SlideShare una empresa de Scribd logo
1 de 88
Descargar para leer sin conexión
Instituut voor
               Gezondheidszorg




POSTERPRESENTATIES


Afstudeerprojecten
opleiding Verpleegkunde
Hogeschool Rotterdam
Verpleegkundigen van 2012, op weg naar 2020!



17 juli 2012
2




Voorwoord
  Deze presentatie bevat een verzameling van resultaten van onderzoek waarmee
  studenten Verpleegkunde van Hogeschool Rotterdam in de zomer van 2012 zijn
  afgestudeerd.

  Sinds het studiejaar 2004 - 2005 werkt de hogeschool met het Rotterdams
  Onderwijs Model (ROM).
  Op deze manier vervult de hogeschool haar maatschappelijke taak voor de regio:
  meer studenten succesvol opleiden voor de beroepspraktijk.

  Een belangrijk element van het ROM is het principe van inside out-outside in:
  de studenten laten zich in de werkomgeving inspireren om de geleerde kennis
  in de praktijk toe te passen. Innovatie is daarbij een belangrijk uitgangspunt:
  de opleiding Verpleegkunde stimuleert een onderzoekende houding waarmee
  de student op zoek gaat naar verbeterpunten in organisatorische of
  zorginhoudelijke processen.

  De oogst van dit jaar is al even divers als de opleiding zelf en getuigt van een
  groot bewustzijn van onze studenten waar het gaat om de opgaven waarmee
  de zorgwereld zich in de komende tijd geconfronteerd weet: verandering en
  toename van de zorgvraag enerzijds en het effectief, maar op menselijke maat
  inzetten van technologie anderzijds.

  U kunt uzelf overtuigen door te grasduinen in deze rijke bloemlezing.

  Hans van der Moolen
  Directievoorzitter van het Instituut voor Gezondheidszorg
3




Inhoudsopgave
 Posters gemaakt door:
 Archer, Meredith	                  5    Graaff, Samantha de	         29
 Baalen, Yvette van	                6    Harrevelt, Patricia	         30
 Ballegooijen, Merel van	           7    Heijstek, Marloes	            31
 Bendeler, Eline	                   8    Herrewijnen, Jessica	        32
 Berg, Eva van den	                 9    Hoogerbrugge, Niamh	         33
 Berg, Nadia van den	             10     Houwelingen, Arianne van	    34
 Biesebroek, Sandra	                11   Huisman, Kirsten	            35
 Bommel, Elianne van	              12    Illidge, Avril	              36
 Bot, Suzanne & Rosier, Marloes	 13      Jansen, Susanne	             37
 Bouman, Ineline	                 14     Khieroe, Naomi	              38
 Bressers, Rick	                   15    Knaap, Melissa van der	      39
 Busch, Marijke	                  16     Kok, Birgitte	               40
 Charité, Rachelle	                17    Kooijman, Anne	               41
 Dautzenberg, Felice	             18     Kooijman, Annette	           42
 Deelen, Marloes	                 19     Korenhof, Emma	              43
 Delden, Jacobine van	            20     Lange, Thessa de &	          44
 Donkersloot, Anne & 	             21    Singotani, Caricia	
 Sman Gaby van der	                      Langenberg, Cora van de &	   45
 Eilbracht, Jolyn & 	          22/23     Zon, Margaret van	
 Kleiman, Florien	                       Latorre, Manuela	            46
 Ende, John van der	              24     Ligt, Saskia de	             47
 Fabrie, Milou	                   25     Looijmeijer, Rene	           48
 Fens, Chrissy	                   26     Louwman, Eleonora	           49
 Fokkens, Jantine	                27     Lusse, Nathalie	             50
 Gerritse, Guido	                 28     Mast, Irma van de	            51
4




Inhoudsopgave
 Posters gemaakt door:
 Mekking, Deborah & 	         52    Seters, Joyce van	          70
 Noordam, Eric	                     Sherwood, Anna Maria	        71
 Miles, Anita	                 53   Simons, Mayra	              72
 Molenaar, Elize	              54   Slikboer, Kelly	            73
 Muller, Kelly	                55   Staal, Janette	             74
 Naerebout, Marit	             56   Sturm, Marianne	            75
 Nerum, Sharon van 	        57/58   Teertstra, Jorinde	         76
 Petersen, Bianca van	         59   Valkenburg, Patricia van	   77
 Polderman, Evelien &	         60   Visser, Daphne	             78
 Sinttruije, Lisette van	           Vlaanderen, Dide	           79
 Preesman, Janie	              61   Voorde, Eunice ten	         80
 Rietveld, Rick	              62    Waaier, Jordi	               81
 Romein, Cheryl	              63    Wal, Linda van der	         82
 Roodzant, Michaël	           64    Wandel, Celine	             83
 Roskam, Denise	              65    Wessels, Liselotte	         84
 Rossum, Nanneke van	         66    Wiel, Marjan van der	       85
 Schafthuizen, Laura	         67    Wit, Gert-Jan de	           86
 Schanke, Mendy van	          68    Woudt, Gaby van‘t	          87
 Scheele, Lisette	            69
5




       Burnout preventie bij
        verpleegkundigen
                                 Vraagstelling:
                                 Is er in de literatuur een
                                 verschil in het optreden van
                                 burnout bij verpleegkundigen
                                 in ziekenhuizen,
                                 verpleeghuizen en thuiszorg en
                                 hoe kan informatie bijdragen
Achtergrond informatie:          aan het voorkomen van of het
De prevalentie van burnout in de verminderen van
gezondheidszorg is hoog, een op burnoutklachten?
de vier verpleegkundige loopt    Resultaten:
gevaar hier ernstig mee          Er is veel wetenschappelijk
geconfronteerd te worden.        literatuur gevonden over
Methode van onderzoek:             burnout (klachten) bij
Er is een literatuurstudie opgezet verpleegkundigen in
waarin er gebruik gemaakt is van verpleeghuizen in
12 Engelstalige wetenschappelijke vergelijking met de
artikelen varierend van reviews    thuiszorg en ziekenhuis.
tot randomise control trials.     Conclusie
                                 Er valt te concluderen dat
                                 burnout vaker voorkomt bij
                                 verpleegkundigen werkzaam
                                 in een verpleeghuis.

                   Naam: Meredith Archer
6




                 PLAN VAN AANPAK
              LITERATUURONDERZOEK
            FOCUSGROEP FACT team ZHE


           ‘Met welke ethische dilemma’s worden
      hulpverleners in de bemoeizorg geconfronteerd en
           op welke manier gaan zij hiermee om?’

   ACT & FACT          ETHISCHE                    KEUZE DILEMMA
   BEMOEIZORG          DILEMMA’S                   BATEN & KOSTEN
                       GOEDE WIL                   GEVAARS
   WEERSTAND
                       HULPVERLENER                CRITERIUM &
   VRIJWILLIGE &                                   LIJDENSDRUK
   ONVRIJWILLIGE       VS.
                                                   GEVOEL INTUITIE &
                       AUTONOMIE CLIENT
   HULPVERLENING                                   ERVARING
                       CONTACT MET
   ETHIEK                                          MOREEL BERAAD
                       DERDEN/FAMILIE              STRUCTUUR VOOR- &
   VERPLEEGKUNDE       BUITEN WETEN OM
   BEROEPSPROFIEL                                  TEGEN
                       VAN CLIENT                  ARGUMENTEN
   BEROEPSCODE         ZWANGERSCHAP                GOEDE
   ETHISCH DILEMMA     CLIENT & VRAGEN             ONDERBOUWING
   MOREEL DILEMMA      RONDOM                      KIJKEN NAAR DE
   MOREEL BERAAD       ANTICONCEPTIE               ANDERE KANT




  ETHISCHE DILEMMA’S
  BINNEN BEMOEIZORG
18-6-2012            Yvette van Baalen (0813413)                       1
7
8
9
10




Bewegen en sport onderzoek


  Welke invloed heeft bewegen
     op het gedrag van de                Meetinstrument:
  dementerende ouderen met               Cohen Mansfield
      gedragsproblemen?                 Agitation Inventory
                                          met 3 clusters

           Literatuur
    - Bewegen positief effect op
                                          Interventies
      dementerende ouderen;
                                         1. Sport en spel
- Wetenschappelijk onderzoek naar
                                             2. Fitness
   effect op gedragsproblemen is
                                     Verschillende tijdstippen
              schaars.
                                    Directe en verlate effecten

          Methode
    CMAI + Observatie- en                 Conclusie
        meetdagen                      - Directe effecten
                                       - Verlate effecten


                                              Ervaring


                                        Nadia van den Berg
                                             0808331
11
12




Op welke manier kan een verpleegkundige van de afdeling KC-
zuid in het Sophia Kinderziekenhuis algemene voorlichting en
 uitleg geven aan een kind met het syndroom van asperger of
                         PDD-NOS?
Achtergrond
Iemand met autisme voelt zich veilig in een aangepaste en beschermde omgeving,
veel voorspelbaarheid, waar geen onmogelijke eisen gesteld worden; het gebruik van
beloningen en niet straffen. Wij dragen bij aan het geluk van iemand met een autis-
tische stoornis als we de omgeving voorspelbaar maken.




                                                          Ervaringen & Resultaat
                                                                    Hard werken
 Onderzoeks methodiek
                                                                      Leerzaam.
 Literatuur
 Evidence based practice.                                       Praktijk ervaring
 Interviews                                                   Omgaan met stress
                                                          Werken in een tijdspad


                                                                   Advies boekje
 Conclusie?
 Communiceren voor kinderen met een autistische stoornis
 is niet gemakkelijk. Als verpleegkundige is het belangrijk
 dat je begrijpt waarom een kind met een autistische stoor-
 nis op een bepaalde manier reageert, zodat een verpleeg-
 kundige hier rekening mee kan houden en de informatie
 kan verstrekken op een manier waar het kind met een au-
 tistische stoornis baat bij heeft.
                                      Elianne van Bommel
13
14



            Hoe kunnen verpleegkundigen van de neonatologie-
             afdeling van het Maasstad ziekenhuis bevorderen
               dat ouders van een opgenomen kind optimaal
               gebruik kunnen maken van de mogelijkheden
                              van rooming-in?

  
          
            
            
          
            
            
                                                                       
                                                               
                                
                                      
                                                       
                                  
                                       
                                                               
                                    
                                
                                     
                                                                       
             
           
             
             
             




                              
                                 
                                 
                                   
                                   
                                 
                                   
                                 
                                   
                                 
                                   
                                 
         
            
               

15
16




                       ‘De Algemeen Verpleegkundige’

                  Vraagstelling:
      Over welke vaardigheden, kennis en
   attitude dient de AGZ verpleegkundige op
   afdeling Medium Care Cardiologie binnen
        het Erasmus Medisch Centrum te
   beschikken om zorg te kunnen bieden aan
     patiënten die psychiatrische klachten
         vertonen ten gevolge van hun
         cardiologische aandoeningen?                                 Achtergrondinformatie:
                                                                      In de praktijk is er een kloof tussen
                                                                      de AGZ en GGZ.
                                                                      Hogeschool Rotterdam zegt
                                                                      verpleegkundestudenten op te
                                                                      leiden tot algemeen
                                                                      verpleegkundige.
Methode van het onderzoek:                                            Onderzoek:
- Literatuuronderzoek                                                 - Hebben verpleegkundigen in de
- Praktijkonderzoek                                                   AGZ te weinig kennis en
  Er zijn12 vragenlijsten afgenomen                                   vaardigheden van psychiatrie?
  bij HBO verpleegkundigen op de                                      - Hoe is de attitude naar het andere
  afdeling Cardiologie.                                               vakgebied?
                                                                      - Hoe kunnen kennis en
                                                                      vaardigheden het beste aangevuld
                                                                      worden.



       Conclusie:
       De verpleegkundigen zien allerlei         Resultaten
       mogelijkheden om te verbeteren.           - Scholingsprogramma:
       Namelijk zelf, de afdeling of de          Bestaand uit verschillende klinische
       opleiding.                                lessen waar in elke klinische les een
       De punten die ze verbeterd zouden         ander onderwerp behandeld zal
       willen zien, zijn de ziektebeelden, het   worden. Deze klinische lessen zullen
       signaleren en bepaalde interventies       interactief zijn.
       die daarbij belangrijk zijn.              - HBO-V sluit niet goed aan op de
       Deze informatie willen ze het liefst in   praktijk.
       de vorm van een klinische les.            - Vervolgonderzoek:
                                                 Hoe is gebrek aan kennis van het
                                                 andere vakgebied ontstaan of is dit
                                                 weggezakt?

                    Marijke Busch 0806131
                    Student Verpleegkunde
17




Protocol adherence
 Volwassenen IC 3 zuid en 10 zuid



                     Probleemstelling:
                     Er is geen inzicht in de protocol
                     adherence van de verpleegkundigen
                     werkzaam op de afdelingen 3 zuid IC
                     en 10 zuid IC van het Erasmus MC.


                            • Bronchiaal toilet
      • Verpleegkundige barrières
                                 • Observeren
      • Kwantitatief onderzoek
                                  • Resultaten
      • Conclusie




                                              Naam:
                                              Rachelle Charité
                                              0805960
18
19




BABY-LED-WEANING
   Door: Marloes Deelen, 0806808
20




GROEPSVOORLICHTING
  AAN KINDEREN IN
      GROEP 7

Behoefte onderzoek bij kinderen in groep 7
en ouders:
    • Welke voorlichtingsonderwerpen
      vinden zij belangrijk?
    • Is er überhaupt behoefte aan een
      groepsvoorlichting?




                                   Jacobine van Delden
                                   0809854
21




               Weer ‘heel’ naar huis
    Optimalisatie van pre- en post operatieve zorgverlening
rondom de opname van de chirurgische zorgvrager van >75 jaar

                                     Vraagstelling
        ‘Op welke wijze kan een zorgpad, gericht op de optimalisatie van zowel
verpleegkundige pre- als postoperatieve zorgverlening, op de verpleegafdelingen van
   het Sint Franciscus Gasthuis worden ontwikkeld en geïmplementeerd binnen het
elektronisch verpleegkundig patiëntendossier, om een bijdrage te kunnen leveren aan
  de beperking van functieverlies bij de zorgvrager van >75 jaar na een chirurgische
                        in
                        ingreep tijdens een ziekenhuisopname?’

                              Achtergrondinformatie
        Door de toenemende vergrijzing, zien we een toename in het aantal
   ziekenhuisopnames. Om tegemoet te komen aan de toenemende zorgvraag is
   innovatie nodig. Naar het voorbeeld van het Senior Friendly Hospital Initiative
    (RGP 2007) doet de literatuur een voorstel tot het opstellen van een zorgpad.

                           Methode van onderzoek
               Onde
               Onderzoeksdesign: beschrijvende onderzoeksvorm
                        Methodiek: kwalitatief onderzoek
     Methode van dataverzameling: acht semigestructureerde interviews met de
                  verpleegkundigen van de verpleegafdelingen.

                                        Conclusie
Er is een zorgpad ontwikkeld binnen het elektronisch verpleegkundig dossier gericht
     op zowel de pre-als postoperatieve zorgverlening aan de oudere chirurgische
zorgvrager. Tevens is er naar model van Grol (2000) een implementatieplan opgetseld
           voor de intergratie van dit zorgpad binnen het elktronisch dossier.
  Dit zorgpad moet ervoor gaan zorgen dat functieverlies bij de oudere chirurgische
                        zorgvrager van > 75 jaar wordt beperkt.

                               Ervaringen/Resultaten
                     Een bijdrage aan het verpleegkundig beroep:
          - een eenduidige richtlijn - multidisciplinair inzetbaar
          - kwaliteitsverbetering      - inzicht in het verpleegkundige handelen


                    Anne Donkersloot & Gaby van der Sman
                             HBO-V 4e leerjaar
22
23




Jolyn Eilbracht en Florien Kleiman
24




                   “Hoe denken jongeren met een
                     chronische aandoening of
                  beperking over de bruikbaarheid
                   van het bordspel SeCZ TaLK als
                   middel om over seksualiteit en
                    intieme relaties te praten?”

                                               “Ik ga niet over seks
                                               praten met mijn
Focusgroepgesprekken:
een gestructureerde
                                               ouders, dan
groepsdiscussie die de                         reageren ze net als
onderzoeker inzicht biedt in                   na de eerste keer
de ervaringen, opvattingen en                  scheren. Te trots,
preferenties van de
onderzoeksgroep rond een
                                               opschepperig en
specifieke vraagstelling                       opeens zijn er foto’s
                                               van!”



