3. Begrip overheidsopdracht
Aanneming van werken, leveringen of diensten ICT:
levering of dienst of combinatie van beide
Ten bezwarende titel
Aanbestedende instantie : aanbestedende
overheid, overheidsbedrijf of aanbestedende entiteit
zorginstellingen = aanbestedende overheid (zie verder)
Co-contractant: aannemer, leverancier of dienstverlener
kan ook aanbestedende instantie zijn “inhouse” opdrachten
(Teckal-doctrine)
Gevolg: bijzonder, publiekrechtelijk kader voor de
totstandkoming (precontractuele fase) en de uitvoering
(contractuele fase) van het aannemingscontract, bovenop
privaatrechtelijk kader van toepassing op sluiten en uitvoeren
gemeen aannemingscontract
3
4. Structuur huidige wetgeving inzake overheids-
opdrachten
Wet van 24 december 1993
Boek I, Titel I
Boek IIbis
Klassieke overheids- Overheidsopdrachten Opdrachten speciale
opdrachten speciale sectoren sectoren gelijkgesteld met
overheidsopdrachten
Boek I, Titels II en III (art. 4- “algemene nutsectoren”
23) “bijzondere nutsectoren”
Boek I, Titel IV (art. 24-46)
Boek II (art. 47-63)
In stadium gunning KB 8 januari 1996 KB 10 januari 1996 KB 18 juni 1996
(precontractuele fase)
In stadium uitvoering KB 26 september 1996 (AUR en AAV) -
(contractuele fase)
p. 4
5. Komende structuur wetgeving inzake
overheids- opdrachten
Wet van 15 juni 2006 Opdrachten defensie
en veiligheid
Titels I en V
Wet 13 augustus 2011
Informatie, motivering en rechtsbescherming: Boek II bis Wet 24 december 1993 (art. 80 Wet 15
(in werking getreden
juni 2006)
6 februari 2012)
Klassieke overheids- Overheidsopdrachten Opdrachten speciale
Aangepaste versie:
opdrachten speciale sectoren sectoren gelijkgesteld
Boek II bis Wet 24
met
Titel II (art. 5-43) “algemene december 1993 (cf.
overheidsopdrachten
nutsectoren” KB 24 januari 2012)
“bijzondere
Titel III(art. 44-55)
nutsectoren”
Titel IV (art. 56-72)
In stadium gunning KB ‘Plaatsing’ 15 juli KB ? KB ? KB 23 en 24 januari
2011 2012 (in werking
(precontractuele fase)
getreden 6 februari
2012)
In stadium uitvoering KB Uitvoering 14 januari 2013 - KB 14 januari 2013
(inwerkingtreding onbepaald) (voorlopig analoge
(contractuele fase)
toepassing KB 26
september 1996)
5
6. Gunning (pre- Uitvoering
Concept Voorbereiding contractuele (contractuele
fase) fase)
Behoefte Opmaak Zie volgende slide Opvolging prestaties
(technisch, financieel, juridisch aanbestedingsdocumen- Remedies (sancties,
, beleidsmatig, …) ten: aankondiging + bestek ambtshalve maatregelen, …)
Rechtsverhoudingen: is er + mogelijke
contract nodig? technische/economische
bijlagen
Kwalificatie contract als Beslissingsproces binnen Facturatie & betaling
overheidsopdracht / bestuur als aanbestedende
concessie: overheid: cf.
-Aanbestedende overheid? bevoegdheidsverdeling
- Aanneming van werken, organiek kader bestuur (wie
leveringen of diensten? beslist wat tijdens gunning /
- concessie/promotie/… uitvoering)
Keuze gunningsprocedure / Aanbestedingsdocument-en Oplevering & Aanvaarding
wijze van uitschrijven / i.g.v. aftoetsen met experts
onderhandelingsprocedure: (extern/intern)
bijzonderheden verloop
onderhandelingen
Rechtsbescherming: Rechtsbescherming
-In natura (herstel van rechten) (contractueel contentieux)
- Bij equivalent (schadevergoeding ipv verloren rechten)
6
7. Gunningsproces Contractsluiting
Openingszitting Gunningsbeslissing
(KS, RM, GC)
Open procedure
A
I
A
N
N
S
B
T Gunningsbeslissing
E Selectiebeslissing
A (RM, GC)
S (KS)
T
T
E
A Beperkte procedure
N
D
T
E
I
N
E
D
E
Onderhandelingsprocedure
Onderhande-
Lingen /
Bekendmaking Aanvraag Bestek Offerte 2e offerte /
tot deelname Voorkeurs-
bieder
Marktpartij (kandidaat, gegadigde, inschrijver
7
8. Basisbegrippen
Gunningsprocedures:
Open procedure (art. 3, 5 Wet 15 juni 2006 cf. openbare aanbesteding en algemene
offerteaanvraag) : de gunningsprocedure waarbij elke belangstellende aannemer, leverancier
of dienstverlener een offerte mag indienen en waarbij de openingszitting van de offertes
openbaar is;
Beperkte procedure (art. 3, 6 Wet 15 juni 2006 cf. beperkte aanbesteding en
offerteaanvraag): de gunningsprocedure waarbij elke belangstellende aannemer, leverancier
of dienstverlener een aanvraag tot deelneming mag indienen en waarbij alleen de door de
aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf geselecteerde kandidaten een offerte mogen
indienen en aanwezig mogen zijn op de openingszitting van de offertes;
Onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking (art. 3, 7 Wet 15 juni 2006 cf. art. 17, 2
en 39, 2 Wet 24 december 1993) : de gunningsprocedure waarbij de aanbestedende
overheid of het overheidsbedrijf de door haar gekozen aannemers, leveranciers of
dienstverleners raadpleegt en over de voorwaarden van de opdracht onderhandelt met één
of meer van hen;
Onderhandelingsprocedure met bekendmaking (art. 3, 8 Wet 15 juni 2006 cf. art. 17, 3 Wet
24 december 1993): de gunningsprocedure waarbij elke aannemer, leverancier of
dienstverlener een aanvraag tot deelneming mag indienen, waarbij alleen de geselecteerden
een offerte mogen indienen en waarbij over de voorwaarden van de opdracht kan worden
onderhandeld met de inschrijvers. Voor opdrachten die het bedrag voor de Europese
bekendmaking niet bereiken, kan de Koning in de mogelijkheid voorzien dat elke
belangstellende aannemer, leverancier of dienstverlener een offerte mag indienen;
8
9. Basisbegrippen (2)
Verschillende beslissingen doorheen procedure:
Aanvraag tot deelneming (art. 2, 7 Wet 15 juni 2006) : de
schriftelijke en uitdrukkelijke wilsuiting door een kandidaat om
geselecteerd te worden voor een opdracht, een lijst van
geselecteerden of een kwalificatiesysteem;
Selectie (art. 2, 8 Wet 15 juni 2006) : de beslissing van de
aanbestedende overheid tot keuze van de kandidaten of
inschrijvers op grond van het toegangsrecht en de kwalitatieve
selectie
Offerte (art. 2, 11 Wet 15 juni 2006) : de verbintenis van de
inschrijver om de opdracht uit te voeren op grond van de
opdrachtdocumenten en tegen de voorwaarden die hij biedt;
9
10. Basisbegrippen (3)
Gunning van de opdracht (art. 3, 16 Wet 15 juni 2006): de beslissing
van de aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf om de gekozen
inschrijver aan te wijzen; waarom dan KB „Plaatsing‟? (zowel
aspecten van gunning als sluiting)
Sluiting van de opdracht (art. 3, 17 Wet 15 juni 2006): de
totstandkoming van de contractuele band tussen enerzijds de
aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf en anderzijds de
opdrachtnemer;
Cf. Boek II bis art. 65/1:
10 gunning van de opdracht: de beslissing van de aanbestedende instantie
om de gekozen inschrijver aan te wijzen en
11 sluiting van de opdracht: de totstandkoming van de contractuele band
tussen de aanbestedende instantie en de begunstigde
Perceel (art. 3, 22 Wet 15 juni 2006): de onderverdeling van een
opdracht, die apart kan worden gegund, in principe met het oog op een
gescheiden uitvoering KB Plaatsing: opties, percelen en varianten
10
11. Basisbegrippen (4)
Aannemer, leverancier of dienstverlener (art. 2, 5 Wet 15 juni 2006) : elke
natuurlijke of rechtspersoon, elke overheidsinstelling of elke combinatie van
deze personen of overheidsinstellingen die respectievelijk de uitvoering van
werken of van bouwwerken, leveringen of diensten op de markt aanbiedt.
Wisselende hoedanigheid doorheen de procedure:
Kandidaat (art. 2, 6 Wet 15 juni 2006) : de aannemer, leverancier of
dienstverlener die een aanvraag tot deelneming indient met het oog op
zijn selectie voor een opdracht, een lijst van geselecteerden of een
kwalificatiesysteem
Geselecteerde (art. 2, 9 Wet 15 juni 2006) : de kandidaat die bij de
selectie gekozen is
Inschrijver (art. 2, 10 Wet 15 juni 2006) : de aannemer, leverancier,
dienstverlener of geselecteerde die een offerte indient voor een
opdracht
Opdrachtnemer (art. 2, 12 Wet 15 juni 2006): de inschrijver met wie de
opdracht is gesloten
11
12. Basisbegrippen (5)
Opdrachtdocumenten (art. 3, 21 Wet 15 juni 2006): de
documenten die op de opdracht toepasselijk zijn, met inbegrip
van alle aanvullende en andere documenten waarnaar deze
verwijzen. In voorkomend geval omvatten ze de aankondiging
van opdracht, het bestek dat de bijzondere bepalingen bevat die
op de opdracht toepasselijk zijn en de door de partijen
ondertekende overeenkomst. Bij een ontwerpenwedstrijd worden
deze documenten wedstrijddocumenten genoemd en bij een
concessie voor openbare werken concessiedocumenten.
Cf. art. 65/1, 13 Boek II bis: de documenten die op de opdracht
toepasselijk zijn, met inbegrip van alle aanvullende documenten
en de andere documenten waarnaar deze verwijzen. Ze
omvatten in voorkomend geval de aankondiging van opdracht en
het bestek dat de bijzondere bepalingen bevat die op de
opdracht toepasselijk zijn.
12
13. Basisbegrippen (6)
Concurrentiedialoog (art. 3, 9 Wet 15 juni 2006): de gunningsprocedure waaraan [1 elke
belangstellende aannemer, leverancier of dienstverlener mag]1 vragen deel te nemen en waarbij
de aanbestedende overheid een dialoog voert met de voor deze procedure geselecteerde
kandidaten, teneinde één of meer oplossingen uit te werken die aan de behoeften van de
aanbestedende overheid beantwoorden en op grond waarvan de gekozen kandidaten zullen
worden uitgenodigd om een offerte in te dienen;
Ontwerpenwedstrijd (art. 3, 10 Wet 15 juni 2006): de procedure die tot doel heeft de
aanbestedende overheid of het overheidsbedrijf een plan of een ontwerp te verschaffen dat na
mededinging door een jury wordt gekozen;
Promotieopdracht van werken (art. 3, 11 Wet 15 juni 2006): de overheidsopdracht die zowel
betrekking heeft op het financieren als op het uitvoeren van werken en, in voorkomend geval, op
elke dienstverlening in dat verband;
Concessie voor openbare werken (art. 3, 12 Wet 15 juni 2006): de overeenkomst met dezelfde
kenmerken als een overheidsopdracht voor werken, behalve dat de tegenprestatie voor de
werken bestaat uit hetzij uitsluitend het recht het werk te exploiteren, hetzij dit recht gepaard
gaande met een prijs;
Raamovereenkomst (art. 3, 15 Wet 15 juni 2006): een overeenkomst tussen één of meer
aanbestedende overheden of overheidsbedrijven en één of meer aannemers, leveranciers of
dienstverleners met het doel gedurende een bepaalde periode de voorwaarden inzake te [1
plaatsen]1 opdrachten vast te leggen, met name wat betreft de prijzen en eventueel de beoogde
hoeveelheden.
