2. Voor iedereen die heeft bijgedragen aan de
totstandkoming van deze scriptie.
Vruchtbare grond
Waarom Marokkaanse moslimjongeren
wel radicaliseren en Turkse
moslimjongeren niet of nauwelijks.
Amsterdam, 25 april 2008
Nynke C. C. Poortinga
Studentnummer 0282316
nynkepoortinga@hotmail.com
Universiteit van Amsterdam
Politicologie, Internationale Betrekkingen
Begeleider: Prof. dr. Gerd Junne
2
3. “Wie religie en politiek van elkaar wil scheiden,
heeft van beide niets begrepen”.
M O HAN DAS K . GAN D H I
3
4. Inhoudsopgave 1.4 Voedingsbodem 24
1.4.1 Voedingsbodem 24
Inleiding 10 1.4.2 Religieuze context 25
1.4.3 Overheidsbeleid 25
Hoofdstuk 1 Islamitisch radicalisme op Nederlandse bodem 1.4.4 Economische trends 26
1.1 Nedersalafisme 19 1.4.5 Slotopmerking 26
1.1.1 Salafisme 19
1.1.2 Doelen 19 1.5 Samengevat 27
1.1.3 Aanhang 20 Noten 28
1.1.4 Profiel 20
Hoofdstuk 2 In de moskee
1.2 Oorsprong en debat 20 2.1 Inleiding 33
1.2.1 Oorsprong 20 2.1.1 Hypothese en toelichting 33
1.2.2 Wrok jegens het westen 21 2.1.2 Methodiek 33
1.2.3 Radicaliseringsgolf in West-Europa 21
2.2 Migratiecontext 33
1.3 Leemte 22
1.3.1 Leemte in de sociale wetenschappen 22 2.3 Islamitische organisatie Marokkaanse gemeenschap 34
1.3.2 Marokkaanse oververtegenwoordiging taboe? 23 2.3.1 UMMON 34
2.3.1.1 Ideologie 34
2.3.1.2 Organisatiestructuur 35
4
10. Aanleiding Mohammed is één van de naar schatting ongeveer 50.0001 moslims in
Nederland, die zich aangetrokken voelen tot het islamitisch radicalisme
“Vooral na 11 september [2001] begon ik vragen te stellen over het geloof (...) (AIVD, 2007: 29). Het gaat slechts om een paar procent van de Nederlandse
en de positie van moslims in de wereld. Voorheen was ik helemaal niet praktiserend. moslims. Bovendien is niet gezegd dat iedereen uit deze groep uiteindelijk
(...) Ik ben inmiddels een beter mens geworden. (...) Op een gegeven moment het radicaalislamitische gedachtegoed volledig zal accepteren. Noch verwacht
kan de Nederlandse regering zich niet langer permitteren de moslims te negeren. de Nederlandse Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) dat
Er kan geen sprake zijn van een compromis van de kant van de islam en de islamitische radicalen acuut de Nederlandse rechtsorde of het welzijn van de
moslims. Alleen de ongelovigen moeten concessies doen. (...) Moslims zijn zich bevolking bedreigen.
in de afgelopen jaren over de hele wereld gaan verspreiden, met als doel een Toch staat de opkomst van het islamitisch radicalisme in Nederland centraal
islamitische staat overal in de wereld te stichten. Dit zal lukken met de hulp in deze scriptie. Waarom? Ten eerste, omdat de sterke groei (AIVD, 2007:
van Allah”. 29) van de beweging wel grote gevolgen kan hebben: de AIVD spreekt van
(Mohammed in Buijs et al., 2006: 107-110). een ‘sluipend proces, dat (...) de cohesie en onderlinge solidariteit in de
Islamitisch radicalisme aan het dictatoriale bewind van Robert Mugabe. interpretaties. De islam is superieur aan andere religies.