   SeCZ TaLK :                                         Cijfer:
   • Spelenderwijs leren met en
   van elkaar
                                                       8,7
   • Nieuw specifieke kennis
   • Zorgt voor een veilige,
   vertrouwde sfeer
   • Voorkomt problemen in de
   toekomst

            “Let’s talk about SeCZ!”
                    Evaluatie van het educatieve bordspel SeCZ TaLK
                                door John van der Ende
25
26




                                                              CHRISSY FENS 0793308


             Een richtlijn voor multidisciplinaire samenwerking door middel van
                                      casusbesprekingen




                                                      Probleemstelling & achtergrond:
Vanuit de afdeling MDL kwam medio september 2011 de vraag of het huidige MDO nog effectief was met als gevolg dat er na het minoronderzoek naar
  de effectiviteit van het MDO een aantal aanbevelingen volgden. Één van deze aanbevelingen was het bespreken van patiënten door middel van een
          casusbespreking. In dit beroepsproduct zal er een richtlijn opgesteld worden voor multidisciplinair samenwerken door middel van
 casusbesprekingen, voor complexe multidisciplinaire patiënten die opgenomen zijn op de afdeling MDL, om zo de kwaliteit van zorg te waarborgen.
                                                                 Vraagstelling:
        Op welke wijze kan er op de afdeling MDL van het SFG vorm worden gegeven aan de multidisciplinaire samenwerking met behulp van
                  casusbespreking om de effectiviteit van deze samenwerking te verbeteren in vergelijking met het huidige MDO?
                                                                    Methode:
 Voor de literatuurstudie zijn wetenschappelijke publicaties en boeken gebruikt uit de databanken en mediatheek van de Hogeschool Rotterdam. Op
                      basis van de verzamelde literatuur is de aangehouden structuur en opbouw van de richtlijn voortgekomen.
 De informatie die nodig was voor het praktijkonderzoek is verzameld door een enquête met een mixed methods design. Om zoveel mogelijk respons
        op de enquêtes te krijgen zijn de enquêtes persoonlijk uitgedeeld en was het inleverpunt een centrale plek op de afdeling (de ‘uitzak’).
Analyse van de literatuur aan de hand van de speciaal opgestelde hoofd- en deelvragen welke een leidraad voor het opstellen van dit beroepsproduct.
   Ook de enquête is geanalyseerd; De kwantitatieve vragen zijn geanalyseerd met behulp van beschrijvende statistiek, de kwalitatieve vragen met
                                behulp van codes en labels, om zo overzichtelijk de gewonnen resultaten weer te geven.
                                                                  Resultaten:
  De omschreven richtlijn is gebaseerd op de methodiek voor het opstellen van een richtlijn vanuit het CBO, gecombineerd met de standaarden voor
                richtlijnontwikkeling van het SFG. De oude richtlijn voor het MDO is ook gebruikt als basis voor de ontwikkelde richtlijn.
  De verpleegkundige observeert de patiënt. Als de patiënt langer dan 5 dagen opgenomen ligt wordt de COMPRI scorelijst afgenomen en indien de
     score >5 is wordt er via het EVD een aanvraag voor een casusbespreking gedaan. Wanneer de INTERMED methodiek is ingevoerd zal voor de
daadwerkelijke aanvraag eerst een verzoek tot invullen van de INTERMED scorelijst worden gedaan via het EVD. De aanvraag wordt ook overlegd met
                                             de seniorverpleegkundige, welke een coördinerende rol heeft.
    De inhoud van de casusbespreking is afhankelijk van de problemen of knelpunten in het zorgbeleid van de patiënt die aangegeven zijn door de
betrokken disciplines tijdens de aanmelding Tijdens. Aanbevolen wordt, bij invoering van de INTERMED methode, om de patiënt te bespreken aan de
                                                           hand van de vier hoofdvariabelen.
Tijdens de casusbespreking wordt de termijn van evaluatie ook bepaald. Tijdens deze evaluatie wordt het gekozen zorgbeleid geëvalueerd. Belangrijk
 is daarbij of de doelstellingen van de betrokken disciplines behaald zijn met betrekking tot de patiënt. Ook de mogelijkheden voor een aanvullende
       casusbespreking (bij verandering toestand patiënt e.d.) of een nabespreking (bij haperingen in het proces) moeten bespreekbaar blijven.
27




VERPLEEGKUNDIGE ONTWIKKELING,
 DE MOTIVATIE EN ACTIVITEITEN.
  Op welke manier geven de verpleegkundigen op de
afdeling Longziekten in het Erasmus MC invulling aan
   hun continue professionele ontwikkeling en wat
ervaren zij daarbij als bevorderende en belemmerende
                        factoren?
   Het onderwerp van deze           Er zijn in totaal 13 interviews
   afstudeeropdracht gaat over      gehouden met verschillend
   de CPO van Verp. op de afd.      opgeleide Verp. Hiervan zijn
   Longziekten van het Erasmus      transcripties gemaakt om de
   MC. Sommige Verp. zijn           resultaten te kunnen
   gemotiveerd bezig met CPO        analyseren. Deze analyse is in
   en andere Verp. zijn hier veel   het kort weer gegeven in een
   minder (lijkt het) mee bezig     tabel met coderingswoorden.
   en doen ‘gewoon’ hun werk.       Van hieruit kon er een
   Hoe kan dat?                     conclusie getrokken worden.
   De conclusie die getrokken worden is dat de definitie van
   CPO bij alle Verp. bekend is en er veel bij- en nascholing
   wordt gegeven. Er zijn genoeg klinische lessen, maar deze
   moeten vaker worden herhaald. Reflecteren kan en moet
   beter. Action learning is een leerzame activiteit volgens alle
   Verp. Tijdsgebrek is de belangrijkste belemmerende factor
   en waardering is de meest bevorderende factor.
Van dit onderzoeksproject heb ik veel geleerd dat ik ervaar als een
bijdrage in de ontwikkeling van mijn eigen inzichten t.a.v. CPO. De
 interesse in het proces van continue leren en bijhouden van de
    snelle ontwikkelingen geeft me uitzicht op een inhoudelijk
   aantrekkelijke en uitdagende functie in de gezondheidszorg.
                          J.A. FOKKENS
28
29




De verpleegkundige overdracht
  Achtergrond informatie                 Methode
  Probleem afd. Oncologie           Plan van aanpak
Kwaliteit van zorg verbeteren       Literatuurstudie
 Minorproject  protocol         Praktijkonderzoek dmv
         ontwikkelen                    interviews
    Efficiënt en effectief       Interviews analyseren
                                Vergelijken met literatuur
                                  Protocol ontwikkelen
                                   Implementatieplan
                                         opstellen
                                  Evaluatie momenten

                                         Conclusie
                                     Protocol op DKS
                                 Folder + e-mail versturen
                                 Powerpoint + Klinische les
           Vraagstelling         Eerste verantwoordelijke
     Op welke wijze kan het verpleegkundige aanstellen
         verpleegkundige           Evaluatie momenten
   overdrachtsprotocol op de
  afdeling Oncologie in het Sint        inschakelen
       Franciscus Gasthuis                 Resultaat
geïmplementeerd worden zodat
 de continuïteit en de kwaliteit      Implementatie plan
van zorg geoptimaliseerd wordt?            opgesteld
          Samantha de Graaff         Geen implementatie
                0793531                kunnen uitvoeren
30
31




                          DEMENTIE & BEHOEFTEN
            De behoeften van ouderen met dementie en
         mantelzorgers met betrekking tot woonvoorzieningen
                             en zorgvoorzieningen
                                               Achtergrond-
             Vraagstelling
          Wat zijn de verhalen van
                                                informatie:
            ouderen met dementie en                            Samen met het
            hun mantelzorgers over de                           Kenniscentrum
            behoeften die ze nastreven                   Zorginnovatie is de vraag
                met betrekking tot                      ontstaan wat de behoeften
                woonvoorzieningen,                        zijn van ouderen en hun
                 verleende zorg en                          mantelzorgers. Deze
              ondersteuning en wat is                    behoeften zijn van belang
             hierbij het verschil tussen                      voor het doen van
            de gewenste en werkelijke                      aanbevelingen voor de
                      situatie?                                beroepspraktijk.


       Ervaringen /                                                    Methode:
        resultaten                                                  Er is een kwalitatief
    Ouderen met dementie                                         longitudinaal onderzoek
    • Behoeften aan eigen                                       verricht naar de behoeften
        woonvoorziening,                                        van ouderen met dementie
         privacy en sociale                                      en hun mantelzorgers. Er
              controle                                             zijn 2 zorgnetwerken
         Mantelzorgers                                           geïnterviewd die bestaan
       • Behoeften aan                                               uit 2 ouderen met
      kleinschaligheid, grote              Conclusie:           dementie, 4 mantelzorgers
       kamer, flexibiliteit en    De mantelzorgers hebben         en 4 zorgprofessionals
          sociale controle       behoeften aan kleinschalige
                                    woonprojecten waar de
                                    kamers groot zijn en er
                                      aandacht is voor de
                                 ouderen. Met de behoeften
                                  van ouderen wordt weinig
                                   rekening gehouden, over
                                     het algemeen zijn de
                                  ouderen tevreden met de
                                        huidige situatie.
Marloes Heijstek                                                         Hogeschool Rotterdam
Contact: 0839333@hr.nl                                             Kenniscentrum Zorginnovatie
32




Het preventiespreekuur in
  de huisartsenpraktijk
                 Door: Jessica Herrewijnen (0807399)

2008:                                   Door primaire en secundaire
40.868 Nederlanders                     preventie in de huisartsenpraktijk
stierven aan hart- en                   kan naar voren komen of patiënten
vaatziekten (1/3 van alle               een verhoogd risico hebben. Ook
sterfte)                                kunnen met het PreventieConsult
                                        nieuwe ziektegevallen ontdekt
740.000 Nederlanders                    worden en zo vroeg mogelijk
hadden gediagnosticeerde                worden behandeld.
diabetes.

Conclusie:
Preventiespreekuur in de
huisartsenpraktijk                       ‘Hoe kan het preventiespreekuur voor
implementeren volgens Grol               diabetes en cardiovasculaire
bleek uit de literatuur het beste.       aandoeningen voor patiënten van
Implementatieplan is opgesteld           dokter K. in de leeftijd van 65 tot en
en wordt uitgevoerd in de                met 75 jaar in huisartsenpraktijk
praktijk                                 Herman Gorterhof geïmplementeerd
                                         worden zodat de doktersassistentes
                                         hiermee kunnen werken?’


90 patiënten waren
uitgenodigd voor het
preventiespreekuur.                  Kwantitatief onderzoek in de vorm van een
82,2% (74) is daadwerkelijk          pilotonderzoek waar gebruik wordt gemaakt
gekomen. Van de 74                   van een enquête.
patiënten bleek bij 32 van           •Meten van tevredenheid van patiënten over
hen een verhoogd risico te           het preventiespreekuur.
zijn tot zelfs de diagnose           •Meten of het rendabel is om het
diabetes.                            preventiespreekuur in de huisartsenpraktijk in
82 patiënten reageerden              te voeren.
positief op het initiatief.          •Meten of er nog verbeterpunten zijn.
Ieder jaar controle is wat de        Drie patiëntengroepen door middel van
patiënten graag zouden               aselecte steekproef.
willen.
33




  ONDERZOEK NAAR
  ACCEPTATIENIVEAU EN
  VERANDERINGSSTRATEGIEËN
  BIJ TECHNOLOGISCHE
  INNOVATIES IN DE ZORG
                                                                                                                                                                                          PILOT
                                                                                                                                                                                           DIABETESSTATION®
                       VRAAGSTELLING
                        Hoe kan het acceptatieniveau van zorgprofessionals van
                        d e e e r s t e l i j n s z o r g va n Z o r g o p Z u i d b e ï nv l o e d wo r d e n
                        m e t b e t r e k k i n g t o t d e p i l o t va n h e t D i a b e t e s S t a t i o n ® ?




A C H T E R G R O N D
Het DiabetesStation® is een gedeeltelijk geautomatiseerd interactief meetstation
ontwikkeld door samenwerkende partners Laurens Erasmus MC en IPT Medical
Services.

Voordat tot invoering van het DiabetesStation® wordt overgegaan zal het gebruik


                                                                                                                                                                                      METHODE
hiervan worden getest middels een pilot in de eerstelijns zorg bij Laurens
Maasveld te Rotterdam.

Omdat instemming en medewerking van zorgprofessionals aan de pilot een                                                                                                                Het is een exploratief en kwalitatief
voorwaarde is voor een succesvolle uitvoering, is de wens uitgesproken meningen                                                                                                       onderzoek. Door middel van semige-
                                                                                                                                                                                      structureerde interviews zijn er zes
en visies van deze professionals over het DiabetesStation® te onderzoeken
                                                                                                                                                                                      topics besproken:
en aanbevelingen te doen door middel van veranderingsstrategieën.
                                                                                                                                                                                                                   Job relevance
                                                                                                                                                                                                               Management support
                                                                                                                                                                                                                  Output Quality

                             RESULTATEN
                             U it d e a n a ly s e b le e k d at Jo b R e le va n c e , P e r -
                                                                                                                                                                                                               Perceived Usefulness
                                                                                                                                                                                                                 Subjective norm
                                                                                                                                                                                                                       Trust
                             ceive d        Usefulness           e n Tr u st       een     m o g e lij ke
                             n e g at i e v e i n v lo e d h e eft o p h u n i nte nt i e o m h et                                                                                    Deze topics zijn gebaseerd op een ges-
                             D i a b ete s S tat i o n ®      te      gebr uiken.          Hieronder                                                                                  chikt theoretisch model voor acceptatie
                             v a l l e n d e o n d e r w e r p e n : c o n t a c t m e t d e p a t i ë n t,                                                                           van technologische veranderingen van
                             d e g e s c h i k te d o e lg r o e p, h et v e r v o lg t raj e ct e n                                                                                  Davis (1986). Acceptatie is in dit model
                             p la at s i n d e e e r ste lij n                                                                                                                        de intentie in het gedrag om ICT te geb-
                                                                                                                                                                                      ruiken. (Holden e.a., 2010)




  CONCLUSIE & AANBEVELINGEN
  Met behulp van het transtheoretisch model voor gedragsveranderingen van Prochaska & DiClemente (1983) is
  er antwoord gegeven op de vraagstelling. De onderzoekspopulatie bevindt zich volgens de analyse in de fase
  Contemplation, gebaseerd op de Stages of Change van het model. Hierbij hebben de zorgprofessionals de
  intentie om te veranderen binnen zes maanden maar wegen de voor- en nadelen van veranderen nog gelijk. De
  interventies die hierbij worden aangeraden zijn Consciousness-Raising en Dramatic Relief. Hieruit zijn de
  volgende interventies voortgekomen:
        - D e p o s i t i e e n o rg a n i s a t i o n e l e c o n s e q u e n t i e s v a n h e t D i a b e t e s S t a t i o n ® i n d e e e r s t e l i j n s z o rg v e r d u i d e l i j k e n .
        - E e n p r o t o c o l o n t w e r p e n o v e r h e t D i a b e t e s S t a t i o n ® i n d e e e r s t e l i j n s z o rg .
        - E e n i n t e r a c t i e v e m e e l o o p d a g o rg a n i s e r e n v o o r z o rg o rg a n i s a t i e s .

  O p b a s i s v a n d i t o n d e r z o e k i s e e n M a a t s c h a p p e l i j k e B u s i n e s s C a s e o n t w i k k e l d , w a a r m e e h e t g e h e l e o n d e r w e r p i n k a a r t i s g e b r a c h t . Vo o r i n z a g e , i n f o r m e e r b i j o n d e r z o e k e r.




N.S. Hoogerbrugge, Hogeschool Rotterdam, 0807878@hr.nl
34




pijn                                   bij chirurgische
                                       zorgvragers
‘Het bevorderen van de kennis van de
verpleegkundige met betrekking tot pijn,
de pijnscore en het pijnbeleid bij
chirurgische zorgvragers’
- Afdeling Gynaecologie & Urologie -




                                             Arianne van Houwelingen, 0809077
35




                De Waakdoos
           ´een innovatie in
     de vorm van complementaire
                 zorg´
De Waakdoos
De Waakdoos is een doos die kan worden ingezet tijdens het stervensproces. Uit de praktijk is gebleken dat veel mensen stil vallen
en moeite hebben om te praten tijdens deze laatste levensfase. Deze doos kan ondersteuning bieden aan de naasten van de
patiënt die terminaal is. En zou kunnen bijdragen aan het op gang brengen van een gesprek en zo kan de Waakdoos ervoor zorgen
dat het proces van loslaten en afscheid nemen op gang komt. Wanneer er niet meer gesproken kan worden draagt de Waakdoos
bij aan het ophalen van verhalen en anekdotes bij de naasten en kan het bijdragen aan een meer ontspannen sfeer rondom het
sterfbed. Met behulp van de Waakdoos kunnen de naasten na het overlijden, met een goed gevoel terug kijken op de laatste dagen
van afscheid nemen en heeft de Waakdoos een goede invloed bij de rouwverwerking. (waakdoos.nl)




Vraagstelling                                                                                      Methode
Zijn de verpleegkundigen op de                                                                     De Waakdoos is geïmplementeerd
afdeling oncologie/haematologie in                                                                 op de afdeling
het Maasstad Ziekenhuis op de                                                                      oncologie/haematologie in het
hoogte van het bestaan van een                                                                     Maasstad Ziekenhuis aan de hand
Waakdoos en hoe kan deze een                                                                       van de richtlijnen van ZonMW
ondersteuning zijn in de vorm van                                                                  (2012).
complementaire zorg bij het
loslaten, afscheid en waken in de
stervensfase van de patiënt?




Ervaringen
In het Erasmus MC, op de afdeling
oncologie/inwendige geneeskunde,
is de Waakdoos een jaar actief en
een goede aanvulling in de terminale                                                              Conclusie
fase en/of tijdens het waken. Zij                                                                 De Waakdoos kan in de vorm van
hebben positieve ervaringen met de                                                                complementaire zorg (aanvullende
doos, die zij altijd als ondersteuning                                                            zorg), een bijdrage leveren aan de
aanbieden tijdens het waken om de                                                                 stervende en diens naasten tijdens het
‘ziekenhuissfeer’ om te buigen naar                                                               waken en aan de naasten tijdens het
een ‘huiselijke sfeer’.                                                                           rouwproces




                                                                                                   Door Kirsten Huisman
36




     Leefstijl
     Vraagstelling: Hoe kunnen verpleegkundigen en POH's
     tijdens consulten in een huisartsenpraktijk een gezonde
     leefstijl bevorderen bij pre-diabetes patiënten?

• Achtergrondinformatie          • Conclusie
• Onderzoek onder pre-        • Verpleegkundigen en
  diabeten: Gezonder eten       POH's moeten competent
  en meer bewegen               zijn met GVO en culturele
  verlagen de kans op           competentie.
  diabetes met 58%            • Vaardigheden: goede
• Verpleegkundigen en           assessment en
  POH's zijn de                 empowerment
  aangewezen zorgverlener • Strategie: Motivational
  voor leefstijlinterventies.   Interviewing.
• Methode                        • Ervaringen/Resultaten
• Kwalitatief onderzoek                • Relatie pre-diabetes en
•   POH's /verpleegkundigen              hart en vaatziekte meer
•   Topics                               benadrukken.
•   Kennis, Vaardigheden,              • Meer overzichtelijkheid
                                         van aanbod in de wijk.
•   Competenties
                                       • Simpeler
•   Strategieën                          voorlichtingsmateriaal
•   ---------------------------------- • Beweegprogramma nodig
• Avril Illidge (0827447)
37




Patient controlled epidural analgesia
Implementatieplan                             Susanne Jansen
        Vraagstelling                         Achtergrondinformatie
  Hoe kan het protocol voor de            • PCEA is een nieuwe pijn-
     PCEA op afdeling interne               pomp. Continue infuus in de
  geneeskunde 5N systematisch               epidurale ruimte + bolus
 geïmplementeerd worden onder               knop voor de patiënt.
   verpleegkundigen, rekening               Voordeel: motorisch blok
  houdend met het waarborgen                neemt af en patiënt-
    van de medicatieveiligheid              tevredenheid neemt toe.
     tussen de verschillende              • Implementatiemodel van
          pijnpompen?                       Grol en Wensing
                                          • Aansluiten op de leerstijl
                                            van de vpk a.d.h.v. de
                                            leercyclus van Kolb.
                                          • Medicatieveiligheid
                                            waarborgen a.d.h.v sticker.




