SlideShare una empresa de Scribd logo
1 de 6
Descargar para leer sin conexión
Intergewestelijk Comité 14 juni 2011
                                                                    Resolutie




         Een vakbondsvisie op de toekomst van onze industrie


           1.      Vanuit het Vlaams ABVV pleiten we reeds lang voor de versterking en het
                   behoud van industriële activiteiten in onze regio. We zijn ervan overtuigd dat
                   Vlaanderen ook in de toekomst een belangrijke industriële speler moet en kan blijven
                   en zijn dan ook tevreden dat deze bekommernis vandaag opnieuw politieke
                   weerklank krijgt.

                   De industrie speelt een belangrijke rol in onze welvaartscreatie. In 2009 was de
                   industrie verantwoordelijk voor 17% van de Vlaamse werkgelegenheid (zonder
                   rekening te houden met de belangrijke, indirecte werkgelegenheidseffecten op de
                   dienstensectoren), bijna 40% van de Vlaamse toegevoegde waarde, stond ze in voor
                   80% van alle O&O uitgaven en 75% van de Belgische export.

           2.      We zijn er ons van bewust dat industriële activiteiten in Vlaanderen vandaag
                   onder druk staan. Er is daarom nood aan een toekomstgericht industrieel beleid.
                   Het is van groot belang dat dit industrieel beleid vertrekt vanuit een juiste diagnose
                   van de problemen in de Vlaamse industrie.

                   Wij gaan niet akkoord met het verhaal dat de belangrijkste bedreiging voor de
                   industrie in Vlaanderen bestaat uit hoge loon- en andere kosten (zoals
                   bedrijfsbelastingen). Het is onjuist om naar de globalisering (d.m.v. delokalisering) te
                   wijzen als hoofdreden voor de sterke vermindering van onze industriële
                   tewerkstelling de afgelopen jaren en het afnemend aandeel van deze sector in de
                   toegevoegde waarde. Het zijn namelijk de continue productiviteitsstijgingen in de
                   industriële bedrijven die ervoor zorgen dat we vandaag meer goederen produceren,
                   met minder mensen en tegen lagere prijzen.

                   We zijn evenwel niet blind voor de kostenproblematiek. Zo staan we open voor
                   overleg over specifieke en onderbouwde knelpunten, maar als generiek beleid is
                   hierop inzetten weinig creatief en zal hiermee ook geen enkele
                   weggeautomatiseerde job terugkeren. Er kan dus geen sprake zijn van de zoveelste
                   algemene of onvoorwaardelijke lastenvermindering. Wel bestaan er inventieve
                   mogelijkheden om binnen sectoren tot een ondersteuning van de zwakkere
                   activiteiten door de sterkere te komen. In de diamantsector, waar de grootste
                   winsten voornamelijk in de handel worden geboekt en niet in de productie, bestaat er
                   bijvoorbeeld een fonds waar handelaars een fractie van hun winst in storten. De
                   middelen van dit fonds worden dan aangewend om een deel van de patronale
                   bijdragen van productieondernemingen over te nemen.




                       Vlaams ABVV – de socialistische vakbond in Vlaanderen – Algemeen Belgisch Vakverbond
Hoogstraat 42, 1000 Brussel – Tel. 02 506 82 06 – Fax 02 550 14 16 – info@vlaams.abvv.be – www.vlaamsabvv.be – Bank 877-8031801-20
Hoewel het niet de hoofdoorzaak is van het verlies aan industriële tewerkstelling in
     Vlaanderen blijft delokalisering naar lageloonlanden natuurlijk wel een belangrijke
     uitdaging voor onze tewerkstelling. Het beste antwoord ter bestrijding van sociale
     dumpingpraktijken in ontwikkelingslanden is de opbouw van een sterke en
     onafhankelijke syndicale tegenmacht in deze landen. Als Vlaams ABVV vinden we
     het daarom belangrijk dat in onze organisatie de aandacht voor internationale
     syndicale solidariteitsprojecten groot blijft.

3.   Vanuit werknemersperspectief zijn er drie belangrijke assen waar een
     toekomstgericht industrieel beleid wel op moet inzetten: investeren in
     belangrijke maatschappelijk behoeften, investeren in onderzoek en ontwikkeling en
     investeren in mensen.

4.   Om kans te maken op economische succes en om een voldoende groot
     maatschappelijk draagvlak op te bouwen moet een toekomstgericht industrieel
     beleid in de eerste plaats geënt zijn op het tegemoetkomen aan huidige of in
     de nabije toekomst voorzienbare maatschappelijke behoeften. De vergroening
     van onze economie en het voorbereiden van de gevolgen van de vergrijzing vormen
     daarbij twee belangrijke speerpunten. Niets weerhoudt onze regering ervan
     ambitieus te durven zijn in het formuleren van projecten op het vlak van CO2-
     reductie of het bestrijden van fijn stof. Zo kondigde de Zweedse Regering in 2006 al
     aan tegen 2020 de eerste olieonafhankelijke economie ter wereld te willen worden.
     Het voornemen van de Provincie Limburg om tegen 2020 CO2-neutraal te zijn, is
     een voorbeeld dat ruime navolging verdient.

     Vroegtijdig inzetten op groene technologie en vergroening van de economie levert
     comparatieve voordelen op, ook op het vlak van groene jobs. Als regio kan
     Vlaanderen het zich niet permitteren om de trein van de groene mobiliteit te missen.
     Een toekomstgericht industrieel beleid moet daarom oog hebben voor de
     mogelijkheden geboden door de ontwikkeling van elektrische wagens en nieuwe
     vormen van stadsmobiliteit.