13
14. Basisbegrippen (7)
Dynamisch aankoopsysteem (art. 3, 13 Wet 15 juni 2006): het geheel elektronisch
proces voor het verwerven van leveringen en diensten voor courant gebruik, met
algemeen op de markt beschikbare kenmerken die overeenstemmen met de
behoeften van de aanbestedende overheid of van het overheidsbedrijf, dat beperkt is
in de tijd en gedurende de gehele looptijd openstaat voor elke leverancier en
dienstverlener die voldoet aan de selectiecriteria en een indicatieve offerte heeft
ingediend overeenkomstig de eisen van de opdrachtdocumenten;
Elektronische veiling (art. 3, 14 Wet 15 juni 2006): het zich herhalend proces langs
elektronische weg, toepasselijk voor leveringen en diensten voor courant
gebruik, voor de voorstelling van nieuwe, verlaagde prijzen of van nieuwe waarden
voor bepaalde elementen van de offertes, dat plaatsvindt na de eerste volledige
beoordeling van de offertes en hun klassering op basis van elektronische verwerking
mogelijk maakt;
Schriftelijk (art. 3, 19 Wet 15 juni 2006): elk uit woorden of cijfers bestaand geheel
dat kan worden gelezen, gereproduceerd en vervolgens medegedeeld. Dit geheel
kan met elektronische middelen overgebrachte of opgeslagen informatie bevatten;
Elektronisch middel ((art. 3, 20 Wet 15 juni 2006)) : een middel waarbij gebruik wordt
gemaakt van elektronische apparatuur voor gegevensverwerking, met inbegrip van
digitale compressie, en gegevensopslag, alsmede van verspreiding, overbrenging en
ontvangst door middel van draden, straalverbindingen, optische middelen of andere
elektromagnetische middelen;
14
15. Algemene beginselen
Art. 5 – 11 Wet 15 juni 2006 : van toepassing op
overheidsopdrachten „klassieke sectoren‟,
overheidsopdrachten „algemene nutsectoren‟ (art. 55
Wet 15 juni 2006)
„Bijzondere nutsectoren‟ afzonderlijke reeks algemene
beginselen (art. 56-59bis Wet 15 juni 2006)
15
16. Algemene beginselen overheidsopdrachten
Gelijke behandeling en transparantie. De aanbestedende overheden behandelen de
aannemers, de leveranciers en de dienstverleners op gelijke, niet-discriminerende en
transparante wijze.
Concurrentie. De overheidsopdrachten worden gegund na mededinging, na verificatie van het
toegangsrecht, kwalitatieve selectie en onderzoek van de offertes van de deelnemers,
overeenkomstig één van de bij wet bepaalde gunningsprocedures.
Forfaitaire grondslag. De overheidsopdrachten worden geplaatst op forfaitaire basis. De
forfaitaire grondslag van de overheidsopdrachten vormt geen belemmering voor de herziening van
de prijzen in het licht van bepaalde economische en sociale factoren. Wanneer de aannemer, de
leverancier of de dienstverlener een beroep doet op onderaannemers, dan moeten die, in
voorkomend geval, ook in de weerslag van de herziening van hun prijzen delen volgens de door
de Koning te bepalen nadere regels en in de mate die overeenstemt met de aard van de door hen
uitgevoerde prestaties (cf. voormalig art. 6 AUR). De overheidsopdrachten mogen worden [1
geplaatst]1 zonder forfaitaire prijsbepaling :
in uitzonderlijke gevallen, voor de werken, leveringen of diensten die ingewikkeld zijn of een nieuwe techniek
inluiden, met belangrijke technische risico's, die verplichten tot het aanvatten van de uitvoering van de
prestaties, terwijl niet alle uitvoeringsvoorwaarden en verplichtingen volledig kunnen worden bepaald;
in buitengewone en onvoorzienbare omstandigheden, wanneer zij betrekking hebben op spoedeisende
werken, leveringen of diensten waarvan de aard en de uitvoeringsvoorwaarden moeilijk kunnen worden
omschreven.
16
17. Algemene beginselen overheidsopdrachten (2)
Verstrekte en aanvaarde prestaties. Betalingen mogen alleen worden gedaan voor verstrekte
en aanvaarde prestaties. Als zodanig worden beschouwd, volgens wat in de [1
opdrachtdocumenten ]1 is bepaald, de voorraden die aangelegd zijn voor de uitvoering van de
opdracht en die door de aanbestedende overheid zijn goedgekeurd.
Nochtans kunnen voorschotten worden toegestaan volgens de voorwaarden vastgesteld door de
Koning.
Onverenigbaarheden en belangenvermenging (art. 10 Wet 24 december 1993).
Elke ambtenaar, openbare gezagsdrager of ieder ander persoon die op welke wijze ook aan de
aanbestedende overheid verbonden is, is het verboden, op welke wijze ook, rechtstreeks of onrechtstreeks
tussen te komen bij de [plaatsing en de uitvoering van een overheidsopdracht zodra hij daardoor, persoonlijk
of via een tussenpersoon, zou kunnen terechtkomen in een toestand van belangenvermenging met een
kandidaat of inschrijver. De ambtenaar, de openbare gezagsdrager of de natuurlijke persoon die zich in een
van deze toestanden bevindt, is verplicht zichzelf te wraken.
Deze belangenvermenging wordt alleszins vermoed te bestaan :
1 zodra de ambtenaar, de openbare gezagsdrager of de natuurlijke persoon, bloed- of aanverwant is in de
rechte lijn tot de derde graad en in de zijlijn tot de vierde graad of in geval van wettelijke samenwoning, met
een van de kandidaten of inschrijvers of met ieder ander natuurlijk persoon die voor rekening van een van
hen een directie- of beheersbevoegdheid uitoefent;
2 indien de ambtenaar, de openbare gezagsdrager of de natuurlijke persoon zelf of via een tussenpersoon
eigenaar, mede-eigenaar of werkend vennoot is van één van de kandiderende of inschrijvende
ondernemingen dan wel in rechte of in feite, zelf of via een tussenpersoon, een directie- of
beheersbevoegdheid uitoefent.
Indien de ambtenaar, de openbare gezagsdrager, de natuurlijke persoon of rechtspersoon, zelf of via een
tussenpersoon, een of meer aandelen of deelbewijzen ter waarde van ten minste vijf percent van het
maatschappelijk kapitaal van een van de kandiderende of inschrijvende ondernemingen bezit, is hij verplicht
de aanbestedende overheid daarvan in kennis te stellen.
17
18. Algemene beginselen overheidsopdrachten (3)
Kartelverbod. Elke handeling, overeenkomst of afspraak die de normale
mededingingsvoorwaarden kan vertekenen, is verboden. De aanvragen tot deelneming of
de offertes die met zodanige handeling, [ 1 opdracht]1 of afspraak zijn ingediend, moeten
worden geweerd. Wanneer zodanige handeling, overeenkomst of afspraak tot het [ 1
sluiten]1 van een overheidsopdracht heeft geleid, treft de aanbestedende overheid de
maatregelen voor inbreuken op de bepalingen van de [ 1 opdracht]1, tenzij ze, bij een met
redenen omklede beslissing anders beschikt.
(Elektronische) communicatie. Bij KB worden de regels bepaald die van toepassing zijn
op de communicatiemiddelen tussen de aanbestedende overheden en de aannemers,
leveranciers en dienstverleners. De gekozen communicatiemiddelen moeten algemeen
beschikbaar zijn en mogen de toegang tot de gunningsprocedure niet beperken.
Vertrouwelijke gegevens (cf. art. 139 KB nr. 1). De aanbestedende overheid en elke
persoon die, in het kader van zijn functie of van de hem toevertrouwde opdrachten, kennis
heeft van vertrouwelijke informatie over een opdracht of die hem, in het kader van de [ 1
plaatsing]1 en uitvoering van de opdracht, door de kandidaten, inschrijvers, aannemers,
leveranciers of dienstverleners werd verstrekt, mogen die informatie niet bekendmaken.
Deze informatie heeft meer bepaald betrekking op de technische of commerciële geheimen
en op de vertrouwelijke aspecten van de offertes. De aanbestedende overheid kan eisen
opleggen om het vertrouwelijke karakter te beschermen van de informatie die ze
mededeelt aan de kandidaten en inschrijvers. Cf. art. 65/10 en 65/26 Boek II bis.
18
19. Algemene beginselen opdrachten
De aanbestedende entiteiten behandelen de aannemers, de leveranciers en de
dienstverleners op gelijke, niet-discriminerende en transparante wijze (art. 56 Wet 15 juni
2006).
De opdrachten worden gegund na mededinging, na verificatie van het
toegangsrecht, kwalitatieve selectie en onderzoek van de offertes van de
deelnemers, overeenkomstig één van de bepaalde gunningsprocedures (art. 57 Wet 15
juni 2006
Bij KB worden de regels bepaald die van toepassing zijn op de communicatiemiddelen
tussen de aanbestedende entiteiten en de aannemers, leveranciers en dienstverleners. De
gekozen communicatiemiddelen moeten algemeen beschikbaar zijn en mogen de toegang
tot de gunningsprocedure niet beperken (art. 58 Wet 15 juni 2006)
Een aanbestedende entiteit die een beroep doet op een aankoop- of opdrachtencentrale
zoals bedoeld in artikel 2, 4 , is vrijgesteld van de verplichting om zelf een
gunningsprocedure te organiseren (art. 59 Wet 15 juni 2006).
Bij het verstrekken van de technische specificaties aan de belangstellende kandidaten en
inschrijvers, bij de kwalificatie en selectie van deze laatsten en bij de gunning en sluiting
van de opdracht kan de aanbestedende entiteit eisen stellen ter bescherming van het
vertrouwelijke karakter van de door haar verstrekte informatie (art. 59bis Wet 15 juni 2006)
19
20. Personele toepassingsgebied Wet 15 juni 2006
Aanbestedende overheid (art. 2, 1 Wet 15 juni 2006) :
de Staat;
de territoriale lichamen;
de publiekrechtelijke instellingen;
de rechtspersonen, welke ook hun vorm en aard mogen zijn, die op de datum
van de beslissing om tot een opdracht over te gaan:
opgericht zijn met het specifieke doel te voorzien in behoeften van
algemeen belang die niet van industriële of commerciële aard zijn, en
rechtspersoonlijkheid hebben, en
Waarvan
– ofwel de werkzaamheden in hoofdzaak gefinancierd worden door de
overheden of instellingen vermeld in 1°, a, b of c;
– ofwel het beheer onderworpen is aan het toezicht van die overheden of
instellingen;
– ofwel de leden van de directie, van de raad van bestuur of van de raad van
toezicht voor meer dan de helft door die overheden of instellingen zijn
aangewezen;
de verenigingen bestaande uit een of meer aanbestedende overheden als
bedoeld in 1 , a, b, c of d;
20
21. Personele toepassingsgebied Wet 15 juni 2006
Huidige situatie zorginstellingen:
Openbare zorginstellingen: in beginsel art. 4, 2, 8 Wet 24
december 1993 wegens overheidsfinanciering en taak algemeen
belang MAAR art. 115 Gezondheidswet 14 januari 2002
gunstregime: leveringen en diensten enkel bij verplichte
Europese bekendmaking (>= 193.000 euro)
Private zorginstellingen: enkel onderworpenheid i.g.v.