 Methode van onderzoek
Surveyonderzoek met enquêtes
        naar leerstijl en
 belemmerend/bevorderende
 factoren van implementeren.                    Conclusie
                                 • 56% leerstijl beslisser: leercyclus van
                                   Kolb doorlopen.
       Ervaringen                • Implementatie strategie is een
  • Boeiend onderwerp.
                                   klinische les met de volgende acties:
  • Nuttig voor praktijk.
                                   - Tijd en ruimte bieden.
  • Lastig om voldoende
                                   - Communicatie naar de werkvloer
    respons te krijgen op
                                   - Kennis en vaardigheden aanleren.
    enquêtes.
                                   - Voordelen voor zowel patiënten als
  • Goede begeleiding
                                   zorgverleners aantonen.
    vanuit Erasmus MC.
                                   - Positieve bekrachtiging tijdens de
  • Zeer trots op het
                                   klinische les en op de werkvloer.
    eindresultaat!
                                 • Medicatiesticker gebruiken.
38
39
40
41
42




Rooming-in binnen het nieuwe Erasmus MC
     Voor	
  welke	
  volwassen	
  pa.ëntengroepen	
  op	
  algemene	
  verpleegafdelingen	
  hee7	
  de	
  
               toepassing	
  van	
  rooming-­‐in	
  een	
  posi.ef	
  effect	
  op	
  het	
  herstelproces?	
  

                                                                      Achtergrond	
  
In	
  2017	
  zal	
  de	
  nieuwbouw	
  van	
  het	
  Erasmus	
  MC	
  in	
  gebruik	
  worden	
  genomen.	
  Alle	
  meerpersoonskamers	
  zullen	
  
 plaats	
  maken	
  voor	
  eenpersoonskamers.	
  Voor	
  paAënten	
  komt	
  de	
  mogelijkheid	
  om	
  een	
  familielid	
  of	
  vriend	
  te	
  
       laten	
  overnachten	
  op	
  de	
  kamer.	
  Dit	
  heet	
  rooming-­‐in.	
  Binnen	
  de	
  kraam-­‐	
  en	
  kinderverpleging	
  wordt	
  dit	
  al	
  
veelvuldig	
  toegepast,	
  maar	
  op	
  verpleegafdelingen	
  voor	
  volwassenen	
  is	
  dit	
  voor	
  verpleegkundigen	
  en	
  paAënten	
  
nog	
  onbekend	
  terrein.	
  Er	
  wordt	
  onderzocht	
  bij	
  welke	
  specifieke	
  paAëntengroepen	
  de	
  toepassing	
  van	
  rooming-­‐
      in	
  een	
  funcAonele	
  bijdrage	
  kan	
  leveren	
  aan	
  het	
  herstelproces	
  en	
  hoe	
  verpleegkundigen	
  hierover	
  denken.	
  	
  

                                                           Methode	
  van	
  onderzoek	
  
 Het	
  prakAjkonderzoek	
  betreL	
  een	
  verkennend	
  kwanAtaAef	
  onderzoek.	
  Hierbij	
  zijn	
  enquêtes	
  afgenomen	
  op	
  4	
  
                                               afdelingen	
  binnen	
  het	
  Erasmus	
  MC.	
  	
  

                                                                          Conclusie	
  
     De	
  aanwezigheid	
  van	
  een	
  familielid	
  of	
  vriend	
  kan	
  bijdragen	
  aan	
  een	
  ‘healing	
  environment’.	
  Het	
  geeL	
  de	
  
    paAënt	
  rust,	
  gevoel	
  van	
  veiligheid,	
  vertrouwdheid	
  en	
  steun	
  en	
  het	
  kan	
  zorgen	
  voor	
  angstvermindering	
  bij	
  
 zowel	
  de	
  paAënt	
  als	
  de	
  naaste.	
  Dit	
  komt	
  het	
  herstelproces	
  van	
  de	
  paAënt	
  ten	
  goede.	
  Uit	
  dit	
  scripAeonderzoek	
  
   blijkt	
  dat	
  dit	
  geldt	
  voor	
  o.a.	
  paAënten	
  met	
  demenAe,	
  een	
  delier	
  of	
  emoAonele/psychische	
  problemen,	
  voor	
  
  paAënten	
  in	
  de	
  palliaAeve/terminale	
  fase	
  of	
  een	
  acuut	
  kriAsche	
  gezondheidstoestand	
  en	
  voor	
  paAënten	
  met	
  
                                            een	
  niet-­‐westerse	
  cultuur	
  of	
  een	
  verstoorde	
  communicaAe.	
  	
  

                                                           Resultaten	
  en	
  ervaringen	
  
    In	
  het	
  scripAeverslag	
  is	
  de	
  volledige	
  lijst	
  opgenomen	
  met	
  alle	
  doelgroepen	
  voor	
  rooming-­‐in.	
  De	
  meningen	
  
          onder	
  de	
  ondervraagde	
  verpleegkundigen	
  over	
  de	
  toekomsAge	
  invoering	
  van	
  rooming-­‐in	
  binnen	
  het	
  
  ziekenhuis	
  zijn	
  nog	
  erg	
  verdeeld;	
  van	
  heel	
  posiAef	
  tot	
  erg	
  scepAsch.	
  Op	
  dit	
  gebied	
  heeL	
  het	
  Erasmus	
  MC	
  nog	
  
            een	
  hoop	
  te	
  doen.	
  Voor	
  mij	
  was	
  dit	
  onderzoek	
  naar	
  rooming-­‐in	
  erg	
  vernieuwend	
  en	
  verruimend.	
  




Anne,e	
  Kooijman	
  (0807731)	
  
43
44




     Methode/werkwijze:
   -Literatuurstudie → wetenschappelijke
 onderbouwing. Ondersteuning indicatoren
       hoofdthema’s meetinstrument &
             implementatieplan
- Praktijkonderzoek → Fase 1 Observeren &
           Fase 2 Groepsintervisie
45
46




                            MAASSTAD ZIEKENHUIS
                              INTERCOLLEGIALE
                                 TOETSING




                               Vraagstelling
     ‘Op welke manier kan intercollegiale toetsing binnen het Maasstad
   Ziekenhuis worden ingevoerd op de afdelingen waar BIG-handelingen
                           worden uitgevoerd?’

            Redenen invoering van intercollegiale toetsing
           Er vond geen toetsing van de BIG-handelingen plaats
                         Bevorderd veilig werken
                      Bevorderd eenduidig werken
                  Bevorderd kwaliteit verhogend werken
                    Het is een realistische toetsituatie
                    Up-to-date houden van de kennis

                                Onderzoek
                           Literatuuronderzoek
                     Semigestructureerde interviews
         Draaien van een pilot op verschillende verpleegafdelingen

                         Resultaat en Conclusie
Naar aanleiding van het literatuuronderzoek, de interviews en de pilots is de
  handleiding ‘intercollegiale toetsing’ ontwikkeld. Met behulp van deze
       handleiding is het mogelijk om intercollegiale toetsing op alle
 (verpleeg)afdelingen binnen het Maasstad Ziekenhuis te implementeren.
                                                            Manuela Latorre
                                                                 (0811740)
47




        Alcohol & Opiaten
 Verpleegkundige begeleiding naar verantwoord combinatiegebruik

Vraagstelling                                                                     Methode van
“Hoe kan de verpleegkundige binnen het Medisch Sociaal Centrum zuid van Bou-
manGGZ een bijdrage leveren aan het begeleiden richting verantwoord gebruik
                                                                                  onderzoek
van heroïne en methadon bij de patiënt met een alcoholprobleem?”                  Literatuuronderzoek – wat
                                                                                  is verantwoord combinatie-
                                                                                  gebruik van alcohol en opia-
                                                                                  ten? En wat is passende
Achtergrond-                                                                      verpleegkundige      begelei-
                                                                                  ding bij langdurig (heroïne-)
informatie                                                                        verslaafden welke overmatig
Medisch        Sociaal
                                                                                  alcohol drinken binnen een
Centrum zuid is een
                                                                                  polikliniek?
polikliniek in Rotter-
                                                                                  Praktijkonderzoek – Hoe
dam zuid waar dage-
                                                                                  groot is het probleem? Pas-
lijks zo’n 50 patiën-
                                                                                  sen de gevonden interven-
ten met een langdu-
                                                                                  ties bij de doelgroep en zijn
rige heroïneversla-
                                                                                  kenmerken? Welke begelei-
ving op voorschrift
                                                                                  ding past bij de taak van het
van een arts onder
                                                                                  MSC (medisch sociaal cen-
medisch       toezicht
                                                                                  trum)?
heroïne gebruiken                                                                 Vorm van het onderzoek –
en methadon inne-
                                                                                  Focusgroep onder verpleeg-
men.                                                                              kundige en ziekenverzor-
Naast heroïne en
                                                                                  gende en vragenlijsten on-
methadon (opiaten)                                                                der de patiënten van MSC
gebruiken de patiën-
                                                                                  zuid.
ten andere middelen
waaronder alcohol.
Alcohol en opiaten
hebben beide een
dempende werking
waardoor gelijktijdig
gebruik een risico is
voor de gezondheid
van de patiënt.




                                                         Conclusie
                                                         Motiverende gespreksvoering lijkt een passende in-
                                                         terventie in het begeleiden naar verantwoord alcohol
                                                         en opiaten gebruik binnen MSC zuid. Om het gebruik
                                                         van alcohol gestructureerd te kunnen signaleren is de
                                                         regelmatige onaangekondigde aanwezigheid van een
                                                         verpleegkundige in de wachtruimte met een blaas-
                                                         apparaat aan te bevelen. In de wachtruimte moet ook
                                                         voldoende informatie met betrekking tot het onderwerp
                                                         makkelijk toegankelijk zijn.




Saskia de Ligt, 2012
0812549
48




René Loomeijer




Kwaliteit van zorg vanuit patiëntenperspectief
Achtergrond
Er is sprake van kwalitatief goede zorg wanneer de zorg zoveel mogelijk is toegesneden op de
individuele behoeften van de patiënt, effectief en veilig is. Het is van belang een goed beeld te
verkrijgen van de kwaliteit van zorg die GGZ-zorgaanbieders leveren door de mening van patiënten te
inventariseren. De langdurige alcoholverslaafde zorgwekkende zorgmijder die woonachtig is in een
eigen woning en niet klinisch is opgenomen wordt zeer moeizaam bereikt als het gaat om onderzoek
naar patiënttevredenheid binnen BoumanGGZ.
Doel
Bepalen wat de mate van tevredenheid is van de alcoholafhankelijke patiënten van het team Ambulante
Team en Toeleiding (ATB) over de geleverde zorg en de uitkomst hiervan verwerken in een concreet
verbetervoorstel
Methode
Gegevens voor dit kwantitatief onderzoek zijn verkregen door de onderzoekspopulatie met behulp van
de Nederlandstalige Short Rating Scale (SRS) te vragen naar hun mening m.b.t. het bewuste
behandelcontact. Door de uitslagen als een gemiddelde weer te geven en uit te drukken in een
waardering kan uiteindelijk het antwoord gegeven worden op de vraag hoe de alcohol afhankelijke en
zelfstandig wonende patiënten van de afdeling ATB de door deze afdeling geleverde zorg ervaren.
Resultaten
De steekproef onder 85 patiënten van het ATB levert met behulp van de SRS een netto respons op van
14%. Iets minder dan de helft (41%) beoordeelt de geleverde kwaliteit van zorg als slecht. Het
gemiddelde resultaat geeft antwoord op de vraag hoe de alcohol afhankelijke en zelfstandig wonende
patiënten van de afdeling ATB de door deze afdeling geleverde zorg ervaart: redelijk.
Conclusie
De gemiddelde waardering ‘redelijk’ impliceert dat de kwaliteit van zorg aan zorgwekkende zorgmijders
verbeterd kan worden. Wat opvalt is de lage respons. Een grote rol hierbij speelt het lage percentage
(54%) patiënten dat het vragenformulier is voorgelegd. Daarnaast moet de zorgverlener de SRS gaan
gebruiken waarvoor het uiteindelijk bedoeld is: het vragen van feedback op een waardering en deze
feedback gebruiken om de behandelrelatie te optimaliseren.
Aanbevelingen
Als gevolg van de conclusies en voorgestelde verbeteringen worden de volgende aanbevelingen gedaan:
- Onderzoeken wat ten grondslag ligt aan het feit dat er weinig patiënten bevraagd zijn binnen dit
  onderzoek.
- Onderzoeken welke andere responsverhogende factoren toegepast kunnen worden.
- Repliceren van dit onderzoek.
- De patiënt bij minimaal 2 behandelcontacten de vragenlijst voorleggen.
- Per individueel deelnemend zorgverlener inventariseren wat de respons is en wat belemmerende
  factoren zijn.
- Patiënt moet bij het invullen van het vragenformulier gecontroleerd worden op het gebruik van
  alcohol.
- Scholen van personeel in het gebruik van de SRS
-De SRS implementeren.
 Het uiteindelijke doel van deze aanbevelingen is het verbeteren van de kwaliteit van zorg.
49
50




           Achtergrondinformatie                                              Vraagstelling
 Over de manier waarop dementie ervaren wordt door de          Hoe wordt dementie van een naaste door de
   mantelzorgers is weinig bekend, terwijl betrouwbare         mantelzorgers ervaren en in welke mate beïnvloedt
 informatie over de persoonlijke beleving en persoonlijke      dit de relatie met de oudere met dementie?
 ervaring van een patiënt of mantelzorger een grote steun
   kan zijn voor andere patiënten en mantelzorgers. Om
ervoor te zorgen dat de zorg die verpleegkundigen leveren
 goed wordt afgestemd op de behoeftes van de ouderen,
maar ook op die van de mantelzorgers, is meer inzicht in de
   ervaringen van ouderen met dementie noodzakelijk.



    De belevingswereld van
 mantelzorgers rondom dementie
                                                     Door Nathalie Lusse (079865)
           Methode van zoeken                         Hogeschool Rotterdam
    Voor dit kwalitatieve onderzoek zijn interviews
     gehouden met vier mantelzorgers uit twee
verschillende zorgnetwerken, naar hun ervaringen met
 dementie. Twee van deze mantelzorgers zijn partner
  van een oudere met dementie en de andere twee
         mantelzorgers zijn volwassen kinderen.




          Ervaringen/resultaten                                                Conclusie
  De partners ervaren gevoelens van eenzaamheid en              Dementie leidt bij partners tot een verlies van
     verlies als zij vertellen over dementie bij hun          onderlinge verbondenheid, waardoor zij een sterk
echtgenoot/echtgenote. De impact van de aandoening                    gevoel van eenzaamheid ervaren.
   op de relatie is afhankelijk van de leeftijd van het
echtpaar en de kwaliteit van de relatie voorafgaand aan   Dementie van een ouder leidt bij volwassen kinderen
                          de ziekte.                         tot gevoelens van verlies en machteloosheid.
     De kinderen ervaren gevoelens van verlies en
   machteloosheid. Hun betrokkenheid bij de zorg is
    afhankelijk van de leeftijd van de ouders en de        De impact die de aandoening heeft op hun relatie, is
   zelfredzaamheid van de ouders. De impact die de        voor zowel partners als volwassen kinderen afhankelijk
  aandoening heeft op de relatie is afhankelijk van de     van de kwaliteit van de relatie, voordat de ziekte zich
     kwaliteit van de relatie voordat de ziekte zich                          manifesteerde.
 manifesteerde en deze kinderen ervaren de impact in
             mindere mate dan hun ouders
51




           Centra voor Anticonceptie, Seksualiteit en Abortus


                Twijfel bij de besluitvorming
                                   bij een ongeplande zwangerschap
       PROBLEEMSTELLING : Een deel van de cliënten die CASA bezoekt voor een abortus, heeft
       op de dag van behandeling nog twijfel over het te nemen besluit; wel of geen abortus.

       VRAAGSTELLING: Hoe kunnen de verpleegkundigen van CASA het huidige aanbod aan
       cliënten die twijfelen over de besluitvorming bij ongeplande zwangerschap optimaliseren?



                     THEORETISCHE ACHTERGROND:
                     • 27 % van de vrouwen die een abortuskliniek
                     bezoekt heeft enige vorm van twijfel over
                     het te nemen besluit (Evaluatie WAZ 2005)
                     • Een goede besluitvorming is de basis van
                     een goede verwerking van abortus




       METHODE VAN ONDERZOEK: Een kwantitatief onderzoek door middel van een enquête
       onder alle 58 verpleegkundigen werkzaam in de zes klinieken van CASA. De enquête
       bestaat uit 23 gesloten en 5 open vragen en is onderverdeeld in drie thema’s;
                  1. Het hulpverleningsaanbod van CASA
                  2. De samenwerking met de Fiom (Maatschappelijk werk)
                  3. Informatieaanbod op website/brochure ter ondersteuning van de besluitvorming




    RESULTATEN EN CONCLUSIE:
    • Tijdens het intakegesprek is er onvoldoende tijd voor uitgebreide counseling
    • De samenwerking met de Fiom is belangrijk voor de kwaliteit van de hulpverlening
    • De samenwerking met de Fiom moet verbeterd worden
    • Het merendeel van de verpleegkundigen is van mening dat informatie ter ondersteuning van de
    besluitvorming via website of brochure een goede aanvulling op de hulpverlening zou kunnen zijn



                                            AANBEVELINGEN VOOR DE PRAKTIJK:
                                            1. Het management moet de tijd die wordt ingepland voor het
                                               intakegesprek in heroverweging nemen
                                            2. De samenwerking met de Fiom kan verbeterd worden door
                                               per kliniek een verpleegkundige als contactpersoon aan te
                                               stellen. Zij draagt zorg voor regelmatig overleg tussen de
                                               medewerkers van CASA en de Fiom
                                            3. In overleg met de Fiom gebruik maken van een verwijsbrief
                                               en terugkoppeling na een besluitvormingsgesprek
                                            4. Kennismaking met de hulpverleners van de Fiom in de regio
                                               wordt ingepast in het inwerktraject van nieuwe
                                               verpleegkundigen van CASA



                                             IMPLICATIE VOOR VERVOLGONDERZOEK:
                                             Onderzoek verrichten naar informatievoorzieningen en
                                             zelfhulpmiddelen via website of brochure ter ondersteuning
                                             van de besluitvorming. In Nederland wordt dit nog niet
              Children by Choice
                                             toegepast. Als voorbeeld kunnen de websites ‘Children by
                                             Choice’ , ‘Pregnancyoptions’ en de brochure ‘Unsure about
                                             your Preganancy? A guide to making the right dicision for you’
                                             van The National Abortion Federation (NAF) dienen.




