How healthy is mental health care in Belgium? The facts behind the myths (NL)
STROOM13_SG_0501
1. INHOUD
LOREM ISPUM DOLOR SIC
1
DriemaandelijksmagazinevanCAWAntwerpenjanuari-februari-maart2017
TRTRS O MS OOOM
V.U.KoenDeVylder,GroteSteenweg169,2600Berchem.P916172
GEZONDHEID
IN GESPREK MET
DIRK DE WACHTER
YVES DINGENS OVER
DE 3 ZACHTE G’S
VAN GEZONDHEID
!!
3. CAW-PRAAT
WE VROEGEN HET AAN JULLIE
€7.960.000.000De overheid zal volgend jaar voor het eerst meer
geld uitgeven aan zieken dan aan werklozen.
Dat betekent dat de daling in de werkloosheid teniet
wordt gedaan door de stijging in chronische ziektes.
Bron: Redactie (21-11-2016). Zieken voor het eerst duurder
dan werklozen. Het Laatste Nieuws Online.
“Wat me het meest verbaast bij de westerse mens, is dat
hij zijn gezondheid opoffert om veel geld te verdienen en
vervolgens dat geld weer uitgeeft om zijn gezondheid terug
te krijgen”. Dalai LAMA
Bron: ADM (21-11-2016). Aantal zieke daklozen afgelopen
10 jaar vertienvoudigd. De Standaard Online.
2006-2007
2015-2016
Het aantal zieke daklozen in Brussel,Antwerpen en
Gent vertienvoudigde in 10 jaar tijd.Van 100 in 2007-
2008 naar 967 in 2015-2016.
Bron: CAW Antwerpen (10 -12-2016) Interne data Zorgteam.
51In 2016 werden 51 gratis psychiatrische consulta-
ties gegeven door ons Zorgteam, verspreid over
23 consultatiedagen.
Op 18 jaar heeft 11,9% van de jongens en 20,4% van de meisjes
meerdere keren overwogen een einde te maken aan hun leven.
Bron: Agentschap Zorg en Gezondheid. Hoe gezond voelen
jongeren zich? Online publicatie (20-11-2016).
11,9%
20,4%
6
België scoort een zesde plaats
op de Europese ranglijst over
toegankelijkheid van zorg.
Bron: European Health
Consumer Index (2013).
De cijfers langdurig verzuim kennen
sinds de start van CAW Antwerpen
een groei van 1,15%. Het gaat om
een kleine 5% van onze collega’s
5%
Bron: Personeelsdienst CAW
Antwerpen (16-10-2016).
30%Je gendercontiniüm maakt deel
uit van je gezondheids-
beleving. In 2015 werden
30,01% van de cliënten van
het Boysproject anoniem
geregistreerd als transgender.
Bron: CAW Antwerpen (31-12-2016)
Jaarverslag Boysproject.
Vorig jaar start-
ten we een bed
and breakfast.
Daarin breng
ik veel van
mijn interesses
samen: zorgen
voor mensen,
interieurinrich-
ting en cultuur.
We organiseer-
den er onlangs
een cavacon-
cert i.s.m. de
cultuurraad van
Deurne. Mijn
creativiteit gaf ik
een nieuw elan
met een oplei-
ding grafische
vormgeving aan
de Academie
van Berchem.
Tekenen, schil-
deren, collages
knippen en
plakken: ik
blijf mezelf
uitdagen!
Elke dag een
versbereide
maaltijd met
kwaliteitspro-
dukten van
het seizoen
en vijf stuks
fruit. In de
week drink ik
meestal water,
zelden fris-
dranken, geen
alcohol. Zwarte
koffie en een
stukje choco-
lade als ‘guilty
pleasure’. In het
weekend een
goed wijntje of
Belgisch bier. En
omdat ‘levens-
kunst’ belangrijk
is: uitgebreid
cultuur proeven
zolang het me
ontroert, prik-
kelt, shockeert,
of gewoon
een fijn gevoel
geeft…
Simpel: op
mijn voeding
letten
en meer
bewegen! Ik
probeer bewust
een teveel aan
vet te laten en
meer groenten
en fruit te eten.
1 of 2 keer
per week ga
ik lopen in het
Rivierenhof. De
auto probeer
ik vaker aan de
kant te laten en
ik spring wat
meer de fiets.
Na een altijd
drukke ochten-
drush wandel
ik met mijn
twee jongens
naar school en
naar de crèche.
Vijftien minuut-
jes alleen met
hen, de ene op
zijn loopfiets,
de andere in
de buggy.We
zingen een
liedje, ver-
tellen, doen
onnozel,…
Al de rest
verdwijnt
even naar
de achter-
grond. En dat
geeft genoeg
energie om
nadien naar
het werk te
vertrekken.
Ik heb veel
geleerd uit
een recent
‘crashmoment’.
Intrafamiliaal
geweld is
mentaal een
zwaar thema,
je mag daar
niet alleen in
staan. Je hebt
een team
rond je nodig
dat onder-
steunt, helpt
afbakenen en
mee grenzen
bewaakt. Met
mijn teamcoör-
dinator maakte
ik daar afspra-
ken over. Ik kom
nu terug graag
werken. Ik slaap
beter, ik eet
goed… Ik voel
me gezonder in
mijn werk staan.
Op mijn tafel
staat een potje
met kleine
briefjes, die ik
zelf schreef of
kreeg.Allemaal
plezante dingen
om te doen.
Zoals: maak een
wandelingetje
in het park. Of:
drink een tas
koffie. Zet de
radio aan. Ga
met iemand
een babbeltje
slaan… Dat
doe ik en ik dan
voel me beter!
Positief in ‘t
leven staan
helpt tegen
piekeren als ik
alleen ben.
HOE BLIJF JIJ GEZOND ?
LINDA
Wijkteam Deurne
LARS
Hulpverlener JWA
CARL
Woonbegeleider Luchtbal
HAJAR
FJC& CO3
OMAR
ACM
GREET
Vrijwilligster ClientenRaad
TEKST: ANN VAN PELT
METEN & LEREN
SPREKENDE CIJFERS
is de score voor onze LGV teams
in de bevraging van onze clienten
of ze na de aangeboden hulp hun
leven beter in handen kunnen
nemen.
84 %
Bevraging van 137 cliënten van onze LGV’s.
Bron: dataset zelfevaluatie CAW
Antwerpen, 2016 - LGV groep,
niet publiek beschikbaar.
4 5
5. 8 9
de slag kunnen in hun eigen gemeenschap. En als ze dan nog eens
vastlopen, kunnen ze bij wijze van spreken eerst bij hun buren
terecht. Mensen op die manier betrekken bij de hulpverlening
zet hen in hun eigen kracht. Laat het ons wat gewoner maken.
Vereenvoudigen. Het moet niet perse gaan over wat er in ons ver
verleden ooit is misgegaan… Dat kan heel interessant zijn, maar
alleen als het ook écht bruikbaar is om verder te kunnen. In het
andere geval - en dat is de meeste gevallen - gaat het erom: hoe
kun jij terug op weg geraken in je leven? Niet meer en niet minder.
We hebben veel medewerkers die opgeleid zijn
om vooral rond geestelijke gezondheid te werken.
Vaak in langdurige trajecten. Hoe kijk je daar naar?