gesubsidieerde werken (>50%) en gerelateerde diensten
Onder Wet 15 januari 2006:
Opheffing gunstregime; geen vrijstelling meer voor private
zorginstellingen (overheidsfinanciering = breed gezien)
21
22. Gesubsidieerde werken blijft behouden
Art. 13 Wet 15 juni 2006 : De Koning kan de bepalingen
van deze wet of sommige ervan toepasselijk maken op
de privaatrechtelijke personen die niet voldoen aan de
voorwaarden van artikel 2, 1 , d), en die opdrachten voor
werken of diensten plaatsen die gesubsidieerd worden
door de in artikel 12 bedoelde aanbestedende
overheden
22
23. Personele toepassingsgebied Wet 15 juni 2006 (2)
Aanbestedende entiteit (art. 2, 3 Wet 15 juni 2006):
de privaatrechtelijke persoon die bijzondere of uitsluitende rechten geniet wanneer hij
een activiteit uitoefent als bedoeld in titel IV. De bijzondere of uitsluitende rechten zijn
rechten die voortvloeien uit een door een bevoegde overheid verleende machtiging op
grond van een wettelijke, reglementaire of administratieve bepaling die tot gevolg heeft
dat de uitoefening van een van de in deze titel bedoelde activiteiten aan een of meer
entiteiten voorbehouden blijft waardoor de mogelijkheden van andere entiteiten om
dezelfde activiteit uit te oefenen wezenlijk nadelig worden beïnvloed;
Overheidsbedrijf (art. 2, 2 Wet 15 juni 2006):
elke onderneming die een activiteit bedoeld in titel III van deze wet uitoefent waarop de
aanbestedende overheden rechtstreeks of onrechtstreeks een overheersende invloed
kunnen uitoefenen uit hoofde van eigendom, financiële deelneming of in de onderneming
geldende voorschriften. De overheersende invloed wordt vermoed wanneer deze
overheden, rechtstreeks of onrechtstreeks, ten opzichte van de onderneming:
de meerderheid van het maatschappelijk kapitaal bezitten, of
over de meerderheid van de stemmen beschikken die verbonden zijn aan de door
de onderneming uitgegeven aandelen, of
meer dan de helft van de leden van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend
orgaan van de onderneming kunnen aanwijzen;
23
24. Personele toepassingsgebied Wet 15 juni 2006
(3)
Een niet-limitatieve lijst van de publiekrechtelijke instellingen en van de
personen bedoeld in artikel 2, 1 , c), en d), wordt door de Koning
opgesteld (art. 12).
Bij KB kan wet (deels) toepasselijk worden gemaakt op de
privaatrechtelijke personen die niet voldoen aan de voorwaarden van
artikel 2, 1 , d), en die opdrachten voor werken of diensten plaatsen die
gesubsidieerd worden door de in artikel 12 bedoelde aanbestedende
overheden
Een aanbestedende overheid die een beroep doet op een aankoop- of
opdrachtencentrale als bedoeld in artikel 2, 4 , is vrijgesteld van de
verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren (art. 15)
24
25. Personele toepassingsgebied Wet 15 juni 2006
(4)
Wanneer een aanbestedende overheid aan een instelling die zelf geen
aanbestedende overheid is, bijzondere of uitsluitende rechten toekent om
een activiteit van openbare dienst uit te oefenen, bepaalt de akte waarin
deze rechten worden toegekend dat deze instelling, wat betreft de
opdrachten van leveringen die ze bij derden plaatst in het kader van deze
activiteit, het beginsel van niet-discriminatie op grond van nationaliteit moet
naleven (art. 14)
Cf. Rechtspraak RvS: delegatie (Gerechtsdeurwaardersarrest)
25
26. Personele toepassingsgebied Wet 15 juni 2006
(5)
De wet is niet toepasselijk op overheidsopdrachten waarvoor specifieke
procedurevoorschriften gelden, in het kader van (art. 17):
1 een internationaal akkoord, gesloten in overeenstemming met het
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, met één of
meerdere derde landen buiten de Europese Unie, dat betrekking heeft op
werken of leveringen bestemd voor de gemeenschappelijke verwezenlijking
of exploitatie van een bouwwerk, of op diensten of wedstrijden bestemd
voor de gemeenschappelijke verwezenlijking of exploitatie van een project
door de ondertekenende Staten;
2 een internationaal akkoord gesloten in verband met de legering van
strijdkrachten en betreffende ondernemingen van een lidstaat of een derde
land;
3 de specifieke procedure van een internationale instelling.
De wet is niet toepasselijk op de overheidsopdrachten die zijn onderworpen aan de
wet van 13 augustus 2011 overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor
werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied.]
De wet is niet toepasselijk op arbeidsovereenkomsten (art. 18, laatste lid).
26
27. Personele toepassingsgebied Wet 15 juni 2006
(6)
Deze wet is niet toepasselijk op overheidsopdrachten voor diensten :
1 die worden gegund door een aanbestedende overheid aan een andere aanbestedende
overheid of aan een vereniging van aanbestedende overheden op basis van een alleenrecht
dat ze genieten krachtens bekendgemaakte wettelijke, reglementaire of administratieve
bepalingen die verenigbaar zijn met het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie;
2 betreffende de verwerving of huur, ongeacht de financiële voorwaarden ervan, van grond,
bestaande gebouwen of andere onroerende zaken of betreffende rechten hierop. De
financiële diensten die voorafgaand aan, gelijktijdig met of als vervolg op het koop- of
huurcontract worden verstrekt, zijn echter, ongeacht hun vorm, aan deze wet onderworpen;
3 inzake financiële diensten betreffende de uitgifte, de aankoop, de verkoop en de
overdracht van effecten of andere financiële instrumenten en door de centrale banken
verleende diensten;
4 inzake onderzoek en ontwikkeling. De wet is daarentegen wel toepasselijk op de
overheidsopdrachten waarvan de resultaten in hun geheel aan de aanbestedende overheid
toekomen voor gebruik ervan in de uitoefening van haar eigen werkzaamheden, en waarvan
de dienstverlening volledig door de aanbestedende overheid wordt vergoed;
5 inzake arbitrage en bemiddeling;
6 betreffende de aankoop, ontwikkeling, productie of coproductie van programmamaterieel
door omroeporganisaties en overeenkomsten betreffende zendtijd
= omzetting bepalingen Overheidsopdrachtenrichtlijnen
27
28. Materieel toepassingsgebied : Overheidsopdracht
voor leveringen
Art. 5 Wet 24 december 1993: schriftelijke overeenkomst onder
bezwarende titel die betrekking heeft op de aankoop, leasing,
huur of huurkoop, met of zonder koopoptie, van producten, en die
zijn gesloten tussen een leverancier enerzijds en een
aanbestedende dienst anderzijds. De levering van de producten
kan ook werkzaamheden voor het aanbrengen en installeren
insluiten.
Art. 2, 3 Wet 15 juni 2006 : een andere overheidsopdracht dan
een overheidsopdracht voor werken die betrekking heeft op de
aankoop, leasing, huur of huurkoop, met of zonder koopoptie, van
producten. Een overheidsopdracht die betrekking heeft op het
leveren van producten en in bijkomende orde op plaatsings- en
installatiewerkzaamheden wordt als een overheidsopdracht voor
leveringen beschouwd;
28
29. Materieel toepassingsgebied : Overheidsopdracht
voor diensten
Art. 5 Wet 24 december 1993 : schriftelijke overeenkomst
onder bezwarende titel, krachtens welke een dienstverlener
aan een aanbestedende dienst diensten verleent
Art. 2, 4 Wet 15 juni 2006: een andere overheidsopdracht
dan een overheidsopdracht voor werken of leveringen die
betrekking heeft op het verlenen van de in bijlage II van
deze wet bedoelde diensten.
In RL 92/50 geen definitie begrip diensten cf. art. 60 EG-
Verdrag en vrij verkeer van diensten
Bijlagen IIA en IIB bij Wet 24 december 1993 /Wet 15 juni
2006 (toegelicht in omzendbrief 2 december 1997):
IIA : prioritaire diensten : onderworpen aan Wet
IIB : niet-prioritaire diensten : zeer beperkte toepassing Wet, bv.
publicatie gunning indien de waarde van de opdracht >= EUR
200.000
Niet-exhaustieve bijlage
29
30. ICT Diensten
Bijlage IIA (prioritaire diensten):
5 Telecommunicatie CPV 64200000-8 tot en met
64228200-2, 72318000-7, en 72700000-7 tot en met
72720000-3
7. Diensten ivm computers CPV 50310000-1 tot en met
50324200-4, 72000000-5 tot en met 72920000-5 (met
uitzondering van 72318000-7 en 72700000-7 tot en met
727 20000-3), 9342410-4
11. Advies inzake bedrijfs-voering en beheer en
aanverwante diensten
30
31. Diensten ivm computers (Circ. 2 dec 1997)
841 Adviesverlening betreffende de installatie van computerhardware.
Verstrekken van technische ondersteuning aan het cliënteel betreffende de installatie van
computerhardware (bijvoorbeeld machines), alsook van computernetwerken.
842 Diensten voor de realisatie van software.
Alle diensten met inbegrip van de adviesverlening inzake het uitwerken en de realisatie van
software. De term " software " kan worden omschreven als een opdrachtenrepertoire dat nodig is
om de computers te doen functioneren en hun onderlinge communicatie te verzorgen. Diverse
programma's kunnen worden uitgewerkt met het oog op specifieke toepassingen
(toepassingssoftware) en de gebruiker kan opteren voor direct beschikbare
standaardprogramma's (gestandaardiseerde software), verzoeken om de uitwerking van
specifieke programma's waarmee aan nauwkeurig omschreven behoeften kan worden voldaan
(gepersonaliseerde software) of zijn toevlucht nemen tot een combinatie van deze twee soorten
programma's.
8421 Diensten voor adviesverlening betreffende systemen en software.
Diensten van algemene aard voorafgaand aan de realisatie van systemen voor de
verwerking van gegevens en toepassingen. Het kan hier gaan om beheerdiensten, diensten
voor projectplanning, enz...
8422 Diensten voor systeemanalyse.
De systeemanalyse omvatten de analyse van de behoeften van de gebruiker, de
omschrijving van de functionele kenmerken van het systeem en de samenstelling van de
ploeg belast met de werkzaamheden. Tot deze klasse behoort eveneens het projectbeheer,
de technische coördinatie van de werkzaamheden en de integratie en omschrijving van de
systeemarchitectuur.
8423 Diensten voor systeemontwerp.
Het systeemontwerp betreft het zoeken naar oplossingen voor technische problemen
inzake methodologie, kwaliteitswaarborging, keuze van het softwarepakket of nieuwe
technologieën, enz...
31
32. Diensten ivm computers (Circ. 2 dec 1997)
8424 Diensten voor programmering.
De diensten voor programmering omvatten de implementeringsfase, d.w.z. het opstellen en debuggen
(verbeteren van fouten) van de programma's, de uitvoering van tests en de voorbereiding van " ad hoc "-
documentatie
8425 Diensten voor systeemonderhoud.
De diensten voor het systeemonderhoud omvatten de diensten van technische ondersteuning en
adviesverlening over de gebruikte programma's, het herschrijven of het wijzigen van bestaande
programma's of systemen, alsook de bijwerking van de documentatie en de handboeken betreffende de
software. Tot deze klasse behoren eveneens de gespecialiseerde werkzaamheden zoals de conversies.
843 Diensten voor gegevensverwerking.
8431 Diensten voor voorbereiding van de invoergegevens.
Diensten voor gegevensoptekening, zoals bijvoorbeeld het ponsen van kaarten, het optisch lezen of andere
methodes voor het vatten van gegevens.
8432 Diensten voor gegevensverwerking en tabellarisering van gegevens.
Diensten zoals de gegevensverwerking en tabellering van gegevens, de geautomatiseerde berekeningen
en het huren van verwerkingstijd.