Irma van der Mast     -      i.vandermast@casa.nl   -   Hogeschool Rotterdam      -   0550626      -   Juni 2012
52




                               Afstudeeronderzoek
      Vraagstelling: Op welke wijze kan een nieuw specialisme het beste
      worden geïntroduceerd op de verpleegafdeling Orthopedie,
      plastische chirurgie, KNO en kaak chirurgie, waarbij de kwaliteit van
      zorg, geleverd door verpleegkundigen, voor de patiënten blijft
      gewaarborgd?
                                                                       Conclusie
                           Aanleiding:                     - Richtlijn moet ervoor zorgen
                     - Introductie van                     dat et personeel voorbereid is
                     nieuw specialisme                     door:
                     - Personeel niet goed                 - Kennis en vaardigheden te
                     voorbereid                            hebben
                     - Zorg voor patiënten
                     niet optimaal                         -protocollen voor handen
                     - Er moet een                         - Duidelijk beleid
                     richtlijn ontwikkeld
                     worden

                                                                                   Resultaten
                                                                            - Niet goed voor
                                                                            bereid
                                         De richtlijn en
                                          de checklist.                     - Kennis tekort
           Vraagstelling
                                                                            - Onduidelijkheid
                                                                            beleid
                                                                            - Wel interessant &
                                                                            leerzaam


                 Literatuurstudie
                                                              Praktijkonderzoek
            - Richtlijnen
            - Implementeren                                - Enquête
            - Implementatie                                - Ervaringen
            Strategieën                                    - Kennis & vaardigheden
            - Voorbereiding afdeling                       - Communicatie



                                                                                   In samenwerking met:



Eric Nooram 0814171
Deborah Mekking 0798735
53
54
Invloed van de wijze van implementatie van protocollen op de
                 protocol adherence van verpleegkundigen.
                          Het praktijkonderzoek heeft de volgende vraagstelling:
                     Houden de verpleegkundigen op de Intensive Care afdelingen 3
                     zuid en 10 zuid binnen het Erasmus Medisch Centrum zich aan
                      het gehanteerde studieprotocol 'Bronchiaal Toilet' en speelt de
                                 wijze van implementatie hierin een rol?


                    Achtergrondinfo: Het bronchiaal toilet is een interventie die veel
                    uitgevoerd wordt op de Intensive Care afdelingen van het Erasmus
                    Medisch Centrum. Op deze manier wordt sputum verwijderd bij
                    beademde patiënten waardoor een optimale ventilatie van de
                    patiënt kan worden gewaarborgd. Om na te gaan of er een relatie
                    is tussen het ontstaan van de exogene sputum kolonisaties en het     De wijze van implementatie
                    gebruik van steriele handschoenen wordt hier onderzoek naar          heeft volgens de literatuur
Meelopen op de      gedaan. Om een zuivere uitspraak te kunnen doen over de              invloed op de adherence van de
Intensive Care      primaire uitkomsten van het bronchiaal toilet onderzoek is het van   verpleegkundigen op een
                    belang dat inzicht is verkregen in de protocol adherence van de      protocol. Hier is in de praktijk
afdeling was        verpleegkundigen met betrekking tot de studieprotocollen             niet veel informatie over omdat
indrukwekkend       behorend bij het bronchiaal toilet onderzoek.                        er geen inzicht was in de
en leerzaam.                                                                             verschillende manieren van
                                                                                         implementeren op de Intensive
Eigen maken van                  Methode: -Literatuuronderzoek                           Care afdelingen. De enige
observatiemetho        -Observaties op de Intensive Care afdelingen: door                manier die werd genoemd door
de. Inzicht in        meerdere HBO-V studenten wordt er nagegaan of de                   de verpleegkundigen was de
                                                                                         klinische les die werd gegeven.
adherence van       Intensive Care verpleegkundigen zich houden aan het op
                                                                                         Niet duidelijk is of de klinische
de                           de afdeling gehanteerde studieprotocol.                     les actief of passief wordt
verpleegkundige                                                                          gegeven. Volgens de literatuur
                    Implementatie: een verandering of aanpassing binnen de Intensive     neemt de adherence toe door
n. Vergelijking          Care wordt via een klinische les werd gepresenteerd en          een protocol op een actieve
maken met                                                                                manier te implementeren.
ervaring op eigen
                                             geïnstrueerd.
                                                                                                                             55




afdeling
56




              Formaliteit of van levensbelang?
  De aansluiting van verpleegkundig onderwijs en praktijkstage
                                               Centrale vraagstelling:
  Sluit het vanuit de opleiding beoogde beroepsgerelateerde competentieniveau van eerste- en tweedejaars stagiaires
    van de opleiding Hbo-verpleegkunde van de Hogeschool Rotterdam aan op de verleende verpleegkundige zorg
                                                 verleend op DPS3?

(Patiënt) )veiligheid                    Welzijn stagiaire

Anticipatie op acute situaties           Stress                 Vraagstelling literatuurstudie: Wat is het belang van de aansluiting van het
Handelswijze beredeneren                 Coping                 formele onderwijs op de praktijkstage van eerste- en tweedejaars studenten
Vergroot het vermogen tot:                                      verpleegkunde en welke factoren spelen hierbij een belangrijke rol?’
          Concentratie
          Observatie                    Ontwikkeling
          Risico inschatting                                                              Kenmerken verpleegkundige zorg DPS3
          Controle                      Kader voor praktijkervaring
GGZ competentievergroting:              Verhoogt leerrendement                     Thema 1: Patiëntenzorg
          Suïcidepreventie                                                         - Diversiteit
          Agressie                                                                 - Comorbiditeit psychiatrie en somatiek
          Achterdocht                                                              - Postpartum psychiatrie
          Herkennen beelden                                                        Thema 2: Intensiteit van zorg
                                                                                   - Ernst van het psychiatrisch beeld bij opname
                                                                                   - Ernst van het psychiatrisch tijdens bij opname
                                                                                   - Werkdruk en ondersteuning
                                                                                   Thema 3: Stage begeleiding
Onderzoeksmethoden:         - Verpleegkundige zorg v.s. onderwijs
                            - Focus groep verpleegkundigen
                            - Testimonials oud-stagiares




                                                          Slotconclusie
                                 De aansluiting van het onderwijs op de verpleegkundige zorg van
                                 de afdeling is onvoldoende. Met name de diversiteit, comorbiditeit
                                      en hevigheid van zorg maakt de afdeling ongeschikt als
                                   stageafdeling voor eerste- en tweedejaars HBO-V studenten




                                                                                                                    Marit Naerebout
57




PIJNBESTRIJDING BEGINT BIJ
         JEZELF!
IMPLEMENTATIE PATIENT CONTROLLED
      EPIDURAL ANALGESIA




            Sharon van Nerum
         Sophia Kinderziekenhuis
      Afdeling Kinderchirurgie Noord
58
59
60




Verder met de Nier Groei-wijzer
                                                     Achtergrondinformatie:
           Vraagstelling:
                                                      Uit onderzoek blijkt dat
 ‘Welke aanpassingen zijn er nodig                zelfmanagementondersteuning
   in de Nier Groei-wijzer volgens              van belang is bij jongeren met een
  zorgverleners in de praktijk voor                 chronische nieraandoening;
    gebruik tijdens consulten met               jongeren worden verantwoordelijk
     kinderen/jongeren met een                  voor hun behandeling en kwaliteit
    chronische nieraandoening?’                  van leven wordt daardoor gunstig
                                                            beïnvloedt




             Methode:                                       Resultaten:
     Door middel van kwalitatief                     - Informatievoorziening
    onderzoek via focusgroepen is                       - Vorm en opbouw
   onderzocht welke aanpassingen
                                                            - Doelgroep
  zorgverleners nodig vinden in het
 gebruik van de Nier Groei-wijzer in                - Inhoud Nier Groei-wijzer
            de praktijk.                           -Domein ‘Zorg, gezondheid’




                       Conclusie:
De zorgverleners zijn het er met elkaar over eens dat het
 domein ‘Zorg, gezondheid’ aangepast dient te worden
met betrekking tot de lengte, formulering en relevantie
 van de items. Ook inhoudelijk in de Groei-wijzer zijn er
                  aanpassingen nodig.


 Evelien Polderman en Lisette van Sinttruije
61




  Implementatieplan
Familieparticipatie in de
         GGZ
    Hoe kan het sociale netwerk van de patiënten op de
     woonvorm ‘de Idahoeve’ meer betrokken worden.
Familie is belangrijk voor patiënten en speelt nu geen grote
      rol. Wat betreft ervaringskennis of mantelzorg.
Het onderzoek is uitgevoerd in de literatuur en de praktijk .
 De conclusie is dat familieparticipatie een win-win situatie
       is voor patiënt, familie en verpleegkundigen.
        Resultaat: aanbevelingen voor familiebeleid
                       Janie Preesman.
62




Door :                  Rick Rietveld
Afdeling:               Leerunit Medium Care Cardiologie in het
                        Erasmus Medisch Centrum
Praktijkbegeleiders:   Patrick van Stijn en Esther
                        Schumann
Scriptiebegeleider:    Christine Rietveld




Inleiding
                                                                              Methodiek




Resultaten

                                                                              Conclusie




                                  Aanbevelingen
                                                                  Discussie
63
64
65
66
67




           Intercollegiale toetsing
Vraagstelling: “Op welke manier kunnen verpleegkundigen werkzaam op de afdeling Orthopaedie
bewust gemaakt worden van zowel het eigen als elkaars handelen en hierop kritisch reflecteren met
als doel verbetering van de patiëntenzorg en de ontwikkeling van de verpleegkundige als individu?”


Doelstelling: “Door middel van kwalitatief onderzoek zal er een advies aangereikt worden voor het
toepassen van intercollegiale toetsing aan de afdeling Orthopaedie van het Erasmus MC. Dit product
zal halverwege juni 2012 aangereikt worden aan de opdrachtgever en bevat informatie en
aanbevelingen voor het implementeren van intercollegiale toetsing.”


Aanleiding: Na inventarisende gesprekken met de verpleegkundigen en het unithoofd van afdeling
Orthopaedie, Erasmus MC bleek er behoefte aan een effectieve methode van intercollegiale toetsing
die zou bijdragen aan betere kwaliteit van de patiëntenzorg. Bij een deel van de verpleegkundigen
bleek een gebrek aan motivatie om hier aan bij te dragen.


Methoden van onderzoek:
-Literatuuronderzoek; Wat is er reeds bekend in de literatuur?
-Kwalitatief onderzoek; interviews met een aantal betrokken verpleegkundigen.


Resultaten:
-Te weinig draagvlak
-Onvoldoende succes Kort Cyclisch Verbeteren
-Gebrek aan waardering



Conclusie en Aanbevelingen:
-Draagvlak creëren door inzichtelijk maken van cijfers en richten op preventieverbetering
-Kort Cyclisch Verbeteren opnieuw onder de aandacht brengen, één probleem per keer behandelen
en SMART formuleren
-Positieve insteek naar de verpleegkundigen toe en waarderen wat wél goed gedaan wordt




                        Laura Schafthuizen                       0796234
68




Aanbevelingen voor de artsenvisite voor verpleegkundigen
en arts-assistenten, Havenziekenhuis chirurgie/orthopedie.

     Literatuurstudie:
        Artsenvisite
      Samenwerking                     Praktijkonderzoek:
      Communicatie                            Kwantitatief
     Kwaliteit van zorg                          Enquêtes
 Rapportage tijdens de visite           Verpleegkundigen
     Belemmerende &                   67% respons (20/30)
   Bevorderende factoren                  Arts-assistenten
                                        50% respons (3/6)
Aanbevelingen&
Resultaten
-Vast tijdstip visite
                                 Aanbeveling Zakkaartje:
-Direct uitwerken                1. Algemeen welbevinden patient
opdrachten arts-assistent        2. Voeding en vocht (Smaak, reuk)
- Piepers+telefoon afgeven       3. Uitscheiding (Frq.,
                                 misselijkheid/braken)
- Nachtdienst aanvullen          4. Activiteiten
patiënten kar voor               (Mobiliseren/stappenplan)
papieren arts                    5. Rust (Slapen, dromen)
                                 6. Pijnbeleving (Pijnscore, wondpijn)
- Papieren visite, privacy       7. Ademhaling (Ophoesten, inhalatie)
- Verpleegkundige                8. Verwerking (OK/IC, ontslag)
voorbereiding op visite          9. Beleidsafspraken (Consulten,
                                 recepten, poli-afspraak, infuzen, drains,
                                 catheters, Zuurstof, vochtbeleid).

 Student: Mendy van Schanke
 4e jaar HBO-V, juni 2012
69




Vraagstelling
 “Wat zijn de belemmerende en bevorderende factoren in relatie tot het ontslagtraject op de afdelingen chirurgie/urologie van het Ikazia ziekenhuis,
  en welke activiteiten moeten worden ondernomen om het ontslagtraject te verbeteren, zodat de continuïteit en kwaliteit van zorg gewaarborgd
                                                                     blijft?”
                                                                                                                                   Achtergrondinformatie
In de literatuur wordt er veel geschreven over ontslag en nazorg van patiënten die worden ontslagen uit het ziekenhuis. Het ontslag uit het ziekenhuis is een proces en
niet een op zichzelf staande gebeurtenis. Het is belangrijk dat patiënten en eventueel hun naasten al tijdens de opname betrokken worden bij de zorg en de
voorbereiding op het ontslag. Dit zorgt ervoor dat patiënten op het juiste moment van hun behandeling met voldoende kennis worden ontslagen uit het ziekenhuis
(Shepperd et al. 2010).
Wanneer patiënten niet goed geïnformeerd met ontslag gaan, kunnen in de thuissituatie problemen optreden. Dit kan tot gevolg hebben dat zij onzeker of angstig
worden. Vaak komen pas in de thuissituatie allerlei praktische vragen naar boven (ten Have 2006).
Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat de continuïteit van zorg en de kwaliteit van de ontslagbegeleiding vanuit ziekenhuizen verbeterd kan worden als
de ontslagvoorbereiding van patiënten op een gestructureerde wijze wordt aangepakt (Moons & Steeman 2001).




Beschrijvend kwantitatief,
cross-sectioneel onderzoek.

30 verpleegkundige enquêtes
Respons: 76%                                                                     Lisette Scheele – Ikazia ziekenhuis –
6 patiënten: Telefonische enquête
21 patiënten: Patiënt tevredenheid                                               Hogeschool Rotterdam – Juni 2012
onderzoek geanalyseerd.
70




                                                                                   Methode:
                                                                     Tijdens het praktijkonderzoek zijn alle data
                                                                         verzameld d.m.v. observaties op de
                    Vraagstelling:                                   afdelingen 3 & 10 Zuid IC specifiek gericht
                                                                        op de bronchiaal toilet procedure. De
            Wat is er in de praktijk te zien van de                 observaties zijn gedaan door het observeren
          factoren die van invloed zijn op protocol                             via de monitor m.b.v.
         adherence onder verpleegkundigen op de                           observatieformulieren. Tijden de
         afdelingen 3 en 10 Zuid IC in het Erasmus                       onderzoeksperiode zijn er vijf dagen
            MC, zoals gevonden in de literatuur?’                         geobserveerd. De observaties zijn
                                                                    geanalyseerd d.m.v. de kwantitatieve data-
                                                                        analyse, m.b.v. Excell en SPSS zijn de
                                                                                 gegevens verwerkt.




                                            Achtergrondinformatie:
                                         Binnen de Intensive Care afdelingen in
                                               het Erasmus MC vindt er een
                                               onderzoek plaats waarbij er
                                          onderzocht wordt of het toevoegen
                                           van steriele handschoenen aan de
                                             bronchiaal toilet procedure een
                                            reductie van het aantal exogene
                                              sputumkolonisaties geeft. Om
                                          betrouwbare en valide resultaten te
                                          krijgen, moet de protocol adherence
                                            onder de verpleegkundigen met
                                           betrekking tot de bronchiaal toilet
                                                   procedure goed zijn.