Ik heb ook in die werkvorm gewerkt en ik ken de doelgroep. Ik
begrijp héél goed dat langere trajecten soms écht nodig zijn. Je
mag echter niet vergeten dat we voor therapeutische hulpverle-
ning in de stad Antwerpen een grote vraag hebben, maar minder
dan 9VTE om de vraag te beantwoorden. Dat is natuurlijk bijzon-
der weinig voor zoveel inwoners. Zij zullen dus zeker niet zonder
werk vallen, we blijven hen heel hard nodig hebben.
Mijn hoop is dat we samen kunnen bouwen aan een pad waarin
we meer verbinding maken door de zorg voor die doelgroep te
delen met andere deelwerkingen en sectoren. Dat geeft cliën-
ten bijkomende steunpunten. De therapeutisch georiënteerde
hulpverlener krijgt dan een bredere inbedding om methodisch
en vakkundig te werken. We have to create together! Zo kijk ik
ernaar en zo hoop ik ook mijn opdracht op te pakken.‘Samen’ is
het belangrijke woord, met teams, collega’s en andere organisaties.
Zo ontstaan mogelijkheden en kunnen we meer verwezenlijken.
Wat zijn je plannen voor dit beleidsthema en hoe
begin je eraan?
Ik denk dat we veel good practice hebben met het thema gezond-
heid, maar dat we die te weinig expliciet maken. Het benoemen
maakt het ook duidelijk aanwezig, dus daar ligt een belangrijke
opdracht.Vervolgens moeten we zien waar we nog meer op
moeten inzetten. Dat moet de nieuwe focus worden.
IN GESPREK
MET BELEIDSCOORDINATOR GEZONDHEIDYVES DINGENS
IN GESPREK
MET BELEIDSCOORDINATOR GEZONDHEIDYVES DINGENS
“Mijn hoop is dat we samen
kunnen bouwen aan een pad
waarin we meer verbinding maken
door de zorg voor die doelgroep te
delen met andere deelwerkingen en
sectoren. Dat geeft cliënten
bijkomende steunpunten. “
seizoen. Daar haal je gemakkelijk acht
of negen grote porties groente uit. De
Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO)
ziet kool als één van de meest essentiële
elementen die je nodig hebt in voeding.
Gezonde voeding hoeft dus niet duur
te zijn. Met een gezonde levensstijl
heb je een belangrijk aandeel van je
eigen gezondheid in de hand. Dus heel
veel van het thema gezondheid heeft
niet te maken met een huisarts of een
dokter of een specialist, maar met wat
je zelf doet. Dat soort accenten leggen
valt ook binnen het thema gezond-
heid. Bovendien is er ook een link met
werken rond armoede. Straks rollen we
in een brede samenwerking met andere
actoren het LEVI project uit: Lekker Eten
Voor Iedereen. Gezinnen kunnen dan
voor € 1, € 2 of € 3 een heel gezonde
maaltijd maken. Dit als alternatief voor
goedkope fastfood producten.We com-
bineren dat met kookworkshops voor
ouders waarbij de kinderen mee komen
koken. Zo creëren we samen community
building rond gezonde voeding.
Het brengt me automatisch bij de
tweede G, die van gravitatiekracht.
De verbindende kracht van een groep.
Een gemeenschap maakt zichzelf sterker,
ook als het over gezondheid gaat. Bij
geestelijke gezondheid is dat evident: het
netwerk rond mensen is heel belangrijk
om iemand te laten groeien en nieuwe
kansen te geven. Dat principe geldt
evengoed voor lichamelijke gezondheid.
Mensen in je omgeving geven een signaal
als je er ziek uitziet en ze dragen zorg
voor elkaar.
De derde G is die van gewonigheid.
Dat woord ontleen ik van psychiater
Dirk De Wachter. Hij inspireerde me
vroeger al, als opleider systeemthera-
pie. Met gewonigheid bedoel ik hier
dat we ons aanbod zo eenvoudig en
toegankelijk mogelijk moeten maken.
Wat heeft iemand nodig om weer een
stap in de goede richting te zetten? Wat
heeft iemand nodig om weer verder
te kunnen? Dat aanbod kan eventueel
uitgebreid worden, samen met de cliënt.
Participatief. Dát kan hulpverlening in
de eerste plaats doen: een aantal tools
aanreiken waardoor mensen verder
kunnen in hun leven.Waar ze mee aan
WIE IS YVES DINGENS ?
YVES STARTTE ZIJN LOOPBAAN ALSVORMINGSWERKER
BIJ DE FEDERATIE OPEN SCOUTISME. DAARNA GING
HIJ AAN DE SLAG ALS BEGELEIDERVAN JONGEREN MET
EEN MENTALE BEPERKING EN LATER OOK ALS BEGELEI-
DER IN EEN PILOOTPROJECT BEGELEID WONENVOOR
JONGEREN.
HET LEVEN NAM PLOTS EEN HEEL ANDERE WENDING
TOEN HIJ DE LEIDING OP ZICH NAMVAN HET FAMILIE-
BEDRIJF: EEN ARTISANALE GLASBLAZERIJ. 20 JAAR LATER
VOLGDE HIJ ZIJN HART TERUG NAAR DE SOCIALE
SECTOR EN STARTTE HIJ BIJ CAW DE KEMPEN EN LATER
OOK BIJ CAW ANTWERPEN EN CAW LIMBURG.
HIJ WERKTE ALS HULPVERLENER IN DE BEZOEKRUIMTE,
ALS SUPERVISOR IN HET CRISISMELDPUNT -18,ALS GE-
ZINSTHERAPEUT EN ALS TEAMCOÖRDINATOR BIJ HET
BOYSPROJECT. DAARNAAST WAS ER OOK STEEDS ZIJN
2DE LIJNS PRIVÉPRAKTIJK.
EN SINDS OKTOBER 2016 IS HIJ DUS ONZE NIEUWE
BELEIDSCOÖRDINATOR GEZONDHEID.AANVISIE EN
GOESTING GEEN GEBREK!
ID
Denk daarbij bijvoorbeeld aan de link met
de gehandicaptensector (VAPH). Er was in
2013 een onderzoek met nulmeting door
professor Koen Hermans van de KULeuven,
waarbij bleek dat in Antwerpen 61% van
onze cliënten minstens 1 indicatie van een
handicap heeft. Dat is toch een verbazing-
wekkend gegeven? Hier ligt dus een belang-
rijke opdracht én uitdaging: hoe kunnen
we deze mensen optimale hulp bieden? En
welke financiële middelen zet de overheid
daar tegenover?
Met fysieke gezondheid is dat hetzelfde.Als
we daarover een nulmeting zouden doen,
zouden we wellicht verrast zijn van wat we
ook op dat vlak nu al doen. In de traditie
van de ‘praatcafés over gezondheid’ die
Mia Gys organiseerde moeten we in een
volgende fase de kennis opnieuw halen waar
ze zit, we moeten de teams bevragen: als we
meer willen doen met geïntegreerde gees-
telijke en lichamelijke gezondheid, wat moet
dat dan zijn? En vooral ook: wat is de vraag
van cliënten ? Hoe betrekken we de cliënten
die we als hulpverleners elke dag bereiken?
Hoe kunnen wij meer toegankelijke gezond-
heidheidszorg creëren? Beperkte toegang
tot geestelijke en somatische gezondheids-
zorg is immers een ernstig onrecht waaraan
we - CAW missiegetrouw – willen werken.
