Rechtspraak is voor de macht(hebbers).
Opzettelijke fouten en bevoordeling door de rechtspraak
Ondergetekende en andere slachtoffers van het onrecht in het recht
Het civielrechtelijk bestuursverbod en de positie van de tijdelijk bestuurderArjen Raat
Sinds juli 2016 kan de rechter een bestuursverbod uitspreken en een tijdelijk bestuurder benoemen. He ziet de regeling eruit en wat is de positie van de tijdelijk bestuurder.
Het civielrechtelijk bestuursverbod en de positie van de tijdelijk bestuurderArjen Raat
Sinds juli 2016 kan de rechter een bestuursverbod uitspreken en een tijdelijk bestuurder benoemen. He ziet de regeling eruit en wat is de positie van de tijdelijk bestuurder.
De Mr. Big-methode bij undercoveroperaties in het licht van het EVRM Big solu...Arnold Aulaign
Text of customer Robert, who didn't pay for his ordered text.
Grootschalige drugscriminaliteit vond in de jaren negentig vanuit Zuid-Amerika zijn weg naar Europa wat betekende dat daarmee ook de inzet van undercovertrajecten toenam.1 Inmiddels worden in Nederland ook regelmatig undercoveroperaties ingezet voor andere soort van criminaliteit zoals vermogens- en levensdelicten. Een bijzonder voorbeeld van zo een undercoveroperatie is de Mr. Big-methode. Dit is een methode waarbij politieagenten onder een dekmantel een verdachte opnemen binnen een fictieve criminele organisatie met het doel hen een bekennende verklaring te laten afleggen ten overstaan van de leider van die organisatie, de zogenoemde ‘Mr. Big’.2 De methode vindt zijn oorsprong in Canada waar deze sinds 2008 wordt ingezet.3 In Nederland waren de Kaatsheuvel- en Posbank-zaak de eerste politieonderzoeken waarin de Mr. Big-methode werd ingezet als opsporingsmiddel.4 5 In deze zaken werd in hoger beroep aan beide verdachten een gevangenisstraf van respectievelijk twintig en achttien jaar opgelegd.6 7 Beide zaken leidden tot cassatie in het belang der wet. De Hoge Raad sprak zich echter niet uit over de algemene toelaatbaarheid van de methode. Wel werd geoordeeld dat in hoger beroep niet toereikend genoeg was gemotiveerd waarom er bij de uitvoering van de methode geen onaanvaardbare druk door de politieagenten op de verdachten was uitgeoefend. Gevolg was dat beide uitspraken werden vernietigd en verwezen naar het Gerechtshof Den Haag.
Dit jaar (2021) werden twee verdachten, die voor een moordzaak werden onderworpen aan de Mr. Big-methode, in eerste aanleg vrijgesproken. De rechtbank oordeelde dat in een aantal gesprekken, tussen de verdachten en undercoveragenten, wél onaanvaardbare druk was uitgeoefend. Tevens werd geoordeeld dat er door onvoldoende nauwkeurige verslaglegging niet was vast te stellen of dit in andere gesprekken ook het geval was.1 Omdat bij een wettig verkregen bekentenis sprake moet zijn van verklaringsvrijheid is de vraag of er geen onaanvaardbare druk werd uitgeoefend bij het verkrijgen van deze bekentenis essentieel. Verklaringsvrijheid is een fundamenteel onderdeel van het recht op een eerlijk strafproces. Art. 6 lid 1 van het Europese Verdrag van de Rechten van de Mens en Fundamentele Vrijheden (EVRM) bevat, vanuit het begrip ‘fair hearing’, het impliciete recht dat de verklaring van de verdachte in vrijheid moet zijn afgelegd.2 Daarbij wordt gekeken naar de validiteit van die verklaring.3 Om deze validiteit te toetsen ziet art. 6 lid 3 EVRM op het beginsel van ‘equality of arms’, wat inhoudt dat alle ingezette opsporingsmiddelen inzichtelijk moeten zijn voor de verdediging ter voorbereiding op het proces
Het "Huis voor Klokkenluiders" - liever renovatie dan nieuwbouwDianBrouwer
Kritische beschouwing van het initiaitief wetsvoorstel "Huis voor Klokkenluiders". Het wetsvoorstel is onvoldoende doordacht en miskent de handhavingspraktijk, waarin gebrek aan onderzoekscapaciteit de norm is. Een beter model is mogelijk.