               Resultaten/ervaringen:                                      Individuele conclusie:
         Op de afdeling 3 Zuid IC werd de bronchiaal                 Er komen een aantal belangrijke factoren
         toilet procedure in de meeste gevallen door                    naar voren die van invloed zijn op de
            één persoon uitgevoerd. Het schort en                  protocol adherence. De handeling werd vaak
          handschoenen werd in bijna 100% van de                   door 1 persoon uitgevoerd, waardoor er vaak
          uitgevoerde handelingen gebruikt. Echter                   handelingen uit het protocol niet werden
          het masker werd maar voor 30% gebruikt.                   uitgevoerd. daarnaast heeft de ervaring van
          De materialen bleven in driekwart van alle                 de verpleegkundigen invloed. De protocol
            uitgevoerde handelingen steriel en/of                       adherence is op 3 Zuid redelijk goed.
                            schoon.
           Tijdens het praktijkonderzoek was er één
                                                                          Gezamenlijke conclusie:
              beperking dat van invloed was op de                  Op de afdelingen 3 & 10 Zuid houdt ruim de
            resultaten, namelijk dat het wassen en                 helft van de verpleegkundigen zich niet aan
            desinfecteren van de handen niet goed                     het studieprotocol ‘Bronchiaal Toilet’.
         geobserveerd kon worden. Hierdoor kan hier                Concluderend kan er gezegd worden dat de
          geen goede uitspraak over gedaan worden.                 protocol adherence op beide afdelingen nog
Joyce                                                                         verbeterd kan worden.
 van
Seters
71
72
73




Signaleringsplannen
Een middel om agressie te
verminderen en te voorkomen
  Vraagstelling                                       Methode onderzoek

  Hoe ziet het beleid eruit rondom het                - Focusgroep
  gebruik van signaleringplannen op de                - Vragen en stellingen
  afdeling ouderenpsychiatrie Nieuwe                  - 3 verpleegkundige, 1 arts, 1
  Binnenweg, 1e etage gesloten opname, zodat          psychiater, teamleidster
  het implementeerbaar, uitvoerbaar en
  continueerbaar is voor de afdeling?
                                Achtergrondinformatie

                                - Afdeling ouderenpsychiatrie Nieuwe Binnenweg
                                - Regelmatig agressie
                                - Signaleringsplannen niet eerder geïmplementeerd


     Conclusie

     Signaleringsplannen zijn effectief, maar de afdeling
     is niet geschikt voor het opstellen van het gehele plan.

                            Aanbevelingen

                            - Multidisciplinair overleg
                            - Theoretische informatie (klinische les, handvaten)
                            - Methode opstellen (verantwoordelijk, geschikt,
                              7-stappenplan, fasenmodel)
Afstudeeropdracht           - Continuering (afsprakenmap, evalueren)
Kelly Slikboer              - Bijeenkomst team referentiekader agressie
Juni 2012                   - Onderzoek motivatie team
74
75
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)
13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)

Más contenido relacionado

Similar a 13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)

Overbehandeling, mechanismes en interventies
Overbehandeling, mechanismes en interventiesOverbehandeling, mechanismes en interventies
Overbehandeling, mechanismes en interventiesGert van Dijk
 
Sessie F. Zorgcampus Noorderboog Meppel
Sessie F. Zorgcampus Noorderboog MeppelSessie F. Zorgcampus Noorderboog Meppel
Sessie F. Zorgcampus Noorderboog MeppelPraktijkleerstoel
 
Verslag Jeugdraad Wetteren 12 november 2012
Verslag Jeugdraad Wetteren 12 november 2012Verslag Jeugdraad Wetteren 12 november 2012
Verslag Jeugdraad Wetteren 12 november 2012jeugdraad_wetteren
 
MVO Learning History BZ
MVO Learning History BZMVO Learning History BZ
MVO Learning History BZArin Van Zee
 
HVE 2014 Pecha Kucha: Jeroen Hasselaar
HVE 2014 Pecha Kucha: Jeroen HasselaarHVE 2014 Pecha Kucha: Jeroen Hasselaar
HVE 2014 Pecha Kucha: Jeroen HasselaarHealth Valley
 
16 oktober congres over het boek bondgenoten van Henk Willem Klaassen
16 oktober congres over het boek bondgenoten van Henk Willem Klaassen16 oktober congres over het boek bondgenoten van Henk Willem Klaassen
16 oktober congres over het boek bondgenoten van Henk Willem KlaassenLeon Zorge
 
5_VIVALADONNADAG_MEI_2014
5_VIVALADONNADAG_MEI_20145_VIVALADONNADAG_MEI_2014
5_VIVALADONNADAG_MEI_2014Arjanne Schroen
 
Totaalpresentatie kennisuitwisseling 17 mei 2011
Totaalpresentatie kennisuitwisseling 17 mei 2011Totaalpresentatie kennisuitwisseling 17 mei 2011
Totaalpresentatie kennisuitwisseling 17 mei 2011Barbarapronk
 
Presentatie seminariewerk
Presentatie seminariewerkPresentatie seminariewerk
Presentatie seminariewerkAnneliesBelmnas
 
Zorg voor mantelzorger Agora 2013
Zorg voor mantelzorger Agora 2013Zorg voor mantelzorger Agora 2013
Zorg voor mantelzorger Agora 2013Raedelijn
 
E health in de praktijk spso 9 juni 2012
E health in de praktijk spso 9 juni 2012E health in de praktijk spso 9 juni 2012
E health in de praktijk spso 9 juni 2012Changing Healthcare
 
Presentatie research project j&k
Presentatie research project j&kPresentatie research project j&k
Presentatie research project j&kjgmdvl
 
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshareAlrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshareMarkus Oei
 
College erasmus 2013
College erasmus 2013College erasmus 2013
College erasmus 2013Jan Kremer
 
Whitepaper de patient centraal
Whitepaper de patient centraalWhitepaper de patient centraal
Whitepaper de patient centraalIvo Cerfontaine
 

Similar a 13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick) (18)

Overbehandeling, mechanismes en interventies
Overbehandeling, mechanismes en interventiesOverbehandeling, mechanismes en interventies
Overbehandeling, mechanismes en interventies
 
Viattence
ViattenceViattence
Viattence
 
Viattence
ViattenceViattence
Viattence
 
Sessie F. Zorgcampus Noorderboog Meppel
Sessie F. Zorgcampus Noorderboog MeppelSessie F. Zorgcampus Noorderboog Meppel
Sessie F. Zorgcampus Noorderboog Meppel
 
Verslag Jeugdraad Wetteren 12 november 2012
Verslag Jeugdraad Wetteren 12 november 2012Verslag Jeugdraad Wetteren 12 november 2012
Verslag Jeugdraad Wetteren 12 november 2012
 
MVO Learning History BZ
MVO Learning History BZMVO Learning History BZ
MVO Learning History BZ
 
HVE 2014 Pecha Kucha: Jeroen Hasselaar
HVE 2014 Pecha Kucha: Jeroen HasselaarHVE 2014 Pecha Kucha: Jeroen Hasselaar
HVE 2014 Pecha Kucha: Jeroen Hasselaar
 
16 oktober congres over het boek bondgenoten van Henk Willem Klaassen
16 oktober congres over het boek bondgenoten van Henk Willem Klaassen16 oktober congres over het boek bondgenoten van Henk Willem Klaassen
16 oktober congres over het boek bondgenoten van Henk Willem Klaassen
 
5_VIVALADONNADAG_MEI_2014
5_VIVALADONNADAG_MEI_20145_VIVALADONNADAG_MEI_2014
5_VIVALADONNADAG_MEI_2014
 
Totaalpresentatie kennisuitwisseling 17 mei 2011
Totaalpresentatie kennisuitwisseling 17 mei 2011Totaalpresentatie kennisuitwisseling 17 mei 2011
Totaalpresentatie kennisuitwisseling 17 mei 2011
 
Presentatie seminariewerk
Presentatie seminariewerkPresentatie seminariewerk
Presentatie seminariewerk
 
Implementatie valpreventie
Implementatie valpreventieImplementatie valpreventie
Implementatie valpreventie
 
Zorg voor mantelzorger Agora 2013
Zorg voor mantelzorger Agora 2013Zorg voor mantelzorger Agora 2013
Zorg voor mantelzorger Agora 2013
 
E health in de praktijk spso 9 juni 2012
E health in de praktijk spso 9 juni 2012E health in de praktijk spso 9 juni 2012
E health in de praktijk spso 9 juni 2012
 
Presentatie research project j&k
Presentatie research project j&kPresentatie research project j&k
Presentatie research project j&k
 
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshareAlrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
 
College erasmus 2013
College erasmus 2013College erasmus 2013
College erasmus 2013
 
Whitepaper de patient centraal
Whitepaper de patient centraalWhitepaper de patient centraal
Whitepaper de patient centraal
 

13 07-12 hro poster digibook (na sticky notes patrick)