8433 Diensten voor gegevensverwerking op basis van time sharing.
Blijkbaar gaat het hier om diensten die vergelijkbaar zijn met deze opgenomen onder subklasse 84320. Er
kan enkel verwerkingstijd worden aangekocht. Wanneer die verwerkingstijd aangekocht wordt rekening
houdend met de computerhardware van de gebruiker, dan koopt laatstgenoemde terzelfdertijd de
telecommunicatiediensten. Het computerservicebureau verkoopt ook diensten betreffende
gegevensverwerking en tabellarisering van gegevens. In beide gevallen kan het gaan om
gegevensverwerking op basis van time sharing. Het is dus niet mogelijk de subklassen 84320 en 84330
strikt af te bakenen
32
33. Diensten ivm computers (Circ. 2 dec 1997)
8439 Overige diensten voor gegevensverwerking.
Beheerdiensten, op contractbasis, van alle aspecten van de werking van de
computerhardware van derden : diensten voor de controle van de kwaliteit van de air-
conditioning van de machinezaal, diensten voor het beheer van de combinaties van
computerhardware, alsook beheerdiensten van de gegevensstroom en van de verdeling van
de geautomatiseerde werkzaamheden.
844 Diensten betreffende gegevensbanken.
Alle diensten verstrekt via een datatransmissienet door de oorspronkelijk georganiseerde
gegevensbanken. (13).
845 Diensten voor onderhoud en reparatie van kantoormachines, kantoormateriaal en
computerhardware.
Onderhoud en reparatie van kantoormachines, computers en aanverwante uitrusting.
849 Andere diensten in verband met computers.
8491 Diensten voor gegevensvoorbereiding.
Diensten voor gegevensvoorbereiding bestemd voor klanten, uitgezonderd de diensten
voor gegevensverwerking.
8499 Andere diensten in verband met computers, elders niet vermeld.
Andere diensten in verband met computers, elders niet vermeld, zoals bijvoorbeeld de
opleiding van personeelsleden van de firmagebruiker en de andere gespecialiseerde
diensten in verband met computers.
33
34. Gemengde opdrachten
Vbn.
Het leveren en plaatsen van vangrails op een snelweg. Indien de kosten voor het plaatsen
van de vangrails in de grond een kleiner aandeel uitmaken van het geraamde totaal bedrag
van de offerte dan de kostprijs van de te leveren vangrails, dan gaat het om een opdracht
van leveringen.
Een contract voor het onderhoud van een fotokopiemachine. Een dergelijk contract is in de
regel een opdracht van diensten, tenzij het onderhoudscontract een onderdeel uitmaakt van
de aankoop - of de huur - van de machine. Wanneer in deze laatste hypothese de kostprijs
voor het – meestal meerjarig - onderhoud kleiner is dan de prijs die betaald wordt voor de
aankoop of de huur van de machine dan dient u de opdracht als een opdracht van leveringen
te kwalificeren.
Art. 2, 4 in fine Wet 15 juni 2006:
Een overheidsopdracht die zowel betrekking heeft op leveringen als op de in bijlage II van
deze wet bedoelde diensten, wordt als een overheidsopdracht voor diensten beschouwd
indien de waarde van de desbetreffende diensten hoger is dan die van de in de opdracht
opgenomen leveringen.
Een overheidsopdracht die betrekking heeft op de in bijlage II van deze wet bedoelde
diensten en ten opzichte van het hoofdvoorwerp van de opdracht slechts bijkomstig
werkzaamheden omvat als bedoeld in bijlage I van deze wet, wordt als een
overheidsopdracht voor diensten beschouwd;
34
35. Raming waarde opdracht
De raming van het opdrachtbedrag moet steunen op de totale duur en waarde van de
opdracht zoals berekend door de aanbestedende overheid, met inbegrip van :
1 alle verplichte opties;
2 alle percelen;
3 alle herhalingen in de zin van artikel 26, 1, 2 , b), van de wet;
4 alle gedeelten in de zin van artikel 37, 1, van de wet;
5 alle verlengingen in de zin van artikel 37, 2, van de wet;
6 alle voor de duur van een raamovereenkomst of dynamisch aankoopsysteem
overwogen opdrachten;
7 al het prijzengeld en de vergoedingen aan de deelnemers
De berekening wordt gemaakt op het tijdstip van de verzending van de aankondiging of,
wanneer geen aankondiging verplicht is, op het tijdstip waarop de procedure wordt
aangevat. Noch de keuze van de ramingsmethode, noch de splitsing van een opdracht
mogen tot doel hebben de opdracht aan de bekendmakingsregels te onttrekken.
De raming van een opdracht voor werken omvat niet alleen de waarde van alle
voorziene werken, maar ook de waarde van de leveringen die nodig zijn voor de uitvoering
van de werken en die door de aanbestedende overheid ter beschikking zijn gesteld van de
aannemer.
35
36. Raming (2)
Bij opdrachten voor leveringen die een zekere regelmaat vertonen of die
bestemd zijn om in de loop van een bepaalde periode te worden hernieuwd,
wordt de raming bepaald op grond van de totale waarde van de opeenvolgende
opdrachten die zullen worden gegund over twaalf maanden volgend op de
eerste levering of, indien deze meer bedraagt dan twaalf maanden, over de
volledige looptijd van de opdracht.
De raming van de opdrachten voor leveringen die geplaatst worden in de vorm
van huur, huurkoop of leasing wordt als volgt bepaald :
1 bij een opdracht met een bepaalde duur, op grond van de geraamde totale
waarde van de opdracht voor de gehele looptijd, wanneer deze twaalf maanden
of minder bedraagt, of op grond van het totaalbedrag met inbegrip van de
geraamde restwaarde wanneer de looptijd meer dan twaalf maanden bedraagt;
2 bij een opdracht van onbepaalde duur of waarvan de looptijd niet kan worden
bepaald, op grond van de geraamde maandelijkse waarde vermenigvuldigd met
achtenveertig.
36
37. Raming (3)
De raming van opdrachten voor diensten omvat de totale vergoeding van de dienstverlener.
Voor de berekening van dit bedrag worden in aanmerking genomen :
1 voor de verzekeringsdiensten, de te betalen premie en alle andere vormen van vergoeding;
2 voor de bankdiensten en andere financiële diensten, de honoraria, het commissieloon, de
intresten alsmede alle andere vormen van vergoeding;
3 voor de diensten die betrekking hebben op ontwerpen, het te betalen honorarium, de
commissielonen en alle andere vormen van vergoeding.
De raming van de opdrachten voor diensten die geen totale prijs vermelden, wordt als volgt
bepaald :
1 bij een opdracht met een bepaalde duur die gelijk is aan of korter is dan achtenveertig
maanden, op grond van de totale geraamde waarde van de opdracht voor de gehele looptijd;
2 bij een opdracht van onbepaalde duur of waarvan de duur langer is dan achtenveertig
maanden, op grond van de geraamde maandelijkse waarde vermenigvuldigd met achtenveertig.
Bij opdrachten voor diensten die een zekere regelmaat vertonen of die bestemd zijn om in de loop
van een bepaalde periode te worden hernieuwd, wordt de raming bepaald op grond van de
geraamde totale waarde van de opeenvolgende opdrachten die zullen worden gegund over twaalf
maanden volgend op de eerste prestatie of, indien deze meer bedraagt dan twaalf maanden, over
de volledige looptijd van de opdracht.
Een opdracht die tegelijk betrekking heeft op diensten bedoeld in bijlage II, A, en in bijlage II, B,
van de wet, wordt geplaatst overeenkomstig de bepalingen die van toepassing zijn op het
gedeelte van de opdracht met de grootste geraamde waarde.
37
38. Toepassingsgebied ratione summae
=< EUR 5.500 : onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking,
enkel toep. art. 1 Wet 1993: mededinging en forfaitaire grondslag;
geen toepassing AAV 8.500
=< EUR 22.000 (AAV) 30.000
< EUR 67.000 (onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
klassieke sectoren) 85.000
< EUR 67.000 (onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
nutsectoren)
< EUR 200.000/135.000 (leveringen en diensten klassieke sectoren):
Europese bekendmaking
< EUR 400.000 (leveringen en diensten nutsectoren): Europese
bekendmaking
< EUR 5.000.000 (werken): Europese bekendmaking
excl. BTW
p. 38
41. Marktverkenning
http://www2.vlaanderen.be/pps/informatie/info_doc.html
Art. 5 KB Plaatsing:
“De aanbestedende overheid mag vóór het aanvatten van een
gunningsprocedure de markt verkennen met het oog op het opstellen van de
opdrachtdocumenten en -specificaties, op voorwaarde dat die marktverkenning
niet tot een verhindering of een vertekening van de mededinging leidt.”
Kernelementen:
Martkverkenning ≠ gunningsprocedure
Tijdstip: vóór aanvatten gunningsprocedure
“een” gunningsprocedure: incl. concessie, ontwerpenwedstrijd e.d.
Doelstelling: opstellen opdrachtdocumenten –en specificaties
Verboden effect: verhindering/vertekening mededinging
Verbod op marktverkenning tijdens een lopende gunningsprocedure
Geen aanbestedingsplicht + informatie ingewonnen n.a.v. marktverkenning
moet niet per se leiden tot opmaak van aanbestedingsdocumenten en –
specificaties
41
42. Marktverkenning (2)
Geen verplichting / verbod vergoeding deelnemers
marktverkenning cfr. art. 3, 1 Wet 15 juni 2006: “onder
bezwarende titel”
Geen duidelijke relatie met toegangsverbod art. 64 KB Plaatsing
is deelname à marktverkenning art. 5 = / ≠ verbod art. 64?
deelname à marktverkenning ≠ selectie/kwalificatie
gunningsprocedure
risico cherry picking
AO moet op voorhand impact op mededinging inschatten
(horizontaal / verticaal) impact op daarop volgende
gunningsprocedure gebaseerd op info uit marktverkenning
Quid toepassing principes van vrije mededinging, gelijkheid en
transparantie op marktverkenning?
42
43. Marktverkenning (3)
Geen definitie opdrachtspecificaties : opdrachtdocumenten
gedefinieerd in art. 3, 21 Wet 15 juni 2006; worden technische
specificaties bedoeld?
Quid ruimere invulling marktverkenning 8e overweging voorafgaand
aan RL 2004/18/EG? Actieve en passieve marktverkenning:
quid unsollicited proposals? Cfr. problematiek ongevraagd indienen
aanvraag tot deelname / offerte (RvS, Omniplay)
quid procurement on demand? (gebiedsontwikkeling)
KENNISCENTRUM PPS:
“Ook in deze context dringt de organisatie van een onderhandelingsprocedure met
bekendmaking of een concurrentiegerichte dialoog zich dus op als er geen wettige
motieven zijn om zonder voorafgaandelijke in-mededingingstelling in te gaan op
een unsolicited proposal. De overheid moet er in het bijzonder over waken dat de
omschrijving van het voorwerp van de opdracht voldoende ruimte biedt om binnen
de onderhandelings- of dialoogprocedure ook andere marktoplossingen aan te
bieden die dezelfde kwaliteiten hebben als de oplossing die werd geïnitieerd in het
unsolicited proposal.”