De proportionele toepassing van rechten van de mens van pg liégeoisPascal Renes
Tussenkomst van PG Yves Liégois tijdens de pleinaire slotzitting van de veiligheidsconferentie ‘Diefstal in woningen’ van 1 juni 2012 van de provincies Antwerpen en Limburg.
In de plenaire slotzitting hield de heer Yves Liégeois, procureur-generaal bij het Hof van Beroep van Antwerpen, een tussenkomst onder de titel ‘De proportionele toepassing van rechten van de mens’ waarin de rechten van slachtoffers en daders van diefstal in woningen tegen elkaar werden afgewogen.
Als bijlage vindt u de schriftelijke versie van deze tussenkomst.
Hieronder alvast een markante passus uit de tussenkomst van procureur-generaal Yves Liégeois:
“Willen we woninginbraken efficiënt aanpakken, moet bij wijze van voorbeeld kunnen afgesproken worden dat bepaalde straffen hoe dan ook – en zelfs de korte straffen – effectief worden uitgevoerd zodat dit een afschrikkend effect kan hebben op dievenbendes. Dan pas kunnen we spreken van proportionele toepassing van rechten en geen steeds verder groeiende rechten tegenover onbestaande of uitgeholde verplichtingen.”
Met dank aan de stuurgroep "Veiligheidsconferentie 2012".
tegenonderzoek op Prof.dr. Henk Kummeling, door IFUD of Human Rights / J.P. van den Wittenboer,betreft de stand van rechtsstaat en democratie in nederland,(2024).
De whiplashrichtlijn van de NVN van 2007 dient nog niet te worden herzienMike de Groot
D r . E . M . H . v a n d e n D o e l
Het laatste nummer van TVP bevatte een bijdrage van collega
Vos,1
waarin hij stelde dat de richtlijn van de Nederlandse
Vereniging voor Neurologie (NVN) voor het vaststellen van
functieverlies bij het postwhiplashsyndroom van 2007 dient te
worden herzien. Deze stelling onderbouwt Vos met een
beschrijving van een nieuwe MRI-techniek die het mogelijk
maakt bij klachten die als ‘postwhiplashsyndroom’ of als
‘chronic whiplash’ worden omschreven objectief hersenbeschadiging aan te tonen.
De bijdrage werkt naar mijn mening verwarring in de hand.
Allereerst omdat Vos aangeeft over whiplash te schrijven,
maar in feite vrijwel uitsluitend over traumatische hersenbeschadiging schrijft. Daarnaast wordt onvoldoende ingegaan op
de onzekerheid die het toepassen van een nieuwe techniek met
zich meebrengt, zeker als dit het meten van het functioneren
van de menselijke hersenen betreft. Ik zal trachten deze problemen te verduidelijken.
De Mr. Big-methode bij undercoveroperaties in het licht van het EVRM Big solu...Arnold Aulaign
Text of customer Robert, who didn't pay for his ordered text.
Grootschalige drugscriminaliteit vond in de jaren negentig vanuit Zuid-Amerika zijn weg naar Europa wat betekende dat daarmee ook de inzet van undercovertrajecten toenam.1 Inmiddels worden in Nederland ook regelmatig undercoveroperaties ingezet voor andere soort van criminaliteit zoals vermogens- en levensdelicten. Een bijzonder voorbeeld van zo een undercoveroperatie is de Mr. Big-methode. Dit is een methode waarbij politieagenten onder een dekmantel een verdachte opnemen binnen een fictieve criminele organisatie met het doel hen een bekennende verklaring te laten afleggen ten overstaan van de leider van die organisatie, de zogenoemde ‘Mr. Big’.2 De methode vindt zijn oorsprong in Canada waar deze sinds 2008 wordt ingezet.3 In Nederland waren de Kaatsheuvel- en Posbank-zaak de eerste politieonderzoeken waarin de Mr. Big-methode werd ingezet als opsporingsmiddel.4 5 In deze zaken werd in hoger beroep aan beide verdachten een gevangenisstraf van respectievelijk twintig en achttien jaar opgelegd.6 7 Beide zaken leidden tot cassatie in het belang der wet. De Hoge Raad sprak zich echter niet uit over de algemene toelaatbaarheid van de methode. Wel werd geoordeeld dat in hoger beroep niet toereikend genoeg was gemotiveerd waarom er bij de uitvoering van de methode geen onaanvaardbare druk door de politieagenten op de verdachten was uitgeoefend. Gevolg was dat beide uitspraken werden vernietigd en verwezen naar het Gerechtshof Den Haag.