  • 1. Instituut voor Gezondheidszorg POSTERPRESENTATIES Afstudeerprojecten opleiding Verpleegkunde Hogeschool Rotterdam Verpleegkundigen van 2012, op weg naar 2020! 17 juli 2012
  • 2. 2 Voorwoord Deze presentatie bevat een verzameling van resultaten van onderzoek waarmee studenten Verpleegkunde van Hogeschool Rotterdam in de zomer van 2012 zijn afgestudeerd. Sinds het studiejaar 2004 - 2005 werkt de hogeschool met het Rotterdams Onderwijs Model (ROM). Op deze manier vervult de hogeschool haar maatschappelijke taak voor de regio: meer studenten succesvol opleiden voor de beroepspraktijk. Een belangrijk element van het ROM is het principe van inside out-outside in: de studenten laten zich in de werkomgeving inspireren om de geleerde kennis in de praktijk toe te passen. Innovatie is daarbij een belangrijk uitgangspunt: de opleiding Verpleegkunde stimuleert een onderzoekende houding waarmee de student op zoek gaat naar verbeterpunten in organisatorische of zorginhoudelijke processen. De oogst van dit jaar is al even divers als de opleiding zelf en getuigt van een groot bewustzijn van onze studenten waar het gaat om de opgaven waarmee de zorgwereld zich in de komende tijd geconfronteerd weet: verandering en toename van de zorgvraag enerzijds en het effectief, maar op menselijke maat inzetten van technologie anderzijds. U kunt uzelf overtuigen door te grasduinen in deze rijke bloemlezing. Hans van der Moolen Directievoorzitter van het Instituut voor Gezondheidszorg
  • 3. 3 Inhoudsopgave Posters gemaakt door: Archer, Meredith 5 Graaff, Samantha de 29 Baalen, Yvette van 6 Harrevelt, Patricia 30 Ballegooijen, Merel van 7 Heijstek, Marloes 31 Bendeler, Eline 8 Herrewijnen, Jessica 32 Berg, Eva van den 9 Hoogerbrugge, Niamh 33 Berg, Nadia van den 10 Houwelingen, Arianne van 34 Biesebroek, Sandra 11 Huisman, Kirsten 35 Bommel, Elianne van 12 Illidge, Avril 36 Bot, Suzanne & Rosier, Marloes 13 Jansen, Susanne 37 Bouman, Ineline 14 Khieroe, Naomi 38 Bressers, Rick 15 Knaap, Melissa van der 39 Busch, Marijke 16 Kok, Birgitte 40 Charité, Rachelle 17 Kooijman, Anne 41 Dautzenberg, Felice 18 Kooijman, Annette 42 Deelen, Marloes 19 Korenhof, Emma 43 Delden, Jacobine van 20 Lange, Thessa de & 44 Donkersloot, Anne & 21 Singotani, Caricia Sman Gaby van der Langenberg, Cora van de & 45 Eilbracht, Jolyn & 22/23 Zon, Margaret van Kleiman, Florien Latorre, Manuela 46 Ende, John van der 24 Ligt, Saskia de 47 Fabrie, Milou 25 Looijmeijer, Rene 48 Fens, Chrissy 26 Louwman, Eleonora 49 Fokkens, Jantine 27 Lusse, Nathalie 50 Gerritse, Guido 28 Mast, Irma van de 51
  • 4. 4 Inhoudsopgave Posters gemaakt door: Mekking, Deborah & 52 Seters, Joyce van 70 Noordam, Eric Sherwood, Anna Maria 71 Miles, Anita 53 Simons, Mayra 72 Molenaar, Elize 54 Slikboer, Kelly 73 Muller, Kelly 55 Staal, Janette 74 Naerebout, Marit 56 Sturm, Marianne 75 Nerum, Sharon van 57/58 Teertstra, Jorinde 76 Petersen, Bianca van 59 Valkenburg, Patricia van 77 Polderman, Evelien & 60 Visser, Daphne 78 Sinttruije, Lisette van Vlaanderen, Dide 79 Preesman, Janie 61 Voorde, Eunice ten 80 Rietveld, Rick 62 Waaier, Jordi 81 Romein, Cheryl 63 Wal, Linda van der 82 Roodzant, Michaël 64 Wandel, Celine 83 Roskam, Denise 65 Wessels, Liselotte 84 Rossum, Nanneke van 66 Wiel, Marjan van der 85 Schafthuizen, Laura 67 Wit, Gert-Jan de 86 Schanke, Mendy van 68 Woudt, Gaby van‘t 87 Scheele, Lisette 69
  • 5. 5 Burnout preventie bij verpleegkundigen Vraagstelling: Is er in de literatuur een verschil in het optreden van burnout bij verpleegkundigen in ziekenhuizen, verpleeghuizen en thuiszorg en hoe kan informatie bijdragen Achtergrond informatie: aan het voorkomen van of het De prevalentie van burnout in de verminderen van gezondheidszorg is hoog, een op burnoutklachten? de vier verpleegkundige loopt Resultaten: gevaar hier ernstig mee Er is veel wetenschappelijk geconfronteerd te worden. literatuur gevonden over Methode van onderzoek: burnout (klachten) bij Er is een literatuurstudie opgezet verpleegkundigen in waarin er gebruik gemaakt is van verpleeghuizen in 12 Engelstalige wetenschappelijke vergelijking met de artikelen varierend van reviews thuiszorg en ziekenhuis. tot randomise control trials. Conclusie Er valt te concluderen dat burnout vaker voorkomt bij verpleegkundigen werkzaam in een verpleeghuis. Naam: Meredith Archer
  • 6. 6 PLAN VAN AANPAK LITERATUURONDERZOEK FOCUSGROEP FACT team ZHE ‘Met welke ethische dilemma’s worden hulpverleners in de bemoeizorg geconfronteerd en op welke manier gaan zij hiermee om?’ ACT & FACT ETHISCHE KEUZE DILEMMA BEMOEIZORG DILEMMA’S BATEN & KOSTEN GOEDE WIL GEVAARS WEERSTAND HULPVERLENER CRITERIUM & VRIJWILLIGE & LIJDENSDRUK ONVRIJWILLIGE VS. GEVOEL INTUITIE & AUTONOMIE CLIENT HULPVERLENING ERVARING CONTACT MET ETHIEK MOREEL BERAAD DERDEN/FAMILIE STRUCTUUR VOOR- & VERPLEEGKUNDE BUITEN WETEN OM BEROEPSPROFIEL TEGEN VAN CLIENT ARGUMENTEN BEROEPSCODE ZWANGERSCHAP GOEDE ETHISCH DILEMMA CLIENT & VRAGEN ONDERBOUWING MOREEL DILEMMA RONDOM KIJKEN NAAR DE MOREEL BERAAD ANTICONCEPTIE ANDERE KANT ETHISCHE DILEMMA’S BINNEN BEMOEIZORG 18-6-2012 Yvette van Baalen (0813413) 1
  • 7. 7
  • 8. 8
  • 9. 9
  • 10. 10 Bewegen en sport onderzoek Welke invloed heeft bewegen op het gedrag van de Meetinstrument: dementerende ouderen met Cohen Mansfield gedragsproblemen? Agitation Inventory met 3 clusters Literatuur - Bewegen positief effect op Interventies dementerende ouderen; 1. Sport en spel - Wetenschappelijk onderzoek naar 2. Fitness effect op gedragsproblemen is Verschillende tijdstippen schaars. Directe en verlate effecten Methode CMAI + Observatie- en Conclusie meetdagen - Directe effecten - Verlate effecten Ervaring Nadia van den Berg 0808331
  • 11. 11
  • 12. 12 Op welke manier kan een verpleegkundige van de afdeling KC- zuid in het Sophia Kinderziekenhuis algemene voorlichting en uitleg geven aan een kind met het syndroom van asperger of PDD-NOS? Achtergrond Iemand met autisme voelt zich veilig in een aangepaste en beschermde omgeving, veel voorspelbaarheid, waar geen onmogelijke eisen gesteld worden; het gebruik van beloningen en niet straffen. Wij dragen bij aan het geluk van iemand met een autis- tische stoornis als we de omgeving voorspelbaar maken. Ervaringen & Resultaat Hard werken Onderzoeks methodiek Leerzaam. Literatuur Evidence based practice. Praktijk ervaring Interviews Omgaan met stress Werken in een tijdspad Advies boekje Conclusie? Communiceren voor kinderen met een autistische stoornis is niet gemakkelijk. Als verpleegkundige is het belangrijk dat je begrijpt waarom een kind met een autistische stoor- nis op een bepaalde manier reageert, zodat een verpleeg- kundige hier rekening mee kan houden en de informatie kan verstrekken op een manier waar het kind met een au- tistische stoornis baat bij heeft. Elianne van Bommel
  • 13. 13
  • 14. 14 Hoe kunnen verpleegkundigen van de neonatologie- afdeling van het Maasstad ziekenhuis bevorderen dat ouders van een opgenomen kind optimaal gebruik kunnen maken van de mogelijkheden van rooming-in?                                                                        
  • 15. 15
  • 16. 16 ‘De Algemeen Verpleegkundige’ Vraagstelling: Over welke vaardigheden, kennis en attitude dient de AGZ verpleegkundige op afdeling Medium Care Cardiologie binnen het Erasmus Medisch Centrum te beschikken om zorg te kunnen bieden aan patiënten die psychiatrische klachten vertonen ten gevolge van hun cardiologische aandoeningen? Achtergrondinformatie: In de praktijk is er een kloof tussen de AGZ en GGZ. Hogeschool Rotterdam zegt verpleegkundestudenten op te leiden tot algemeen verpleegkundige. Methode van het onderzoek: Onderzoek: - Literatuuronderzoek - Hebben verpleegkundigen in de - Praktijkonderzoek AGZ te weinig kennis en Er zijn12 vragenlijsten afgenomen vaardigheden van psychiatrie? bij HBO verpleegkundigen op de - Hoe is de attitude naar het andere afdeling Cardiologie. vakgebied? - Hoe kunnen kennis en vaardigheden het beste aangevuld worden. Conclusie: De verpleegkundigen zien allerlei Resultaten mogelijkheden om te verbeteren. - Scholingsprogramma: Namelijk zelf, de afdeling of de Bestaand uit verschillende klinische opleiding. lessen waar in elke klinische les een De punten die ze verbeterd zouden ander onderwerp behandeld zal willen zien, zijn de ziektebeelden, het worden. Deze klinische lessen zullen signaleren en bepaalde interventies interactief zijn. die daarbij belangrijk zijn. - HBO-V sluit niet goed aan op de Deze informatie willen ze het liefst in praktijk. de vorm van een klinische les. - Vervolgonderzoek: Hoe is gebrek aan kennis van het andere vakgebied ontstaan of is dit weggezakt? Marijke Busch 0806131 Student Verpleegkunde
  • 17. 17 Protocol adherence Volwassenen IC 3 zuid en 10 zuid Probleemstelling: Er is geen inzicht in de protocol adherence van de verpleegkundigen werkzaam op de afdelingen 3 zuid IC en 10 zuid IC van het Erasmus MC. • Bronchiaal toilet • Verpleegkundige barrières • Observeren • Kwantitatief onderzoek • Resultaten • Conclusie Naam: Rachelle Charité 0805960
  • 18. 18
  • 19. 19 BABY-LED-WEANING Door: Marloes Deelen, 0806808
  • 20. 20 GROEPSVOORLICHTING AAN KINDEREN IN GROEP 7 Behoefte onderzoek bij kinderen in groep 7 en ouders: • Welke voorlichtingsonderwerpen vinden zij belangrijk? • Is er überhaupt behoefte aan een groepsvoorlichting? Jacobine van Delden 0809854
  • 21. 21 Weer ‘heel’ naar huis Optimalisatie van pre- en post operatieve zorgverlening rondom de opname van de chirurgische zorgvrager van >75 jaar Vraagstelling ‘Op welke wijze kan een zorgpad, gericht op de optimalisatie van zowel verpleegkundige pre- als postoperatieve zorgverlening, op de verpleegafdelingen van het Sint Franciscus Gasthuis worden ontwikkeld en geïmplementeerd binnen het elektronisch verpleegkundig patiëntendossier, om een bijdrage te kunnen leveren aan de beperking van functieverlies bij de zorgvrager van >75 jaar na een chirurgische in ingreep tijdens een ziekenhuisopname?’ Achtergrondinformatie Door de toenemende vergrijzing, zien we een toename in het aantal ziekenhuisopnames. Om tegemoet te komen aan de toenemende zorgvraag is innovatie nodig. Naar het voorbeeld van het Senior Friendly Hospital Initiative (RGP 2007) doet de literatuur een voorstel tot het opstellen van een zorgpad. Methode van onderzoek Onde Onderzoeksdesign: beschrijvende onderzoeksvorm Methodiek: kwalitatief onderzoek Methode van dataverzameling: acht semigestructureerde interviews met de verpleegkundigen van de verpleegafdelingen. Conclusie Er is een zorgpad ontwikkeld binnen het elektronisch verpleegkundig dossier gericht op zowel de pre-als postoperatieve zorgverlening aan de oudere chirurgische zorgvrager. Tevens is er naar model van Grol (2000) een implementatieplan opgetseld voor de intergratie van dit zorgpad binnen het elktronisch dossier. Dit zorgpad moet ervoor gaan zorgen dat functieverlies bij de oudere chirurgische zorgvrager van > 75 jaar wordt beperkt. Ervaringen/Resultaten Een bijdrage aan het verpleegkundig beroep: - een eenduidige richtlijn - multidisciplinair inzetbaar - kwaliteitsverbetering - inzicht in het verpleegkundige handelen Anne Donkersloot & Gaby van der Sman HBO-V 4e leerjaar
  • 22. 22
  • 23. 23 Jolyn Eilbracht en Florien Kleiman
  • 24. 24 “Hoe denken jongeren met een chronische aandoening of beperking over de bruikbaarheid van het bordspel SeCZ TaLK als middel om over seksualiteit en intieme relaties te praten?” “Ik ga niet over seks praten met mijn Focusgroepgesprekken: een gestructureerde ouders, dan groepsdiscussie die de reageren ze net als onderzoeker inzicht biedt in na de eerste keer de ervaringen, opvattingen en scheren. Te trots, preferenties van de onderzoeksgroep rond een opschepperig en specifieke vraagstelling opeens zijn er foto’s van!” SeCZ TaLK : Cijfer: • Spelenderwijs leren met en van elkaar 8,7 • Nieuw specifieke kennis • Zorgt voor een veilige, vertrouwde sfeer • Voorkomt problemen in de toekomst “Let’s talk about SeCZ!” Evaluatie van het educatieve bordspel SeCZ TaLK door John van der Ende
  • 25. 25
  • 26. 26 CHRISSY FENS 0793308 Een richtlijn voor multidisciplinaire samenwerking door middel van casusbesprekingen Probleemstelling & achtergrond: Vanuit de afdeling MDL kwam medio september 2011 de vraag of het huidige MDO nog effectief was met als gevolg dat er na het minoronderzoek naar de effectiviteit van het MDO een aantal aanbevelingen volgden. Één van deze aanbevelingen was het bespreken van patiënten door middel van een casusbespreking. In dit beroepsproduct zal er een richtlijn opgesteld worden voor multidisciplinair samenwerken door middel van casusbesprekingen, voor complexe multidisciplinaire patiënten die opgenomen zijn op de afdeling MDL, om zo de kwaliteit van zorg te waarborgen. Vraagstelling: Op welke wijze kan er op de afdeling MDL van het SFG vorm worden gegeven aan de multidisciplinaire samenwerking met behulp van casusbespreking om de effectiviteit van deze samenwerking te verbeteren in vergelijking met het huidige MDO? Methode: Voor de literatuurstudie zijn wetenschappelijke publicaties en boeken gebruikt uit de databanken en mediatheek van de Hogeschool Rotterdam. Op basis van de verzamelde literatuur is de aangehouden structuur en opbouw van de richtlijn voortgekomen. De informatie die nodig was voor het praktijkonderzoek is verzameld door een enquête met een mixed methods design. Om zoveel mogelijk respons op de enquêtes te krijgen zijn de enquêtes persoonlijk uitgedeeld en was het inleverpunt een centrale plek op de afdeling (de ‘uitzak’). Analyse van de literatuur aan de hand van de speciaal opgestelde hoofd- en deelvragen welke een leidraad voor het opstellen van dit beroepsproduct. Ook de enquête is geanalyseerd; De kwantitatieve vragen zijn geanalyseerd met behulp van beschrijvende statistiek, de kwalitatieve vragen met behulp van codes en labels, om zo overzichtelijk de gewonnen resultaten weer te geven. Resultaten: De omschreven richtlijn is gebaseerd op de methodiek voor het opstellen van een richtlijn vanuit het CBO, gecombineerd met de standaarden voor richtlijnontwikkeling van het SFG. De oude richtlijn voor het MDO is ook gebruikt als basis voor de ontwikkelde richtlijn. De verpleegkundige observeert de patiënt. Als de patiënt langer dan 5 dagen opgenomen ligt wordt de COMPRI scorelijst afgenomen en indien de score >5 is wordt er via het EVD een aanvraag voor een casusbespreking gedaan. Wanneer de INTERMED methodiek is ingevoerd zal voor de daadwerkelijke aanvraag eerst een verzoek tot invullen van de INTERMED scorelijst worden gedaan via het EVD. De aanvraag wordt ook overlegd met de seniorverpleegkundige, welke een coördinerende rol heeft. De inhoud van de casusbespreking is afhankelijk van de problemen of knelpunten in het zorgbeleid van de patiënt die aangegeven zijn door de betrokken disciplines tijdens de aanmelding Tijdens. Aanbevolen wordt, bij invoering van de INTERMED methode, om de patiënt te bespreken aan de hand van de vier hoofdvariabelen. Tijdens de casusbespreking wordt de termijn van evaluatie ook bepaald. Tijdens deze evaluatie wordt het gekozen zorgbeleid geëvalueerd. Belangrijk is daarbij of de doelstellingen van de betrokken disciplines behaald zijn met betrekking tot de patiënt. Ook de mogelijkheden voor een aanvullende casusbespreking (bij verandering toestand patiënt e.d.) of een nabespreking (bij haperingen in het proces) moeten bespreekbaar blijven.
  • 27. 27 VERPLEEGKUNDIGE ONTWIKKELING, DE MOTIVATIE EN ACTIVITEITEN. Op welke manier geven de verpleegkundigen op de afdeling Longziekten in het Erasmus MC invulling aan hun continue professionele ontwikkeling en wat ervaren zij daarbij als bevorderende en belemmerende factoren? Het onderwerp van deze Er zijn in totaal 13 interviews afstudeeropdracht gaat over gehouden met verschillend de CPO van Verp. op de afd. opgeleide Verp. Hiervan zijn Longziekten van het Erasmus transcripties gemaakt om de MC. Sommige Verp. zijn resultaten te kunnen gemotiveerd bezig met CPO analyseren. Deze analyse is in en andere Verp. zijn hier veel het kort weer gegeven in een minder (lijkt het) mee bezig tabel met coderingswoorden. en doen ‘gewoon’ hun werk. Van hieruit kon er een Hoe kan dat? conclusie getrokken worden. De conclusie die getrokken worden is dat de definitie van CPO bij alle Verp. bekend is en er veel bij- en nascholing wordt gegeven. Er zijn genoeg klinische lessen, maar deze moeten vaker worden herhaald. Reflecteren kan en moet beter. Action learning is een leerzame activiteit volgens alle Verp. Tijdsgebrek is de belangrijkste belemmerende factor en waardering is de meest bevorderende factor. Van dit onderzoeksproject heb ik veel geleerd dat ik ervaar als een bijdrage in de ontwikkeling van mijn eigen inzichten t.a.v. CPO. De interesse in het proces van continue leren en bijhouden van de snelle ontwikkelingen geeft me uitzicht op een inhoudelijk aantrekkelijke en uitdagende functie in de gezondheidszorg. J.A. FOKKENS
  • 28. 28
  • 29. 29 De verpleegkundige overdracht Achtergrond informatie Methode Probleem afd. Oncologie Plan van aanpak Kwaliteit van zorg verbeteren Literatuurstudie Minorproject  protocol Praktijkonderzoek dmv ontwikkelen interviews Efficiënt en effectief Interviews analyseren Vergelijken met literatuur Protocol ontwikkelen Implementatieplan opstellen Evaluatie momenten Conclusie Protocol op DKS Folder + e-mail versturen Powerpoint + Klinische les Vraagstelling Eerste verantwoordelijke Op welke wijze kan het verpleegkundige aanstellen verpleegkundige Evaluatie momenten overdrachtsprotocol op de afdeling Oncologie in het Sint inschakelen Franciscus Gasthuis Resultaat geïmplementeerd worden zodat de continuïteit en de kwaliteit Implementatie plan van zorg geoptimaliseerd wordt? opgesteld Samantha de Graaff Geen implementatie 0793531 kunnen uitvoeren
  • 30. 30
  • 31. 31 DEMENTIE & BEHOEFTEN De behoeften van ouderen met dementie en mantelzorgers met betrekking tot woonvoorzieningen en zorgvoorzieningen Achtergrond- Vraagstelling Wat zijn de verhalen van informatie: ouderen met dementie en Samen met het hun mantelzorgers over de Kenniscentrum behoeften die ze nastreven Zorginnovatie is de vraag met betrekking tot ontstaan wat de behoeften woonvoorzieningen, zijn van ouderen en hun verleende zorg en mantelzorgers. Deze ondersteuning en wat is behoeften zijn van belang hierbij het verschil tussen voor het doen van de gewenste en werkelijke aanbevelingen voor de situatie? beroepspraktijk. Ervaringen / Methode: resultaten Er is een kwalitatief Ouderen met dementie longitudinaal onderzoek • Behoeften aan eigen verricht naar de behoeften woonvoorziening, van ouderen met dementie privacy en sociale en hun mantelzorgers. Er controle zijn 2 zorgnetwerken Mantelzorgers geïnterviewd die bestaan • Behoeften aan uit 2 ouderen met kleinschaligheid, grote Conclusie: dementie, 4 mantelzorgers kamer, flexibiliteit en De mantelzorgers hebben en 4 zorgprofessionals sociale controle behoeften aan kleinschalige woonprojecten waar de kamers groot zijn en er aandacht is voor de ouderen. Met de behoeften van ouderen wordt weinig rekening gehouden, over het algemeen zijn de ouderen tevreden met de huidige situatie. Marloes Heijstek Hogeschool Rotterdam Contact: 0839333@hr.nl Kenniscentrum Zorginnovatie