NOOT VAN DE REDACTIE : Op het moment van
het gesprek was nog niet bekend dat ook
het thema Migratie onder de verantwoor-
delijkheid zou vallen vanYves.
7. 1312 ACHTER DE GEVEL VAN
BINNENKIJKEN BIJ EEN CAW DEELWERKING
HET TEAM CREERDE EEN HUISELIJKE EN GEZELLIGE
SFEER DIE HELEMAAL AANSLUIT BIJ DE
PERSOONLIJKE AANPAK OP MAAT.
ACHTER DE GEVEL VAN
BINNENKIJKEN BIJ EEN CAW DEELWERKING
Deze huiselijke, rustige sfeer past perfect
bij de manier waarop met binnenko-
mende vragen wordt omgegaan. Geen
eenvoudige ‘goed-fout’-vragen, maar
het soort waarmee je echt worstelt en
even moet gaan zitten om ze gesteld
te krijgen.Vragen over jezelf, je gezin, je
relaties, je seksualiteit, je bagage. Dat gaat
breed, maar wat had ik anders verwacht
bij een team “levens- en gezinsvragen”?
In dit huis beschikt elke hulpverlener over:
• potjes vol erkennings- en begrips-
zalfsteunverbanden om de onmacht
te dragen
• pilletjes die helpen bij verliespijn
• pleisters voor zielewonden
• spuitjes met humor en bemoediging
een oor dat luistert naar de hartslag
• een vinger om aan de pols te
houden
• behandelingstechnieken die mensen
in hun eigen kracht zetten
Op de vraag “hoe verloopt een traject
hier?” blijft Indra even stil. De stilte zegt
meer dan het uiteindelijke antwoord.
Want uiteraard zijn er procedures,
manieren van aanmelden, redenen om
te kiezen voor onthaal of langdurige
begeleiding, enzovoort. Maar dit alles
gieten in een traject dat voor een bui-
tenstaander begrijpbaar is, doet afbreuk
aan de kern.
“We vertrekken altijd vanuit je vraag. Samen die vraag verdui-
delijken is vaak al een eerste stap naar een oplossing.”
Indra doet haar best om mij inzicht te geven in wie hier komt,
wat zij en de collega’s doen en hoe een begeleiding loopt. Mijn
brein heeft het in eerste instantie moeilijk met het vatten van
alle verschillende opties en zoekt naar een modeltraject, maar
hier is er niet echt sprake van een ‘standaardprocedure’.Van
stressklachten tot relatieproblemen, van uitgebreid onthaal tot
maandenlange begeleiding, het komt allemaal voor.Veel hangt
af van de vraag waarmee de cliënt komt, maar de focus van
dit team ligt wel steeds op het psychosociale, het inner- en het
intermenselijke. De beweging die met de cliënt wordt gemaakt,
is concretiseren (hoe werkt “het” in je dagelijks leven, hoe
voelt het, wat wordt je lichamelijk gewaar?) en verbreden (hoe
reageert je omgeving, is het altijd zo geweest, zijn er uitzonde-
ringen, hoe zou je leven eruit zien moest je geen last hebben?).
Niet oplossen, maar inkijk geven en daarmee mildheid voor
wat is en veranderingsbereidheid voor wat kan.Ik onthoud
“vraag”,“op maat”,“gesprek” en ook hier valt het woord
“vertragen”. Misschien omschrijft dat woord nog het beste de
procedure.
De cliënten die hier over de vloer komen, zijn al net zo min te
omschrijven in enkele woorden. Het zijn mensen zoals jij en
ik. Ze kloppen aan bij het CAW omdat ze worstelen met het
leven, met zichzelf en hun gevoelens, met hun relaties, met hun
werk. Of juist met het ontbreken van dat alles. De draaglast is
groter dan de draagkracht en ze hebben het gevoel dat ze de
worsteling op hun eentje niet meer aankunnen. Het gaat om
mannen en vrouwen, al of niet arm, maar zeker nooit rijk.
Het uitzicht is dan wel groen, maar verder maak ik mij
geen illusies over het werken in de regio, zoals in de CAW-
medewerkers-volksmond. Ook hier zijn wachtlijsten. Ook hier
is het zoeken naar de best mogelijke begeleiding. Ook hier
worden veel telefoontjes gedaan naar andere organisaties in de
hoop een zorgzame doorverwijzing te kunnen verwezenlijken
als dit nodig blijkt.
Vertragen en stilstaan.Voor cliënten is Gemeentepark 1 soms
de enige plaats waar het kan.Wat niet wil zeggen dat het team
traag kan werken. De bel gaat regelmatig, de boîte zit vol.
Maar er wordt rust uitgestraald.... fijn !
“Hier is niet echt sprake van
een standaardprocedure.
Veel hangt af van de vraag
waarmee de cliënt komt.”
8. 14 15ESTAFETTE
INSPIRERENDE MENSEN GEVEN DE FAKKEL DOOR
ESTAFETTE
INSPIRERENDE MENSEN GEVEN DE FAKKEL DOOR
En één van de partners van een slachtoffer zei:“jij kan hier nu
wel je plan maken, maar ik wil je over een jaar nog wel eens
spreken. Om te zien hoe het dan gaat.“Ze hebben dat effectief
gedaan. Die jongen heeft ondertussen werk en hij doet het
goed. Die mensen kwamen elkaar regelmatig tegen in het dorp
waar ze woonden, en dan deden ze af en toe een babbeltje.
Dát is herstel! Juist omdat het mijn overtuiging zo sterk is, vind
ik het spijtig dat er zo weinig verwijzingen komen.
Hoe komt dat denk je?
Jeugdrechters geven bij een hergo in feite een stukje van hun
bevoegdheid uit handen. Ze leggen die bij de bemiddelings-
dienst en bij de betrokken partijen. Dat speelt zeker een rol in
het lage aantal verwijzingen. In Brussel lukt het nog aardig, maar
in andere regio’s gaat het moeilijk. Maar het ligt niet alleen aan
de jeugdrechters. Consulenten en advocaten kunnen ook het
initiatief nemen tot een hergo. Ze hebben nog te weinig die
reflex. En dan is er ook nog de gemeenschap… In Nieuw
Zeeland werkt het heel goed, maar de gemeenschap is daar
ook sterker aanwezig dan hier. Onze samenleving is sterk
geindividualiserd, waardoor het veel moeilijker is mensen erbij
te betrekken.Als ik hoor hoe mijn vader vroeger leefde: daar
werden groepsbemiddelingen avant la lettre gedaan.Als er een
probleem was, dan werd dat besproken met de buurt. Mensen
werden bij elkaar gezet en het conflict werd uitgepraat. In
de loop van tijd is dat gegeven verloren gegaan, vrees ik. Het
zou dus goed kunnen dat het maatschappelijk klimaat op dit
moment niet in het voordeel van de hergo’s is. Het gaat over
échte dialoog, in de zin van volwaardige participatie in de com-
municatie en dat doen we tegenwoordig te weinig.
En ten slotte zijn er natuurlijk altijd mensen bij wie het niet
lukt. Soms is hun rugzak zo beladen en zijn ze zo gekwetst, dat
bemiddeling niet meer werkt. Maar je moet het altijd proberen!