Dit jaar (2021) werden twee verdachten, die voor een moordzaak werden onderworpen aan de Mr. Big-methode, in eerste aanleg vrijgesproken. De rechtbank oordeelde dat in een aantal gesprekken, tussen de verdachten en undercoveragenten, wél onaanvaardbare druk was uitgeoefend. Tevens werd geoordeeld dat er door onvoldoende nauwkeurige verslaglegging niet was vast te stellen of dit in andere gesprekken ook het geval was.1 Omdat bij een wettig verkregen bekentenis sprake moet zijn van verklaringsvrijheid is de vraag of er geen onaanvaardbare druk werd uitgeoefend bij het verkrijgen van deze bekentenis essentieel. Verklaringsvrijheid is een fundamenteel onderdeel van het recht op een eerlijk strafproces. Art. 6 lid 1 van het Europese Verdrag van de Rechten van de Mens en Fundamentele Vrijheden (EVRM) bevat, vanuit het begrip ‘fair hearing’, het impliciete recht dat de verklaring van de verdachte in vrijheid moet zijn afgelegd.2 Daarbij wordt gekeken naar de validiteit van die verklaring.3 Om deze validiteit te toetsen ziet art. 6 lid 3 EVRM op het beginsel van ‘equality of arms’, wat inhoudt dat alle ingezette opsporingsmiddelen inzichtelijk moeten zijn voor de verdediging ter voorbereiding op het proces
Het "Huis voor Klokkenluiders" - liever renovatie dan nieuwbouwDianBrouwer
Kritische beschouwing van het initiaitief wetsvoorstel "Huis voor Klokkenluiders". Het wetsvoorstel is onvoldoende doordacht en miskent de handhavingspraktijk, waarin gebrek aan onderzoekscapaciteit de norm is. Een beter model is mogelijk.
De proportionele toepassing van rechten van de mens van pg liégeoisPascal Renes
Tussenkomst van PG Yves Liégois tijdens de pleinaire slotzitting van de veiligheidsconferentie ‘Diefstal in woningen’ van 1 juni 2012 van de provincies Antwerpen en Limburg.
In de plenaire slotzitting hield de heer Yves Liégeois, procureur-generaal bij het Hof van Beroep van Antwerpen, een tussenkomst onder de titel ‘De proportionele toepassing van rechten van de mens’ waarin de rechten van slachtoffers en daders van diefstal in woningen tegen elkaar werden afgewogen.
Als bijlage vindt u de schriftelijke versie van deze tussenkomst.
Hieronder alvast een markante passus uit de tussenkomst van procureur-generaal Yves Liégeois:
“Willen we woninginbraken efficiënt aanpakken, moet bij wijze van voorbeeld kunnen afgesproken worden dat bepaalde straffen hoe dan ook – en zelfs de korte straffen – effectief worden uitgevoerd zodat dit een afschrikkend effect kan hebben op dievenbendes. Dan pas kunnen we spreken van proportionele toepassing van rechten en geen steeds verder groeiende rechten tegenover onbestaande of uitgeholde verplichtingen.”
Met dank aan de stuurgroep "Veiligheidsconferentie 2012".
tegenonderzoek op Prof.dr. Henk Kummeling, door IFUD of Human Rights / J.P. van den Wittenboer,betreft de stand van rechtsstaat en democratie in nederland,(2024).
De whiplashrichtlijn van de NVN van 2007 dient nog niet te worden herzienMike de Groot
D r . E . M . H . v a n d e n D o e l
Het laatste nummer van TVP bevatte een bijdrage van collega
Vos,1
waarin hij stelde dat de richtlijn van de Nederlandse
Vereniging voor Neurologie (NVN) voor het vaststellen van
functieverlies bij het postwhiplashsyndroom van 2007 dient te
worden herzien. Deze stelling onderbouwt Vos met een
beschrijving van een nieuwe MRI-techniek die het mogelijk
maakt bij klachten die als ‘postwhiplashsyndroom’ of als
‘chronic whiplash’ worden omschreven objectief hersenbeschadiging aan te tonen.
De bijdrage werkt naar mijn mening verwarring in de hand.
Allereerst omdat Vos aangeeft over whiplash te schrijven,
maar in feite vrijwel uitsluitend over traumatische hersenbeschadiging schrijft. Daarnaast wordt onvoldoende ingegaan op
de onzekerheid die het toepassen van een nieuwe techniek met
zich meebrengt, zeker als dit het meten van het functioneren
van de menselijke hersenen betreft. Ik zal trachten deze problemen te verduidelijken.