  • 32. 32 Het preventiespreekuur in de huisartsenpraktijk Door: Jessica Herrewijnen (0807399) 2008: Door primaire en secundaire 40.868 Nederlanders preventie in de huisartsenpraktijk stierven aan hart- en kan naar voren komen of patiënten vaatziekten (1/3 van alle een verhoogd risico hebben. Ook sterfte) kunnen met het PreventieConsult nieuwe ziektegevallen ontdekt 740.000 Nederlanders worden en zo vroeg mogelijk hadden gediagnosticeerde worden behandeld. diabetes. Conclusie: Preventiespreekuur in de huisartsenpraktijk ‘Hoe kan het preventiespreekuur voor implementeren volgens Grol diabetes en cardiovasculaire bleek uit de literatuur het beste. aandoeningen voor patiënten van Implementatieplan is opgesteld dokter K. in de leeftijd van 65 tot en en wordt uitgevoerd in de met 75 jaar in huisartsenpraktijk praktijk Herman Gorterhof geïmplementeerd worden zodat de doktersassistentes hiermee kunnen werken?’ 90 patiënten waren uitgenodigd voor het preventiespreekuur. Kwantitatief onderzoek in de vorm van een 82,2% (74) is daadwerkelijk pilotonderzoek waar gebruik wordt gemaakt gekomen. Van de 74 van een enquête. patiënten bleek bij 32 van •Meten van tevredenheid van patiënten over hen een verhoogd risico te het preventiespreekuur. zijn tot zelfs de diagnose •Meten of het rendabel is om het diabetes. preventiespreekuur in de huisartsenpraktijk in 82 patiënten reageerden te voeren. positief op het initiatief. •Meten of er nog verbeterpunten zijn. Ieder jaar controle is wat de Drie patiëntengroepen door middel van patiënten graag zouden aselecte steekproef. willen.
  • 33. 33 ONDERZOEK NAAR ACCEPTATIENIVEAU EN VERANDERINGSSTRATEGIEËN BIJ TECHNOLOGISCHE INNOVATIES IN DE ZORG PILOT DIABETESSTATION® VRAAGSTELLING Hoe kan het acceptatieniveau van zorgprofessionals van d e e e r s t e l i j n s z o r g va n Z o r g o p Z u i d b e ï nv l o e d wo r d e n m e t b e t r e k k i n g t o t d e p i l o t va n h e t D i a b e t e s S t a t i o n ® ? A C H T E R G R O N D Het DiabetesStation® is een gedeeltelijk geautomatiseerd interactief meetstation ontwikkeld door samenwerkende partners Laurens Erasmus MC en IPT Medical Services. Voordat tot invoering van het DiabetesStation® wordt overgegaan zal het gebruik METHODE hiervan worden getest middels een pilot in de eerstelijns zorg bij Laurens Maasveld te Rotterdam. Omdat instemming en medewerking van zorgprofessionals aan de pilot een Het is een exploratief en kwalitatief voorwaarde is voor een succesvolle uitvoering, is de wens uitgesproken meningen onderzoek. Door middel van semige- structureerde interviews zijn er zes en visies van deze professionals over het DiabetesStation® te onderzoeken topics besproken: en aanbevelingen te doen door middel van veranderingsstrategieën. Job relevance Management support Output Quality RESULTATEN U it d e a n a ly s e b le e k d at Jo b R e le va n c e , P e r - Perceived Usefulness Subjective norm Trust ceive d Usefulness e n Tr u st een m o g e lij ke n e g at i e v e i n v lo e d h e eft o p h u n i nte nt i e o m h et Deze topics zijn gebaseerd op een ges- D i a b ete s S tat i o n ® te gebr uiken. Hieronder chikt theoretisch model voor acceptatie v a l l e n d e o n d e r w e r p e n : c o n t a c t m e t d e p a t i ë n t, van technologische veranderingen van d e g e s c h i k te d o e lg r o e p, h et v e r v o lg t raj e ct e n Davis (1986). Acceptatie is in dit model p la at s i n d e e e r ste lij n de intentie in het gedrag om ICT te geb- ruiken. (Holden e.a., 2010) CONCLUSIE & AANBEVELINGEN Met behulp van het transtheoretisch model voor gedragsveranderingen van Prochaska & DiClemente (1983) is er antwoord gegeven op de vraagstelling. De onderzoekspopulatie bevindt zich volgens de analyse in de fase Contemplation, gebaseerd op de Stages of Change van het model. Hierbij hebben de zorgprofessionals de intentie om te veranderen binnen zes maanden maar wegen de voor- en nadelen van veranderen nog gelijk. De interventies die hierbij worden aangeraden zijn Consciousness-Raising en Dramatic Relief. Hieruit zijn de volgende interventies voortgekomen: - D e p o s i t i e e n o rg a n i s a t i o n e l e c o n s e q u e n t i e s v a n h e t D i a b e t e s S t a t i o n ® i n d e e e r s t e l i j n s z o rg v e r d u i d e l i j k e n . - E e n p r o t o c o l o n t w e r p e n o v e r h e t D i a b e t e s S t a t i o n ® i n d e e e r s t e l i j n s z o rg . - E e n i n t e r a c t i e v e m e e l o o p d a g o rg a n i s e r e n v o o r z o rg o rg a n i s a t i e s . O p b a s i s v a n d i t o n d e r z o e k i s e e n M a a t s c h a p p e l i j k e B u s i n e s s C a s e o n t w i k k e l d , w a a r m e e h e t g e h e l e o n d e r w e r p i n k a a r t i s g e b r a c h t . Vo o r i n z a g e , i n f o r m e e r b i j o n d e r z o e k e r. N.S. Hoogerbrugge, Hogeschool Rotterdam, 0807878@hr.nl
  • 34. 34 pijn bij chirurgische zorgvragers ‘Het bevorderen van de kennis van de verpleegkundige met betrekking tot pijn, de pijnscore en het pijnbeleid bij chirurgische zorgvragers’ - Afdeling Gynaecologie & Urologie - Arianne van Houwelingen, 0809077
  • 35. 35 De Waakdoos ´een innovatie in de vorm van complementaire zorg´ De Waakdoos De Waakdoos is een doos die kan worden ingezet tijdens het stervensproces. Uit de praktijk is gebleken dat veel mensen stil vallen en moeite hebben om te praten tijdens deze laatste levensfase. Deze doos kan ondersteuning bieden aan de naasten van de patiënt die terminaal is. En zou kunnen bijdragen aan het op gang brengen van een gesprek en zo kan de Waakdoos ervoor zorgen dat het proces van loslaten en afscheid nemen op gang komt. Wanneer er niet meer gesproken kan worden draagt de Waakdoos bij aan het ophalen van verhalen en anekdotes bij de naasten en kan het bijdragen aan een meer ontspannen sfeer rondom het sterfbed. Met behulp van de Waakdoos kunnen de naasten na het overlijden, met een goed gevoel terug kijken op de laatste dagen van afscheid nemen en heeft de Waakdoos een goede invloed bij de rouwverwerking. (waakdoos.nl) Vraagstelling Methode Zijn de verpleegkundigen op de De Waakdoos is geïmplementeerd afdeling oncologie/haematologie in op de afdeling het Maasstad Ziekenhuis op de oncologie/haematologie in het hoogte van het bestaan van een Maasstad Ziekenhuis aan de hand Waakdoos en hoe kan deze een van de richtlijnen van ZonMW ondersteuning zijn in de vorm van (2012). complementaire zorg bij het loslaten, afscheid en waken in de stervensfase van de patiënt? Ervaringen In het Erasmus MC, op de afdeling oncologie/inwendige geneeskunde, is de Waakdoos een jaar actief en een goede aanvulling in de terminale Conclusie fase en/of tijdens het waken. Zij De Waakdoos kan in de vorm van hebben positieve ervaringen met de complementaire zorg (aanvullende doos, die zij altijd als ondersteuning zorg), een bijdrage leveren aan de aanbieden tijdens het waken om de stervende en diens naasten tijdens het ‘ziekenhuissfeer’ om te buigen naar waken en aan de naasten tijdens het een ‘huiselijke sfeer’. rouwproces Door Kirsten Huisman
  • 36. 36 Leefstijl Vraagstelling: Hoe kunnen verpleegkundigen en POH's tijdens consulten in een huisartsenpraktijk een gezonde leefstijl bevorderen bij pre-diabetes patiënten? • Achtergrondinformatie • Conclusie • Onderzoek onder pre- • Verpleegkundigen en diabeten: Gezonder eten POH's moeten competent en meer bewegen zijn met GVO en culturele verlagen de kans op competentie. diabetes met 58% • Vaardigheden: goede • Verpleegkundigen en assessment en POH's zijn de empowerment aangewezen zorgverlener • Strategie: Motivational voor leefstijlinterventies. Interviewing. • Methode • Ervaringen/Resultaten • Kwalitatief onderzoek • Relatie pre-diabetes en • POH's /verpleegkundigen hart en vaatziekte meer • Topics benadrukken. • Kennis, Vaardigheden, • Meer overzichtelijkheid van aanbod in de wijk. • Competenties • Simpeler • Strategieën voorlichtingsmateriaal • ---------------------------------- • Beweegprogramma nodig • Avril Illidge (0827447)
  • 37. 37 Patient controlled epidural analgesia Implementatieplan Susanne Jansen Vraagstelling Achtergrondinformatie Hoe kan het protocol voor de • PCEA is een nieuwe pijn- PCEA op afdeling interne pomp. Continue infuus in de geneeskunde 5N systematisch epidurale ruimte + bolus geïmplementeerd worden onder knop voor de patiënt. verpleegkundigen, rekening Voordeel: motorisch blok houdend met het waarborgen neemt af en patiënt- van de medicatieveiligheid tevredenheid neemt toe. tussen de verschillende • Implementatiemodel van pijnpompen? Grol en Wensing • Aansluiten op de leerstijl van de vpk a.d.h.v. de leercyclus van Kolb. • Medicatieveiligheid waarborgen a.d.h.v sticker. Methode van onderzoek Surveyonderzoek met enquêtes naar leerstijl en belemmerend/bevorderende factoren van implementeren. Conclusie • 56% leerstijl beslisser: leercyclus van Kolb doorlopen. Ervaringen • Implementatie strategie is een • Boeiend onderwerp. klinische les met de volgende acties: • Nuttig voor praktijk. - Tijd en ruimte bieden. • Lastig om voldoende - Communicatie naar de werkvloer respons te krijgen op - Kennis en vaardigheden aanleren. enquêtes. - Voordelen voor zowel patiënten als • Goede begeleiding zorgverleners aantonen. vanuit Erasmus MC. - Positieve bekrachtiging tijdens de • Zeer trots op het klinische les en op de werkvloer. eindresultaat! • Medicatiesticker gebruiken.
  • 38. 38
  • 39. 39
  • 40. 40
  • 41. 41
  • 42. 42 Rooming-in binnen het nieuwe Erasmus MC Voor  welke  volwassen  pa.ëntengroepen  op  algemene  verpleegafdelingen  hee7  de   toepassing  van  rooming-­‐in  een  posi.ef  effect  op  het  herstelproces?   Achtergrond   In  2017  zal  de  nieuwbouw  van  het  Erasmus  MC  in  gebruik  worden  genomen.  Alle  meerpersoonskamers  zullen   plaats  maken  voor  eenpersoonskamers.  Voor  paAënten  komt  de  mogelijkheid  om  een  familielid  of  vriend  te   laten  overnachten  op  de  kamer.  Dit  heet  rooming-­‐in.  Binnen  de  kraam-­‐  en  kinderverpleging  wordt  dit  al   veelvuldig  toegepast,  maar  op  verpleegafdelingen  voor  volwassenen  is  dit  voor  verpleegkundigen  en  paAënten   nog  onbekend  terrein.  Er  wordt  onderzocht  bij  welke  specifieke  paAëntengroepen  de  toepassing  van  rooming-­‐ in  een  funcAonele  bijdrage  kan  leveren  aan  het  herstelproces  en  hoe  verpleegkundigen  hierover  denken.     Methode  van  onderzoek   Het  prakAjkonderzoek  betreL  een  verkennend  kwanAtaAef  onderzoek.  Hierbij  zijn  enquêtes  afgenomen  op  4   afdelingen  binnen  het  Erasmus  MC.     Conclusie   De  aanwezigheid  van  een  familielid  of  vriend  kan  bijdragen  aan  een  ‘healing  environment’.  Het  geeL  de   paAënt  rust,  gevoel  van  veiligheid,  vertrouwdheid  en  steun  en  het  kan  zorgen  voor  angstvermindering  bij   zowel  de  paAënt  als  de  naaste.  Dit  komt  het  herstelproces  van  de  paAënt  ten  goede.  Uit  dit  scripAeonderzoek   blijkt  dat  dit  geldt  voor  o.a.  paAënten  met  demenAe,  een  delier  of  emoAonele/psychische  problemen,  voor   paAënten  in  de  palliaAeve/terminale  fase  of  een  acuut  kriAsche  gezondheidstoestand  en  voor  paAënten  met   een  niet-­‐westerse  cultuur  of  een  verstoorde  communicaAe.     Resultaten  en  ervaringen   In  het  scripAeverslag  is  de  volledige  lijst  opgenomen  met  alle  doelgroepen  voor  rooming-­‐in.  De  meningen   onder  de  ondervraagde  verpleegkundigen  over  de  toekomsAge  invoering  van  rooming-­‐in  binnen  het   ziekenhuis  zijn  nog  erg  verdeeld;  van  heel  posiAef  tot  erg  scepAsch.  Op  dit  gebied  heeL  het  Erasmus  MC  nog   een  hoop  te  doen.  Voor  mij  was  dit  onderzoek  naar  rooming-­‐in  erg  vernieuwend  en  verruimend.   Anne,e  Kooijman  (0807731)  
  • 43. 43
  • 44. 44 Methode/werkwijze: -Literatuurstudie → wetenschappelijke onderbouwing. Ondersteuning indicatoren hoofdthema’s meetinstrument & implementatieplan - Praktijkonderzoek → Fase 1 Observeren & Fase 2 Groepsintervisie
  • 45. 45
  • 46. 46 MAASSTAD ZIEKENHUIS INTERCOLLEGIALE TOETSING Vraagstelling ‘Op welke manier kan intercollegiale toetsing binnen het Maasstad Ziekenhuis worden ingevoerd op de afdelingen waar BIG-handelingen worden uitgevoerd?’ Redenen invoering van intercollegiale toetsing Er vond geen toetsing van de BIG-handelingen plaats Bevorderd veilig werken Bevorderd eenduidig werken Bevorderd kwaliteit verhogend werken Het is een realistische toetsituatie Up-to-date houden van de kennis Onderzoek Literatuuronderzoek Semigestructureerde interviews Draaien van een pilot op verschillende verpleegafdelingen Resultaat en Conclusie Naar aanleiding van het literatuuronderzoek, de interviews en de pilots is de handleiding ‘intercollegiale toetsing’ ontwikkeld. Met behulp van deze handleiding is het mogelijk om intercollegiale toetsing op alle (verpleeg)afdelingen binnen het Maasstad Ziekenhuis te implementeren. Manuela Latorre (0811740)
  • 47. 47 Alcohol & Opiaten Verpleegkundige begeleiding naar verantwoord combinatiegebruik Vraagstelling Methode van “Hoe kan de verpleegkundige binnen het Medisch Sociaal Centrum zuid van Bou- manGGZ een bijdrage leveren aan het begeleiden richting verantwoord gebruik onderzoek van heroïne en methadon bij de patiënt met een alcoholprobleem?” Literatuuronderzoek – wat is verantwoord combinatie- gebruik van alcohol en opia- ten? En wat is passende Achtergrond- verpleegkundige begelei- ding bij langdurig (heroïne-) informatie verslaafden welke overmatig Medisch Sociaal alcohol drinken binnen een Centrum zuid is een polikliniek? polikliniek in Rotter- Praktijkonderzoek – Hoe dam zuid waar dage- groot is het probleem? Pas- lijks zo’n 50 patiën- sen de gevonden interven- ten met een langdu- ties bij de doelgroep en zijn rige heroïneversla- kenmerken? Welke begelei- ving op voorschrift ding past bij de taak van het van een arts onder MSC (medisch sociaal cen- medisch toezicht trum)? heroïne gebruiken Vorm van het onderzoek – en methadon inne- Focusgroep onder verpleeg- men. kundige en ziekenverzor- Naast heroïne en gende en vragenlijsten on- methadon (opiaten) der de patiënten van MSC gebruiken de patiën- zuid. ten andere middelen waaronder alcohol. Alcohol en opiaten hebben beide een dempende werking waardoor gelijktijdig gebruik een risico is voor de gezondheid van de patiënt. Conclusie Motiverende gespreksvoering lijkt een passende in- terventie in het begeleiden naar verantwoord alcohol en opiaten gebruik binnen MSC zuid. Om het gebruik van alcohol gestructureerd te kunnen signaleren is de regelmatige onaangekondigde aanwezigheid van een verpleegkundige in de wachtruimte met een blaas- apparaat aan te bevelen. In de wachtruimte moet ook voldoende informatie met betrekking tot het onderwerp makkelijk toegankelijk zijn. Saskia de Ligt, 2012 0812549
  • 48. 48 René Loomeijer Kwaliteit van zorg vanuit patiëntenperspectief Achtergrond Er is sprake van kwalitatief goede zorg wanneer de zorg zoveel mogelijk is toegesneden op de individuele behoeften van de patiënt, effectief en veilig is. Het is van belang een goed beeld te verkrijgen van de kwaliteit van zorg die GGZ-zorgaanbieders leveren door de mening van patiënten te inventariseren. De langdurige alcoholverslaafde zorgwekkende zorgmijder die woonachtig is in een eigen woning en niet klinisch is opgenomen wordt zeer moeizaam bereikt als het gaat om onderzoek naar patiënttevredenheid binnen BoumanGGZ. Doel Bepalen wat de mate van tevredenheid is van de alcoholafhankelijke patiënten van het team Ambulante Team en Toeleiding (ATB) over de geleverde zorg en de uitkomst hiervan verwerken in een concreet verbetervoorstel Methode Gegevens voor dit kwantitatief onderzoek zijn verkregen door de onderzoekspopulatie met behulp van de Nederlandstalige Short Rating Scale (SRS) te vragen naar hun mening m.b.t. het bewuste behandelcontact. Door de uitslagen als een gemiddelde weer te geven en uit te drukken in een waardering kan uiteindelijk het antwoord gegeven worden op de vraag hoe de alcohol afhankelijke en zelfstandig wonende patiënten van de afdeling ATB de door deze afdeling geleverde zorg ervaren. Resultaten De steekproef onder 85 patiënten van het ATB levert met behulp van de SRS een netto respons op van 14%. Iets minder dan de helft (41%) beoordeelt de geleverde kwaliteit van zorg als slecht. Het gemiddelde resultaat geeft antwoord op de vraag hoe de alcohol afhankelijke en zelfstandig wonende patiënten van de afdeling ATB de door deze afdeling geleverde zorg ervaart: redelijk. Conclusie De gemiddelde waardering ‘redelijk’ impliceert dat de kwaliteit van zorg aan zorgwekkende zorgmijders verbeterd kan worden. Wat opvalt is de lage respons. Een grote rol hierbij speelt het lage percentage (54%) patiënten dat het vragenformulier is voorgelegd. Daarnaast moet de zorgverlener de SRS gaan gebruiken waarvoor het uiteindelijk bedoeld is: het vragen van feedback op een waardering en deze feedback gebruiken om de behandelrelatie te optimaliseren. Aanbevelingen Als gevolg van de conclusies en voorgestelde verbeteringen worden de volgende aanbevelingen gedaan: - Onderzoeken wat ten grondslag ligt aan het feit dat er weinig patiënten bevraagd zijn binnen dit onderzoek. - Onderzoeken welke andere responsverhogende factoren toegepast kunnen worden. - Repliceren van dit onderzoek. - De patiënt bij minimaal 2 behandelcontacten de vragenlijst voorleggen. - Per individueel deelnemend zorgverlener inventariseren wat de respons is en wat belemmerende factoren zijn. - Patiënt moet bij het invullen van het vragenformulier gecontroleerd worden op het gebruik van alcohol. - Scholen van personeel in het gebruik van de SRS -De SRS implementeren. Het uiteindelijke doel van deze aanbevelingen is het verbeteren van de kwaliteit van zorg.
  • 49. 49