Je moet kijken of er inzicht of empathie is. Of iemand de effec-
ten kan zien. Je lost namelijk nooit iets op door mensen weg te
stoppen, integendeel.
Vind je dat justitie nu te veel straft en te weinig
herstelt?
Ik denk dat het soms goed is als een jeugdrechter een jongere
even plaatst in een instelling.Als signaal dat hij over een grens
is gegaan. Maar tegelijk moet je ook aan herstel werken.Alleen
maar straffen werkt volgens mij niet. Justitie mag van mij dus
wat diverser worden in zijn toepassingen. Die rechtstaat mag
er echt wel zijn, maar nu is het vóóral dat. Het herstelrecht
mag meer op de kaart gezet worden, om terug in positieve
verbinding te gaan.
Ik zou het ook goed vinden wanneer justitie de partijen zélf
meer laat kiezen of ze willen meewerken aan een hersteltra-
ject. Mensen zijn mondig en sterk genoeg om te zeggen:“ik wil
daaraan meewerken of niet”Wie zijn wij om dat voor hen te
bepalen? Leg uit wat er aan mogelijkheden bestaat, dan kunnen
de mensen zelf beslissen. Justitie denkt soms te veel in de
plaats van mensen zelf, vind ik.
Misschien vertrekt justitie te veel vanuit wan-
trouwen? Vanuit welk wereldbeeld doe jij deze
job?
Dat mensen iets fout kunnen doen, maar daarom nog niet
slecht zijn.Als je vertrekt van ‘iemand is slecht’, dan zit je vast.
Als je het verplaatst van iemands ‘zijn’ naar iemands ‘gedrag’,
dan is er terug perspectief. Dan kan je het corrigeren of
iemand kan inzicht verwerven en zo komen tot herstel. Ik kan
dit werk maar doen, zolang ik op die manier naar mensen kan
kijken.
Wanneer ben je fier op je werk?
Als ik merk dat er herstel is en de partijen verder kunnen
met hun leven.Voor mij is het proces veel belangrijker dan het
resultaat. Een proces van verbinding.Tussen het slachtoffer en
de verdachte, maar ook tussen bv de verdachte en zijn ouders.
Aan wie geef je de estafettestok door?
Aan Jurgen Peeters van De onderstroom. Hij staat mooi in
het leven. Hij kan heel kwetsbaar zijn, maar ook heel krachtig.
Heel erg bij zichzelf blijven. Hij is therapeut, geeft vormingen en
gaat met mensen, teams en groepen aan de slag. Hij zegt dan
altijd:“ik ga het niet voor jullie kunnen oplossen, maar ik kan
wel mee kijken wat jullie zelf kunnen doen.” Hij stimuleert de
innerlijke dialoog:“op welke manier kan ik hier authentiek in
het leven staan?” Dat bewonder ik.
“Het gaat over échte dialoog, in
de zin van volwaardige parti-
cipatie in de communicatie en
dat doen we tegenwoordig te
weinig.”
M
AN
U
CLAEYS
O
LIVIARUTAZIBW
A
N
AD
IAFAD
IL
Een rubriek over inspiratie en drijfveren.
Iemand vertelt daarover en verwijst ons
door naar iemand die hem/haar inspireert.
Zo ontstaat een ketting van inspiratie.
Lode Walgrave verwees ons door naar Bie
Vanseveren, slachtoffer-daderbemiddelaar.
TEKST EN BEELD: WILBERT VAN CROMVOIRT
Ik ben aangenaam verrast dat Lode Walgrave de estafettestok
aan mij doorgeeft. Het is een hele eer.Toen ik startte op mijn
huidige job in 2001, startte hij juist met de implementatie van
herstelgericht groepsoverleg (Hergo) inVlaanderen. Zo heb ik
hem leren kennen.
Voor onze onwetende lezers: Wat is een hergo?
Hergo is een begeleid groepsoverleg gebaseerd op de Family
Group Conference uit Nieuw-Zeeland. Het is ontwikkeld op
basis van een Maori-traditie. Bij een hergo breng je niet alleen
het slachtoffer en de verdacht samen (zoals in een bemidde-
ling), maar ook steunfiguren, politie, consulent en advocaat.
Al deze mensen - ik heb al hergo’s gedaan met 27 - breng
je samen in een kring. Daar wordt over de feiten gesproken,
onder leiding van een moderator en een co-moderator.
Het gesprek vertrekt vanuit de verdachte, met als centrale
vraag:“Hoe ga ik het goed maken naar het slachtoffer, de
maatschappij en mezelf?”. Het begint altijd met ‘verhaalver-
telling’. De politie leest de feiten voor en we vragen of de
jongere die erkend.Vervolgens geven we het woord eerst aan
het slachtoffer en vervolgens aan alle anderen in de cirkel. Ze
mogen vertellen wat het voor hen individueel heeft betekend
en wat de gevolgen zijn geweest. Dan gaat de jongere apart
zitten met zijn ouders en eventueel zijn advocaat en consulent
om zijn plan uit te schrijven. In een laatste fase leest hij dit
voor aan de groep. Samen met ons concretiseren ze het plan
alvorens het in een openbare zitting wordt goedgekeurd door
de jeugdrechter. Na zes maanden is er dan opnieuw een zitting
in de rechtbank.Als het plan is uitgevoerd en alles loopt goed
(thuis, op school, …), dan kan het dossier worden afgesloten.
Je vertrekt dus vanuit individuele verhalen en schrijft samen
een nieuw verhaal, waar hopelijk iedereen mee verder kan.
Ondertussen herstel je het vertrouwen en de verbinding.
Werkt het goed?
Ik geloof héél sterk in die methodiek! Ik heb al zo veel mooie
dingen zien gebeuren in de groepsdynamiek en wat dat met
mensen doet. Er zijn ook hergo’s die niet gelukt zijn, maar ik
heb zo veel succesverhalen meegemaakt. Ik ben er vol van
omdat ik zie dat het werkt. Dat het écht herstelt.
Er was bijvoorbeeld een jongere die verschillende handtasdief-
stallen had gepleegd bij oudere vrouwen. Drie van hen waren
aanwezig op de hergo. Het mooie was dat die gast zei: ik zag
gewoon geld. Ik zag handtassen. Maar door hen nu te ontmoe-
ten, zie ik dat elke vrouw haar verhaal heeft.
Eén van die vrouwen had haar man net verloren en was op
weg naar het kerkhof.Als herstel heeft hij een ruiker bloemen
gekocht om die op het graf te gaan leggen. Hij is dan ook gaan
helpen bij een etentje voor gepensioneerden. Hij zelf wou
eerst boodschappen doen, maar dat vonden de slachtoffers
niet goed.
BIE VAN
SEVEREN
BIEVAN SEVEREN WOONT IN HET
MOOIE GRIMBERGEN EN WERKT SINDS
2001 BIJ HET BRUSSELSE BEMIDDE-
LINGSBUREAUVZW ALBA (VOORHEEN
VZW BAS!).
IN HAAR CARRIERE WERKTE ZE IN
HETVERLEDEN OOK AL MET GEHAN-
DICAPTEN,ALS SECRETARESSE, IN EEN
DAGCENTRUMVAN DE BIJZONDERE
JEUGDZORG EN ALS HUISMOEDER. ZE
HEEFT 5 KINDEREN.