Whiplash en de richtlijn 2007 van de NVvN; een jaar laterMike de Groot
Nieuwe expertiserichtlijn NVvN
In november 2007 kwam de Nederlandse Vereniging
voor Neurologie (NVvN) met de nieuwe “Nederlandse
richtlijnen voor de bepaling van functieverlies en beperkingen bij neurologische aandoeningen”.1
Deze richtlijnen, opgesteld door de commissie forensische neurologie van de NVvN, zijn specifiek bedoeld voor de
expertisepraktijk en hebben in die expertisepraktijk als
het gaat om whiplashletsel voor behoorlijk wat beroering
gezorgd. In de richtlijn wordt namelijk als uitgangspunt
genomen dat het postwhiplashsyndroom moet worden
gezien als een chronisch pijnsyndroom zonder neurologisch substraat. Daaraan kan volgens de huidige inzichten door de neuroloog geen percentage functieverlies
worden toegekend.2
Interessant is dat in het voorwoord bij deze richtlijn met
zoveel woorden valt te lezen dat deze richtlijn tot stand is
gekomen om meer in lijn te komen met de vijfde editie
van de AMA- guides. De inkt van de nieuwe neurologenrichtlijn was echter nog niet droog, of de zesde editie van
de AMA-guides lag er al (januari 2008), met daarin een
standpunt ten aanzien van whiplash waardoor de neurologenrichtlijn op dit punt direct achterhaald was. In de
AMA-guides wordt namelijk voor het eerst van ‘chronic
whiplash’ gesproken waaraan wel degelijk een percentage functieverlies kan worden toegekend.
De whiplashrichtlijn van de NVN van 2007 dient te worden herzienMike de Groot
De forensische commissie van de Nederlandse Vereniging
voor Neurologie (NVN) heeft in 2007 de richtlijnen voor de
bepaling van invaliditeit met betrekking tot de gevolgen van
een hersenschudding of whiplash herzien. Omdat er volgens
de commissie nooit een neurologisch substraat is gevonden,
zoals afwijkingen in de hersenen, kan aan klachten na een dergelijk
letsel na een halfjaar geen percentage invaliditeit worden
toegekend. Het postwhiplashsyndroom wordt als een chronisch
pijnsyndroom beschouwd door de commissie. In 2007
was echter al een aantal jaren bekend dat er afwijkingen zijn
aangetoond in de hersenen van patiënten na een whiplash of
hersenschudding. Met speciale MRI-technieken zoals ‘diffusion
tensor imaging’ (DTI) zijn afwijkingen zichtbaar, niet
alleen kort na het ongeval, maar zelfs nog jaren daarna. Afwijkingen
die met een normale MRI- of CT-scan niet aantoonbaar
zijn. DTI is sinds een aantal jaren beschikbaar in alle academische
ziekenhuizen in Nederland.
Sp cda pvda letselschade slachtoffers van verzekeraarsMike de Groot
Letselschade:
Slachtoffers van verzekeraars
Wat is het probleem Voor slachtoffers met letselschade kan het leven op zijn kop staan. Van de ene op de andere dag is je leven veranderd. Mensen moeten zich volledig kunnen richten op hun herstel, maar noodgedwongen moeten zij ook vaak bezig zijn met de juridische en financiële afwikkeling. Te veel mensen moeten daar te lang op wachten. Hierdoor zijn letselschadeslachtoffers eigenlijk in sommige gevallen dubbel slachtoffer, omdat ze enerzijds te maken hebben met letsel als gevolg van het ongeval en zij anderzijds ook nog eens slachtoffer worden van het hele proces bij de verzekeraar.
LSA-advocaat Edwin Bosch van VBS advocaten email correspondentie 9 dec 2015Mike de Groot
Waarin hij dé cruciale fout maakt in behandeling letselschade om tijdig een hersenschudding over het hoofd te zien. En tegen het advies van mijn behandelaars ingaat om een NPO te ondergaan !!!
Toespraak mr. l. verheij letselschadedag 22 nov 2013Mike de Groot
Toespraak president mr. L. Verheij bij de Letselschadedag op 22 november 2013
Werken met moed en vertrouwen
Dat zijn relevante vragen. Toen ik in 1987 als (o.a.) voormalig (letselschade)advocaat toetrad tot de rechterlijke macht, was een van de dingen die mij het meest opvielen de grote zorgvuldigheid waarmee rechters omgingen met het aspect van de onpartijdigheid.