Het veelgebruikte radicalisme is een ‘nogal ruime Kortom, een heldere definitie van Islamitisch Daarom moet de islam de basis vormen voor staat
containerterm’, vinden politicologen Frank J. Buijs, radicalisme is essentieel: De gedachtegang van en samenleving; 6) Het is van het grootste belang dat
Froukje Demant en Atef Hamdy (Buijs et al., 2006: 14). het islamitisch radicalisme heeft volgens Buijs et al. moslims actief proberen deze islamitische staat te
Het verwijst naar ‘ernstige onvrede’ met een bestaande de volgende standpunten: 1) De rol van de islam is realiseren.
maatschappelijke situatie, een ‘beeld van mensen en uitgespeeld in de politiek en de maatschappij, waardoor Het islamitisch extremisme vult deze standpunten aan
instellingen, die hiervoor verantwoordelijk zijn’, een ondergang van de samenleving onvermijdelijk is; 2) De met de volgende denkbeelden: 7) Verwezenlijking van
ideaalbeeld van hoe het wel moet, en wie dat kunnen burgerlijke en politieke elite zetten de islam bewust op de islamitische staat en de heerschappij van Allah is het
bewerkstelligen (Buijs et al., 2006: 14). Binnen dit begrip een zijspoor en dat rechtvaardigt wantrouwen en verzet hoogste doel en heiligt daarom alle middelen; 8) Alleen
valt de activist, die met behulp van (il)legale middelen jegens hen en hun sociaal-politieke orde; 3) De meeste de ware moslims horen bij Allah, alle overige moslims
strijdt voor sluiting van een laboratorium, waar dier- religieuze gezagsdragers accepteren de teloorgang van en ongelovigen zitten in het kamp van het Kwaad; 9)
proeven worden gehouden. Of de pro-Tibetaanhanger, het primaat van de islam en plegen daarom verraad; 4) Het is de plicht van alle ware moslims om dit Kwaad met
die probeert de Olympische fakkelloop in Parijs te De basis van de islam moet worden hersteld door terug alle denkbare middelen te bestrijden en de gewenste
frustreren. Ook ‘radicaal’ is het lid van de politieke te keren naar de traditionele islamitische normen en samenleving te realiseren (Buijs en Harchaoui, 2005:
oppositie in Zimbabwe, die de hulp inroept van de waarden en de letterlijke lezing van de heilige boeken; 5) 98, 99; Buijs et al., 2006: 15).
Internationale Gemeenschap om een eind te maken Deze interpretatie van de islam is superieur aan andere
10
11. samenleving en de vrije uitoefening van (klassieke) grondrechten kan aantasten’. gebouwde Westen, staat in de kinderschoenen. Deskundigen zijn daarom
De nationale veiligheidsdienst vreest dat deze op langere termijn leidt tot voorzichtig met het geven van antwoorden op deze nijpende vraag: Omzichtig
het ontstaan van ‘parallelle samenlevingsstructuren [van radicale moslims] zoeken zij de oorzaak in de achtergestelde sociaaleconomische situatie
met verwerping van het gezag van de overheid en het streven naar eigen van immigranten; het seculiere en schijnbaar islamonvriendelijke politiek
rechtssystemen; interetnische spanningen; en ernstige maatschappelijke onrust en maatschappelijk klimaat; en de vervreemdende werking van schijnbaar
en polarisatie’ (AIVD, 2007: 10). ongenuanceerde mediaberichtgeving over de islam en allochtonen.
Ten tweede, omdat radicaliserende moslims in Nederland vooral (tweede Ten derde, omdat radicaliserende moslims in Nederland vooral een Marokkaanse
generatie2) jongeren betreft, die hier geboren en getogen zijn (Buijs et al., achtergrond hebben (Buijs et al, 2006: 20; AIVD, 2004a/b/c, 2007). Jongeren
2006: 242). Jongeren, die eens Nederlandse uitgaansgelegenheden bezochten, van Turkse afkomst radicaliseren niet of nauwelijks, ondanks de overeenkomstige
plezier maakten met autochtone religieuze beleving, sociaaleconomische status en migratiegeschiedenis.3 Deze
Moslims vrienden en zich thuis leken constatering vormt het uitgangspunt voor deze scriptie.
Een kritische noot bij het gebruik van de term moslim is te voelen in dit land. Jongeren,
essentieel. Ik bedoel het volgende: individuen, die zichzelf die zich nu terugtrekken uit de
‘moslim’ noemen of zich hiermee vereenzelvigen.