ID
G
UID
O
BELC
AN
TO
JAKKE
D
E
ZEEM
AN
W
ERN
ERSO
O
RS
PAULSCH
YVEN
S
RACH
IDA
LAM
RABET
M
ARC
LAQ
UIERE
M
O
H
AM
M
ED
CH
AKKAR
IN
G
ERO
SEEUW
LO
D
EW
ALG
RAVE
B
IE
VA
N
SEV
ER
EN
JURG
EN
PEETERS
9. DE EINDJES
AAN ELKAAR
GEKNOOPT
kort stompje, lang en elegant
rap uitgedoofd, geknakt
gerold
roze lipstick, verkleurd vloeitje
bitter, gesausd
de eindjes aan elkaar geknoopt
diep in- en uitgeademd
straffen toebak
TEKST: ANN VAN PELT
BEELD: ATTILA ERDEM
10. 18 19INTERVIEW
DIRK DE WACHTER
INTERVIEW
DIRK DE WACHTER
gezondheidszorg moet benaderd worden vanuit de mens, niet
vanuit ‘wetenschappelijke publicaties’. Specialisten zijn zeker
nodig, maar ik vind dat er getrapte zorg moet zijn. Inzetten op
de eerste lijn is het belangrijkste dat we nu moeten doen.
Om de (geestelijke) gezondheidszorg toeganke-
lijker te maken?
Ja! Daar hebben we nog veel werk. Dat is een beweging die
nu pas op gang komt, maar er moet inderdaad meer ingezet
worden op direct toegankelijke hulp. Men moet niet iedereen
direct naar een psychiater sturen. Er kan héél veel binnen de
draagkracht van het sociale weefsel opgevangen worden, door
de natuurlijke opvangstructuren van de verbindingen tussen
mensen. Maar daar zit een groot probleem:We leven in steden
dicht op elkaar, maar we kennen elkaar niet meer.Als je de
buurvrouw regelmatig een vriendelijke goeiendag zegt, dan
voorkom je misschien dat ze binnen drie jaar naar de psychia-
ter moet voor een antidepressivum. Dat is kort door de bocht
en karikaturaal, maar er is toch iets van.
Nemen huisartsen voldoende tijd en aandacht
voor de geestelijke en sociale gezondheid van
mensen?
Dat is inderdaad een probleem. Er moet in de opleiding meer
aandacht zijn voor de bredere context. Kennis van goede
communicatie, psychologie, antropologie, sociologie… Dat zijn
wetenschappen die voor de geneeskunde even belangrijk zijn
als de fysiologie en de harde wetenschappen. Maar de huidige
generatie krijgt al een veel betere opleiding dan ikzelf indertijd.
Er is vooruitgang.
Geestelijke gezondheid is een klassiek thema
van het CAW. Volgt u onze keuze ook expliciet
aandacht te geven aan lichamelijke gezondheid?
Ah! Het Cartesiaanse dualisme. Dat wordt al eeuwenlang als
onzinnig aanzien, maar het beïnvloedt nog altijd sterk onze
ideeën. De tweedeling tussen lichaam en geest is uiteraard héél
artificieel.Als we ons niet goed voelen, zit dat in ons lijf. En als
ons lijf het opgeeft, zit dat ook in ons gevoel. Op de eerste lijn
weet men dat elke mens een geheel is. Zelfs niet alleen geest
en lichaam, maar ook zijn context.
Als je ongezond leeft, geen goed eten hebt, slecht slaapt, dan
word je daar ziek van. Dat is dan weer niet goed voor je kinde-
ren en dan loopt het allemaal mis. Op verschillende domeinen.
Gezondheid hangt samen met het leven.
In het westen hebben we sowieso de neiging alles in te delen
in te behappen categoriën. Dat heeft veel voordelen, want
daardoor heeft de wetenschap veel vooruitgang geboekt.
Maar het heeft als groot nadeel dat we de onderlinge samen-
hang der dingen soms uit het oog verliezen. Bijvoorbeeld de
samenhang tussen sociale omstandigheden en gezondheid.
Maar omdat de realiteit zo ingewikkeld is, moet je af en toe
focussen en een vakje maken dat behapbaar is.We moeten
alleen steeds weer een stapje terug zetten om het geheel te
zien.“Der Schritt zurück”, noemt Heidegger dat. In een tijd die
zeer complex is, is het verleidelijk de
dingen categorisch en simplistisch voor
te stellen. Dat is populisme.
In uw boeken heeft u het ook
vaak over een gebrek aan
diepgang, aan zingeving… Is
dat ook een onderdeel van
gezondheid?
Als je mijn boek zou samenvatten, dan is
het centrale probleem dat de zingeving
in onze geseculariseerde wereld in een
vacuum terecht is gekomen.We hebben
onze traditionele, religieuze patronen bij
het groot vuil gezet. Daarnaar terugke-
ren is geen optie, maar we moeten er
wel over nadenken.Als er geen God is
om ons zin te geven, dan is het gevaar
dat we onszelf opblazen tot goddelijk-
heid. Maar we zijn niet goddelijk! We
zijn ook maar ploeterende mensen in
de moerassigheid van het bestaan. De
vraag is:“Hoe kunnen we bij tegenslagen
zoals gezondheidsproblemen of andere
moeilijkheden toch het leven de moeite
waard vinden?” Dat is geen gemakkelijke
taak.
Daarbij houd ik ook graag een pleidooi
voor het niet-weten.Voor dat wat ons
overstijgt. Er zijn veel dingen in ons leven
die ons begripsvermogen te boven gaan.
Onrechtvaardigheden, de kosmos, het
moet ons tot grote bescheidenheid
nopen…
Uiteindelijk gaat het over mensen in
de ogen kijken en samen proberen
het hoofd boven water te houden.We
moeten een seculiere manier vinden om
met de wonderlijkheid en de wreedaar-
digheid van het bestaan te kunnen leven.
“We are so small
between the stars, so
large against the sky.
And lost among the
subway crowds I try
to catch your eye.”
(Leonard Cohen)
GEZONDHEID HANGT SAMEN
MET HET LEVEN
EEN GESPREK MET DIRK DE WACHTER
Het is traagrijdend verkeer richting
Kortenberg. Dat geeft me wat tijd na te
denken over mijn aanstaande ontmoeting
met Dirk De Wachter. Psychiater en publiek
figuur. Hij observeert de wereld nauwgezet
en houdt de samenleving een spiegel voor.
Zijn scherpe observaties zetten aan tot
nadenken, maar oplossingen zijn moeilijk en
complex.
Hoe kijkt Dirk De Wachter naar de gezondheid van onze
samenleving? Het individueel functioneren is niet los te zien
van de context.Als die context ongezond is, hoe kunnen we
dan nog gezond functioneren? Wat is daarin het belang van
eerstelijnshulpverlening? En hoe geven we die hulpverlening
gestalte in een context van efficiëncy, controle en wantrouwen?
Eenmaal aangekomen in het Universitair Psychiatrisch Centrum
Kortenberg, vraag ik aan de receptie naar Dirk De Wachter.
“Of het voor een consultatie is?” Hummm… Goede vraag.
Ik begeef me door de schijnbaar eindeloze gangen van het
ziekenhuis. De professor komt mij hartelijk tegemoed:“Aan uw
tred te zien, gaat u niet gebukt onder het ongeluk. U zal voor
het interview komen?”