Als iemand maar half twijfelde, maakte hij/zij dat bespreekbaar en werd in goed collegiaal overleg gekozen voor een veilige en verantwoorde oplossing. Er zullen toen heus ook fouten zijn gemaakt, maar voor zover ik dat kon waarnemen zat de integriteit op dit punt bij de rechters echt in de genen.
Paul Dellemijn steekpenning factuur 10 sept 2015Mike de Groot
Steekpenning factuur van dr. Paul Dellemijn in opdracht van senior rechter mr. Sonja Hoekstra - van Vliet "Rechtbank Den Haag" voor een neurologisch medische expertise, waarbij valsheid in geschriften is gepleegd door Paul Dellemijn en uiteindelijk betaald wordt door #asr Verzekeringen in behandeling letselschade.
Wiebehandeltmij: Paul Dellemijn, neuroloogMike de Groot
Hoe onafhankelijk is dé 'corrupte' dr. Paul Dellemijn, neuroloog als hij samenwerkt met zorg maatschappijen ???
Die in mijn letselschade dossiers de aansprakelijke Verzekeraars ASR, Allianz & Delta Lloyd zijn !!!
Paul Dellemijn is mij ook nog opgelegd door Senior Rechter mw. mr. S.J. (Sonja) Hoekstra-van Vliet, die in 2015 beweerde dat hij een integere arts is, omdat Hoekstra-van Vliet hem al jaren inzet voor 'onafhankelijke' letselschade expertises voor de Rechtbank Den Haag.
En Paul Dellemijn is opgeleid door Senior raadsheer mw. mr. T.W.H.E. Schmitz van Gerechtshof Den Haag bij de PAO, Universiteit Leiden als Gerechtelijk Deskundige.
Inmiddels weten wij wel beter met intellectuele valsheid in geschrifte door Paul Dellemijn in letselschade dossiers met knip- en plakwerk bij bijvoorbeeld het wervelkolom onderzoek door de FIS tabel te vervalsen en symptoomvaliditeitstesten weg te laten!
Verder heeft Paul Dellemijn NOOIT transparantie geboden in wat hij communiceert! En zeker niet naar mijn huisarts zoals de zorgwet voorschrijft !!!
Ps. Hoelang zal deze pagina/website nog in de lucht zijn ?!!
Wat u als niet Letselschade slachtoffer niet mag weten! Uitdaging....
Dé 7 onbeantwoorde vragen door LSA-advocaten zijn:
VRAAG 1
Iedereen heeft in Nederland recht op een onafhankelijke arts. Het lijkt mij ook dat dat ook het geval is in letselschade zaak; Indien dit niet het geval is uit wel wetsartikel van Burgerlijk Wetboek blijkt dat dan?
VRAAG 2
Iedereen heeft in Nederland recht op een second opinion/herkeuring. Het lijkt mij ook dat dat ook het geval is in letselschade zaak; Indien dit niet het geval is uit wel wetsartikel van Burgerlijk Wetboek blijkt dat dan?
VRAAG 3
Als je een rapport van een beoordelend arts wel laat blokkeren, vervalt dan je recht op een second opinion/herkeuring.
En waar staat dat dan in het Burgerlijk Wetboek.
VRAAG 4
Als je een rapport van een beoordelend arts niet laat blokkeren, behoudt je dan je recht op een second opinion/herkeuring.
En waar staat dat dan in het Burgerlijk Wetboek.
VRAAG 5
Is het mogelijk dat een verzekeringsarts dan wel een beoordelend arts (in opdracht van de rechtbank/verzekeringsmaatschappijen) tot een geheel andere diagnose kan komen dan meerdere regulieren artsen (behandelend artsen) welke tot éénzelfde soort diagnose komen.
Dus voorde duidelijkheid is het mogelijk dat de verzekeringsarts/beoordelend arts (expertise arts) tot een ander diagnose komt ten opzichten van reguliere artsen (behandelend artsen) met hun diagnose.
En waar staat dat dan in het Burgerlijk Wetboek
VRAAG 6
Aan welke voorwaarden moeten deelgeschil procesduren voldoen?
En waar staat dat dan in het Burgerlijk Wetboek
VRAAG 7
Is er een wetsartikel dat de meest recente/actuele richtlijn in een bepaald medisch vakgebied in letselschade zaken verplicht moet worden gebruikt?
En waar staat dat dan in het Burgerlijk Wetboek
Een zorgstandaard is een middel om de kwaliteit van zorg voor mensen met een chronische aandoening te verbeteren. Deze zorgstandaard beschrijft wat kinderen en jongeren van 0 tot 26 jaar met traumatisch hersenletsel (THL), hun ouders en andere naasten aan zorg mogen verwachten vanaf het moment van het ontstaan van het hersenletsel.