Nederlandse samenleving en zich Focus
Daarmee wil ik deze personen geenszins degraderen
afkeren van haar niet-islamitische
tot een ééndimensionale identiteit. Integendeel, de
islamitische identiteit is slechts één van velen: een moslim
inwoners. Ouders, imams, politici, Marokkaanse jongeren radicaliseren wel, Turkse jongeren niet. Waarom? Zijn
kan tevens Berber zijn, piloot, salsadanser en inwoner journalisten en sociale weten- Turkse jongeren niet gevoelig voor het radicaalislamitische gedachtegoed?
van Amsterdam Oud-Zuid. Bij radicale moslims treedt schappers vragen zich af: Waarom? Politicoloog en onderzoeker Jean Tillie denkt van wel: Volgens hem zijn
de islamitische identiteit wel op de voorgrond en verdringt Grootschalig kwantitatief onderzoek Marokkaanse en Turkse jongeren in Nederland in beginsel even ontvankelijk
deze andere identiteiten. Overigens heb ik tijdens het naar islamitisch radicalisme in voor radicaalislamitische denkbeelden (Bron: interview met Tillie). Zijn
schrijven van deze scriptie de indruk gekregen, dat
het op christelijke fundamenten assumptie doet vermoeden dat er factoren zijn, die de ontwikkeling van
bekeerde moslims het meest fanatiek zijn in hun geloof.
In de studie Strijders van Eigen Bodem (2006) van Buijs
et al. komen veel jongeren aan bod die vroeger niet
praktiseerden, maar nu overtuigd salafi zijn.
11
12. radicale denkbeelden bij Turkse jongeren afremmen en/ of deze bij Marokkaanse vormt het wetenschappelijke gereedschap voor de opbouw van deze
jongeren stimuleren. Dit vermoeden is de basis voor deze scriptie. scriptie. Wellicht leven Nederlandse Marokkanen en Nederlandse
Turken in Nederland onder verschillende omstandigheden. Misschien kent
Theorie de Marokkaanse moslimgemeenschap daardoor wel een voedingsbodem
In de jaren ’80 ontwikkelen politicoloog Gabriel A. Almond, historicus voor islamitisch radicalisme ontwikkeld en de Turkse moslimgemeenschap
R. Scott Appleby en historicus Emmanuel Sivan een multidisciplinaire theorie, niet of in mindere mate. Dit zou verklaren waarom radicaliserende
die aansluit bij dit vermoeden: Volgens de drie onderzoekers creëren moslimjongeren in Nederland voornamelijk een Marokkaanse achtergrond
bepaalde structurele leefomstandigheden een voedingsbodem waarin radicale hebben en niet of nauwelijks Turks zijn.
religieuze opvattingen kunnen wortelen. Deze ‘voedingsbodemtheorie’
Moslimgemeenschap bestempelen als gemeenschappen van moslims, ofwel op de overkoepelende, islamitische verbondenheid.
In het onderzoeksrapport Moslim in Nederland (2004), moslimgemeenschappen. Andersom geldt hetzelfde: de Nogmaals, ik voel mij hiertoe gerechtigd vanwege de
een bundel van het SCP, de Universiteit Utrecht en de meeste studies die ik heb geraadpleegd, onderzochten hoge zelfidentificatie. De termen moslimgemeenschap
Universiteit van Amsterdam (UvA) staat dat ongeveer de etnische Marokkaanse en Turkse gemeenschap. en gemeenschap gebruik ik daarom synoniem aan
98% van de Turkse respondenten en 99% van de Hoewel, de leden natuurlijk niet allemaal moslim zijn, recht- elkaar. Dat SCP, Universiteit Utrecht en de UvA eveneens
Marokkaanse respondenten in Nederland zichzelf in vaardigen de eerdergenoemde hoge percentages van op deze manier generaliseren, sterkt mij in deze keuze.
1999 moslim noemde (Phalet et al., 2004b: 24). Voor islamitische beleving het wel voor mij om te generaliseren. Een kanttekening is op zijn plaats: het betreft hier
97% van de tweede generatie Marokkanen en 87% van Daarmee wil ik geenszins de twee gemeenschap- gegevens van een onderzoek uit 1999. Het is mogelijk
de tweede generatie Turken is de islam belangrijk voor pen portretteren als homogene groepen. Integendeel: dat de religieuze zelftoewijzing van Turkse en
de persoonlijke zingeving (Phalet et al., 2004c: 25). Deze vooral de Marokkaanse gemeenschap is een bijzonder Marokkaanse Nederlanders ten tijde van de publicatie
hoge zelfidentificatie rechtvaardigt het voor mij om de heterogene groep en staat bekend vanwege de interne van deze scriptie is afgenomen.