Kent u het CAW?
Ja, natuurlijk! Nulde- en eerstelijns hulpverlening.Al ken ik
vooral de eerstelijns gezondheidszorg goed (mijn vrouw
is huisarts in Borgerhout), maar de principes zijn hetzelfde.
Binnen het veld van de geneeskunde vind ik huisartsen de
belangrijkste spelers. Door hun eerstelijnspositie krijgen zij
dagelijks met de doodgewone problemen, de banaliteiten,
de prozaïsche toestanden en de sociale moeilijkheden van
mensen te maken.Als ik op tv naar topdokters kijk, zie ik alleen
topchirurgen, die weliswaar fenomenale dingen doen, maar de
11. 20 INTERVIEW
DIRK DE WACHTER
Sommige mensen zijn te gulzig
wordt gezegd door de annorexia-
de kwezelaars van de gezondheids-
mystiek. Ik ken er zo een: Clarice,
mijn coiffeuse van vroeger. Een
pronte juffrouw, héél blond en
eerder volslank. Met, zoals dat een
coiffeuse betaamt, opgestoken haar
en wimpers waar geen einde aan
kwam. En er was nog het een het
ander aan haar waar geen einde
aan kwam. Ik beken, ik ging in die
tijd veel en graag naar de coiffeur.
Niet dat dat veel hielp aan mijn
voorkomen, maar haar gekroezel
aan mijn kop tijdens het haarwas-
sen deed zo’n deugd aan mijn
getormenteerd zieltje.
Ze vond mij wel een schattig
bazeke, zo opzichtig met een intel-
lectueel boek op mijn schoot tij-
dens het knippen. Een boek waarin
niet gelezen werd want in de
spiegel was veel meer te zien. Niet
mijn meer en meer inzakkende
rotkop, maar het ballet van Clarice
en haar wimpers enzovoort.
Verder was ze niet voor schattige
bazekes, maar voor den Dylan.
Een oudere schoolkameraad van
mij, de James Dean van de park-
school. Hij heeft me leren roken,
me geïntroduceerd in het lezen
van vuile boekskes, en uitgelegd
hoe een échte kus gedraaid moest
worden. Kortom een hero. Met
losse pollen, dat wel. Het was
verschieten toen Clarice jaren later
in het crisisopvangcentrum werd
binnengebracht door de politie en
ik haar als sociaal assistentje moest
opvangen.Tot drie keer toe, want
ze ging telkens terug naar haren
Dylan, ook daar scheen geen einde
aan te komen.
Tot ze vertrok met haar drie
koters naar Kortrijk of all places,
met een nieuwe Dylan. Maar een
veel lievere schreef ze op een
kaartje dat ik nog ergens heb
liggen. Ik ben vandaag toch nog
maar eens naar de coiffeur gegaan,
‘t was absoluut noodzakelijk vol-
gens mijn eensgezinde kroost. Er
was een nieuwe Clarice, er werd
gesjauweld, gekletst en gelachen en
ik heb gedacht dat kapperszaken
een onderschat onderdeel van ons
sociaal weefsel zijn. Dus hierbij een
eresaluut aan alle coiffeuses van de
wereld.
En aan de Dylans: hou uw pollen
thuis! En aan de Kortrijkzanen:
Clarice heeft die coiffure achter de
markt. Geniet !
DE COIFFEUSE EN
Koen
Sommige mensen zijn te gulzig
wordt gezegd door de annorexia-
de kwezelaars van de gezondheids-
mystiek. Ik ken er zo een: Clarice,
mijn coiffeuse van vroeger. Een
pronte juffrouw, héél blond en
eerder volslank. Met, zoals dat een
coiffeuse betaamt, opgestoken haar
en wimpers waar geen einde aan
kwam. En er was nog het een het
ander aan haar waar geen einde
aan kwam. Ik beken, ik ging in die
tijd veel en graag naar de coiffeur.
Niet dat dat veel hielp aan mijn
voorkomen, maar haar gekroezel
aan mijn kop tijdens het haarwas-
sen deed zo’n deugd aan mijn
getormenteerd zieltje.
Ze vond mij wel een schattig
bazeke, zo opzichtig met een
intellectueel boek op mijn schoot
tijdens het knippen. Een boek
aarin niet gelezen werd want in de
spiegel was veel meer te zien. Niet
mijn meer en meer inzakkende
rotkop, maar het ballet van Clarice
en haar wimpers enzovoort.
Verder was ze niet voor schattige
bazekes, maar voor den Dylan.
Een oudere schoolkameraad van
mij, de James Dean van de park-
school. Hij heeft me leren roken,
me geïntroduceerd in het lezen
van vuile boekskes, en uitgelegd
hoe een échte kus gedraaid moest
worden. Kortom een hero. Met
losse pollen, dat wel. Het was
verschieten toen Clarice jaren later
in het crisisopvangcentrum werd
binnengebracht door de politie en
ik haar als sociaal assistentje moest
opvangen.Tot drie keer toe, want
ze ging telkens terug naar haren
Dylan, ook daar scheen geen einde
aan te komen.
Tot ze vertrok met haar drie
koters naar Kortrijk of all places,
met een nieuwe Dylan. Maar een
veel lievere schreef ze op een
kaartje dat ik nog ergens heb
liggen. Ik ben vandaag toch nog
maar eens naar de coiffeur gegaan,
‘t was absoluut noodzakelijk vol-
gens mijn eensgezinde kroost. Er
was een nieuwe Clarice, er werd
gesjauweld, gekletst en gelachen en
ik heb gedacht dat kapperszaken
een onderschat onderdeel van ons
sociaal weefsel zijn. Dus hierbij een
eresaluut aan alle coiffeuses van de
wereld.
En aan de Dylans: hou uw pollen
thuis! En aan de Kortrijkzanen:
Clarice heeft die coiffure achter de
markt. Geniet !
Koen
DE COIFFEUSE EN
DEN DYLAN
COLUMN
HET WOORDVAN KOEN
21
Dus de opdeling tussen lichamelijke en geeste-
lijke gezondheid mist nog een spirituele poot?
Ja, klassiek spreekt men in de geneeskunde van het bio-psy-
chosociaal model. Bio: lichaamlijk. Psycho: in je hoofd. Sociaal:
tussen mensen. Maar eigenlijk zouden we dat nog moeten
uitbreiden en spreken over bio-psycho-socio-spiritueel model.
De zin van het bestaan is het probleem van deze tijd.Als je
niet succesvol bent omdat je geen geluk hebt gehad met je
sociale omgeving of met je hersenweefsel of omdat je ouders
je niet graag zagen… dan is het een hele uitdaging om nog
zinvol te kunnen bestaan. Heel veel pathalogie als depressie,
middelengebruik, vermoeidheid, vastlopen in het leven, heeft te
maken met zingeving. Hoe kan ik in dit leven waardig en zinvol
bestaan? Dat is de sleutel voor deze tijd.
En die ‘zin’ heeft te maken met de ander volgens Levinas. Het
kunnen bestaan voor de ander, vanuit een soort ‘bescheiden
Zijn’. Dat is heel belangrijk, ook voor de eerstelijns hulpverle-
ning. Het gaat over de vraag: hoe kunnen we mensen helpen
én hen in hun waardigheid houden?