Deze versie van de zorgstandaard is geschreven voor partijen die betrokken zijn bij de zorg voor kinderen en jongeren met THL, zoals zorgaanbieders, zorgverleners, beroepsverenigingen, brancheorganisaties, gemeenten en zorgverzekeraars. De gebruikersversie is een korte, toegankelijke versie van de zorgstandaard geschreven voor ouders van kinderen met THL en andere naasten. Voor kinderen en jongeren zelf is er een app die informatie geeft over wat ze kunnen verwachten na THL.
Pilot Zorgstandaard voor patiënt met Traumatisch Hersenletsel (THL) klaar voo...Mike de Groot
De pilot Zorgstandaard Traumatisch Hersenletsel (THL) is na twee jaar succesvolle toepassing in acht regio’s klaar om landelijk uitgerold te worden. De Hersenstichting nam in 2013 het initiatief om de sector te bewegen een zorgstandaard voor deze groep patiënten te ontwikkelen. Doel was om een einde te maken aan de onvoldoende samenhang en afstemming in de zorg voor hersenletsel. De Hersenstichting wil dat de Zorgstandaard de komende jaren ook écht overal wordt toegepast in de dagelijkse praktijk.
Het vinden van de juiste zorg is het grootste probleem voor patiënten met Niet-Aangeboren Hersenletsel (NAH) en hun mantelzorgers. Deze groep blijkt de zorg rond NAH te ervaren als een doolhof.
Dit bleek uit een onderzoek dat de Hersenstichting in 2011 heeft laten uitvoeren onder patiënten, mantelzorgers, professionals en brancheorganisaties.
Ze weten niet waar ze terecht kunnen met hun zorgvraag en krijgen met veel verschillende zorgverleners te maken. Ook bleek de afstemming en samenhang in de zorg voor hersenletsel onvoldoende. Dit was voor de Hersenstichting aanleiding om het initiatief te nemen om een Zorgstandaard te ontwikkelen.
Jaarlijks 85.000 mensen
Jaarlijks krijgen naar schatting 85.000 mensen traumatisch hersenletsel (THL). Het kan iedereen overkomen, door bijvoorbeeld een val of klap op het hoofd. Een groot deel van de mensen dat THL oploopt herstelt gelukkig volledig.
Maar er is ook een aanzienlijke groep die langere tijd of chronisch problemen ondervindt. Zo kunnen ze levenslang last houden van ernstige klachten zoals overgevoeligheid voor geluid en chronische vermoeidheid.
Voor deze grote groep patiënten wil de Hersenstichting dat de Zorgstandaard de komende jaren ook écht overal wordt toegepast in de dagelijkse praktijk. De stichting is dan ook blij dat de pilotfase een aantal mooie resultaten heeft opgeleverd.
De resultaten van de inspanningen van de acht pilotregio’s worden vandaag gepresenteerd tijdens een slotconferentie. Met hun tips en tools kunnen andere zorgprofessionals zelf aan de slag met de implementatie in eigen regio.
De ervaringen en resultaten uit de pilot worden de komende tijd geëvalueerd. Op basis daarvan worden nieuwe verbeterpunten vastgesteld die in de nieuwe ontwikkelagenda van de Zorgstandaard worden geagendeerd. Om de resultaten meetbaar te maken, worden er met kwaliteitsindicatoren gewerkt.
Hét verwijderde CED jaarverslag 2014 2015, waarin je nog steeds kunt zien dat minstens 50 verzekeraars aandeelhouder van CED zijn. Er is daarmee dus totaal geen sprake van onafhankelijkheid en óók niet van onpartijdigheid, zoals de Gedragscode dat zo prachtig voorschrijft!
http://www.telegraaf.nl/dft/geld/experts/antonrietveld/27388393/__Gedrochtcode__2___.html
Brief aan de heer Baeten, voorzitter van de Raad van Bestuur en Chief Executi...
Petitie 36524-ontwerp
1. Pagina 1 van 3
Aan Ministerie van Justitie en Veiligheid ter attentie van de ministers Grapperhaus en Dekker en de
Tweede Kamer Commissie voor Justitie en Veiligheid; en
Aan: Tweede Kamercommissie Justitie en Veiligheid
Plein 2, 2513 AA Den Haag
PETITIE
Rechtspraak is voor de macht(hebbers).
Opzettelijke fouten en bevoordeling door de rechtspraak.