5.   Om de competitiviteit van onze industrie op peil te houden zijn voldoende
     investeringen in onderzoek en ontwikkeling onontbeerlijk. Dit geldt zowel voor
     de financiering van grensverleggend fundamenteel onderzoek, als voor het
     investeren in de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten.

     a.      De Vlaamse Regering is in het regeerakkoord en in het Pact 2020 het
             engagement aangegaan om tegen 2014 3% van zijn BBP te investeren in
             onderzoek en ontwikkeling. Deze inspanning moet zowel gedragen
             worden door de overheid (1%) als door de bedrijven (2%). Door de
             besparingsdrift van de afgelopen jaren staat het nu al vast dat de overheid
             haar deel van deze norm in 2014 niet meer kan halen. Het valt zelfs sterk te
             betwijfelen of de Vlaamse Regering haar Europees engagement, om deze
             norm tegen 2020 te behalen, zal kunnen nakomen zonder op zoek te gaan
             naar bijkomende inkomsten.
             Maar ook de bedrijven staan met een investeringstotaal van 1,40% van het
             BBP in onderzoek en ontwikkeling nog ver af van de vooropgestelde 2%. De




                                                                                            2

                 Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie
overheid moet dus aan de bedrijven een duidelijk en afdwingbaar
            engagement opleggen om de investeringen in O&O op te drijven.

     b.     In een kleine regio als Vlaanderen kunnen de schaarse middelen best
            ingezet worden op een beperkt aantal clusters, waar we het potentieel
            hebben om werkelijk een competitief voordeel uit te bouwen. Bij het
            ondersteunen van toegepast onderzoek moet naast de wetenschappelijke
            en economische finaliteit ook aandacht gaan naar het valorisatiepotentieel
            op het vlak van bijkomende werkgelegenheid. De Vlaamse Raad voor
            Wetenschaps- en Innovatiebeleid heeft reeds een verdienstelijke poging
            ondernomen om enkele speerpunten naar voor te schuiven, zoals duurzame
            chemie en intelligente energienetwerken. Toch kan deze oefening nog
            verfijnd worden. Het Waalse Marshallplan kan hierbij met zijn vijf duidelijk
            afgebakende concurrentiepolen tot inspiratie dienen.

6.   Een toekomstgericht industrieel beleid is wat ons betreft onmogelijk zonder
     een stevige sociale pijler.

     a.     Een toekomstgerichte samenleving investeert volop in de opleiding
            van haar bevolking. Levenslang leren is niet alleen een
            verantwoordelijkheid van de werknemer, ook de overheid en de werkgevers
            moeten hun duit in het zakje doen. In België investeren de bedrijven slechts
            1% van de totale loonmassa in de opleiding van hun personeel. Veel minder
            dan in Nederland, het Verenigd Koninkrijk of de Scandinavische landen. Ook
            veel minder dan de 1,9% die de werkgevers beloofden te investeren bij het
            ondertekenen van het IPA 2007-2008. Een toekomstgericht opleidingsbeleid
            durft ook veel ambitieuzer te zijn dan louter werkplekleren. Overheid en
            bedrijfsleven moeten investeren in opleidingen die een reële toegevoegde
            waarde betekenen voor zowel de professionele als de persoonlijke
            competenties van de werknemer. Paritaire afspraken en initiatieven op
            sectorniveau zijn hiertoe een geschikt instrument. Werknemers moeten over
            voldoende rechten en faciliteiten beschikken om zelf initiatief te nemen voor
            hun loopbaanontwikkeling. Hervormingen in het onderwijs moeten ertoe
            bijdragen dat meer jongeren kiezen voor technische opleidingen met
            toekomst.

     b.     Ook het verhogen van de werkbaarheid in de industrie is een grote
            uitdaging. Nog te vaak wordt werken in de industrie geassocieerd met
            repetitief en afstompend werk. Werkbaar werk betekent volgens de definitie
            van de Sociaal-Economische Raad Vlaanderen (SERV) dat werknemers
            geen last hebben van werkstress, gemotiveerd zijn, voldoende
            leermogelijkheden krijgen en werk en privéleven goed kunnen combineren.
            Het benutten van alle talenten betekent ook dat werknemers meer inspraak
            krijgen in hun takenpakket en dat de werkorganisatie wordt ingevuld op
            maat van de werknemers. Bovendien is een hogere werkbaarheidsgraad
            een belangrijke stap naar een hogere werkzaamheidsgraad.
            Om deze redenen is het belangrijk dat ook op sectoraal niveau
            onderhandeld wordt over het verhogen van de werkbaarheid.




                                                                                            3

                Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie
c.      De realisatie van een sociaal onderbouwd industrieel beleid hangt in
             grote mate af van een sterke openbare sector met voldoende middelen
             en bewegingsruimte voor investeringen op vlak van innovatie, vergroening,
             opleiding en tewerkstelling.

7.   De discussie over de toekomst van onze industrie mag niet alleen een zaak zijn
     van politici, enkele academici en de werkgevers. Deze discussie belangt alle
     werknemers aan. We verwachten van de Vlaamse Regering dat ze over alle
     aspecten van haar industrieel beleid in de eerste plaats in overleg treedt met de
     sociale partners. Momenteel worden de vakbonden op bedrijfs- of sectorniveau te
     vaak pas aan tafel gevraagd wanneer er grote herstructureringen op het menu
     staan. We moeten dus tot een verbreding van de inhoud van de sociale dialoog
     komen en als vakbond volwaardig betrokken worden bij de uitwerking van
     strategische sectorale actieplannen.