Passieve marktverkenning grijze zone tussen marktverkenning art. 5 en
unsollicited proposal
43
44. O&O diensten
Onderzoeks- en ontwikkelingswerk
Onderworpen aan overheidsopdrachtenreglementering
Resultaten van de opdracht komen in hun geheel toe aan het
bestuur in de uitoefening van haar eigen werkzaamheden; én
Resultaten worden geheel door het bestuur zelf gefinancierd
Niet onderworpen aan overheidsopdrachtenreglementering
Resultaten komen niet of gedeeltelijk toe aan het bestuur
Resultaten komen wel toe aan het bestuur maar zijn niet bestemd
voor gebruik in de uitoefening van de eigen werkzaamheden
Bestuur is niet de enige betaler: er is medefinanciering door andere
overheden, privé-instanties of de onderzoeks- en
ontwikkelingsinstantie zelf
44
45. Onderhandelingsprocedure zonder
bekendmaking
Toepassingsvoorwaarden onderhandelingsprocedure zonder
bekendmaking
Drempelwaarden
< EUR 8.500 : op factuur
< EUR 85.000,-
– Opdrachten voor werken
– Opdrachten voor leveringen
– Opdrachten voor diensten (met uitzondering van de hieronder
vernoemde diensten)
< EUR 200.000,-
– Alle opdrachten voor diensten bijlage II lijst B
– Opdrachten voor diensten van financiële instellingen (Bijlage II
lijst A, categorie 6)
– Opdrachten voor diensten van onderzoeks- en ontwikkelingswerk
(Bijlage II lijst A, categorie 8)
45
46. Onderhandelingsprocedure met bekendmaking
Toepassingsvoorwaarden onderhandelingsprocedure met
bekendmaking
Drempelwaarden
< EUR 600.000,-
– Opdrachten voor werken
< EUR 200.000,-
– Opdrachten voor leveringen
– Opdrachten voor diensten
Ongeacht de waarde van de opdracht
– Alle opdrachten voor diensten bijlage II B
Opdrachten voor werken wanneer het werken betreffen die
uitsluitend worden uitgevoerd t.b.v. onderzoek, proefneming
of ontwikkeling en niet met het doel winst te maken of de
kosten van onderzoek en ontwikkeling te dekken
46
48. Zakengeheimen en intellectuele
eigendomsrechten
Art. 11 Wet 15 juni 2006: De aanbestedende overheid en elke persoon die, in
het kader van zijn functie of van de hem toevertrouwde opdrachten, kennis heeft
van vertrouwelijke informatie over een opdracht of die hem, in het kader van de
plaatsing en uitvoering van de opdracht, door de kandidaten, inschrijvers,
aannemers, leveranciers of dienstverleners werd verstrekt, mogen die informatie
niet bekendmaken. Deze informatie heeft meer bepaald betrekking op de
technische of commerciële geheimen en op de vertrouwelijke aspecten van de
offertes. De aanbestedende overheid kan eisen opleggen om het vertrouwelijke
karakter te beschermen van de informatie die ze mededeelt aan de kandidaten
en inschrijvers
Art. 6 KB Plaatsing: Ongeacht of elektronische middelen worden gebruikt of
niet, vindt de mededeling, uitwisseling en opslag van informatie op zodanige
wijze plaats dat :
1 de integriteit van de gegevens wordt gewaarborgd;
2 de vertrouwelijkheid van de aanvragen tot deelneming en van de offertes
wordt gewaarborgd, en dat de aanbestedende overheid pas bij het verstrijken
van de uiterste termijn voor de indiening kennisneemt van de inhoud ervan
48
49. Zakengeheimen en intellectuele
eigendomsrechten
Art. 65/10 Wet 24 december 1993:
Bepaalde gegevens mogen evenwel niet worden medegedeeld indien de
openbaarmaking ervan de toepassing van een wet zou belemmeren, in strijd zou
zijn met het openbaar belang, nadelig zou zijn voor de rechtmatige commerciële
belangen van overheidsbedrijven of particuliere ondernemingen of de eerlijke
mededinging tussen de ondernemingen zou kunnen schaden.
De aanbestedende instantie en elke persoon die, in het kader van zijn functie of
van de hem toevertrouwde opdrachten, kennis heeft van vertrouwelijke
informatie over een opdracht of die hem, in het kader van het plaatsen en de
uitvoering van de opdracht, door de kandidaten, inschrijvers, aannemers,
leveranciers of dienstverleners werd verstrekt, mogen die informatie niet
bekendmaken. Deze informatie heeft meer bepaald betrekking op de technische
of commerciële geheimen en op de vertrouwelijke aspecten van de offertes
Zolang de aanbestedende instantie geen beslissing heeft genomen over,
naargelang het geval, de selectie of kwalificatie van de kandidaten, de
regelmatigheid van de offertes, de gunning van de opdracht of de beslissing om
af te zien van het plaatsen van de opdracht, hebben de kandidaten, inschrijvers
en derden geen toegang tot de documenten betreffende de procedure, met
name de aanvragen tot deelneming of kwalificatie, de offertes en de interne
documenten van de aanbestedende instantie.]1
49
50. Zakengeheimen en intellectuele
eigendomsrechten
Art. 65/26 Wet 24 december 1993 : De verhaalinstantie moet
de vertrouwelijkheid en het recht op eerbiediging van
zakengeheimen waarborgen met betrekking tot de informatie
die is vervat in door de betrokken partijen, in het bijzonder
door de aanbestedende instantie die het volledige dossier
dient over te leggen, aan haar overgelegde dossiers, ook al
kan zijzelf van deze informatie kennis nemen en deze in haar
beschouwing betrekken. Het komt deze instantie toe te
oordelen in welke mate en op welke wijze de vertrouwelijkheid
en het geheime karakter van deze informatie moet worden
gewaarborgd, rekening houdend met de vereisten van een
effectieve rechtsbescherming en van de eerbiediging van het
recht van verweer van de procespartijen en met het vereiste
dat de procedure op alle onderdelen het recht op een eerlijk
proces eerbiedigt.
50
51. Intellectuele eigendomsrechten in KB
Uitvoering
Gebruik van de resultaten (art. 19)
Behoudens andersluidende bepaling in de opdrachtdocumenten verkrijgt de aanbestedende
overheid niet de intellectuele eigendomsrechten die ontstaan, ontwikkeld of gebruikt worden
bij de uitvoering van de opdracht.
Onverminderd het eerste lid en behoudens andersluidende bepaling in de
opdrachtdocumenten, wanneer het voorwerp van de opdracht de creatie, de fabricage, of de
ontwikkeling van tekeningen en modellen, alsook van emblemen omvat, verkrijgt de
aanbestedende overheid de intellectuele eigendom ervan, alsook het recht om die te
deponeren, te laten registreren en te laten beschermen.
Wat de domeinnamen betreft die aangemaakt worden in het kader van een
opdracht, verkrijgt de aanbestedende overheid eveneens het recht om die te registreren en
te beschermen, behoudens andersluidende bepaling in de opdrachtdocumenten.
Wanneer de aanbestedende overheid niet de intellectuele eigendom verkrijgt, geniet zij een
gebruikslicentie voor de resultaten die beschermd zijn door het intellectuele eigendomsrecht
voor de in de opdrachtdocumenten vermelde exploitatiewijzen.
De aanbestedende overheid somt in de opdrachtdocumenten de exploitatiewijzen op
waarvoor zij een licentie wil verkrijgen.
51
52. Intellectuele eigendomsrechten in KB
Uitvoering
De intellectuele eigendomsrechten die ontstaan, ontwikkeld of gebruikt worden
bij de uitvoering van de opdracht, kunnen niet tegen de aanbestedende overheid
aangevoerd worden voor het gebruik van de resultaten van de opdracht. Het is
aan de opdrachtnemer om de nodige stappen te zetten bij derden om de
noodzakelijke exploitatierechten en toestemmingen te verkrijgen.
De aanbestedende overheid kan, na de opdrachtnemer hierover te hebben
ingelicht, algemene gegevens publiceren over het bestaan van de opdracht en
de verkregen resultaten. Ze moeten zodanig opgesteld zijn dat ze niet door
derden kunnen gebruikt worden zonder toelating van de opdrachtnemer. In die
publicatie wordt de tussenkomst van de opdrachtnemer vermeld.
De voorwaarden voor het commercieel of ander gebruik door de opdrachtnemer,
van de algemene gegevens over het bestaan van de opdracht en over de
verkregen resultaten, worden bepaald door de opdrachtdocumenten.
Indien de opdrachtdocumenten voorzien in de deelname van de aanbestedende
overheid aan de financiering van het onderzoek en de ontwikkeling verbonden
aan het voorwerp van de opdracht, kunnen zij de toekenningsvoorwaarden
bepalen van de vergoeding verschuldigd aan de aanbestedende overheid in
geval van het gebruik van de resultaten door de opdrachtnemer.
52
53. Intellectuele eigendomsrechten in KB
Uitvoering
Methodes en know how (art. 20)
Behoudens andersluidende bepaling in de opdrachtdocumenten verkrijgt de
aanbestedende overheid niet de rechten op de methodes en knowhow die
gedaan, verworven, ontwikkeld of gebruikt worden bij de uitvoering van de
opdracht.
De opdrachtnemer deelt de aanbestedende overheid op haar verzoek mee
welke knowhow, nodig is voor het gebruik van het werk, de levering of de
dienst, ongeacht of die aanleiding gegeven heeft tot het aanvragen van een
octrooi of niet.
Registraties (art. 21)
De opdrachtnemer doet bij de aanbestedende overheid binnen de maand
aangifte van alle aanvragen tot registratie van een intellectueel
eigendomsrecht die hij in België of in het buitenland doet in verband met de
creaties of uitvindingen die hij ontwikkeld of gebruikt heeft bij de uitvoering
van de opdracht. Tegelijk met die aangifte bezorgt hij de aanbestedende
overheid een kopie van de schriftelijke akte waarin de ter zake geldende
wetgeving voorziet.
53
54. Intellectuele eigendomsrechten in KB
Uitvoering
Sublicenties (art. 22)
Onverminderd de mogelijkheid om de intellectuele eigendom te verwerven overeenkomstig artikel
19, 1, eerste lid, kan de aanbestedende overheid een sublicentie verlenen binnen de
voorwaarden en voor de exploitatiewijzen bepaald in de opdrachtdocumenten.
Wederzijdse bijstand en waarborg (art. 23)
De opdrachtnemer moet alle nodige maatregelen nemen om de rechten van de aanbestedende
overheid te vrijwaren en moet zo nodig, op eigen kosten, de formaliteiten vervullen die nodig zijn
opdat die rechten aan derden zouden kunnen worden tegengeworpen. Hij licht de aanbestedende
overheid in over de getroffen schikkingen alsook de vervulde formaliteiten.
anaf de eerste tekenen van een vordering door een derde tegen de opdrachtnemer of de
aanbestedende overheid, moeten deze elkaar inlichten en alle mogelijke maatregelen nemen om
de stoornis te doen ophouden, en moeten zij wederzijds bijstand verlenen door elkaar met name
bewijselementen mee te delen of nuttige documenten te overhandigen die ze in hun bezit hebben
of kunnen verkrijgen
De opdrachtnemer garandeert dat de creaties of uitvindingen die hij zal realiseren, met name de
foto's, illustraties, grafieken, zoals hij die aan de aanbestedende overheid zal aanbieden, geen
inbreuk zullen vormen op enig recht van derden, op enige wetgeving, en dat voor zover in het werk
portretten zullen worden opgenomen, de nodige door de wet vereiste toestemmingen tot gebruik
van deze portretten in het kader van de opdracht zullen zijn verkregen.
De opdrachtnemer of de aanbestedende overheid die de rechten van een derde niet heeft
geëerbiedigd of die rechten niet aan zijn medecontractant kenbaar heeft gemaakt, staat borg voor
elk verhaal dat een derde tegen deze medecontractant zou stellen. Behoudens andersluidende
bepaling in de opdrachtdocumenten is die waarborg evenwel beperkt tot het bedrag van de
opdracht.
54
59. Toepassingen
Gezamenlijke aankoop van energie, grondstoffen e.d.