Ondergetekende en andere slachtoffers van het onrecht in het recht
Constateren
Dat de rechtspraak opzettelijk grote onherstelbare ‘’fouten’’ maakt ten bate van grotere (machtige)
partijen, als banken en hypotheekverstrekkers, woningcorporaties, zorginstellingen, overheidsinstanties
en verzekeringsmaatschappijen. Datzelfde geldt ook voor door rechters belangrijk geachte personen
zoals notarissen, zorgverleners, (semi)overheidsdienaren of (semi)overheidsinstanties (zoals bv. de IGJ),
bewindvoerders en mentoren (beide in grote en kleinere zaken) en gerechtsdeurwaarders. Ook die
verliezen, op een enkele uitzondering na, een rechtszaak tegen een minder belangrijk geacht persoon,
lees een gewone burger, vrijwel nooit.
1) Dat er grote onherstelbare fouten gemaakt worden in de rechtspraak;
2) Dat daarmee aan de burger en maatschappij ongekend grote schade wordt toegebracht, zowel
materieel als immaterieel door opzettelijk foute beslissingen, waarbij de cruciale feiten en
bewijsstukken van burgers worden genegeerd of zoek worden gemaakt; en dus nergens terug te
vinden zijn in proces-verbalen van zittingen in beschikkingen of vonnissen en/of procesdossiers.
3) Dat faillissementen worden uitgelokt door curatoren samen met bankbestuurders en
zwarthandelaren, gedekt door rechter-commissarissen en gerechtsbesturen;
4) Dat door de politiek en het ministerie van Justitie en Veiligheid onder het mom van de ‘’trias
politica’’, geen enkele effectieve controle bestaat op het functioneren van de Hoge Raad, Raad
voor de Rechtspraak en rechterlijk macht;
5) Dat vastgesteld is dat belangen en geld regelmatig de beslissende factoren zijn bij het
Functioneel Parket van het Openbaar Ministerie (Zembla) en in rechterlijke beslissingen, vooral
als banken, curatoren overheidsambtenaren, rechters en beleidspersonen erbij betrokken zijn;
6) Dat met aangiftes van faillissementsfraude door curatoren en bankbestuurders begaan daar
stelselmatig nooit iets mee wordt gedaan door het OM, FIOD en College van Procureur-Generaal
en dat artikel 12 procedures, met niet-vervolging onvoorwaardelijk door de raadsheren wordt
bekrachtigd.
7) Dat aangifte op grond van kennisdrager van strafbare feiten Art 162 Sv tegen rechters en
raadsheren door het Parket niet in behandeling wordt genomen.
8) Dat het dwingend karakter van het procesrecht wordt genegeerd dan wel het bestaan daarvan
wordt ontkend.
9) Dat aan burgers en maatschappij ongekend grote schade wordt toegebracht, zowel materieel als
immaterieel door opzettelijk foute beslissingen, waarbij de cruciale feiten en bewijsstukken van
de burgers worden genegeerd of zoekgemaakt.
10)Dat faillissementen worden uitgelokt door curatoren samen met bankbestuurders en
zwarthandelaren/opkopers, gedekt door rechter-commissarissen en gerechtsbesturen.
11)Dat vastgesteld is dat belangen en geld - vooral als er banken, curatoren overheidsambtenaren,
rechters en beleidspersonen bij betrokken zijn – dan regelmatig deze beslissende factoren zijn in
rechterlijke vonnissen.
2. Pagina 2 van 3
12)Dat als er aangiftes worden gedaan door gedupeerden van faillissementsfraude door curatoren
en bankbestuurders daar stelselmatig nooit iets mee wordt gedaan door OM, FIOD en College
van Procureur-Generaal en in artikel 12-procedures, niet-vervolging door de raadsheren wordt
bekrachtigd. Aangifte op grond van kennisdrager zijn van strafbare feiten bij beëdigde
functionarissen, dat Art 162 Sv tegen rechters en raadsheren door het landelijk parket niet in
behandeling wordt genomen.
En verzoeken:
A) Betere, effectieve controle op het functioneren van ambtenaren met rechtspraak belast.
B) Bij betwiste uitspraken het belang van de gedupeerden in acht moet worden te nemen.
C) Dat wraking van een rechter serieus genomen wordt en ook kansrijk is bij een onafhankelijk
orgaan; en/of betere wet- en regelgeving; of beter procesrecht; omdat wraking vrijwel kansloos.
Dit omdat nu collega-rechters, vaak hechte collega's of zelfs vrienden van een rechter zijn, en
dan moeten beoordelen of een rechter wel of niet juist gehandeld heeft.
