1. Aan de vooravond
van een revolutie
Smartphones, iPads, mobiele apps. De technologische
ontwikkelingen zijn niet meer te stoppen en raken het onderwijs
in zijn diepste wezen. Leermiddelen zijn in kort tijdsbestek
sterk veranderd. Leerlingen vinden informatie op een iPad,
communiceren met hun docent via Twitter en ontmoeten hun
vrienden op Facebook. Deze ontwikkelingen lijken een docent of
een schoolgebouw zo langzamerhand volkomen overbodig te
maken. Wat betekent dat voor de toekomst van het onderwijs?
Een debat. Tekst Anje Romein Foto’s Kees Rutten
Stelling 1: De docent blijft onmisbaar leraar fysiek niet ziet. Hooguit op Skype. De Marcel Kesselring. “Kennis ligt op straat, het
in zijn rol als leermeester. Daar kan geen nieuwe generatie is gewend virtueel om te is overal. Kinderen leren veel breder dan in
enkele vorm van nieuwe technologie gaan met school en vriendschappen.” het klaslokaal. Nu zitten docenten nog te
tegenop. Het aanleren van vaardigheden wat spreekt beperkt op een eiland en worden pabo-stu-
De ervaren debater Edward van der Zwaag uit de term ‘leermeester’ is al lang niet meer denten nog voor de oude rol opgeleid.”
zwengelt de discussie aan en stelt zich ach- de rol van docenten, zegt Monique Spaan- Toch moeten we de docent als leermeester
ter de stelling op. “De docent is onmisbaar sen. Zeker niet in het beroepsonderwijs, ook weer niet helemaal afschrijven, vindt
als leermeester die zijn kennis en ervaring waar de docent vaak ver af staat van recente Theo Fledderus. Vakmanschap is niet vol-
deelt, maar ook als sociaal vangnet fun- ontwikkelingen in de techniek en normen ledig met digitale techniek aan te leren. Hij
geert. Hij kent de leerlingen persoonlijk en en waarden van de jeugd. “Toch zien veel illustreert dit aan de hand van zijn golfles.
is hun aanspreekpersoon bij problemen.” docenten dat niet in. Zij overschatten hun “Golfen kan ik voor een groot deel virtueel
De docent is helemaal niet onmisbaar als eigen rol. Bij het aanleren van vaardigheden leren. Maar uiteindelijk heb ik een leraar
leermeester, voorbeelden genoeg waar- hebben leerlingen vaak meer aan jonge vak- nodig die mij corrigeert. Ik kan veel digitaal
uit het tegendeel blijkt, reageren Van der mensen uit de beroepsgroep of ouderejaars tot mij nemen, maar een docent heeft wel
Zwaags opponenten. Kijk bijvoorbeeld leerlingen die dichter bij hun belevingswe- toegevoegde waarde.”
naar de elektronische leeromgeving van reld staan. Leerlingen kunnen praktische
Cultuurcampus Leidsche Rijn. Sibo Arbeek: vaardigheden zelf aanleren, bijvoorbeeld Aanbevelingen:
“Leerlingen uit het voortgezet onderwijs met behulp van YouTube-filmpjes. Docen- • Door de opkomst van ICT is de rol van
organiseren hun eigen leerproces. Er komt ten moeten zich veel meer opstellen als docenten verschoven van leermeester
geen boek meer aan te pas, alleen ICT. De organisator of coach.” naar coach. Docenten moeten beter voor
enige rol van de docent is die van manager.” die rol worden toegerust
Ook Peter Stamps kent voorbeelden van Golfles • De nieuwe rol van docenten moet veel
virtuele scholen die goed functioneren. “In Jammer dat de opleidingen nog niet aanslui- meer tot uitdrukking komen in de oplei-
de VS zijn scholen waarbij de leerling de ten bij die nieuwe rol van de docent, vindt dingen
24 schooldomein november 2011
2. THEMA SMART
EXPERTMEETING SMART
Sibo Arbeek – ICSadviseurs, hoofdredacteur
Schooldomein
Martin Heerlien – sales manager onderwijs BIS
René Hoek – architect HET Architectenbureau
Theo Fledderus – Fledderus Advies
Namen onder de foto: v.l.n.r. René Hoek, Theo Fledderus, Erik van Wel
Marcel Kesselring – organisatieadviesbureau
Hutspot
moeten wennen. “Voor de docent zijn het hebben. Fysieke beweging, maar ook afwis-
Wim Mollema – verkoopmanager Schoots
middelen, voor leerlingen is het een way to seling in hun hoofd. Studenten moeten ook
Schoolborden
be, het zit in hun dna.” praktische vaardigheden leren als offertes
Monique Spaansen – beroepsonderwijs BMC Die generatiekloof tussen docent en leer- maken of onderhandelen.”
