2. Paulus vervolgde de
gemeente van God
Gemeente(n) van God:
Handelingen 20:28 1 Corinthiërs 1: 2
1 Corinthiërs 10:32 1 Corinthiërs 11:16
1 Corinthiërs 11:22
1 Corinthiërs 15: 9 2 Corinthiërs 1: 1
Galaten 1:13
1 Thessalonicenzen 2:14
2 Thessalonicenzen 1: 4
1 Timotheüs 3:5 1 Timotheüs 3:15
3. gemeente(n) van God:
algemene aanduiding van de
uitgeroepenen in Gods plan
de gemeente, die Zijn lichaam is :
door de bediening van Paulus geroepen,
ontstond vanaf zijn afzondering Ha.13
4. Want ik bracht het verder
in het Judaïsme
dan veel tijdgenoten in mijn geslacht 1:14
aan de voeten van Gamaliël
Maar er stond iemand op in de
Raad, een Farizeeër van wie de
naam Gamaliël was, een leraar
van de wet, die in hoge achting
stond bij heel het volk.
Handelingen 5:34
5. Ik ben een Joodse man, geboren te Tarsus in
Cilicië, maar opgevoed in deze stad en aan de
voeten van Gamaliël op de meest nauwgezette
wijze onderwezen in de wet van de vaderen, een
ijveraar voor God zoals u heden allemaal bent.
Handelingen 22:3
6. Bleef Paulus een Jood?
Jood: godsdienstige
aanduiding, net als ‘Griek’
1 Corinthiërs 10:32
7. Maar toen God, die mij -afzonderde
vanaf de schoot van mijn moeder en
-riep, door Zijn genade,….
Galaten 1:15
9. riep = roept door Zijn genade
‘overweldigende genade’ 1 Timotheüs 1:13
‘door Hem genade en apostelschap
ontvangen’ Romeinen 1:5
‘het geschenk van de genade van God, dat
mij gegeven is’ Efeziërs 3:7
‘mij….werd deze genade gegeven..’ Efeziërs 3:8
10. God …… het goed achtte 1:15
Gods werk in het leven van Saulus:
*afzonderen vóór
zijn geboorte
*roepen
*Zijn Zoon in hem
onthullen
Psalm 135:6; Jesaja 55:9; Romeinen 9:11 Efeziërs 1:11,3:10
11. Galaten 1:16
Zijn Zoon in Saulus onthullen:
in zijn hart weet hij wie Hij werkelijk is: de
Zoon van God, bekendgemaakt in
de Schriften (Tenach)
Mattheüs 11:27; 16:17
12. 1:16 …opdat ik Hem als evangelie
verkondig onder de natiën…
Paulus verkondigde de Zoon
als evangelie onder de natiën
Romeinen 1:1-5
13. 1:16 …legde ik het niet meteen voor aan
vlees en bloed…
vlees en bloed: mensen, ook niet de
gelovigen van toen
geen worsteling met bloed en vlees
Efeziërs 6:12
14.
15. 1:17 evenmin kwam ik naar Jeruzalem..
Niet naar de apostelen
Niet naar de overpriesters/Sanhedrin
Niet naar Jakobus
Niet naar Gamaliël
16. naar hen die voor mij apostelen
waren, maar ik vertrok naar Arabië
Galaten 1:17
geen evangelie van de besnijdenis geleerd;
in de woestijn van Arabië door de Heer zelf
onderwezen
17.
18. Galaten 1:17
Paulus’ roemen was niet op
openbaringen o.i.d.:
‘te roemen is werkelijk niet ongepast
voor mij, want ik zal komen op
verschijningen en onthullingen van de
Heer’ 2 Corinthiërs 12:1
19. Galaten 1:17
…en keerde opnieuw terug naar Damascus…
Saulus geroepen buiten het land,
onder de natiën, waar zijn bediening zou zijn.
Ontmoette de verheerlijkte Christus
Damascus: vergoten bloed