D) Wraking ook binnen 2 weken na zitting en voordat het vonnis is uitgesproken. Burgers worden
vaak overbluft, overdonderd en geïntimideerd tijdens een zitting; en voelen zich pas na de zitting
pas echt ernstig benadeeld en/of slecht behandeld door een rechter. Advocaten zijn nu ook
amper geneigd om een rechter te wraken (want dat zou in de huidige cultuur hun reputatie
kunnen beschadigen?)
E) Dat geheime, met verborgen apparatuur gemaakte geluids- en video-opnamen in een rechtszaak
altijd zijn toegestaan als rechtsgeldig en wettig bewijs tegen de machthebbers. Nu wordt dat
vrijwel altijd afgewezen door de rechter. De rechter neemt voor waar aan wat de ‘professional'
valselijk beweert. Zo werd bijv. een video als bewijs van diefstal door een rechter op agressieve
toon afgewezen, als zijnde onbehoorlijk, dat die opname überhaupt gemaakt was.
F) Controlemogelijkheden van rechterlijke beslissingen door het instellen van een constitutioneel
hof, dan wel toetsing aan de grondwet, de mensenrechten en internationale verdragen; o.a.
door art. 6 EVRM in acht te nemen, maar zoiets duurt nu jaren.
G) Dat wettelijke voorschriften zoals Art. 120 Sv en Art. 162 Sv worden misbruikt en niet nageleefd,
zoals door de wetgever is bedoeld. Toetsing van vonnissen wordt zelfs verboden.
H) Dat het verboden moet worden advocaten als plaatsvervangend rechter of raadsheer te laten
optreden.
I) Dat er van alle rechtszittingen integrale, duidelijke audiovisuele opnamen moeten worden
gemaakt. De opnamen dienen als proces-verbaal van een zitting worden beschouwd en erkend
als enige kenbron. Geen duidelijke opnamen, geen vonnis. Op straffe van nietigheid. Dat kan dan
ook als bewijs bij de wraking dienen.
J) De opnamen moeten direct na de zitting beschikbaar zijn gesteld aan partijen. De rechter of
voorzitter moet voordat deze de zitting sluit, duidelijk en precies uitspreken hoelang de zitting
(excl. schorsingen) heeft geduurd en wat de uitspraak zal zijn; zodat die tijdsmelding ook in beeld
en geluid is vastgelegd.
Wanneer rechters aantoonbaar, bepalingen in nationale wetten en internationale verdragen en cruciale
feiten en bewijzen negeren om grotere partijen of door hen belangrijk geachte personen te
bevoordelen, (dus, zeer levensingrijpende, misdrijven op goedwillende burgers toepassen) moeten
dergelijke rechters daarvoor worden bestraft en onmiddellijk voor het leven worden geschorst. De kan
bij Koninklijk besluit.
3. Pagina 3 van 3
Wij onderschrijven ook de standpunten van de hand van Prof.dr.ir. A.F.P. van Putten, van maart 2018:
De verschijningsvorm van RECHTERS, ADVOCATEN, CURATOREN EN GERECHTSDEURWAARDERS, op de
website: http://www.sdnl.nl/pdf/anton-van-putten-de-verschijningsvorm-21-maart-2018.pdf
Ondertekend door:
Naam: _________________________________
E-mailadres: _________________________________
Plaats: _____________________________
Datum: _________________________________
Handtekening: ________________________________
Aan Ministerie van Justitie en Veiligheid ter attentie van de ministers Grapperhaus en Dekker en de
Tweede Kamer Commissie voor Justitie en Veiligheid: cie.vj@tweedekamer.nl. Zie de verklaring over
strafaangifte tegen Hoofdofficier mr. M.J. Bloos. Bekijk ook het interview van Nico van den Ham met
emeritus-hoogleraar prof. dr. Cees Hamelink over democratie, massamedia, Algemene Bestuursdienst
Verder: http://www.sdnl.nl
"Nederland is het enige land in Europa dat geen grondwettelijk hof heeft om de rechtspraak te
kunnen toetsen aan de Grondwet, aan de Mensenrechten en internationale verdragen. Artikel 120 in
de Grondwet van Nederland sluit elk recht van de burger uit, wanneer een rechterlijk vonnis, arrest of
uitspraak in strijd is met de grondwet, of met de grondrechten en Mensenrechten. De burger kan
volkomen onwettig worden veroordeeld in het belang van de overheid, van de staat de Nederlanden,
van banken, verzekeraars en multinationals."