8.   Ook binnen onze eigen organisatie zullen we meer inspanningen moeten
     leveren om te wegen op het innovatie- en investeringsbeleid van de bedrijven.
     Als eerste stap zullen we in navolging van onze beslissing hierover op het congres
     van het Vlaams ABVV in mei 2010 onze delegees ondersteunen in het toezicht op
     de aanwending van verschillende bedrijfssubsidies voor innovatie, opleiding en
     investeringen.

9.   In het licht van voorgaande stellingen nemen we als Vlaams ABVV een
     genuanceerde houding aan tegenover het door de Vlaamse Regering
     opgestelde witboek ‘Een nieuw industrieel beleid voor Vlaanderen’:

     a.      We zijn tevreden met de hernieuwde aandacht voor industrieel beleid
             vanuit de Vlaamse Regering. Het witboek Nieuw Industrieel Beleid voor
             Vlaanderen vormt een eerste aanzet om die nieuwe industriële strategie op
             poten te zetten. We verwelkomen de opname van het luik inzake
             competentieontwikkeling en arbeidsorganisatie in de tekst, wat een
             verbetering inhoudt t.a.v. het Groenboek Nieuw Industrieel Beleid.
             Daarnaast is het positief dat ook een aanzet wordt gegeven tot het voeren
             van een gericht clusterbeleid, bijvoorbeeld rond duurzame chemie en
             groene energie. We hopen dat de Vlaamse Regering de intenties hierover in
             het witboek zo snel mogelijk omzet in concrete beleidsmaatregelen.

     b.      Op belangrijke punten voldoet het witboek echter niet aan onze
             verwachtingen:

             i. Het blijft moeilijk om een geïntegreerde visie te vinden doorheen het
                amalgaam van soms weinig samenhangende acties die niet ingebed
                zijn in bestaande beleidsinitiatieven. Het witboek grijpt ook te vaak terug
                naar een jargon dat slechts voor een beperkte groep insiders begrijpbaar
                is. Daarom is het moeilijk aan de hand van de tekst van dit witboek een
                breed maatschappelijk draagvlak te creëren voor industrie in Vlaanderen.

            ii. Het aspect werkgelegenheidscreatie komt in het witboek niet aan
                bod. Nochtans vormden de recente crisis in de industrie en het daarmee




                                                                                              4

                 Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie
gepaard gaande jobverlies de aanleiding voor de Staten-Generaal voor
   de Industrie. Investeren in een toekomstgerichte industrie is belangrijk,
   maar leidt niet automatisch tot duurzame tewerkstelling. De creatie van
   jobs (ook voor laaggeschoolden en andere kansengroepen) moet voor
   ons centraal staan. Daarom is het richten van overheidssteun in functie
   van bijkomende tewerkstellingskansen voor ons van groot belang.

iii. Ook het aspect van de werkbaarheid van de jobs in de industrie,
     over hoe het werken in de industrie aantrekkelijker en draaglijk kan
     worden gemaakt voor de werknemers, wordt onderbelicht.
     Werkbaarheid wordt in het Witboek gereduceerd tot sociale innovatie.
     Voor ons is werkbaarheid echter veel breder dan enkel sociale innovatie
     en moet de invoering hiervan steeds voorwerp uitmaken van sociale
     overleg.

iv. Competentiebeleid gaat voor ons verder dan wat in het witboek staat
    over werkplekleren en zuiver bedrijfsgerichte opleidingen. Een
    volwaardig competentiebeleid durft in te zetten op opleidingen die een
    werkelijke meerwaarde bieden aan de werknemer, zowel op persoonlijk
    als op professioneel vlak. Naast streefcijfers voor onderzoek en
    ontwikkeling moet ook opleiding als een noodzakelijke investering sterker
    naar voor geschoven worden. Het is belangrijk dat zowel de overheid als
    het bedrijfsleven hun opleidingsinspanningen verhogen.

v. Een vernieuwend industrieel beleid mag niet verengd worden tot een
   beleid gericht op kostencompetitiviteit, verlaging van de loonkosten,
   verhoging van de arbeidsproductiviteit en werknemersflexibiliteit. Het valt
   op dat hierover in het witboek koud en warm wordt geblazen. Indien er
   zich kostenproblemen voordoen in bepaalde sectoren moet dit blijken uit
   een duidelijke analyse. Algemene of onvoorwaardelijke lastenverlagingen
   zijn echter geen doeltreffend beleidsinstrument voor een gericht
   industrieel beleid.

vi. Het witboek creëert door middel van een nog op te richten
    Industrieraad een beheersstructuur buiten het paritair overleg tussen
    de sociale partners om. Indien de Vlaamse Regering voldoende
    draagvlak wil vinden voor haar industrieel beleid mag ze daarbij de
    vakbonden niet buiten spel zetten. De Industrieraad mag zich niet in de
    plaats stellen van de SERV en kan dus geen advies geven over het
    globale sociaal-economische beleid ten behoeve van de industrie in
    Vlaanderen. Dat laatste moet het exclusieve terrein van de sociale
    partners blijven. De uitvoering van het witboek moet ook het voorwerp zijn
    van paritair sectoroverleg ( dit kan door het organiseren van paritaire
    rondetafels voor de industriesectoren en in de sectorcommissies van de
    SERV).




                                                                                 5

     Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie
vii. Een toekomstgericht industrieel beleid dient ook werkelijk
     strategische keuzes te maken voor een duurzame ontwikkeling van
     de industrie in Vlaanderen. Die moet gericht zijn op een ecologische
     transformatie van onze productie en ondersteuning geven aan
     innovatieve technologische projecten die inspelen op maatschappelijke
     ontwikkelingen en behoeften. Het valt te betwijfelen of dit witboek al
     voldoende basis biedt om een betekenisvolle stap in de richting van de
     transitie naar een meer duurzame en groene industrie te zetten.




