PS 2013)
• Antwerpen, Ijzerlaan - Steenborgerweert (PS 2013)
• Vilvoorde, Broek, Motor voor Samenlevingsopbouw in Watersite
(CS 2013 , PS 2014)
bijsturen van de doorgedreven residentiële stadsvernieuwing / ondersteunen van breed-spectrum
arbeid in de stad / koppeling creatieve – sociale - reguliere economie / gemengd woon-werk
weefsel / ruimte en uitrusting voor starters ...
43. uitdaging 4: ‘gentrification’
milderen van de gentrificatie: intensifiëren van toegankelijkheid,
bereikbaarheid en gemeenschappelijk gebruik van
voorzieningen en kwaliteitsvolle plekken / significant aandeel
van sociale en betaalbare woningen / sociale mix en sociale
nabijheid / sociaal behoudende woningverbetering in
aangrenzende buurten / brede participatieve werking ...
44. Uitdaging 5: participatie
In de meeste SVP worden de beschikbare media en methoden van
informatie, consultatie en feedback aangesproken.
45. drie uitgangspunten, drie sleutelbegrippen:
sociale kennis, sociaal-ruimtelijke competentie, coproductie
• In verschillende projecten wordt getracht de aanwezige sociale kennis te
achterhalen en te verwerken. Heel wat sociale kennis is tegelijk ruimtelijke
kennis. Sociaal-ruimtelijke kennis is een onmisbare ‘grondstof’ voor het
stadsontwerp en de architectuur van de stad.
• Effectieve participatie kan niet zonder sociaal-ruimtelijke competentie van
alle participanten. Dit vergt een participatieve capaciteitsopbouw. De lange
duur van het stadsvernieuwingsproject biedt daartoe meerdere kansen.
Tijdelijk en experimenteel gebruik van vacante plaatsen is bij voorbeeld
een belangrijke methode van participatieve capaciteitsopbouw.
• Coproductie beschouwt alle participanten (mandatarissen, administraties,
sectoren, civiele organisaties, burgers) als verantwoordelijke strakeholders
die investeren in het project, deelnemen aan de besluitvorming, delen in
de lasten en lusten van het project. Coproductie heeft een grote
participatieve impact en bereidt de coproducenten voor op duurzaam
medebeheer van de nieuw geproduceerde omgeving.
Uitdaging 5: participatie
46. • De participatieve democratie is geen vervanging van de
representatieve: complementariteit tussen beide is de motor van de
stedelijke vernieuwing en van het stadsvernieuwingsproject.
• Het geslaagde stadsvernieuwingsproject steunt op de convergerende
inbreng van de drie belangrijkste stadsactoren (overheid, privé, civiele
maatschappij). Geen dictaat van ‘beslist beleid’, geen vastgoedmarkt
als stedenbouw, geen participatieve zelfhulp ter vervanging van
publieke welvaartsherverdeling.
• Stadsvernieuwing bespeelt alle termijnen: stedelijke onmiddellijkheid,
de realisatietijd van het project, de lange duur van de stad. Participatie
steunt doorgaans op onmiddellijke meningen, belangen en behoeften.
Sociale kennis, opbouw van participatieve competentie en
samenlevingsopbouw overstijgen deze onmiddellijkheid.
Uitdaging 5: participatie
drie bedenkingen
47. 1. context 2002: stad, stadsplanning, stadsontwikkeling
2. stedenbeleid en stadsprojecten: uitgangspunten, instrumenten, werking
3. een carrousel van projecten, 2004-2016
4. ‘work in progress’, aandachtspunten, uitdagingen
5. bilan en vooruitblik
15 jaar stadsvernieuwingsprojecten, een terugblik
met het oog op morgen
48. 1 De stadsvernieuwing is niet afgewerkt. De stedelijke conditie blijft
zorgbehoevend: de verwarde 20e
eeuwse gordel, de samenhang met
de randstad, nood aan nieuwe typologieën van wonen zorg en
werk, stedelijke mobiliteit, de ecologische voetafdruk van de stad,
samenlevingsopbouw, gentrificatie, veiligheid, financiering, ...