advies management
ling klopt niet helemaal, brengt Monique
Peter Stamps – business development manager Spaansen er tegenin. “Jonge docenten pak- Landschappen
Atos ken de nieuwe technologie wél op, maar Martien Heerlien vindt de stelling te gene-
Erik van Wel – architect BRT Architecten je ziet ook docenten voor wie het te snel raliserend. Hij wil onderscheid maken in
gaat.” Leerlingen vergaren hun kennis an- onderwijsniveaus. “In het basisonderwijs
Edward van der Zwaag – onderwijskundige,
trainer bij Colourful People (gespreksleider) ders. Het is een ontwikkeling waar Erik van worden moderne middelen, zoals interac-
Wel zich inmiddels bij heeft neergelegd. tieve borden, gecombineerd met traditio-
“Ik was er in eerste instantie heel veront- neel lesgeven. In het middelbaar onderwijs
waardigd over dat jonge pabo-docenten is dit nog helemaal niet zo doorgevoerd.
Stelling 2: ICT is voor de leerling, het niet meer kunnen hoofdrekenen. Nu denk Overigens leren ze op de pabo´s nog steeds
krijtje en het (digitale) schoolbord zijn ik: waar is het voor nodig? Iedereen heeft niet met interactieve borden om te gaan.”
voor de leerkracht. Doceren is voor de een rekenmachine. Als je de hoogte van een Basisschool, voortgezet onderwijs, de
docent, vergaren is voor de student. bedrag kunt aanvoelen en met moderne universiteit: René Hoek noemt het verschil-
Van der Zwaag schetst een beeld van de apparaten en ICT kunt omgaan, ben je heel lende landschappen. “De digitale wereld
docent met een krijtje of hooguit een elek- waardevol.” past niet in ieder landschap. Het grootste
tronisch schoolbord. En de leerling die hem We moeten ook weer niet doorslaan door gevaar van volledige digitalisering vind ik
aan alle kanten voorbij streeft met iPads en altijd alles met ICT te doen. “Dat willen veel het verlies van het zintuiglijke. Als je alleen
smartphones. “Het kan toch niet zo zijn dat leerlingen ook weer niet,” heeft Spaansen wordt opgeleid in een mechanische wereld,
we allemaal alleen nog digitaal communi- ervaren. “Continu online zijn betekent verlies je gevoel voor wat je doet. Ik heb dat
ceren?” Volgens Arbeek zal hij daar toch aan stilzitten, terwijl leerlingen beweging nodig gezien op de TU Delft. Studenten konden
schooldomein november 2011 25
3. V.l.n.r. Marcel Kesselring, Martin Heerlien, Edward van der Zwaag Stelling 3: Het traditionele schoolge-
bouw heeft zijn plaats als leerplaats
bewezen. Vormgeving en kleurgebruik
kunnen hooguit worden aangepast
maar het traditionele klaslokaal blijft
van essentieel belang.
Van der Zwaag lokt met een paar vragen
rond deze stelling het debat verder uit. “Wat
heeft een leerling anno 2011 nog aan faci-
liteiten nodig? Met zijn laptop of iPad heeft
hij voldoende aan een stoel en een tafel.
Wat is nog de functie van een schoolgebouw
binnen al die ontwikkelingen waar we nu
mee worden geconfronteerd?”
“Ontmoeting,” reageert Fledderus. “De
school zorgt ervoor dat leerlingen ergens
bij horen en van elkaar leren. De kern is een
gevoel van erkenning. Daarvoor heb je een
ontmoetingsplek nodig, geen traditioneel
lokaal.” Veel hedendaagse schoolgebou-
“Bij het aanleren van prachtige presentaties opstellen, maar bij wen hebben niks meer te maken met een
het maken van een simpel detail voor een traditionele school, zegt ook Van Wel. “Een
vaardigheden hebben kozijn wisten ze niet goed wat ze aan het schoolgebouw is veel vrijer dan vroeger. Het
doen waren. Vakmanschap leer je in de is open, er is veel beweging. De sfeer is be-
leerlingen vaak meer praktijk, de digitale wereld is er voor de langrijk. Het is de plek waar je de dag begint
herhaling.” Ook Wim Mollema breekt een en elkaar ontmoet.”