                                                                              6

      Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie

Más contenido relacionado

La actualidad más candente

Arbeidsvoorwaardennota definitief december 2015
Arbeidsvoorwaardennota definitief december 2015Arbeidsvoorwaardennota definitief december 2015
Arbeidsvoorwaardennota definitief december 2015
CNV Vakcentrale
 
Toekomst pensioenstelsel. Een notitie van het Algemeen Bestuur van het CNV al...
Toekomst pensioenstelsel. Een notitie van het Algemeen Bestuur van het CNV al...Toekomst pensioenstelsel. Een notitie van het Algemeen Bestuur van het CNV al...
Toekomst pensioenstelsel. Een notitie van het Algemeen Bestuur van het CNV al...
CNV Vakcentrale
 
Laatste nieuws komende IPA besprekingen
Laatste nieuws komende IPA besprekingenLaatste nieuws komende IPA besprekingen
Laatste nieuws komende IPA besprekingen
Erik Evens
 

La actualidad más candente (20)

Arbeidsvoorwaardennota 2014
Arbeidsvoorwaardennota 2014Arbeidsvoorwaardennota 2014
Arbeidsvoorwaardennota 2014
 
Arbeidsvoorwaardennota definitief december 2015
Arbeidsvoorwaardennota definitief december 2015Arbeidsvoorwaardennota definitief december 2015
Arbeidsvoorwaardennota definitief december 2015
 
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015
 
CNV Arbeidsvoorwaardennota 2016
CNV Arbeidsvoorwaardennota 2016CNV Arbeidsvoorwaardennota 2016
CNV Arbeidsvoorwaardennota 2016
 
Toekomst pensioenstelsel. Een notitie van het Algemeen Bestuur van het CNV al...
Toekomst pensioenstelsel. Een notitie van het Algemeen Bestuur van het CNV al...Toekomst pensioenstelsel. Een notitie van het Algemeen Bestuur van het CNV al...
Toekomst pensioenstelsel. Een notitie van het Algemeen Bestuur van het CNV al...
 
Cnv beleggingscode pensioenfondsen 2012
Cnv beleggingscode pensioenfondsen 2012Cnv beleggingscode pensioenfondsen 2012
Cnv beleggingscode pensioenfondsen 2012
 
Concept Arbeidsvoorwaardennota cnv 2016
Concept Arbeidsvoorwaardennota cnv 2016Concept Arbeidsvoorwaardennota cnv 2016
Concept Arbeidsvoorwaardennota cnv 2016
 
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2014
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2014Jaarverslag CNV Vakcentrale 2014
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2014
 
Jaarverslag cnv vakcentrale 2012
Jaarverslag cnv vakcentrale 2012Jaarverslag cnv vakcentrale 2012
Jaarverslag cnv vakcentrale 2012
 
Concept Arbeidsvoorwaardennota 2015 CNV
Concept Arbeidsvoorwaardennota 2015 CNVConcept Arbeidsvoorwaardennota 2015 CNV
Concept Arbeidsvoorwaardennota 2015 CNV
 
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017
 
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg Participatiewet
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg ParticipatiewetInbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg Participatiewet
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg Participatiewet
 
Visiedocument Cofely juni 2014
Visiedocument Cofely juni 2014Visiedocument Cofely juni 2014
Visiedocument Cofely juni 2014
 
Cnv jaarverslag 2009
Cnv jaarverslag 2009Cnv jaarverslag 2009
Cnv jaarverslag 2009
 
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018
 
Cnv jaarverslag 2010
Cnv jaarverslag 2010Cnv jaarverslag 2010
Cnv jaarverslag 2010
 
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016
 
Laatste nieuws komende IPA besprekingen
Laatste nieuws komende IPA besprekingenLaatste nieuws komende IPA besprekingen
Laatste nieuws komende IPA besprekingen
 
Essay Innovatie- en Industriebeleid (Dany Jacobs en Evert-Jan Velzing)
Essay Innovatie- en Industriebeleid (Dany Jacobs en Evert-Jan Velzing)Essay Innovatie- en Industriebeleid (Dany Jacobs en Evert-Jan Velzing)
Essay Innovatie- en Industriebeleid (Dany Jacobs en Evert-Jan Velzing)
 
KWH jaarplan 2015
KWH jaarplan 2015KWH jaarplan 2015
KWH jaarplan 2015
 

Destacado

Destacado (20)

Presentatie Hans Vaneerdewegh (ABVV-Metaal)
Presentatie Hans Vaneerdewegh (ABVV-Metaal)Presentatie Hans Vaneerdewegh (ABVV-Metaal)
Presentatie Hans Vaneerdewegh (ABVV-Metaal)
 
Presentatie Glenn Rayp
Presentatie Glenn RaypPresentatie Glenn Rayp
Presentatie Glenn Rayp
 
Wine Spectator Media Kit
Wine Spectator Media KitWine Spectator Media Kit
Wine Spectator Media Kit
 
The archived Canadian Competitive Intelligence (CI) by Patent Mapping, Augus...
The  archived Canadian Competitive Intelligence (CI) by Patent Mapping, Augus...The  archived Canadian Competitive Intelligence (CI) by Patent Mapping, Augus...
The archived Canadian Competitive Intelligence (CI) by Patent Mapping, Augus...
 