2 De stadsvernieuwingsprojecten zijn niet afgewerkt. In 15 jaar werd een
waardevol ‘patrimonium’ van projecten opgebouwd: afgewerkte
projecten, projecten in uitvoering, projecten in volle voorbereiding. Dit
heeft heel wat geld en moeite gekost. De reeds bereikte resultaten
mogen gezien worden. Een goed instrumentarium en een schat aan
ervaring en competentie werden uitgebouwd. Maar het blijven kwetsbare
operaties, gevoelig voor conjunctuur, contestatie en procedurele
verwikkelingen. Zij vergen volgehouden ondersteuning en begeleiding.
.
49. 3 Stadsvernieuwingsprojecten werder opgezet als proefterreinen van
transversale samenwerking tussen actoren en sectoren. Er blijkt nog
steeds een grote nood aan een betere publiek- publieke
samenwerking tussen sectoren en beleidsniveaus. Dit vraagt
naar het herinvoeren van een doeltreffende vorm van stadscontracten.
4 Heel wat projecten vertonen kwaliteitserosie. Er is nood aan
doeltreffende kwaliteitsbewaking zowel ten overstaan van de private
als van de civiele en de publieke partners. Kwaliteitsbewaking moet
dienen als platform van kwaliteitsontwikkeling.
5 Participatie gaat niet over ‘iedereen moet over alles meebeslissen’
maar moet worden gezien in de bredere optiek van het valoriseren van
sociale kennis, participatieve competentie-opbouw van alle
participanten en coproductieve samenwerking. En dit niet alleen in
functie van het realiseren van een ambitieus project maar eveneens
met het oog op transitie naar een inclusieve samenleving.
50. 6 Duurzaamheid blijft het ordewoord maar gaat over meer dan klimaat
en energie. Er moet gewerkt worden aan transitie naar ‘integrale
duurzaamheid’ d.w.z. ecologisch +sociaal +economisch. De evolutie
van de stadsvernieuwingsprojecten vertoont een gestage vooruitgang
maar van ‘trendsetting’ is onvoldoende sprake. Tijd voor een ‘boost’
op dit terrein.
7 De verschillende tijdskaders van stadsprojecten moeten beter
ingeschat worden: stadsprojecten moeten voorzien in ‘quick wins’ en
voorlopig gebruik; zij moeten kunnen inspelen op onvoorziene
wendingen en kansen en tegelijk leren omgaan met de
onvermijdelijke lange duur van structurele ruimtelijke veranderingen
(‘slow urbanism’).
51. 8 Zonder kwaliteitsvolle ruimtelijke planning en ontwerp lukt het niet.
Planning en ontwerp moeten een performant ruimtelijk frame blijven
aanreiken voor integrale duurzaamheid, stedelijke leefkwaliteit,
stedelijke ontwikkelingskansen en coproductie.
9 De stad blijft de meest aangewezen regisseur van het
stadsvernieuwingsproject. Maar wat met problemen en opportuniteiten
die de bevoegdheid van de stad te buiten gaan? Nieuwe
gebiedsgerichte samenwerkingsverbanden moeten worden uitgetest.
10 Het projectenpatrimonium, de opgebouwde ervaring, het netwerk van
competenties wordt onvoldoende benut in de huidige vraagstellingen
en beleidsdiscussies over ruimte en maatschappij. Kritische duiding
en toegankelijke communicatie over 15 jaar stadsvernieuwing blijven
beperkt. Zo is bij voorbeeld de bijdrage van 63 conceptsidies
als unieke vorm van onderzoek en reflectie nog haast onontgonnen.
52. ziezo,
als denkend burger en betrokken stedeling kijk ik uit naar
het vervolg
vandaag denk met voldoening terug aan 15 jaar leerzame
stadsvernieuwing
met dank aan alle medestanders:
collega’s, beleidsmakers, raadgevers,
projectmedewerkers,...
en in het bijzonder aan Linda Boudry
Notas del editor
In het kader van het masterplan LO2020 werd in een deelmodule voor Nieuw-Sledderlo een detailmasterplan uitgewerkt dat ingaat op de specifieke noden, verwachtingen en doelstellingen voor de wijk. Het doorbreken van het hardnekkig stigma en het isolement van deze sociale woonwijk vormt hierbij het hoofdthema.
Het masterplan voorziet in de eerste plaats een gefaseerde vervanging van de grote meerderheid van het bestaande appartementsbestand door een meer gedifferentieerd en aangepast woningaanbod.