Marokkaanse en Turkse gemeenschap in Nederland te verdeeldheid. In deze scriptie leg ik echter de nadruk
12
13. In deze scriptie staat de invloed van de leefomstandigheden van Leeswijzer
Marokkanen en Turken op het ontstaan van het islamitisch radicalisme De scriptie bestaat uit drie delen, waarin de subvragen uit de vorige
centraal. Met behulp van interviews met deskundigen en een paragraaf centraal staan.
literatuurstudie wordt de volgende probleemstelling onderzocht:
Deel I (theorie) bestaat uit hoofdstuk 1. Hierin wordt het karakter
Hoofdvraag | Welke rol hebben de structurele leefomstandigheden van geschetst van de Nederlandse variant van het islamitisch radicalisme. Het
de Marokkaanse en Turkse gemeenschap in Nederland gespeeld bij het beschrijft eveneens de theoretische context en kaders van deze scriptie.
hier opgekomen islamitische radicalisme? Tot slot licht hoofdstuk 1 de voedingsbodemtheorie van Almond, Appleby
en Sivan toe.
Deze hoofdvraag is opgesplitst in de volgende drie deelvragen:
In de hoofdstukken 2, 3 en 4 van deel II (empirie) worden respectievelijk
Theorie | Wat is islamitisch radicalisme en hoe heeft deze ideologie voet aan de religieuze, politieke en economische leefomstandigheden van de
Hollandse grond gekregen? Marokkaanse en Turkse gemeenschap in Nederland beschreven. Dat
gebeurt aan de hand van hypothesen, die overeenkomstig de theorie van
Empirie | Kennen de Marokkaanse en Turkse gemeenschap structurele Almond et al. zijn ontwikkeld. Aan het eind van de hoofdstukken wordt
leefomstandigheden, die een voedingsbodem kunnen creëren voor duidelijk of deze hypothesen bevestigd of weerlegd zijn. Tevens komt de
islamitisch radicalisme? migratieachtergrond aan bod.
Analyse | In hoeverre kunnen de structurele leefomstandigheden Hoofdstuk 2 behandelt de religieuze organisatie van de Marokkaanse en Turkse
van de Marokkaanse en Turkse gemeenschap de opkomst van het moslimgemeenschap aan de hand van de volgende hypothese: In Nederland
islamitisch radicalisme in Nederland verklaren? is de Marokkaanse islamitische geloofsgemeenschap relatief los en de Turkse
13
14. islamitische geloofsgemeenschap relatief hecht georganiseerd. Het hoofdstuk Deel III bestaat uit hoofdstuk 5. Hierin krijgt de lezer duidelijkheid over
beschrijft de verschillende islamitische stromingen binnen de Turkse en de drie bestudeerde typen leefomstandigheden en hun relatie met de opkomst
Marokkaanse islam en hoe deze in Nederland zijn georganiseerd. Er wordt van het islamitisch radicalisme in Nederland. De scriptie wordt afgesloten
speciaal aandacht besteed aan de mening en de invloed van moslimjongeren. met een conclusie.
Hoofdstuk 3 stelt de politieke participatie centraal. Deze is bestudeerd
aan de hand van de volgende hypothese: De Marokkaanse gemeenschap Verantwoording
neemt relatief weinig en de Turkse gemeenschap neemt relatief veel deel
aan de Nederlandse politiek. Het hoofdstuk beschrijft de deelname van Keuze hypothesen
de twee gemeenschappen aan de gemeenteraadsverkiezingen in Rotterdam Ik heb gekozen voor bovengenoemde hypothesen, omdat ik meen dat
en Amsterdam. De politieke betrokkenheid van moslimjongeren krijgt daarmee de meest relevante dimensies zijn gedekt: religie, politiek en
speciaal aandacht. economie. Het gros van het Nederlandse sociaalwetenschappelijk onderzoek
naar allochtone bevolkingsgroepen is gewijd aan onderwerpen, die ook
Hoofdstuk 4 gaat in op de sociaaleconomische situatie aan de hand van in deze scriptie aan bod komen: zelforganisatie, deelname aan de (lokale)
de volgende hypothese: De Marokkaanse gemeenschap kent een minder Nederlandse politiek en de sociaalmaatschappelijke leefsituatie. Dat sterkt
gunstige sociaaleconomische situatie dan de Turkse gemeenschap. Het mij in mijn uitgangspunt.