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (February 22, 2011)
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (February 22, 2011)The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (February 22, 2011)
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (February 22, 2011)
 
Reconocimientos y premios slade 2011
Reconocimientos y premios slade 2011Reconocimientos y premios slade 2011
Reconocimientos y premios slade 2011
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2016/6/28)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2016/6/28) The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2016/6/28)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2016/6/28)
 
A Feast for Your Eyes
A Feast for Your EyesA Feast for Your Eyes
A Feast for Your Eyes
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/2/10)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/2/10) The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/2/10)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/2/10)
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2014/9/30)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2014/9/30) The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2014/9/30)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2014/9/30)
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/4/28)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/4/28) The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/4/28)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/4/28)
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/10/27)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/10/27) The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/10/27)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/10/27)
 
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (2013/7/2)
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (2013/7/2)The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (2013/7/2)
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (2013/7/2)
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2014/11/18)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2014/11/18) The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2014/11/18)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2014/11/18)
 
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (July 5, 2011)
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (July 5, 2011)The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (July 5, 2011)
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (July 5, 2011)
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2016/4/26)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2016/4/26)  The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2016/4/26)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2016/4/26)
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/3/24)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/3/24) The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/3/24)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/3/24)
 
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (June 21, 2011)
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (June 21, 2011)The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (June 21, 2011)
The Archived Canadian Patent Competitive Intelligence (June 21, 2011)
 
Eenk ijkje in het huis van de Bloemenarbeiders
Eenk ijkje in het huis van de BloemenarbeidersEenk ijkje in het huis van de Bloemenarbeiders
Eenk ijkje in het huis van de Bloemenarbeiders
 
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/12/8)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/12/8) The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/12/8)
The archived Canadian US Patent Competitive Intelligence Database (2015/12/8)
 

Similar a Resolutie Industrieel beleid in Vlaanderen

Research&Development_DS_18_12_2015
Research&Development_DS_18_12_2015Research&Development_DS_18_12_2015
Research&Development_DS_18_12_2015
Roel Jansen
 
Innovatieplatform(2010)nederland2020(www)
Innovatieplatform(2010)nederland2020(www)Innovatieplatform(2010)nederland2020(www)
Innovatieplatform(2010)nederland2020(www)
Rob Blaauboer
 
VNMI Magazine december 2014
VNMI Magazine december 2014VNMI Magazine december 2014
VNMI Magazine december 2014
Frank Buijs
 
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
guest51aadb65
 
Visie En Strategische Agenda Creatieve Industrie
Visie En Strategische Agenda Creatieve IndustrieVisie En Strategische Agenda Creatieve Industrie
Visie En Strategische Agenda Creatieve Industrie
IIP CREATE
 
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
guest94cac1
 
Dei 7 voordelen die organisaties niet mogen missen
Dei   7 voordelen die organisaties niet mogen missenDei   7 voordelen die organisaties niet mogen missen
Dei 7 voordelen die organisaties niet mogen missen
PNO: Subsidie en Innovatie
 
top 5 van europa
top 5 van europatop 5 van europa
top 5 van europa
QDiG
 
Mkb subsidieflits januari 2012
Mkb subsidieflits januari 2012Mkb subsidieflits januari 2012
Mkb subsidieflits januari 2012
Raymond Both
 

Similar a Resolutie Industrieel beleid in Vlaanderen (20)

Research&Development_DS_18_12_2015
Research&Development_DS_18_12_2015Research&Development_DS_18_12_2015
Research&Development_DS_18_12_2015
 
Innovatieplatform(2010)nederland2020(www)
Innovatieplatform(2010)nederland2020(www)Innovatieplatform(2010)nederland2020(www)
Innovatieplatform(2010)nederland2020(www)
 
Waar verdient Nederland over 10 jaar geld mee? -ONL voor ondernemers
Waar verdient Nederland over 10 jaar geld mee? -ONL voor ondernemersWaar verdient Nederland over 10 jaar geld mee? -ONL voor ondernemers
Waar verdient Nederland over 10 jaar geld mee? -ONL voor ondernemers
 
VNMI Magazine december 2014
VNMI Magazine december 2014VNMI Magazine december 2014
VNMI Magazine december 2014
 
GRAFOC Navormingsbrochure 2010-2011
GRAFOC Navormingsbrochure 2010-2011GRAFOC Navormingsbrochure 2010-2011
GRAFOC Navormingsbrochure 2010-2011
 
Spare Parts SABIC
Spare Parts SABICSpare Parts SABIC
Spare Parts SABIC
 
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
 
Visie En Strategische Agenda Creatieve Industrie
Visie En Strategische Agenda Creatieve IndustrieVisie En Strategische Agenda Creatieve Industrie
Visie En Strategische Agenda Creatieve Industrie
 
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
C:\Documents And Settings\Heukensfeldtjansenp\My Documents\Iip Create\Website...
 
Energiesubsidie DEI: 7 voordelen die organisaties niet mogen missen
Energiesubsidie DEI: 7 voordelen die organisaties niet mogen missenEnergiesubsidie DEI: 7 voordelen die organisaties niet mogen missen
Energiesubsidie DEI: 7 voordelen die organisaties niet mogen missen
 
Dei 7 voordelen die organisaties niet mogen missen
Dei   7 voordelen die organisaties niet mogen missenDei   7 voordelen die organisaties niet mogen missen
Dei 7 voordelen die organisaties niet mogen missen
 
top 5 van europa
top 5 van europatop 5 van europa
top 5 van europa
 
DC10 Hans de Groene - Innovatiebeleid en kennisontwikkeling - Het innovatiebe...
DC10 Hans de Groene - Innovatiebeleid en kennisontwikkeling - Het innovatiebe...DC10 Hans de Groene - Innovatiebeleid en kennisontwikkeling - Het innovatiebe...
DC10 Hans de Groene - Innovatiebeleid en kennisontwikkeling - Het innovatiebe...
 
