1. Welkom in de negende vervangles!
De laatste loodjes …
2. Discussie
- Welke types hoger onderwijs heb je in jouw land?
- Wat zijn de grootste universiteiten?
- Kan je je zomaar aan die universiteit inschrijven?
- Hoeveel bedraagt het inschrijvingsgeld ongeveer?
- Heb je recht op een studiebeurs?
- Wat moet je studeren om leerkracht te kunnen
worden?
- Moet je voor sommige opleidingen ook een stage
doen?
- Zijn er veel studentenverenigingen in jouw land?
- Zijn deze verenigingen politiek of sociaal actief?
- Zijn er typische studententradities in jouw land?
- Ben je zelf ooit lid geweest van zo’n vereniging?
3. Hulpwerkwoorden
Anton moet zich een beetje gedragen.
Vera blijft nog wat studeren.
Ik hoor hem zingen.
Hij zit een boek te lezen.
Je hoeft die oefening niet op te lossen.
Bert heeft ons beloofd te zullen komen.
PAS OP!
1. Hulpwerkwoorden + infinitief
2. Hulpwerkwoorden + te + infinitief
4. Constructies met te
Het is niet gemakkelijk om in deze eeuw te leven.
De buurvrouw kwam langs om te praten.
Xavier heeft iets belangrijks te zeggen.
Bah! Dat is niet te eten!
PAS OP!
1. Adjectief + om te + infinitief
2. Doel met om te + infinitief
3. Constructie met hebben + te + infinitief
(‘moeten’)
4. Constructie met zijn + te + infinitief (opinie)
5. Was jij een brave student?
Of deed je wel eens gekke dingen?