2. Achtergrond
- Bedrijfscontrole PA8
- Hoppermonsters en boorkernen
- Hoge percentages verbrijzeling voor zeef CCS (tot 10% m/m)
- Verbrijzeling Type Test
- Wat doet boren en zagen bij PA8?
- Hoe moet je omgaan met je referentiesamenstelling?
- Dekt de RAW systematiek alles af?
2
4. RAW systematiek
Type Test versus bedrijfscontrole
door zeef Tolerantie PA Referentie tov
Extractie
Verkort verslag
Totaal
D 6 ±3 9
D/2 of CCS 7 ±3,5 10,5
2 5 ±2,5 7,5
63 µm 2,3 ±0,7 3,0
4
• Type Test : 2 zaagsnedes
• Bedrijfscontrole : 1 zaagsnede en 1 boorsnede
5. Boorkernen / bedrijfscontrole PA 8
5
Zaagsnede rondom (boorcilinder)
Zaagsnede onderkant (loszagen van tussenlaag)
Scheiden van binnenkant kern (= M1) van
Buitenkant kern (= M2).
Korrelverkleining per zeef is M1 – (M1+M2)
Fractie CCS – D is het grootst (50 – 60%)
zeef Korrelverkleining,
Ø100 mm [% m/m]
Korrelverkleining,
Ø150 mm [% m/m]
C8 0,9 0,7
C5,6 5,2 (4,5 – 6,2) 3,4 (3,0 – 3,8)
2 1,2 0,9
63 µm 0,5 0,5
6. Zaagwerk Type Test/verkort verslag
en zaagwerk boorkern
6
In situ
(boorkern)
Type Test
(verkort verslag)
afkomst boorkern Gyratorproefstuk
(watergevoeligheid)
gezaagd Boorsnede en 1 zaagsnede 2 zaagsnedes
hoogte 50 mm 50 mm
diameter 100 mm 100 mm
inhoud 3,9.105 mm3 3,9.105 mm3
Zaagoppervlak 2.4.104 mm2 1,6.104 mm2
Korrelverkleining
[% m/m]
5,2% 3,5%
Verschil boorkern en Type Test is gemiddeld 1,7% dat alleen kan
worden verklaard uit zaagwerkzaamheden. Let op je
referentiesamenstelling!
7. Vergelijking zaagwerk Verkort verslag
met boorkern PA 8 (25 mm dik)
7
In situ
(boorkern)
Type Test
(verkort verslag)
afkomst boorkern Gyratorproefstuk
(watergevoeligheid)
gezaagd Boorsnede en 1 zaagsnede 2 zaagsnedes
hoogte 20 mm 50 mm
diameter 100 mm 100 mm
inhoud 1,6.105 mm3 3,9.105 mm3
Zaagoppervlak 1.4.104 mm2 1,6.104 mm2
Korrelverkleining
[% m/m]
7,4% 3,5%
Verschil is 3,9% dat alleen kan worden verklaard uit
zaagwerkzaamheden. Dit is meer dan de helft van de tolerantie en
is met je referentiesamenstelling dus niet te ondervangen!
8. Vergelijking zaagwerk Verkort verslag
met boorkern Ø150 mm PA 8 (25 mm)
8
In situ
(boorkern)
Type Test
(verkort verslag)
afkomst boorkern Gyratorproefstuk
(watergevoeligheid)
gezaagd Boorsnede en 1 zaagsnede 2 zaagsnedes
hoogte 20 mm 50 mm
diameter 150 mm 100 mm
inhoud 3,5.105 mm3 3,9.105 mm3
Zaagoppervlak 2,7.104 mm2 1,6.104 mm2
Korrelverkleining
[% m/m]
6,6% 3,5%
Verschil is 3,1% dat alleen kan worden verklaard uit
zaagwerkzaamheden.
9. Conclusies 1
9
- Boor- en zaagwerk heeft bij PA vooral invloed op zeef CCS (of D/2)
- Van de max. 10% verbrijzeling kan 5,2% worden verklaard uit
doorgezaagde stenen. Overig is daadwerkelijke verbrijzeling door
balk en wals.
- Verbrijzeling bedrijfscontrole is groter dan Type Test. Bij gelijke
proefstukhoogte een factor 1,5.
- Let bij PA-mengels op je referentiesamenstelling.
- Je hebt een deel van de tolerantie nodig om boor- en zaagwerk te
verdisconteren.
- Type Test: Bepaal geen samenstelling op ongezaagde proefstukken.
- Verbrijzeling is afhankelijk van hoogte en diameter.
- De invloed is evenredig met de verhouding Oppervlak/Inhoud.
- De RAW systematiek: Pas op met DGD’s en 2-laags ZOAB.
10. Conclusies 2
10
- Met D/2 in plaats van CCS zal de invloed groter zijn.
- Invloed van boor- en zaagwerk is mengselafhankelijk
- Herhalen van procedure op boorkernen van andere mengsels (PA 16,
SMA, DGD).