Mediaplanet 2019 bundel_de_krachtvanvlaanderen_ds_2019
Mediaplanet 2019 bundel_de_krachtvanvlaanderen_ds_2019Mediaplanet 2019 bundel_de_krachtvanvlaanderen_ds_2019
Mediaplanet 2019 bundel_de_krachtvanvlaanderen_ds_2019
 
Achtergrond techniekpact
Achtergrond techniekpactAchtergrond techniekpact
Achtergrond techniekpact
 
20091111 Presentatie Werkplan Diict
20091111  Presentatie Werkplan Diict20091111  Presentatie Werkplan Diict
20091111 Presentatie Werkplan Diict
 
Werkplan Diict
Werkplan DiictWerkplan Diict
Werkplan Diict
 
Mkb subsidieflits januari 2012
Mkb subsidieflits januari 2012Mkb subsidieflits januari 2012
Mkb subsidieflits januari 2012
 
Een regionale netwerkbenadering om sociale innovatie tot in de haarvaten van ...
Een regionale netwerkbenadering om sociale innovatie tot in de haarvaten van ...Een regionale netwerkbenadering om sociale innovatie tot in de haarvaten van ...
Een regionale netwerkbenadering om sociale innovatie tot in de haarvaten van ...
 
Investeren in de economische motor
Investeren in de economische motorInvesteren in de economische motor
Investeren in de economische motor
 