(i.g.v. recurrent eerder AC/OC)
Aankoop voor derden (particulieren): niet als dusdanig
bedoeld
Infrastructuurprojecten (werken) waarbij verschillende
(bevoegdheidsdragende) overheden betrokken zijn, bv.
tramlijn
Recurrente leveringen en diensten van enige omvang
met beperkte looptijd, bv. verzekeringen
Raamovereenkomsten (RO) m.o.o. verlengen
duurzaamheid samengevoegde opdracht
Test-case opdrachtencentrale(OC)
60. Begrip
2 of meer aanbestedende overheden (AO) of overheidsbedrijven
(OB) + privaatrechtelijke personen (bijz. nutsectoren niet maar
aanbestedende entiteiten (AE) = privaatrechtelijke personen
toep. regels klassieke of gebeurlijk algemene nutsectoren)
Opdracht ≠ def. art. 4, 1 Wet 15 juni 2006 (bijz. nutsectoren) maar
overheidsopdracht (art. 3, 1 Wet 15 juni 2006) : elke
overheidsopdracht, elke gunningsprocedure of -modaliteit
Penhouder = overheid of entiteit :
treedt in naam en voor rekening op voor leden samengevoegde opdracht
treedt op in de hoedanigheid van AO onder eigen naam
is zelf niet noodzakelijk mede-opdrachtgever (// OC)
Is zelf niet noodzakelijk AO (overheidsbedrijf, AE, derde - privaatrechtelijke
persoon) (≠ OC)
“Voorwaarden van de opdracht” kunnen voorzien in afzonderlijke
betaling door elk van de leden samengevoegde opdracht (RvS, 25
januari 2000, nr. 84.828 en 6 februari 2001, nr. 93.099, NV Betonac)
61. Begrip (2)
≠ art. 19 en 44 Wet 24 december 1994:
Weglaten motief van algemeen belang samenwerking overheden
≠ niveaus, bevoegdheden, noden, … mogelijk
Weglaten
aanbesteding, offerteaanvraag, onderhandelingsprocedure alle
gunningsprocedures
Overheid/orgaan wordt overheid/entiteit
Weglaten gunning+uitvoering
Toevoeging dat penhouder niet alleen in naam maar ook voor
rekening leden samengevoegde opdracht aanbesteedt
Impact inhouse rechtspraak? Cfr. aanduiding penhouder
(geen criteria in regelgeving) lastgeving ≠ aanneming van
diensten en in beginsel om niet (art. 1986 BW) + uitz. art. 15
en 59 Wet 16 juni 2006 t.a.v. AC/OC // op samengevoegde
opdracht omdat AC ook éénmalig/niet-duurzaam kan zijn
(FLAMME, THIEL, LEUS). I.g.v. betaling: toetsing à Teckal-
doctrine
62. Aandachtspunten
Privaatrechtelijke personen = AE art. 2, 3 Wet 15 juni 2006? Ook
AO ≠ publiekrechtelijke instelling bedoeld (bv. private universiteit).
Quid „echte‟ derden?
Impliciet verbod penhouder = alle leden samengevoegde opdracht?
(„de overheid of entiteit‟)
Penhouder = lasthebber (art. 1984 BW) voor gunning/uitvoering
opdracht (loskoppelen gunning/uitvoering mogelijk doch onlogisch)
mandaatovereenkomst:
identificatie bestanddelen opdracht, PvE, kritische succesfactoren, …
omvang en inhoud mandaat, wijze van kwijting, onkostenvergoeding, …
Inzet middelen penhouder / leden,
interne communicatie & coördinatie beslissingsproces (stuurgroep?),
aansprakelijkheidsverdeling leden-penhouder (bv. fout in
gunningsbeslissing, vertraagde of niet-conforme prestaties e.d.),
facturatie- en betalingsstroom,
conflictbeheersing, …
63. Aandachtspunten (2)
Penhouder = enige opdrachtgever Voor gehele opdracht (geen
penhouderschap per perceel). D.w.z.:
Geen vordering t.a.v. leden cfr. RvS 30 juli 2008, nr. 185.539, THV Travant)
Geen terugtrekking lid tijdens gunning/uitvoering (tenzij contractueel
bedongen, cfr. RvS 7 juni 1984, nr. 24.444, Van Noordenne)
Noodzaak disclosure identiteit leden voor wiens rekening wordt gecontracteerd
Quid delegatie van bevoegdheid vanuit leden samengevoegde
opdracht, inz. à entiteit? (RvS 27 april 1993, nr. 42.706, NV Beton-
Wegenbouw)
(bevoegde organen) Leden beslissen tot aanbesteden opdracht
(bevoegde organen Leden duiden penhouder aan
(bevoegde organen) Leden keuren opdrachtdocumenten / gunningsbeslissing
goed organen leden.
Somtijds noodzaak voorafgaand samenwerkingsovereenkomst tss leden
Bij samengevoegde opdracht tss leden in klassieke en (alg.)
nutssectoren toepassing strengste regime (klassieke sectoren)
Geen bijzondere motiveringseis gebruik samengevoegde opdracht
64. Aandachtspunten (3)
≠ OC :
leden samengevoegde opdracht ≠ silent partners
1 opdracht (1 RO) d.w.z. 1 set opdrachtdocumenten, geen loten
per lid samengevoegde opdracht (wel afzonderlijke facturatie
mogelijk
afzwakking eenheidsidee rechtspraak RvS Betonac)
afzwakking gebrek aan duurzaamheid d.m.v. RO (4j)
Geen toetreding tot samengevoegde opdracht na start
gunningsprocedure dan middels wijziging opdrachtdocumenten
(en geen toetreding na sluiting opdracht)
Penhouder niet noodzakelijk AO
Boek IIbis: aanbestedende instantie = leden samengevoegde
opdracht
66. Begrip
Doelstelling regelgeving: juridische basis bieden à
bestaande praktijk (cfr. overw. 15 RL 2004/18/EG;
Parl.St., Kamer, 51-2237/010, p. 5)
Aankoop- en opdrachtencentrale = AO (art. 2, 1 Wet 15
juni 2006)
Quid overheidsbedrijf (alg. nutsectoren)? Art. 15 van
toep. in alg. nutsectoren (art. 55 Wet 15 juni 2006) maar
definitie AC verwijst enkel naar AO (art. 2, 1 ) en niet
naar overheidsbedrijf (art. 2, 2 ). Zelfde problematiek AE:
art. 59 // art. 15, maar AE gedef. in art. 2, 3 i.p.v. art. 2,
1 . Gevolg: overheidsbedrijf en AE kunnen lid zijn, maar
zelf niet ageren als AC
67. Begrip (2)
AC = AO die leveringen of diensten verwerft in eigen naam en voor
eigen rekening, maar bestemd voor (andere) AO, OB of AE (geen
werken)
OC = AO die overheidsopdrachten of raamovereenkomsten plaatst
m.b.t. werken, leveringen of diensten, in eigen naam maar voor
rekening van AO, OB of AE
Wil dit zeggen dat AC geen RO kan afsluiten? NEEN, toevoeging RO bij OC copy paste
RL cfr. definitie RL art. 3, 15 RO ≠ overheidsopdracht
Wil dit zeggen dat OC enkel opdrachten gunt maar niet uitvoering mag opvolgen?
NEEN, maar regelgeving gaat er wel van uit dat uitvoering wordt opgevolgd door
individuele deelgenoten.
AO, OB of AE die beroep doet op AC of OC is vrijgesteld van
verplichting op zelf een gunningsprocedure te organiseren
doorplaatsen leveringen en diensten i.g.v. AC = inhouse zonder toep.
Teckal-doctrine; aanbesteding door OC = aanbesteding door lid OC
Geen beperking tot welbepaalde werken, leveringen of diensten doch in
de praktijk focus op recurrente prestaties, bv. ICT,
kantoorbenodigdheden, energie, HRM, e.d.
68. Begrip (3)
AC/OC = AO (theoretisch al dan niet met
rechtspersoonlijkheid, doch in de praktijk noodzaak
rechtspersoonlijkheid)
AC/OC moet niet specifiek zijn opgericht om die functie te
vervullen (SPV), kan bestaande AO zijn
AC/OC past zelf procedurele verplichtingen plaatsen
overheidsopdrachten toe (art. 11, 2 RL 2004/18) lid
AC/OC moet nagaan of prestaties betrokken via centrale
conform regelgeving geschiedt
Privaatrechtelijke personen die geen AE zijn, kunnen niet
deelnemen à AC/OC (contra ARROWSMITH, contra RvS 22
november 2011, nr. 216.388, Axell Wireless)
Geen bijzondere motiveringseis gebruik AC/OC
69. Aandachtspunten
Bij oprichting SPV als AC/OC: juridische vorm i.f.v. organiek kader deelgenoten
+ fiscale behandeling i.g.v. AC (cfr. BTW-status VZW = kostendelende
vereniging) + kwalificatie als AO (VZW bv. onder art. 2, 1 d) Wet 15 juni 2006 +
aansprakelijkheidsverdeling deelgenoten deelneming in SPV AC
veronderstelt niet noodzakelijk equity (kan contractueel blijven)
≠ qua beslissingsbevoegdheid:
AC: beslissingen m.b.t. gunning/uitvoering bij AC als AO plaats van prestatielevering (bij
AC, bij deelgenoten?) nood aan toezichtsregeling deelgenoten:
samenwerkingsovereenkomst deelgenoot – AC (of bij SPV via statuten + AH overeenkomst)
OC: systeem van mandaat/delegatie (cfr. samengevoegde opdracht) : samenwerkings- en
lastgevingsovereenkomst (of via statuten SPV + AH overeenkomst)
Quid bijkomende dienstverlening door AC/OC à leden (advies & begeleiding,
knowledge centre)? Indien niet kosteloos: kans herkwalificatie als opdracht voor
diensten, tenzij inhouse met toepassing Teckal-doctrine (bv. dochter van 2 AO
die zelf als AO kwalificeert).
Quid toegevoegde waarde op doorgeplaatste leveringen of diensten door AC?
Aanvullende prestatie t.a.v. contract dat in hoofdzaak niet onder regelgeving
overheidsopdrachten valt (cfr. HvJ 6 mei 2010, C-145/08 en C-149/08, Club
Hotel Loutraki AE)?
70. Aandachtspunten (2)
Aansprakelijkheidsverdeling: schending regelgeving AC/OC =
schending regelgeving deelgenoten in overeenkomst
aansprakelijkheid primair bij AC/OC en vrijwaringsplicht t.a.v.
deelgenoten. Bv. OC gunt, deelgenoot volgt uitvoering op tijdens
dewelke fout wordt ontdekt terug te voeren tot gunningsprocedure: wie
draagt aansprakelijkheid?
Financiering/betalingsstromen:
Bij AC: AC betaalt opdrachtnemer en rekent vervolgens door (geen bijzondere
bepaling rechtstreeks factureren à bediende deelgenoot)
Bij OC: individuele deelgenoot voor wie opdracht is geplaatst betaalt à
opdrachtnemer
Quid onkosten gunningsproces/bewaking uitvoering?