De ontmoeting met de blik van de ander, dat is de essentie.
Dat is de menselijkheid. De menselijkheid komt binnen door
de barst waardoor de ander kijkt. Het wezenlijke probleem
van onze tijd waar mensen zich inbunkeren, zich terugtrekken
in hun eigen, kleine, angstige ikkigheid. Omdat ze de ander als
een bedreiging zien.
Hoe kijkt U momenteel naar de vermarkting
van de zorg in Antwerpen?
We zullen er aan moeten wennen.Willen of niet. Het is voor
mij nu heel gemakkelijk te zeggen dat dat een schande is! Dat
gaat niet goed aflopen! Dat is het einde van de hulp! Maar als
psychiater probeer ik altijd terug hoopvol te zijn, ook als de
omstandigeheden lastig zijn. Ik wil het dus liever hebben over
de opportuniteiten dan over het voorspelbare:“Het is écht
schandalig! De verrechtsing van de wereld! DeTrumpifisering
die nu ook tot hier doordringt, enzovoort…”
Maar ondanks mijn ambitie om hoopvol te zijn, moet ik toege-
ven dat ik bezorgd ben over een maatschappij die vooral inzet
op efficiëntie en succes. Ik ben bang van de resultaatscultuur.
Dat zit momenteel niet zo goed.
Het is gek om te zeggen, maar ik pleit voor minder efficiëntie!
Hulpverlening die zich jaren inzet en betekenisvol is als verbin-
ding, maar geen resultaat heeft in de zin dat de mensen nog
altijd ziek zijn - dat ze niet genezen, wél herstellen, maar niet
genezen - dat is héél belangrijke hulpverlening. Maar het geeft
geen resultaat in de spectaculaire, zichtbare zin van het woord.
Als we in de val van het resultaat trappen, krijgen we dat deel
van de hulpverlening niet meer verkocht. Dat zou ik niet goed
vinden. Ik denk dat we veel aandacht moeten hebben voor
die mensen die niet genezen. Zowel in de somatische als in
de geestelijke zorg. De niet-efficiënte zorg, is de belangrijkste
zorg. Dát moeten we de samenleving en
de overheid op één of andere manier
duidelijk maken.
Het lijkt me daarbij het beste om het
hen te laten ervaren. Ze te laten meel-
open. Dat schijnt nogal te werken.Als je
meegaat en ervaart hoe wezenlijk het is
wat hulpverleners doen op een existen-
tieel subjectief niveau, dan heeft dat veel
meer effect dan het hen aan te tonen op
een objectiverend resultaatsniveau.
Laatste vraag: Hoe houdt u
uzelf gezond?
Hoewel ik veel te hard werk en te
weinig sport, eet ik relatief gezond en
heb ik veel talent - écht een uitzonder-
lijk talent - voor slapen! Dat kan ik heel
goed. Ik leg mij neer en ik ga in een
soort diepe coma. Maar ook: cultuur,
muziek, thuis komen. Precies omdat ik
zo veel weg ben en veel op de baan
ben, koester ik thuiskomen. Ik vind dat
zo kostbaar. Ik heb daar mijn boeken
en mijn muziek en ik woon in een
mooi huis, waar ik ook een verzameling
heb van kunstwerken en dingen die ik
gekregen heb van andere mensen. En
mijn vrouw natuurlijk. Dat is nog het
belangrijkste als het er echt op aankomt.
Mijn kinderen ook. Die zijn nu het huis
uit, maar ze komen regelmatig terug. Dat
is waar het over gaat hè, die verbinding,
dat is bij mij ook zo. Dat is een belangrijk
onderdeel van mijn gezondheid.
De niet-efficiënte zorg, is
de belangrijkste zorg. Dát
moeten we de samenleving
en de overheid op één of
andere manier duidelijk
maken.
12. 2322 KOEKJE BIJ DE KOFFIE
HOE HET CAW HETVERSCHIIL MAAKT
KOEKJE BIJ DE KOFFIE
HOE HET CAW HETVERSCHIIL MAAKT
Nog net in het oude jaar 2016 stap ik binnen
bij het Zorgteam in het centrum van ‘t stad.
Deze werking van CAW Antwerpen biedt
binnenshuis en outreachend laagdrempelige
paramedische zorg (zoals psychiatrische en
algemene verpleegkundige zorg, psycho-
therapie, pedicure,...). Ze werken ook op
locatie: in de Biekorf, Plataan, Kamiano, de
Steenhouwer,‘tVlot,Victor en Passant. Goed
voor een drieduizendtal cliëntcontacten per
jaar.
TEKST: TESSA VERSCHURE • BEELD: ATTILA ERDEM
In mijn onstuimigheid (mijn hoofd zit al bij de inpak voor
een weekje vakantie) loop ik Sjef voorbij, die dit onbewo-
gen waarneemt. Ik kom op mijn passen terug en schud een
verzorgde, iets oudere man de hand. Hij begroet me met die
typisch Hollandse hartelijkheid en meteen vergeet ik mijn eigen
gehaaste tijd. Geen mooiere uren dan de tijd waarin niemand
op de tijd let… Dit is het verhaal van Sjef, die me met precies
gedetailleerde chronologie vertelt over de laatste drie jaar van
zijn leven. Dit is ook het verhaal van een prachtige samenwer-
king tussen verschillende hulpverleners in de professionele
zorg, bekeken vanuit de bril van een innemende en bescheiden
man.
ziekenhuis, is hij teruggekeerd naar Nederland, naar Rotterdam.
“Om te kijken of ik terug in het systeem zou passen”, zoals hij
zegt. Drie maanden heeft hij het er uitgezongen.
Er werd een zorgplan gemaakt, een appartement gezocht,
ambulante begeleiding voorzien. Sjef is in paniek geraakt
en heeft linea recta een enkeltje naar Antwerpen geboekt.
Naarmate de dakloze maanden terug passeerden, verslech-
terde Sjefs gezondheid opnieuw.Vermoeidheid, benauwdheid,
een tragere stap,… Maar Sjef ontdekte de Steenhouwer.
Hij kwam er op adem en zijn stille karakter werd aan-
vaard. Daarvoor heeft hij een ongelooflijke waardering. In
de Steenhouwer hebben ze hem doorgestuurd naar het
Zorgteam.Vandaar ging het verder naar de huisartsengroep
Koraalberg en het OCMW.
Dankzij de alertheid van de Steenhouwer werd hij op een dag
in oktober 2015 met spoed opgenomen in het ziekenhuis.Tien
dagen verbleef hij er voor een dubbele longontsteking. Daarna
bleef de benauwdheid hem parten spelen. Na een tweede
longontsteking in de winter van 2016 volgde een cardiologisch
onderzoek. Ondertussen hield Martine van het Zorgteam hem
nauwlettend in de gaten. Ze nam bijna dagelijks zijn bloeddruk.
Ook de andere diensten lieten hem niet los, een mooi staaltje
van overzicht behouden en samenwerking. In augustus 2016 is
Sjef geopereerd aan zijn hart voor een aantal overbruggingen.
Dankzij de inspanningen van Martine en Sjauke van Outreach
kon hij een maand revalideren in de Plataan. Ondertussen leeft
Sjef opnieuw op straat. Maar hij heeft geleerd dat hij zijn pijn
niet moet negeren. In januari 2017 volgt nog een cardiologisch
onderzoek…
De straat is ontmoeting
De remedie tegen eenzaamheid is onder mensen komen en
de remedie tegen mensen is alleen zijn. Sjef is een loner, maar
zoekt plekken op waar mensen samenkomen, zoals het station.