Resolutie Industrieel beleid in Vlaanderen

  • 1. Intergewestelijk Comité 14 juni 2011 Resolutie Een vakbondsvisie op de toekomst van onze industrie 1. Vanuit het Vlaams ABVV pleiten we reeds lang voor de versterking en het behoud van industriële activiteiten in onze regio. We zijn ervan overtuigd dat Vlaanderen ook in de toekomst een belangrijke industriële speler moet en kan blijven en zijn dan ook tevreden dat deze bekommernis vandaag opnieuw politieke weerklank krijgt. De industrie speelt een belangrijke rol in onze welvaartscreatie. In 2009 was de industrie verantwoordelijk voor 17% van de Vlaamse werkgelegenheid (zonder rekening te houden met de belangrijke, indirecte werkgelegenheidseffecten op de dienstensectoren), bijna 40% van de Vlaamse toegevoegde waarde, stond ze in voor 80% van alle O&O uitgaven en 75% van de Belgische export. 2. We zijn er ons van bewust dat industriële activiteiten in Vlaanderen vandaag onder druk staan. Er is daarom nood aan een toekomstgericht industrieel beleid. Het is van groot belang dat dit industrieel beleid vertrekt vanuit een juiste diagnose van de problemen in de Vlaamse industrie. Wij gaan niet akkoord met het verhaal dat de belangrijkste bedreiging voor de industrie in Vlaanderen bestaat uit hoge loon- en andere kosten (zoals bedrijfsbelastingen). Het is onjuist om naar de globalisering (d.m.v. delokalisering) te wijzen als hoofdreden voor de sterke vermindering van onze industriële tewerkstelling de afgelopen jaren en het afnemend aandeel van deze sector in de toegevoegde waarde. Het zijn namelijk de continue productiviteitsstijgingen in de industriële bedrijven die ervoor zorgen dat we vandaag meer goederen produceren, met minder mensen en tegen lagere prijzen. We zijn evenwel niet blind voor de kostenproblematiek. Zo staan we open voor overleg over specifieke en onderbouwde knelpunten, maar als generiek beleid is hierop inzetten weinig creatief en zal hiermee ook geen enkele weggeautomatiseerde job terugkeren. Er kan dus geen sprake zijn van de zoveelste algemene of onvoorwaardelijke lastenvermindering. Wel bestaan er inventieve mogelijkheden om binnen sectoren tot een ondersteuning van de zwakkere activiteiten door de sterkere te komen. In de diamantsector, waar de grootste winsten voornamelijk in de handel worden geboekt en niet in de productie, bestaat er bijvoorbeeld een fonds waar handelaars een fractie van hun winst in storten. De middelen van dit fonds worden dan aangewend om een deel van de patronale bijdragen van productieondernemingen over te nemen. Vlaams ABVV – de socialistische vakbond in Vlaanderen – Algemeen Belgisch Vakverbond Hoogstraat 42, 1000 Brussel – Tel. 02 506 82 06 – Fax 02 550 14 16 – info@vlaams.abvv.be – www.vlaamsabvv.be – Bank 877-8031801-20
  • 2. Hoewel het niet de hoofdoorzaak is van het verlies aan industriële tewerkstelling in Vlaanderen blijft delokalisering naar lageloonlanden natuurlijk wel een belangrijke uitdaging voor onze tewerkstelling. Het beste antwoord ter bestrijding van sociale dumpingpraktijken in ontwikkelingslanden is de opbouw van een sterke en onafhankelijke syndicale tegenmacht in deze landen. Als Vlaams ABVV vinden we het daarom belangrijk dat in onze organisatie de aandacht voor internationale syndicale solidariteitsprojecten groot blijft. 3. Vanuit werknemersperspectief zijn er drie belangrijke assen waar een toekomstgericht industrieel beleid wel op moet inzetten: investeren in belangrijke maatschappelijk behoeften, investeren in onderzoek en ontwikkeling en investeren in mensen. 4. Om kans te maken op economische succes en om een voldoende groot maatschappelijk draagvlak op te bouwen moet een toekomstgericht industrieel beleid in de eerste plaats geënt zijn op het tegemoetkomen aan huidige of in de nabije toekomst voorzienbare maatschappelijke behoeften. De vergroening van onze economie en het voorbereiden van de gevolgen van de vergrijzing vormen daarbij twee belangrijke speerpunten. Niets weerhoudt onze regering ervan ambitieus te durven zijn in het formuleren van projecten op het vlak van CO2- reductie of het bestrijden van fijn stof. Zo kondigde de Zweedse Regering in 2006 al aan tegen 2020 de eerste olieonafhankelijke economie ter wereld te willen worden. Het voornemen van de Provincie Limburg om tegen 2020 CO2-neutraal te zijn, is een voorbeeld dat ruime navolging verdient. Vroegtijdig inzetten op groene technologie en vergroening van de economie levert comparatieve voordelen op, ook op het vlak van groene jobs. Als regio kan Vlaanderen het zich niet permitteren om de trein van de groene mobiliteit te missen. Een toekomstgericht industrieel beleid moet daarom oog hebben voor de mogelijkheden geboden door de ontwikkeling van elektrische wagens en nieuwe vormen van stadsmobiliteit. 5. Om de competitiviteit van onze industrie op peil te houden zijn voldoende investeringen in onderzoek en ontwikkeling onontbeerlijk. Dit geldt zowel voor de financiering van grensverleggend fundamenteel onderzoek, als voor het investeren in de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten. a. De Vlaamse Regering is in het regeerakkoord en in het Pact 2020 het engagement aangegaan om tegen 2014 3% van zijn BBP te investeren in onderzoek en ontwikkeling. Deze inspanning moet zowel gedragen worden door de overheid (1%) als door de bedrijven (2%). Door de besparingsdrift van de afgelopen jaren staat het nu al vast dat de overheid haar deel van deze norm in 2014 niet meer kan halen. Het valt zelfs sterk te betwijfelen of de Vlaamse Regering haar Europees engagement, om deze norm tegen 2020 te behalen, zal kunnen nakomen zonder op zoek te gaan naar bijkomende inkomsten. Maar ook de bedrijven staan met een investeringstotaal van 1,40% van het BBP in onderzoek en ontwikkeling nog ver af van de vooropgestelde 2%. De 2 Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie
  • 3. overheid moet dus aan de bedrijven een duidelijk en afdwingbaar engagement opleggen om de investeringen in O&O op te drijven. b. In een kleine regio als Vlaanderen kunnen de schaarse middelen best ingezet worden op een beperkt aantal clusters, waar we het potentieel hebben om werkelijk een competitief voordeel uit te bouwen. Bij het ondersteunen van toegepast onderzoek moet naast de wetenschappelijke en economische finaliteit ook aandacht gaan naar het valorisatiepotentieel op het vlak van bijkomende werkgelegenheid. De Vlaamse Raad voor Wetenschaps- en Innovatiebeleid heeft reeds een verdienstelijke poging ondernomen om enkele speerpunten naar voor te schuiven, zoals duurzame chemie en intelligente energienetwerken. Toch kan deze oefening nog verfijnd worden. Het Waalse Marshallplan kan hierbij met zijn vijf duidelijk afgebakende concurrentiepolen tot inspiratie dienen. 