Toetreding:
AC: check waarborgen dat centrale regelgeving overheidsopdrachten naleeft;
toetreding kan altijd conform voorwaarden van toep. op juridische vorm AC
(contractuele toetreding of bij SPV, deelname)
OC: check waarborgen + toetreding niet van toepassing op reeds lopende
gunningsprocedures of geplaatste contracten (= wijziging opdrachtgever cfr. HvJ
Pressetext Nachrichteagentur)
71. Aandachtspunten (3)
AC: mogelijkheid doorplaatsen opdracht met winstmarge
(uitgez. VZW) + mogelijkheid aanlegen voorraad
geleverde goederen (stock) i.g.v. voldoende
afnamezekerheid en prefinanciering
Aantal leden AC/OC: in beginsel onbeperkt (toetssteen =
Belgisch en Europees mededingingsrecht en
marktverstorende praktijken)
Boek IIbis Wet 24 decemer 1993: aanbestedende
instantie = AC/OC mogelijkheid dat hoewel leden
centrale onderworpen à rechtsmacht RvS, centrale zelf
onderworpen à burgerlijke rechter
73. Begrip
RO = overeenkomst tussen 1 of meer AO of OB of AE (klassieke en
nutsectoren) en 1 of meer opdrachtnemers (W, L en D) met als “doel”
(voorwerp) het vastleggen van de voorwaarden van te plaatsen opdrachten
gedurende een bepaalde periode, met name inzake prijzen en beoogde
hoeveelheden (art. 3, 15 en 4, 6 Wet 15 juni 2006)
≠ raamcontract art. 26, 2 1 Wet 15 juni 2006 (contrat-cadre)
AO en OB/AE kunnen raamovereenkomsten sluiten: Momenteel RO met
meerdere opdrachtnemers enkel mogelijk in nutsectoren (art. 27, 41bis en 48
Wet 24 december 1993) cfr. art. 113 KB 8 januari 1996 (slechts 1 offerte
kiezen) reeds bloeiende praktijk in klassieke sectoren
Keuze “partijen” (AO/OB/AE en opdrachtnemer(s)) bij plaatsen RO en bij
gunning (plaatsing) opdrachten geschiedt o.g.v. dezelfde gunningscriteria (art.
32, tweede lid Wet 15 juni 2006) probleem prijs: moet gunningscriterium in
RO zijn wil het gunningscriterium bij plaatsing opdracht zijn bepaalde
rechtsleer: gunningscriteria opdracht moeten reeds in opdrachtdocumenten
gekend zijn (dus prijs kan louter worden vermeld in bestek RO en als GC dienen
bij toewijzen opdracht o.g.v. zgn. mini-competitie cfr. Fiche explicative Accords
cadres CE, 2005) doch ook rechtsleer die stelt: geen nieuwe criteria noch buiten
beschouwing laten criteria RO bij gunning opdrachten (bv. SCHELLEKENS in
D‟HOOGHE)
74. Begrip (2)
Voorwaarden te plaatsen opdrachten in RO mogen niet “wezenlijk”
(HvJ, Pressetext Nachrichteagentur) worden gewijzigd bij gunning
opdrachten (art. 32, derde lid Wet 15 juni 2006) zie verder art.
138 KB Plaatsing
Duur RO en opdrachten beperkt tot 4 jaar (behoudens in
uitzonderlijke, behoorlijk gemotiveerde gevallen) (art. 32, 4e lid Wet
15 juni 2006) Vraag: mag laatste dag RO nog opdracht worden
gesloten voor 4 jaar (los van gemotiveerd uitzonderingsgeval)? (cf.
beperking duurtijd verlenging 4 jaar in art. 37, 2 Wet 15 juni 2006)
(art. 32 RL 2004/18/EG bevat geen maximumduur)
(SCHELLEKENS in D‟HOOGHE: mag, anders kan laatste periode
RO niet benut worden, doch voor over mededinging niet onredelijk
lang verhinderd wordt)
Geen gebruik RO op een wijze die de mededinging zou (kunnen)
verhinderen, beperken of vervalsen + Geen misbruik RO (art. 32, 5e
lid Wet 15 juni 2006 // art. 41bis Wet 24 december 1993) MAAR:
geen bijzondere motiveringseis gebruik RO
75. Begrip (3)
Gunningsprocedure RO : aanbesteding, offerteaanvraag of (indien
geoorloofd) onderhandelingsprocedure met of zonder
bekendmaking (art. 136, 1e lid KB Plaatsing)
In aankondiging vermelden RO met 1 of meerdere opdrachtnemers
(art. 136, tweede lid KB Plaatsing)
I.g.v. RO met één opdrachtnemer : specifieke opdrachten gegund à
opdrachtnemer o.g.v. voorwaarden RO mogelijkheid schriftelijke
raadpleging opdrachtnemer m.o.o. aanvulling offerte (art. 137 KB
Plaatsing) doch geen verbeteringen à initiële offerte (Fiche
explicative Accords cadres CE, 2005, noot 22)
RO met één opdrachtnemer: niet 100% gelijk te stellen met
bestellings-, stock-, klantenopdrachten e.d., die ook kunnen
gebaseerd zijn op toep. optie of verlenging (art. 37 Wet 15 juni
2006)
76. Begrip (4)
I.g.v. RO met meerdere opdrachtnemers : minstens 3 deelnemers (voor zover
aantal geschikte offertes voldoende groot is gebleken + idee workable
competition onder misbruikverbod) (art. 138, eerste lid KB Plaatsing)
I.g.v. RO met meerdere opdrachtnemers: specifieke opdrachten gegund
À welbepaalde opdrachtnemer(s) wanneer alle voorwaarden bepaald in RO en deze
voorwaarden van toepassing geen verdere in mededinging stelling
Middels zgn. mini-competitie, wanneer niet alle voorwaarden bepaald in RO in
mededinging stelling o.g.v. voorwaarden RO (indien nodig gepreciseerd, bv. qua
termijnen, facturering, aanvullende voorschriften e.d.) EN onder andere voorwaarden dan in
opdrachtdocumenten RO wanneer nodig (≠ wezenlijke afwijking van voorwaarden reeds
gekend in RO) (impliciete mogelijkheid verbetering initiële offertes onder RO?)
Procedure mini-competitie (art. 138, laatste lid KB Plaatsing):
voor elke opdracht raadpleegt AO schriftelijk opdrachtnemers RO die in staat zijn de
specifieke opdracht uit te voeren;
voldoende lange termijn vast voor ontvangst offertes (rekening houdend met o.m.
complexiteit voorwerp opdracht en benodigde tijd toezending offertes);
offertes mini-competitie worden schriftelijk ingediend;
offertes mogen (m.o.o. vertrouwelijkheid) slechts worden geopend bij het verstrijken van de
vastgestelde ontvangsttermijn;
Ao gunt à inschrijver die laagste of economisch voordeligste offerte heeft ingediend
77. Aandachtspunten
Geen toetreding van AO/OB/AE tot RO na plaatsing ervan (Fiche explicative
Accords cadres CE, 2005: un système clos) opletten bij gebruik RO door
AC/OC : voorzien in opdrachtdocumenten dat extra AO/OB/AE kunnen
toetreden (contra DE KONINCK & FLAMEY)
Geen exclusiviteit / minimale prestaties tenzij in opdrachtdocumenten bepaald
geen subjectief recht op opdracht, mogelijkheid opdrachten met zelfde
voorwerp buiten RO te plaatsen
Plaatsing RO: RO niet noodzakelijk overheidsopdracht an sich cfr. definitie art.
3, 15 Wet 15 juni 2006.
Enkel toepassing gunningsprocedures Wet 15 juni 2006 indien RO = ten bezwarende titel
(verplichting tot gunning/aanvaarding aanneming van werken, leveringen of
diensten, vastlegging essentiële voorwaarden opdrachten reeds in RO) cfr. RL 2004/18/EG:
plaatsen RO volgens “normale procedureregels” = aankondiging, kwalitatieve selectie en
hanteren vooraf bekendgemaakte, objectieve gunningscriteria
Cfr. art. 53, 2, 1 Wet 15 juni 2006(nutsectoren): als RO is geplaatst bij
aanbesteding, offerteaanvraag of onderhandelingsprocedure met voorafgaande
bekendmaking, kunnen opdrachten geplaatst worden met toep. onderhandelingsprocedure
zonder bekendmaking
MAAR: niet voorzien in art. 26, 2 (klassieke sectoren) voorgeschreven
gunningsprocedures ex art. 136 KB plaatsing: als RO geplaatst middels
aanbesteding, offerteaanvraag of onderhandelingsprocedure met bekendmaking dan toep.
“mini-competitie” i.g.v. meerder opdrachtnemers (art. 138 KB Plaatsing )
in de praktijk plaatsing RO middels gunningsprocedure, zodat opdracht
78. Aandachtspunten (2)
Met art. 27 Wet 24 december 1993: meerdere AO/OB/AE
kunnen tezamen RO afsluiten samengevoegde opdracht?
Enkel als opdrachten onder RO t.b.v. meerdere
opdrachtgevers RO
Deelname privaatrechtelijke persoon ≠ AO/OB/AE à RO? Lijkt
impliciet uitgesloten in def. art. 3, 15 Wet 15 juni 2006
Raming waarde RO: art. 24, 6 KB Plaatsing: raming
opdrachtbedrag moet steunen op totale duur en waarde
opdracht met inbegrip van alle voor de duur van een
raamovereenkomst overwogen opdrachten
Wel toep. voorafgaande bekendmaking RO (art. 36 KB
Plaatsing), geen aankondiging gegunde RO (art.
38, 1, tweede lid KB Plaatsing)
80. Contacts
Jens Debièvre
Advocaat-vennoot
T +32 2 787 9065
M +32 486 286 538
E jens.debievre@lydian.be
Havenlaan 86c, bus 113
1000 Brussel
www.lydian.be
80
Notas del editor
Artikel 80 Wet 15 juni 2006 : De Koning kan, in voorkomend geval met gehele of gedeeltelijke aanpassing ervan, de bepalingen van boek IIbis van de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten toepasselijk maken op de beslissingen genomen op grond van deze wet of van de wet tot omzetting van Richtlijn 2009/81/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen door aanbestedende diensten van bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied, en tot wijziging van Richtlijnen 2004/17/EG en 2004/18/EG. De in het vorige lid bedoelde machtiging strekt enkel tot het nemen van maatregelen inzake motivering, informatie en rechtsmiddelen wat betreft : - de opdrachten die ressorteren onder de wet tot omzetting van voormelde Richtlijn 2009/81/EG, in afwachting van de omzetting van titel IV van die richtlijn; - de andere opdrachten geplaatst volgens procedures of resulterende in beslissingen waarin niet is voorzien in de voormelde wet van 24 december 1993 maar waarop inzake motivering, informatie en rechtsmiddelen niettemin gelijkaardige regels dienen te worden toegepast als degene waarin is voorzien voor de beslissingen onderworpen aan boek IIbis van de voormelde wet van 24 december 1993. De in de vorige twee leden bedoelde maatregelen maken het voorwerp uit van een wettelijke bekrachtiging binnen twee jaar na hun inwerkingtreding.]
De herziening moet tegemoetkomen aan de prijsevolutie van de hoofdcomponenten van de kostprijs. De Koning bepaalt de nadere regels van de herziening en kan deze verplicht stellen voor opdrachten die bepaalde bedragen bereiken of bepaalde uitvoeringstermijnen omvatten, die Hij vastlegt.
1. Erkenning van reeds in rechtspraak en rechtsleer erkend recht van aanbestedende overheid om markt te verkennen.2. Verhindering / vertekening: Verslag aan de Koning : er is sprake van een verhindering cq. vertekening van de mededinging - indien de technische specificaties van de opdracht een fabrikaat of een techniek vermelden die specifiek betrekking heeft op een welbepaalde onderneming (die, zo kan worden aangenomen, heeft deelgenomen aan de marktverkenning). er sprake is van een vooronderhandeling met één of meerdere van de kandidaten of inschrijvers die deelnemen aan de daaropvolgende gunningsprocedure. 3. in de mate dat een dergelijke marktverkenning voor gevolg heeft dat de opdrachtdocumenten of de daarin vervatte technische specificaties worden aangepast in functie van de resultaten van de marktverkenning, lijkt ons een dergelijke marktraadpleging expliciet verboden door artikel 5.