Hij is welkom in Starbucks, omdat hij “proper en stil” is.‘s
Morgens krijgt hij een kop warme koffie en ‘s avonds voed-
seloverschotten. Hij waardeert dat mensen voor hem willen
zorgen.“Het is geweldig dat ik naar het Zorgteam kan komen
om te zeggen dat ik me niet goed voel. Hulpverleners van
CAW Antwerpen zijn duidelijk, maar vellen geen oordeel.”
Als ik vraag naar zijn dromen, zie ik een vermoeide blik.“Het
is heel moeilijk nu, ik ben moedeloos. Ik leef van moment-
opnames. Het Zorgteam, de Steenhouwer, Huisartsengroep
Koraalberg, Outreach,… Ik waardeer hun bezorgdheid en voor
mij is het fijn dat ze er gewoon zijn.”
De straat geeft vrijheid
Vier jaar geleden zei Sjef zijn job vaarwel. Hij was netwerkbe-
heerder op de universiteit van Utrecht. Sjef heeft zich ontwor-
stelt aan Nederland. Hoewel hij in Antwerpen buiten slaapt,
voelt Sjef zich veiliger in Antwerpen dan in zijn moederland.
Toch was het een toevalstreffer dat hij in Antwerpen is terecht
gekomen. Met het geld dat hij uit zijn zakken haalde, vroeg hij
in een station hoever hij daarmee kon treinen.“Net als in het
boek”, glimlach ik (De honderdjarige man die uit het raam
klom en verdween).Antwerpen was het eindstation en de
sfeer van ‘t stad houdt hem hier.
Ik bedenk daarbij dat het leven telkens een les is in loslaten. Zo
ook voor mijn intrinsieke nieuwsgierigheid, die ik tot bedaren
breng. Sjefs verleden in Nederland en de gebeurtenissen die
hem tot dakloosheid hebben gebracht, zijn voor mij geen need
to know.
De straat is rücksichtslos
Buiten leven in de stad is meedogenloos voor je fysieke condi-
tie. Zo ook voor Sjef. Zijn gezond lichaam liet hem stapje voor
stapje in de steek. Drie jaar geleden vond iemand hem bewus-
teloos op de Scheldekaaien. Nadat hij wakker werd in het
GEZONDHEID EN DE STRAAT
HET VERHAAL VAN SJEF
Buiten leven in de stad is meedo-
genloos voor je fysieke conditie.
Zo ook voor Sjef. Zijn gezond
lichaam liet hem stapje voor stapje
in de steek.
“Het is geweldig dat ik naar
het Zorgteam kan komen om
te zeggen dat ik me niet goed
voel. Hulpverleners van CAW
Antwerpen zijn duidelijk, maar
vellen geen oordeel.”
13. Wanneer laat je je leiden door
je intuïtie?
Eigenlijk zo goed als altijd… wat niet
wil zeggen dat ik er ook altijd naar
luister, maar achteraf is altijd duidelijk
dat ik het wel had moeten doen en dat
ik eigenlijk al metéén wist wat ik moest
doen of niet doen.
Waaruit put je troost?
Uit mijn yoga- of loopmomentje,
omdat het me een soort ‘helicopter
view’ van boven geeft waardoor een
probleem of de zaken waar ik mee
worstel plots een pak kleiner lijken.
Soms kan eten ook troostend zijn. Ik
probeer dat te vermijden, maar I’m
only human. Vooral smaken die me aan mijn kindertijd doen
terugdenken, zoals een klaaskoek met kaneel in de winter of verse
fruitsalade zoals mijn mama die altijd maakte in de zomer.
Wat is je favoriete geur?
Die van vers gemaaid gras op een zonnige zomeravond.Als ik dat
ruik tijdens een avondwandelingetje in de buurt: zaaaaalig!
Instant onspanning verzekerd…
Noem één ding dat de kwaliteit van je leven zou
verbeteren?
Een betere balans tussen werk en gezin. Ik doe mijn best, maar
in deze tijden is het verdraaid moeilijk. De nieuwe man is een feit
en ik heb er gelukkig zo eentje gevonden, maar voor de nieuwe
vrouw die een pak gezinstaken en een fulltime job combineert,
zou wat meer aandacht mogen zijn. Er zouden nog wat meer
‘oplossingen’ en ‘flexibiliteit’ mogen bestaan op het werk en
daarnaast.
Welke waarheid had je liever nooit gehoord?
Dat Sinterklaas niet bestaat en de Paashaas ook niet.
Wat is je levensmotto?
Loop jezelf niet voorbij. En dat voor ‘madammeke start2run’.
Met wie zou je het liefst eens op café gaan?
Met mijn man en mijn allerbeste vrienden en dat zijn er maar een
stuk of 5eigenlijk… mijn man omdat we sinds de komst van een
tweede kindje Helena zo’n 5 maanden geleden, nog maar weinig
‘us-time’ hebben gehad. En met mijn vrienden, omdat die er door
het drukke gezinsleven in combi met het al even drukke werk,
soms moeten bij inschieten.
EVY GRUYAERT
VRAAGETAAN
BEKENDEVLAMINGEN GEVEN ZICH BLOOT
24
Welke luxe kun je niet
missen?
Vloerverwarming in de winter, zalig
thuiskomen is dat. Schoenen en
kousen uit en dan die koude voetjes
zachtjes opwarmen…
Welke levende persoon
bewonder je en waarom?
Mijn ouders, dat zijn er twee, maar
ik kan onmogelijk kiezen tussen hen.
Het is pas nu ik zelf twee kinderen
heb, dat ik ten volle kan waarderen
en appreciëren wat ze voor ons
allemaal gedaan en gelaten hebben.
Wat is de belangrijkste les
die het leven je heeft geleerd?
Hoewel het een cliché is: carpe diem! Pluk de dag. Leef in het nu.
Probeer niet te veel wakker te liggen van gisteren en denk ook
nog niet te veel aan morgen, dat is allemaal energie die verloren
gaat aan zaken die je ofwel niet meer kan veranderen ofwel niet in
de hand hebt.
Over welk onderwerp zou je graag meer willen
weten?
Over kinderen opvoeden.
Doe je iets bijzonders voor je gezondheid?
Ik probeer er een relatief gezonde levenswijze op na te houden.
Ik drink amper, ik rook niet, ik probeer voldoende te bewegen -ik
wissel yoga met lopen af- en ik let erop dat ik verantwoord eet.
Wat niet wil zeggen dat ik nooit eens zondig, want dat is ook niet
vol te houden.
Met wie zou je willen ruilen voor één dag?
Met Adèle, ik zou héél graag eens met zo’n prachtige stem op een
podium staan. Beyonce mag ook .
Wat is je slechtste gewoonte?
Ik kan in piekermodus gaan en ben soms teveel een controlefreak,
hoewel het moederschap me dat ook wel wat heeft afgeleerd.
Wat ligt er standaard in je koelkast ?
Seizoensfruit en amandelmelk, altijd.
www.yogametevy.com
PRESENTRATICE EN
BOEGBEELD VAN
START-TO-RUN