hoofdstuk beschrijft de werkgelegenheid, het opleidingsniveau, de woonsituatie Graag had ik nog aandacht besteed aan sociologische en psychologische
en de tevredenheid hierover van de twee gemeenschappen. Er is speciaal factoren. Ik ben ervan overtuigd dat onder meer gezinssituatie, opvoeding en
aandacht besteed aan het opleidingsniveau van moslimjongeren en de psychologische kenmerken een belangrijke rol spelen bij de vraag waarom
jeugdwerkloosheid. Ook discriminatie door het bedrijfsleven komt aan bod. een aantal moslimjongeren in Nederland radicaliseert. Deze elementen vallen echter
14
15. buiten het politiek-maatschappelijke karakter van deze scriptie. Daarom heb Doel scriptie
ik dat niet gedaan. Voor meer informatie over de invloed van sociologische
en psychologische kenmerken verwijs ik de lezer naar Buijs et al., 2006: Met deze scriptie hoop ik een bijdrage te leveren aan het onderzoek naar
hoofdstuk 8; en Pels, 2003 en 1998. de groeiende populariteit van het radicaalislamitische gedachtegoed onder
Nederlandse moslimjongeren. Ik kom niet met oplossingen of aanbevelingen.
Moslimmeisjes Deze scriptie dient de lezer vooral te helpen dit fenomeen te begrijpen.
Zoals eerder gezegd, zijn radicaliserende moslims vooral jonge mannen Of het nou een tijdelijke hype is of een blijvend gegeven, dat onderdeel
met een Marokkaanse achtergrond. Andere groepen zijn autochtone uitmaakt van de emancipatie van moslimimmigranten.
bekeerlingen en jonge moslimvrouwen. De eersten komen niet aan Bovendien hoop ik aan te tonen dat religieus radicalisme niet van nature
bod in deze scriptie, omdat hierin de leefomstandigheden van moslim- voortkomt uit religie: politieke en maatschappelijke elementen spelen
immigranten zijn onderzocht. een even belangrijke of misschien wel belangrijkere rol. Noch is religieus
Waar de scriptie vertelt over (moslim)jongeren, kan jongens én meisjes radicalisme een gevolg van gebrekkige integratie van islamitische immigranten:
worden gelezen. Een kanttekening is hier op zijn plaats: de in deze scriptie de eigenheid van etnische en religieuze bevolkingsgroepen komt prominent
geraadpleegde studies gaan vooral over radicaliserende jongens. Het is aan bod in deze scriptie. Maar, met name vanwege de interactie met de
bovendien goed mogelijk, dat de bestudeerde leefomstandigheden meer Nederlandse samenleving.
gelden voor jongens dan meisjes. Islamitische vrouwen spelen bijvoorbeeld
doorgaans geen rol in islamitische organisaties, laat staan dat jonge vrouwen hier
invloed op uitoefenen (Sunier, 1996).
Voor specifieke informatie over radicaliserende moslimmeisjes verwijs
ik de lezer graag naar het artikel Lijden, strijden, heilig worden van Jolande
Withuis (26/05/2007) en Nahed Selim’s reactie hierop: Dodelijke emancipatie
(16/6/2007) in het dagblad Trouw – De Verdieping.
15
18. D
it hoofdstuk gaat in op de volgende vragen: Wat is islamitisch
radicalisme en hoe heeft deze ideologie voet aan Hollandse
grond gekregen?
De eerste paragraaf schetst het karakter van de Nederlandse
variant van het islamitisch radicalisme. De tweede paragraaf beschrijft
de internationale theoretische loopgravenoorlog tussen islamologen en
oriëntalisten: twee kampen die lijnrecht tegenover elkaar staan in hun
visie op de geschiedenis, de dreiging en de toekomst van de politieke islam.