Immers, artikel 64 KB Plaatsing stelt dat de kandidaat of de inschrijver die is belast met het onderzoek, de beproeving, de studie of de ontwikkeling van een opdracht, moet worden uitgesloten van de toegang tot de gunningsprocedure van deze opdracht, voor zover hij door dat onderzoek, die beproeving, studie of ontwikkeling een voordeel geniet dat de normale mededingingsvoorwaarden verhindert of vervalst (zie art. 64 en de commentaren aldaar). De Koning had hier o.i. kunnen verduidelijken dat de marktverkenning, volbracht onder de voorwaarden en modaliteiten van artikel 5 hier besproken, wel of niet moet worden beschouwd als het onderzoek, de beproeving, de studie of de ontwikkeling waarvan sprake in artikel 64. Ook was het wenselijk geweest iets te zeggen over de noodzaak dan wel het nuttig karakter van het (al dan niet verplicht) uitnodigen van de deelnemers aan de marktverkenning tot deelname in de daaropvolgende gunningsprocedure, inz. i.g.v. een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. O.i. is er geen enkele verplichting om de deelnemers aan de marktverkenning zeker uit te nodigen voor de eigenlijke gunningsprocedure, waarin zij moeten voldoen aan alle door de aanbestedende dienst gestelde selectie-eisen. Het hebben deelgenomen aan de marktverkenning kan dan ook niet worden gesteld als selectie-eis, als minimale besteksvereiste of als gunningscriterium, nu dit niet verstaanbaar is met de vereiste gelijke behandeling der inschrijvers (en dus een vertekening van de mededinging zou betekenen).Wel moet rekening gehouden worden met de angst in hoofde van de deelnemers aan de marktverkenning voor zgn. cherrypicking vanwege de aanbestedende overheid. De marktverkenning mag aldus noch het respect van de aanbestedende overheid voor het (Europeesrechtelijk) beginsel van de mededinging noch de vrije mededinging tussen de deelnemers aan de gunningsprocedure (door de regelgever als de ‘normale mededingingsvoorwaarden’ aangeduid) onmogelijk maken (verhinderen) of daaraan afbreuk doen (vertekenen).
Art. 3, 21°: “de documenten die op de opdracht toepasselijk zijn, met inbegrip van alle aanvullende en andere documenten waarnaar deze verwijzen. In voorkomend geval omvatten ze de aankondiging van opdracht, het bestek dat de bijzondere bepalingen bevat die op de opdracht toepasselijk zijn en de door de partijen ondertekende overeenkomst. Bij een ontwerpenwedstrijd worden deze documenten wedstrijddocumenten genoemd en bij een concessie voor openbare werken concessiedocumenten”Volgens RL 2004/18/EG bestaat marktverkenning (i) in het vragen en bekomen dan wel (ii) het louter aanvaarden van advies (weliswaar hier enkel i.k.v. het gebruik van dat advies bij het opstellen van het bestek). In dit laatste geval onderneemt de aanbestedende overheid zelf geen stappen, maar wordt het advies (of breder: de informatie) haar aangedragen Moet hieruit worden besloten dat de regelgever de mogelijkheid voor private marktpartijen om ongevraagd de overheid te adviseren over potentiële opdrachten (impliciet) heeft verboden?IKV onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking de praktijk komt het wel eens voor dat ook een niet uitgenodigde inschrijver, een offerte indiend, of verzoekt om een uitnodiging te ontvangen.De vraag stelt zich dan of het bestuur op zulk verzoek verplicht dient in te gaan.De Raad van State stelt dat het bestuur zogenaamde spontane kandidaturen voor onderhandelingsprocedures – dus door inschrijvers die niet zijn uitgenodigd – niet zomaar naast zich neerleggen. Er moeten dus motieven voorhanden zijn om deze kandidatuur niet aan te schrijven. Evenwel is een bestuur niet verplicht om voor niet concrete opdrachten een lijst van mogelijks geïnteresseerden bij te houden. Uitzondering vormt de procedure van onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking waarvan het geraamde bedrag van de opdracht boven de Europese drempelwaarden ligt (Arrest nr. 75.584 van 11 augustus 1998, NV OMNIPLAY)
Dit artikel is gebaseerd op artikel 14, § 3, van de Algemene aannemingsvoorwaarden. Paragraaf 1 herbevestigt het principe dat de aanbestedende overheid niet automatisch de eigendom van de intellectuele rechten verkrijgt die gebruikt of ontwikkeld worden in het kader van de opdracht. De aanbestedende overheid geniet evenwel een licentie waardoor zij de door de opdracht verkregen resultaten kan gebruiken voor alle in de opdrachtdocumenten vermelde exploitatiewijzen, zelfs als dit latere gebruik niet strikt onder de definitie van de opdracht zou vallen. De in de opdrachtdocumenten uiteen te zetten exploitatiewijzen zijn van diverse aard : het kan gaan om het onderhoud en de actualisering van informaticaprogramma's en databanken, de al dan niet elektronische ondersteuning van teksten, beelden en opnames, het recht om het werk of de creatie aan te passen, enz. De opsomming ervan in de opdrachtdocumenten voorkomt interpretatieproblemen wat de draagwijdte van de licentie betreft. Indien de aanbestedende overheid de intellectuele eigendomsrechten wenst te verkrijgen die ontwikkeld worden in het kader van de opdracht, moet zij dit in de opdrachtdocumenten vermelden en de voorwaarden ervan uiteenzetten overeenkomstig de toepasselijke wet. In tegenstelling tot dit principe verkrijgt de aanbestedende overheid wel automatisch de intellectuele rechten op de tekeningen en modellen, de emblemen die als merk kunnen worden gedeponeerd en op de domeinnamen wanneer die het voorwerp uitmaken van de opdracht, tenzij de opdrachtdocumenten anders bepalen. Volgens paragraaf 2 kunnen de intellectuele eigendomsrechten die gedaan, ontwikkeld of gebruikt worden in het kader van de opdracht, niet tegen de aanbestedende overheid aangevoerd worden om te voorkomen dat de resultaten van de opdracht worden gebruikt. Dit geldt onverminderd de bepalingen van artikel 17 van het koninklijk besluit van 15 juli 2011, artikel 18 van het koninklijk besluit van 23 januari 2012 en artikel 17 van het koninklijk besluit van 16 juli 2012, al naargelang. Indien bepaalde rechten aan derden toebehoren, dient de opdrachtnemer de gebruiksrechten te verkrijgen, alsook de vereiste instemming zodat de aanbestedende overheid gebruik kan maken van de resultaten van de opdracht binnen de perken van paragraaf 1. De paragrafen 3 en 4 gaan nader in op het gebruik van algemene gegevens over het bestaan van de opdracht en de resultaten verkregen door de aanbestedende overheid en de opdrachtnemer. Uit paragraaf 5 blijkt dat, in de veronderstelling dat de opdrachtdocumenten voorzien in de financiering door de aanbestedende overheid van het onderzoek en de ontwikkeling verbonden aan het voorwerp van de opdracht, laatstgenoemde in de opdrachtdocumenten kan bepalen dat haar een vergoeding verschuldigd is in geval van commerciële exploitatie van de resultaten van de opdracht door de opdrachtnemer.
Art. 20. Het eerste lid van dit artikel bevat een regel die vergelijkbaar is met die van artikel 19, § 1, voor de verworven kennis, methodes en knowhow : de aanbestedende overheid verwerft slechts de eigendom ervan wanneer dit uitdrukkelijk in de opdrachtdocumenten is vermeld. Het tweede lid verplicht de opdrachtnemer evenwel om de aanbestedende overheid in kennis te stellen van deze kennis en knowhow zodat zij ten volle gebruik kan maken van de resultaten van de opdracht. Registraties Art. 21. Dit artikel neemt de inhoud over van artikel 14, § 4, van de Algemene aannemingsvoorwaarden, betreffende de verplichting voor de opdrachtnemer om bij de aanbestedende overheid aangifte te doen van alle registratieaanvragen van een intellectueel eigendomsrecht in verband met creaties of uitvindingen die hij ontwikkeld of gebruikt heeft bij de uitvoering van de opdracht. De toepassing van dit artikel doet geen afbreuk aan de naleving van de vertrouwelijkheidsregels vermeld in artikel 18. Indien de uitvinding, de tekening of het model gemeenschappelijk eigendom is van de opdrachtnemer en van de aanbestedende overheid, mag de opdrachtnemer een registratieaanvraag enkel indienen mits voorafgaande instemming van de aanbestedende overheid. Hij mag immers de in artikel 18 opgelegde geheimhoudingsplicht niet schenden. Indien de uitvinding, de tekening of het model daarentegen alleen eigendom is van de opdrachtnemer, staat het hem vrij de geheimhouding van het bestaan ervan te beëindigen en een registratieaanvraag in te dienen. Overeenkomstig dit artikel brengt de opdrachtnemer de aanbestedende overheid daarvan op de hoogte die, binnen de perken van de gegevens vervat in de registratieaanvraag, ontheven wordt van de in artikel 18 opgelegde geheimhoudingsplicht.
Art. 22. Dit artikel neemt de bepaling over van artikel 14, § 5, van de Algemene aannemingsvoorwaarden volgens hetwelke de aanbestedende overheid die houder is van een gebruikslicentie, sublicenties kan toestaan aan derden. Het spreekt vanzelf dat het toepassingsgebied van de sublicentie niet ruimer kan zijn dan het dat van de gebruikslicentie die verkregen wordt overeenkomstig artikel 19, § 1, vierde lid. Wederzijdse bijstand en waarborg Art. 23. Dit artikel bevat de inhoud van artikel 14, § 6, van de Algemene aannemingsvoorwaarden, betreffende, enerzijds, de wederzijdse bijstand in geval van een vordering van een derde en, anderzijds, de waarborg die de opdrachtnemer en de aanbestedende overheid ten opzichte van elkaar moeten dragen in geval van verhaal ingesteld door een derde, wanneer ze de rechten van deze derde niet hebben geëerbiedigd of ze niet aan hun medecontracten kenbaar hebben gemaakt. Deze laatste bepaling heeft tot nog toe enkel betrekking op de opdrachtnemer. Ze is logischerwijze verruimd tot de aanbestedende overheid. Het voorlaatste lid is een nieuwe bepaling die nader ingaat op de specifieke kwestie van de rechten die verbonden zijn aan de illustraties en in het bijzonder aan de portretten. De opdrachtnemer vrijwaart de aanbestedende overheid tegen elke beweerde schending van het recht op afbeelding van een derde door toe te zien op de naleving van de voorschriften van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten.
Vandaag reeds voorzien in art. 19 en 41 Wet 24 december 1993“De gezamenlijke uitvoering van werken, leveringen of diensten voor rekening van verschillende aanbestedende overheden kan, in het algemeen belang, worden samengevoegd in een enkele opdracht, die bij aanbesteding, door offerteaanvraag of bij onderhandelingsprocedure wordt gegund, onder de voorwaarden bepaald in de wet. De betrokken personen duiden de overheid aan die, of het orgaan dat, in hun gezamenlijke naam, bij de gunning en de uitvoering van de opdracht zal optreden”
Discussie of penhouder gedelegeerde bevoegheid, lasthebber of simpelweg vertegenwoordiger
AC = term uit RLOC = eigen Belgisch begrip om duidelijk onderscheid te maken tussen zelf de opdracht gunnen en uitvoeren en de geleverde prestaties doorplaatsen (AC) EN zelf de opdracht gunnen en uitvoeren maar voor rekening
Voorwerp vastleggen voorwaarden te plaatsen opdrachten > overw. 10 RL 2004/18/EG: bekendmaking, termijnen en voorwaarden indiening inschrijvingen
‘Die in staat zijn de opdracht uit te voeren’ :bv. erkenning aannemer
Verschil met systeem nutsectoren vandaag: als RO afgesloten onder gunningsprocedure dan individuele opdracht middels onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking cfr. art. 39, §2, 10° g en 59, §2, 1° e