  • 50. 50 Achtergrondinformatie Vraagstelling Over de manier waarop dementie ervaren wordt door de Hoe wordt dementie van een naaste door de mantelzorgers is weinig bekend, terwijl betrouwbare mantelzorgers ervaren en in welke mate beïnvloedt informatie over de persoonlijke beleving en persoonlijke dit de relatie met de oudere met dementie? ervaring van een patiënt of mantelzorger een grote steun kan zijn voor andere patiënten en mantelzorgers. Om ervoor te zorgen dat de zorg die verpleegkundigen leveren goed wordt afgestemd op de behoeftes van de ouderen, maar ook op die van de mantelzorgers, is meer inzicht in de ervaringen van ouderen met dementie noodzakelijk. De belevingswereld van mantelzorgers rondom dementie Door Nathalie Lusse (079865) Methode van zoeken Hogeschool Rotterdam Voor dit kwalitatieve onderzoek zijn interviews gehouden met vier mantelzorgers uit twee verschillende zorgnetwerken, naar hun ervaringen met dementie. Twee van deze mantelzorgers zijn partner van een oudere met dementie en de andere twee mantelzorgers zijn volwassen kinderen. Ervaringen/resultaten Conclusie De partners ervaren gevoelens van eenzaamheid en Dementie leidt bij partners tot een verlies van verlies als zij vertellen over dementie bij hun onderlinge verbondenheid, waardoor zij een sterk echtgenoot/echtgenote. De impact van de aandoening gevoel van eenzaamheid ervaren. op de relatie is afhankelijk van de leeftijd van het echtpaar en de kwaliteit van de relatie voorafgaand aan Dementie van een ouder leidt bij volwassen kinderen de ziekte. tot gevoelens van verlies en machteloosheid. De kinderen ervaren gevoelens van verlies en machteloosheid. Hun betrokkenheid bij de zorg is afhankelijk van de leeftijd van de ouders en de De impact die de aandoening heeft op hun relatie, is zelfredzaamheid van de ouders. De impact die de voor zowel partners als volwassen kinderen afhankelijk aandoening heeft op de relatie is afhankelijk van de van de kwaliteit van de relatie, voordat de ziekte zich kwaliteit van de relatie voordat de ziekte zich manifesteerde. manifesteerde en deze kinderen ervaren de impact in mindere mate dan hun ouders
  • 51. 51 Centra voor Anticonceptie, Seksualiteit en Abortus Twijfel bij de besluitvorming bij een ongeplande zwangerschap PROBLEEMSTELLING : Een deel van de cliënten die CASA bezoekt voor een abortus, heeft op de dag van behandeling nog twijfel over het te nemen besluit; wel of geen abortus. VRAAGSTELLING: Hoe kunnen de verpleegkundigen van CASA het huidige aanbod aan cliënten die twijfelen over de besluitvorming bij ongeplande zwangerschap optimaliseren? THEORETISCHE ACHTERGROND: • 27 % van de vrouwen die een abortuskliniek bezoekt heeft enige vorm van twijfel over het te nemen besluit (Evaluatie WAZ 2005) • Een goede besluitvorming is de basis van een goede verwerking van abortus METHODE VAN ONDERZOEK: Een kwantitatief onderzoek door middel van een enquête onder alle 58 verpleegkundigen werkzaam in de zes klinieken van CASA. De enquête bestaat uit 23 gesloten en 5 open vragen en is onderverdeeld in drie thema’s; 1. Het hulpverleningsaanbod van CASA 2. De samenwerking met de Fiom (Maatschappelijk werk) 3. Informatieaanbod op website/brochure ter ondersteuning van de besluitvorming RESULTATEN EN CONCLUSIE: • Tijdens het intakegesprek is er onvoldoende tijd voor uitgebreide counseling • De samenwerking met de Fiom is belangrijk voor de kwaliteit van de hulpverlening • De samenwerking met de Fiom moet verbeterd worden • Het merendeel van de verpleegkundigen is van mening dat informatie ter ondersteuning van de besluitvorming via website of brochure een goede aanvulling op de hulpverlening zou kunnen zijn AANBEVELINGEN VOOR DE PRAKTIJK: 1. Het management moet de tijd die wordt ingepland voor het intakegesprek in heroverweging nemen 2. De samenwerking met de Fiom kan verbeterd worden door per kliniek een verpleegkundige als contactpersoon aan te stellen. Zij draagt zorg voor regelmatig overleg tussen de medewerkers van CASA en de Fiom 3. In overleg met de Fiom gebruik maken van een verwijsbrief en terugkoppeling na een besluitvormingsgesprek 4. Kennismaking met de hulpverleners van de Fiom in de regio wordt ingepast in het inwerktraject van nieuwe verpleegkundigen van CASA IMPLICATIE VOOR VERVOLGONDERZOEK: Onderzoek verrichten naar informatievoorzieningen en zelfhulpmiddelen via website of brochure ter ondersteuning van de besluitvorming. In Nederland wordt dit nog niet Children by Choice toegepast. Als voorbeeld kunnen de websites ‘Children by Choice’ , ‘Pregnancyoptions’ en de brochure ‘Unsure about your Preganancy? A guide to making the right dicision for you’ van The National Abortion Federation (NAF) dienen. Irma van der Mast - i.vandermast@casa.nl - Hogeschool Rotterdam - 0550626 - Juni 2012
  • 52. 52 Afstudeeronderzoek Vraagstelling: Op welke wijze kan een nieuw specialisme het beste worden geïntroduceerd op de verpleegafdeling Orthopedie, plastische chirurgie, KNO en kaak chirurgie, waarbij de kwaliteit van zorg, geleverd door verpleegkundigen, voor de patiënten blijft gewaarborgd? Conclusie Aanleiding: - Richtlijn moet ervoor zorgen - Introductie van dat et personeel voorbereid is nieuw specialisme door: - Personeel niet goed - Kennis en vaardigheden te voorbereid hebben - Zorg voor patiënten niet optimaal -protocollen voor handen - Er moet een - Duidelijk beleid richtlijn ontwikkeld worden Resultaten - Niet goed voor bereid De richtlijn en de checklist. - Kennis tekort Vraagstelling - Onduidelijkheid beleid - Wel interessant & leerzaam Literatuurstudie Praktijkonderzoek - Richtlijnen - Implementeren - Enquête - Implementatie - Ervaringen Strategieën - Kennis & vaardigheden - Voorbereiding afdeling - Communicatie In samenwerking met: Eric Nooram 0814171 Deborah Mekking 0798735
  • 53. 53
  • 54. 54
  • 55. Invloed van de wijze van implementatie van protocollen op de protocol adherence van verpleegkundigen. Het praktijkonderzoek heeft de volgende vraagstelling: Houden de verpleegkundigen op de Intensive Care afdelingen 3 zuid en 10 zuid binnen het Erasmus Medisch Centrum zich aan het gehanteerde studieprotocol 'Bronchiaal Toilet' en speelt de wijze van implementatie hierin een rol? Achtergrondinfo: Het bronchiaal toilet is een interventie die veel uitgevoerd wordt op de Intensive Care afdelingen van het Erasmus Medisch Centrum. Op deze manier wordt sputum verwijderd bij beademde patiënten waardoor een optimale ventilatie van de patiënt kan worden gewaarborgd. Om na te gaan of er een relatie is tussen het ontstaan van de exogene sputum kolonisaties en het De wijze van implementatie gebruik van steriele handschoenen wordt hier onderzoek naar heeft volgens de literatuur Meelopen op de gedaan. Om een zuivere uitspraak te kunnen doen over de invloed op de adherence van de Intensive Care primaire uitkomsten van het bronchiaal toilet onderzoek is het van verpleegkundigen op een belang dat inzicht is verkregen in de protocol adherence van de protocol. Hier is in de praktijk afdeling was verpleegkundigen met betrekking tot de studieprotocollen niet veel informatie over omdat indrukwekkend behorend bij het bronchiaal toilet onderzoek. er geen inzicht was in de en leerzaam. verschillende manieren van implementeren op de Intensive Eigen maken van Methode: -Literatuuronderzoek Care afdelingen. De enige observatiemetho -Observaties op de Intensive Care afdelingen: door manier die werd genoemd door de. Inzicht in meerdere HBO-V studenten wordt er nagegaan of de de verpleegkundigen was de klinische les die werd gegeven. adherence van Intensive Care verpleegkundigen zich houden aan het op Niet duidelijk is of de klinische de de afdeling gehanteerde studieprotocol. les actief of passief wordt verpleegkundige gegeven. Volgens de literatuur Implementatie: een verandering of aanpassing binnen de Intensive neemt de adherence toe door n. Vergelijking Care wordt via een klinische les werd gepresenteerd en een protocol op een actieve maken met manier te implementeren. ervaring op eigen geïnstrueerd. 55 afdeling
  • 56. 56 Formaliteit of van levensbelang? De aansluiting van verpleegkundig onderwijs en praktijkstage Centrale vraagstelling: Sluit het vanuit de opleiding beoogde beroepsgerelateerde competentieniveau van eerste- en tweedejaars stagiaires van de opleiding Hbo-verpleegkunde van de Hogeschool Rotterdam aan op de verleende verpleegkundige zorg verleend op DPS3? (Patiënt) )veiligheid Welzijn stagiaire Anticipatie op acute situaties Stress Vraagstelling literatuurstudie: Wat is het belang van de aansluiting van het Handelswijze beredeneren Coping formele onderwijs op de praktijkstage van eerste- en tweedejaars studenten Vergroot het vermogen tot: verpleegkunde en welke factoren spelen hierbij een belangrijke rol?’ Concentratie Observatie Ontwikkeling Risico inschatting Kenmerken verpleegkundige zorg DPS3 Controle Kader voor praktijkervaring GGZ competentievergroting: Verhoogt leerrendement Thema 1: Patiëntenzorg Suïcidepreventie - Diversiteit Agressie - Comorbiditeit psychiatrie en somatiek Achterdocht - Postpartum psychiatrie Herkennen beelden Thema 2: Intensiteit van zorg - Ernst van het psychiatrisch beeld bij opname - Ernst van het psychiatrisch tijdens bij opname - Werkdruk en ondersteuning Thema 3: Stage begeleiding Onderzoeksmethoden: - Verpleegkundige zorg v.s. onderwijs - Focus groep verpleegkundigen - Testimonials oud-stagiares Slotconclusie De aansluiting van het onderwijs op de verpleegkundige zorg van de afdeling is onvoldoende. Met name de diversiteit, comorbiditeit en hevigheid van zorg maakt de afdeling ongeschikt als stageafdeling voor eerste- en tweedejaars HBO-V studenten Marit Naerebout
  • 57. 57 PIJNBESTRIJDING BEGINT BIJ JEZELF! IMPLEMENTATIE PATIENT CONTROLLED EPIDURAL ANALGESIA Sharon van Nerum Sophia Kinderziekenhuis Afdeling Kinderchirurgie Noord
  • 58. 58
  • 59. 59
  • 60. 60 Verder met de Nier Groei-wijzer Achtergrondinformatie: Vraagstelling: Uit onderzoek blijkt dat ‘Welke aanpassingen zijn er nodig zelfmanagementondersteuning in de Nier Groei-wijzer volgens van belang is bij jongeren met een zorgverleners in de praktijk voor chronische nieraandoening; gebruik tijdens consulten met jongeren worden verantwoordelijk kinderen/jongeren met een voor hun behandeling en kwaliteit chronische nieraandoening?’ van leven wordt daardoor gunstig beïnvloedt Methode: Resultaten: Door middel van kwalitatief - Informatievoorziening onderzoek via focusgroepen is - Vorm en opbouw onderzocht welke aanpassingen - Doelgroep zorgverleners nodig vinden in het gebruik van de Nier Groei-wijzer in - Inhoud Nier Groei-wijzer de praktijk. -Domein ‘Zorg, gezondheid’ Conclusie: De zorgverleners zijn het er met elkaar over eens dat het domein ‘Zorg, gezondheid’ aangepast dient te worden met betrekking tot de lengte, formulering en relevantie van de items. Ook inhoudelijk in de Groei-wijzer zijn er aanpassingen nodig. Evelien Polderman en Lisette van Sinttruije
  • 61. 61 Implementatieplan Familieparticipatie in de GGZ Hoe kan het sociale netwerk van de patiënten op de woonvorm ‘de Idahoeve’ meer betrokken worden. Familie is belangrijk voor patiënten en speelt nu geen grote rol. Wat betreft ervaringskennis of mantelzorg. Het onderzoek is uitgevoerd in de literatuur en de praktijk . De conclusie is dat familieparticipatie een win-win situatie is voor patiënt, familie en verpleegkundigen. Resultaat: aanbevelingen voor familiebeleid Janie Preesman.
  • 62. 62 Door : Rick Rietveld Afdeling: Leerunit Medium Care Cardiologie in het Erasmus Medisch Centrum Praktijkbegeleiders: Patrick van Stijn en Esther Schumann Scriptiebegeleider: Christine Rietveld Inleiding Methodiek Resultaten Conclusie Aanbevelingen Discussie
  • 63. 63
  • 64. 64
  • 65. 65
  • 66. 66
  • 67. 67 Intercollegiale toetsing Vraagstelling: “Op welke manier kunnen verpleegkundigen werkzaam op de afdeling Orthopaedie bewust gemaakt worden van zowel het eigen als elkaars handelen en hierop kritisch reflecteren met als doel verbetering van de patiëntenzorg en de ontwikkeling van de verpleegkundige als individu?” Doelstelling: “Door middel van kwalitatief onderzoek zal er een advies aangereikt worden voor het toepassen van intercollegiale toetsing aan de afdeling Orthopaedie van het Erasmus MC. Dit product zal halverwege juni 2012 aangereikt worden aan de opdrachtgever en bevat informatie en aanbevelingen voor het implementeren van intercollegiale toetsing.” Aanleiding: Na inventarisende gesprekken met de verpleegkundigen en het unithoofd van afdeling Orthopaedie, Erasmus MC bleek er behoefte aan een effectieve methode van intercollegiale toetsing die zou bijdragen aan betere kwaliteit van de patiëntenzorg. Bij een deel van de verpleegkundigen bleek een gebrek aan motivatie om hier aan bij te dragen. Methoden van onderzoek: -Literatuuronderzoek; Wat is er reeds bekend in de literatuur? -Kwalitatief onderzoek; interviews met een aantal betrokken verpleegkundigen. Resultaten: -Te weinig draagvlak -Onvoldoende succes Kort Cyclisch Verbeteren -Gebrek aan waardering Conclusie en Aanbevelingen: -Draagvlak creëren door inzichtelijk maken van cijfers en richten op preventieverbetering -Kort Cyclisch Verbeteren opnieuw onder de aandacht brengen, één probleem per keer behandelen en SMART formuleren -Positieve insteek naar de verpleegkundigen toe en waarderen wat wél goed gedaan wordt Laura Schafthuizen 0796234
  • 68. 68 Aanbevelingen voor de artsenvisite voor verpleegkundigen en arts-assistenten, Havenziekenhuis chirurgie/orthopedie. Literatuurstudie: Artsenvisite Samenwerking Praktijkonderzoek: Communicatie Kwantitatief Kwaliteit van zorg Enquêtes Rapportage tijdens de visite Verpleegkundigen Belemmerende & 67% respons (20/30) Bevorderende factoren Arts-assistenten 50% respons (3/6) Aanbevelingen& Resultaten -Vast tijdstip visite Aanbeveling Zakkaartje: -Direct uitwerken 1. Algemeen welbevinden patient opdrachten arts-assistent 2. Voeding en vocht (Smaak, reuk) - Piepers+telefoon afgeven 3. Uitscheiding (Frq., misselijkheid/braken) - Nachtdienst aanvullen 4. Activiteiten patiënten kar voor (Mobiliseren/stappenplan) papieren arts 5. Rust (Slapen, dromen) 6. Pijnbeleving (Pijnscore, wondpijn) - Papieren visite, privacy 7. Ademhaling (Ophoesten, inhalatie) - Verpleegkundige 8. Verwerking (OK/IC, ontslag) voorbereiding op visite 9. Beleidsafspraken (Consulten, recepten, poli-afspraak, infuzen, drains, catheters, Zuurstof, vochtbeleid). Student: Mendy van Schanke 4e jaar HBO-V, juni 2012
  • 69. 69 Vraagstelling “Wat zijn de belemmerende en bevorderende factoren in relatie tot het ontslagtraject op de afdelingen chirurgie/urologie van het Ikazia ziekenhuis, en welke activiteiten moeten worden ondernomen om het ontslagtraject te verbeteren, zodat de continuïteit en kwaliteit van zorg gewaarborgd blijft?” Achtergrondinformatie In de literatuur wordt er veel geschreven over ontslag en nazorg van patiënten die worden ontslagen uit het ziekenhuis. Het ontslag uit het ziekenhuis is een proces en niet een op zichzelf staande gebeurtenis. Het is belangrijk dat patiënten en eventueel hun naasten al tijdens de opname betrokken worden bij de zorg en de voorbereiding op het ontslag. Dit zorgt ervoor dat patiënten op het juiste moment van hun behandeling met voldoende kennis worden ontslagen uit het ziekenhuis (Shepperd et al. 2010). Wanneer patiënten niet goed geïnformeerd met ontslag gaan, kunnen in de thuissituatie problemen optreden. Dit kan tot gevolg hebben dat zij onzeker of angstig worden. Vaak komen pas in de thuissituatie allerlei praktische vragen naar boven (ten Have 2006). Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat de continuïteit van zorg en de kwaliteit van de ontslagbegeleiding vanuit ziekenhuizen verbeterd kan worden als de ontslagvoorbereiding van patiënten op een gestructureerde wijze wordt aangepakt (Moons & Steeman 2001). Beschrijvend kwantitatief, cross-sectioneel onderzoek. 30 verpleegkundige enquêtes Respons: 76% Lisette Scheele – Ikazia ziekenhuis – 6 patiënten: Telefonische enquête 21 patiënten: Patiënt tevredenheid Hogeschool Rotterdam – Juni 2012 onderzoek geanalyseerd.
  • 70. 70 Methode: Tijdens het praktijkonderzoek zijn alle data verzameld d.m.v. observaties op de Vraagstelling: afdelingen 3 & 10 Zuid IC specifiek gericht op de bronchiaal toilet procedure. De Wat is er in de praktijk te zien van de observaties zijn gedaan door het observeren factoren die van invloed zijn op protocol via de monitor m.b.v. adherence onder verpleegkundigen op de observatieformulieren. Tijden de afdelingen 3 en 10 Zuid IC in het Erasmus onderzoeksperiode zijn er vijf dagen MC, zoals gevonden in de literatuur?’ geobserveerd. De observaties zijn geanalyseerd d.m.v. de kwantitatieve data- analyse, m.b.v. Excell en SPSS zijn de gegevens verwerkt. Achtergrondinformatie: Binnen de Intensive Care afdelingen in het Erasmus MC vindt er een onderzoek plaats waarbij er onderzocht wordt of het toevoegen van steriele handschoenen aan de bronchiaal toilet procedure een reductie van het aantal exogene sputumkolonisaties geeft. Om betrouwbare en valide resultaten te krijgen, moet de protocol adherence onder de verpleegkundigen met betrekking tot de bronchiaal toilet procedure goed zijn. Resultaten/ervaringen: Individuele conclusie: Op de afdeling 3 Zuid IC werd de bronchiaal Er komen een aantal belangrijke factoren toilet procedure in de meeste gevallen door naar voren die van invloed zijn op de één persoon uitgevoerd. Het schort en protocol adherence. De handeling werd vaak handschoenen werd in bijna 100% van de door 1 persoon uitgevoerd, waardoor er vaak uitgevoerde handelingen gebruikt. Echter handelingen uit het protocol niet werden het masker werd maar voor 30% gebruikt. uitgevoerd. daarnaast heeft de ervaring van De materialen bleven in driekwart van alle de verpleegkundigen invloed. De protocol uitgevoerde handelingen steriel en/of adherence is op 3 Zuid redelijk goed. schoon. Tijdens het praktijkonderzoek was er één Gezamenlijke conclusie: beperking dat van invloed was op de Op de afdelingen 3 & 10 Zuid houdt ruim de resultaten, namelijk dat het wassen en helft van de verpleegkundigen zich niet aan desinfecteren van de handen niet goed het studieprotocol ‘Bronchiaal Toilet’. geobserveerd kon worden. Hierdoor kan hier Concluderend kan er gezegd worden dat de geen goede uitspraak over gedaan worden. protocol adherence op beide afdelingen nog Joyce verbeterd kan worden. van Seters
  • 71. 71
  • 72. 72
  • 73. 73 Signaleringsplannen Een middel om agressie te verminderen en te voorkomen Vraagstelling Methode onderzoek Hoe ziet het beleid eruit rondom het - Focusgroep gebruik van signaleringplannen op de - Vragen en stellingen afdeling ouderenpsychiatrie Nieuwe - 3 verpleegkundige, 1 arts, 1 Binnenweg, 1e etage gesloten opname, zodat psychiater, teamleidster het implementeerbaar, uitvoerbaar en continueerbaar is voor de afdeling? Achtergrondinformatie - Afdeling ouderenpsychiatrie Nieuwe Binnenweg - Regelmatig agressie - Signaleringsplannen niet eerder geïmplementeerd Conclusie Signaleringsplannen zijn effectief, maar de afdeling is niet geschikt voor het opstellen van het gehele plan. Aanbevelingen - Multidisciplinair overleg - Theoretische informatie (klinische les, handvaten) - Methode opstellen (verantwoordelijk, geschikt, 7-stappenplan, fasenmodel) Afstudeeropdracht - Continuering (afsprakenmap, evalueren) Kelly Slikboer - Bijeenkomst team referentiekader agressie Juni 2012 - Onderzoek motivatie team
  • 74. 74
  • 75. 75