aan jonge vakmensen lans voor de docent. “De liefde en passie Samengevat: een leerling gaat ´s ochtends
voor het vak kan alleen een docent goed naar school, ontvangt er zijn opdracht voor
uit de beroepsgroep of overbrengen.” die dag en voert deze ergens in een gebouw
uit. Kleine kantoren lijken het bijna. “Maar
ouderejaars leerlingen Aanbevelingen: geen grote leerdomeinen meer,” reageert
• De rol van ICT in het onderwijs wordt Arbeek. “Het gaat om kleine, georganiseerde
die dichter bij hun alleen maar groter. Probeer toch oog te eenheden. Smart buildings met minder
houden voor het zintuiglijke, vakman- vierkante meters en een efficiënter gebruik
belevingswereld schap en passie voor het vak van die gebouwen zodat de ruimte optimaal
• Pabo-studenten moeten beter worden wordt benut.” De schaalvergroting in het
staan.” opgeleid in ICT-leermiddelen onderwijs van enkele jaren geleden, waarbij
Erik van Wel, Peter Stamps
26 schooldomein november 2011
4. THEMA SMART
heel veel leerlingen in één gebouw werden kinderen. ICT biedt daarin ook kansen. Met
ondergebracht, is verleden tijd denkt ook goedgemaakte games kun je ICT ook inzet-
Van Wel: “Gezien de mogelijkheden die ICT ten om het onderwijs weer avontuurlijker te
biedt om met elkaar verbonden te zijn, is maken. ”
dat alweer achterhaald.” Ook Mollema vindt dat we niet moeten
somberen over de nadelige invloed van ICT
Website 1.0 op de opgroeiende mens. “Je moet een kind
Al is hij zelf architect, Hoek is heel eerlijk vertrouwen geven en op de gevaren wijzen.
over de functie van die gebouwen: “Het Een leerling maakt zijn eigen keuzes, ook
schoolgebouw speelt geen bepalende rol. voor sociale media.” De ontwikkelingen zijn
De kwaliteit van de docent en de orga- simpelweg niet meer te stoppen. Heerlien:
nisatie bepalen het succes en de sfeer in “We staan aan de vooravond van een tech-
een school. Als architect faciliteer je alleen nologische revolutie. Kijk eens naar de iPad.
maar.” Er is nog nooit een product geweest dat zo
Kesselring valt hem bij. “Startpunt is de on- snel is doorgevoerd in onze samenleving.
derwijsvisie. Daar maak je een gebouw bij. We gaan allemaal mee in de voortgang.
De betrokkenheid die je binnen een school Ook scholen moeten beter anticiperen op
wilt creëren, kun je ook online versterken
met sociale media. Scholen maken daar nog Wim Mollema, René Hoek, Theo Fledderus
onvoldoende gebruik van. Ze hebben vaak
een website 1.0 die niet interactief is.”
Aanbevelingen:
• Zorg dat je schoolgebouw vooral ontmoe-
ting faciliteert
• Maak meer gebruik van sociale media om
betrokkenheid bij de school te vergroten
Stelling 4: De school van vandaag
moet zorgen voor de vertaalslag van
de innovatie van morgen. Alleen met
voldoende euro’s kunnen we een slag
vooruit maken.
“Waar gaan we naartoe?,” vraagt debatlei-
der Van der Zwaag tot slot. Met een laptop
of tablet met internetverbinding kunnen
leerlingen en docenten overal met elkaar
overleggen en kennis uitwisselen. Een
megalomaan schoolgebouw in de periferie de mogelijkheden die deze tablets en apps “Je moet een kind
van een stad of dorp is hopeloos ouderwets. bieden.”
Werken doe je thuis of onderweg, naar Dat betekent in ieder geval dat volwassenen vertrouwen geven en
‘school’ ga je voor ontmoeting. de plicht hebben die ontwikkelingen ook bij
Van der Zwaag ziet gevaren in die ICT- te houden, sluit Van der Zwaag af: “Kinde- op de gevaren wijzen.”
ontwikkeling. “Als het traditionele systeem ren snappen meer van moderne ICT dan
plat valt weten we niet wat we moeten. hun ouders en docenten. Ouders moeten
Als het enige contact van jongeren nog via weer naar school om te leren begrijpen
Facebook verloopt, zie ik grote gevaren voor waar hun kinderen mee bezig zijn. Genera-
de jeugd.” ties begrijpen elkaar anders niet meer.”
Arbeek ziet ook nadelige gevolgen. Zijn
voorkeur gaat uit naar een school waar Aanbevelingen:
nog wél uit boeken wordt geleerd. “Waar • De ontwikkelingen zijn niet meer te stop-
elektronisch onderwijs niet de hoofdmoot pen, maak daarom slim gebruik van apps
is. Leerlingen zijn verslaafd aan pingen en sociale media
en Facebook. Ik stel: ICT maakt geestelijk • Gebruik ICT om het onderwijs weer avon-
dood.” Hoek gaat voor een deel met hem tuurlijk te maken
mee, maar benadert het van de positieve • Zorg dat je als volwassene – ouders en do-
kant. “Het avontuur is weg uit het leven van centen – de ontwikkelingen blijft volgen
schooldomein november 2011 27