6. Een toekomstgericht industrieel beleid is wat ons betreft onmogelijk zonder een stevige sociale pijler. a. Een toekomstgerichte samenleving investeert volop in de opleiding van haar bevolking. Levenslang leren is niet alleen een verantwoordelijkheid van de werknemer, ook de overheid en de werkgevers moeten hun duit in het zakje doen. In België investeren de bedrijven slechts 1% van de totale loonmassa in de opleiding van hun personeel. Veel minder dan in Nederland, het Verenigd Koninkrijk of de Scandinavische landen. Ook veel minder dan de 1,9% die de werkgevers beloofden te investeren bij het ondertekenen van het IPA 2007-2008. Een toekomstgericht opleidingsbeleid durft ook veel ambitieuzer te zijn dan louter werkplekleren. Overheid en bedrijfsleven moeten investeren in opleidingen die een reële toegevoegde waarde betekenen voor zowel de professionele als de persoonlijke competenties van de werknemer. Paritaire afspraken en initiatieven op sectorniveau zijn hiertoe een geschikt instrument. Werknemers moeten over voldoende rechten en faciliteiten beschikken om zelf initiatief te nemen voor hun loopbaanontwikkeling. Hervormingen in het onderwijs moeten ertoe bijdragen dat meer jongeren kiezen voor technische opleidingen met toekomst. b. Ook het verhogen van de werkbaarheid in de industrie is een grote uitdaging. Nog te vaak wordt werken in de industrie geassocieerd met repetitief en afstompend werk. Werkbaar werk betekent volgens de definitie van de Sociaal-Economische Raad Vlaanderen (SERV) dat werknemers geen last hebben van werkstress, gemotiveerd zijn, voldoende leermogelijkheden krijgen en werk en privéleven goed kunnen combineren. Het benutten van alle talenten betekent ook dat werknemers meer inspraak krijgen in hun takenpakket en dat de werkorganisatie wordt ingevuld op maat van de werknemers. Bovendien is een hogere werkbaarheidsgraad een belangrijke stap naar een hogere werkzaamheidsgraad. Om deze redenen is het belangrijk dat ook op sectoraal niveau onderhandeld wordt over het verhogen van de werkbaarheid. 3 Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie
  • 4. c. De realisatie van een sociaal onderbouwd industrieel beleid hangt in grote mate af van een sterke openbare sector met voldoende middelen en bewegingsruimte voor investeringen op vlak van innovatie, vergroening, opleiding en tewerkstelling. 7. De discussie over de toekomst van onze industrie mag niet alleen een zaak zijn van politici, enkele academici en de werkgevers. Deze discussie belangt alle werknemers aan. We verwachten van de Vlaamse Regering dat ze over alle aspecten van haar industrieel beleid in de eerste plaats in overleg treedt met de sociale partners. Momenteel worden de vakbonden op bedrijfs- of sectorniveau te vaak pas aan tafel gevraagd wanneer er grote herstructureringen op het menu staan. We moeten dus tot een verbreding van de inhoud van de sociale dialoog komen en als vakbond volwaardig betrokken worden bij de uitwerking van strategische sectorale actieplannen. 8. Ook binnen onze eigen organisatie zullen we meer inspanningen moeten leveren om te wegen op het innovatie- en investeringsbeleid van de bedrijven. Als eerste stap zullen we in navolging van onze beslissing hierover op het congres van het Vlaams ABVV in mei 2010 onze delegees ondersteunen in het toezicht op de aanwending van verschillende bedrijfssubsidies voor innovatie, opleiding en investeringen. 9. In het licht van voorgaande stellingen nemen we als Vlaams ABVV een genuanceerde houding aan tegenover het door de Vlaamse Regering opgestelde witboek ‘Een nieuw industrieel beleid voor Vlaanderen’: a. We zijn tevreden met de hernieuwde aandacht voor industrieel beleid vanuit de Vlaamse Regering. Het witboek Nieuw Industrieel Beleid voor Vlaanderen vormt een eerste aanzet om die nieuwe industriële strategie op poten te zetten. We verwelkomen de opname van het luik inzake competentieontwikkeling en arbeidsorganisatie in de tekst, wat een verbetering inhoudt t.a.v. het Groenboek Nieuw Industrieel Beleid. Daarnaast is het positief dat ook een aanzet wordt gegeven tot het voeren van een gericht clusterbeleid, bijvoorbeeld rond duurzame chemie en groene energie. We hopen dat de Vlaamse Regering de intenties hierover in het witboek zo snel mogelijk omzet in concrete beleidsmaatregelen. b. Op belangrijke punten voldoet het witboek echter niet aan onze verwachtingen: i. Het blijft moeilijk om een geïntegreerde visie te vinden doorheen het amalgaam van soms weinig samenhangende acties die niet ingebed zijn in bestaande beleidsinitiatieven. Het witboek grijpt ook te vaak terug naar een jargon dat slechts voor een beperkte groep insiders begrijpbaar is. Daarom is het moeilijk aan de hand van de tekst van dit witboek een breed maatschappelijk draagvlak te creëren voor industrie in Vlaanderen. ii. Het aspect werkgelegenheidscreatie komt in het witboek niet aan bod. Nochtans vormden de recente crisis in de industrie en het daarmee 4 Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie
  • 5. gepaard gaande jobverlies de aanleiding voor de Staten-Generaal voor de Industrie. Investeren in een toekomstgerichte industrie is belangrijk, maar leidt niet automatisch tot duurzame tewerkstelling. De creatie van jobs (ook voor laaggeschoolden en andere kansengroepen) moet voor ons centraal staan. Daarom is het richten van overheidssteun in functie van bijkomende tewerkstellingskansen voor ons van groot belang. iii. Ook het aspect van de werkbaarheid van de jobs in de industrie, over hoe het werken in de industrie aantrekkelijker en draaglijk kan worden gemaakt voor de werknemers, wordt onderbelicht. Werkbaarheid wordt in het Witboek gereduceerd tot sociale innovatie. Voor ons is werkbaarheid echter veel breder dan enkel sociale innovatie en moet de invoering hiervan steeds voorwerp uitmaken van sociale overleg. iv. Competentiebeleid gaat voor ons verder dan wat in het witboek staat over werkplekleren en zuiver bedrijfsgerichte opleidingen. Een volwaardig competentiebeleid durft in te zetten op opleidingen die een werkelijke meerwaarde bieden aan de werknemer, zowel op persoonlijk als op professioneel vlak. Naast streefcijfers voor onderzoek en ontwikkeling moet ook opleiding als een noodzakelijke investering sterker naar voor geschoven worden. Het is belangrijk dat zowel de overheid als het bedrijfsleven hun opleidingsinspanningen verhogen. v. Een vernieuwend industrieel beleid mag niet verengd worden tot een beleid gericht op kostencompetitiviteit, verlaging van de loonkosten, verhoging van de arbeidsproductiviteit en werknemersflexibiliteit. Het valt op dat hierover in het witboek koud en warm wordt geblazen. Indien er zich kostenproblemen voordoen in bepaalde sectoren moet dit blijken uit een duidelijke analyse. Algemene of onvoorwaardelijke lastenverlagingen zijn echter geen doeltreffend beleidsinstrument voor een gericht industrieel beleid. vi. Het witboek creëert door middel van een nog op te richten Industrieraad een beheersstructuur buiten het paritair overleg tussen de sociale partners om. Indien de Vlaamse Regering voldoende draagvlak wil vinden voor haar industrieel beleid mag ze daarbij de vakbonden niet buiten spel zetten. De Industrieraad mag zich niet in de plaats stellen van de SERV en kan dus geen advies geven over het globale sociaal-economische beleid ten behoeve van de industrie in Vlaanderen. Dat laatste moet het exclusieve terrein van de sociale partners blijven. De uitvoering van het witboek moet ook het voorwerp zijn van paritair sectoroverleg ( dit kan door het organiseren van paritaire rondetafels voor de industriesectoren en in de sectorcommissies van de SERV). 5 Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie
  • 6. vii. Een toekomstgericht industrieel beleid dient ook werkelijk strategische keuzes te maken voor een duurzame ontwikkeling van de industrie in Vlaanderen. Die moet gericht zijn op een ecologische transformatie van onze productie en ondersteuning geven aan innovatieve technologische projecten die inspelen op maatschappelijke ontwikkelingen en behoeften. Het valt te betwijfelen of dit witboek al voldoende basis biedt om een betekenisvolle stap in de richting van de transitie naar een meer duurzame en groene industrie te zetten. 6 Intergewestelijk Comité Vlaams ABVV / 14 juni 2011 / resolutie