De derde paragraaf stelt de vraag waarom radicale moslimjongeren in
Nederland voornamelijk tot één etnische groep behoren. De vierde paragraaf
beschrijft het theoretisch handvat waarmee deze vraag beantwoord dient
te worden. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een korte samenvatting
en een vooruitblik op deel II. f
18
19. 1.1 Nedersalafisme jihadi salafi’s, die pleiten voor een (gewelddadige) strijd tegen ongelovigen,
inclusief gematigde moslims (Buijs et al., 2006: 69-96 en 132, 133).
1.1.1 Salafisme
Het kernconcept van het gedachtengoed van het islamitisch radicalisme 1.1.2 Doelen
is din wa dawla; religie en staat zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.1 Wat willen Nederlandse salafi’s? Volgens Buijs et al. kennen de drie
Aanhangers willen het seculiere politieke bestel dat wereldwijd bovengenoemde groepen onderling grote meningsverschillen, maar delen
gangbaar is, vervangen door een bestuurlijk stelsel gebaseerd op islam- ze gemeenschappelijke kenmerken: Salafi’s verlangen ernaar de moslim-
itische grondbeginselen. wereld te verenigen in één overkoepelende islamitische staat, ingericht volgens
Vanwege de politieke doelstellingen zien islamologen2 het islamisme als de regels van de islam. Extreme salafi’s willen ook de westerse wereld, inclusief
een politieke stroming, die religieus is geïnspireerd. Deze assumptie, het Nederland, onderwerpen aan islamitische wetgeving.
uitgangspunt voor deze scriptie, wordt verder toegelicht in paragraaf 1.2.1. Salafi’s keuren in ieder geval het Nederlandse democratische stelsel af,
Nederlandse aanhangers van het islamitisch radicalisme noemen zich omdat deze door mensen is ingesteld. In een aantal gevallen leven zij in
veelal salafi’s.3 De huidige variant van het salafisme in Nederland combineert geïsoleerde religieuze enclaves om zo min mogelijk met de Nederlandse
het gedachtengoed van de militante Egyptische oppositiebeweging maatschappij van doen te hebben.
Muslim Brotherhood met het wahhabisme, de puriteinse officiële godsdienst in Salafi’s zijn ervan overtuigd dat zij de ‘ware’5 islam aanhangen. Dit betekent
Saoedi-Arabië4 (Buijs et al., 2006: 59, 150). dat ze het bestaansrecht van andere geloofsvisies ontkennen. Met behulp
Politicologen Frank Buijs, Froukje Demant en Atef Hamdy onderscheiden van da’wa proberen ze ‘dwalende’ geloofsgenoten te overtuigen. Zo hopen
in de studie Strijders van Eigen Bodem (2006) in Nederland drie groepen ze islamisering van onderaf te realiseren. Extremistische salafi’s gaan een
salafi’s; a-politieke salafi’s, die zich alleen richten op da’wa (religieuze zending) stap verder. Zij zijn bereid islamisering van de staat met geweld af te dwingen.6
en zich verre houden van de Nederlandse politiek en de gewelddadige
jihad; politieke salafi’s, die da’wa combineren met politiek activisme; en
19
20. 1.1.3 Aanhang 1.2 Oorsprong en debat
Hoeveel procent van de islamitische geloofsgemeenschap in Nederland
is ontvankelijk voor het radicaalislamitische gedachtegoed? Schattingen 1.2.1 Oorsprong
lopen uiteen van 5%7 in Nederland tot 24% in Amsterdam.8 De wortels van het islamitisch radicalisme liggen in het postkoloniale
De AIVD geeft aan dat sprake is van een ‘expontiële toename’ (AIVD, Midden-Oosten. Na de onafhankelijkheid in de jaren ’60 bouwen de eerste
2007: 29). Het aantal salafitische predikers en lezingen is tussen 2005 en Arabische overheden voort op het westerse seculiere staatsmodel. Van het
2007 minstens verdubbeld9, mede dankzij een actief rekruteringssysteem: een op het andere moment zetten zij de modernisering in. Het resultaat is
tijdens lezingen worden talentvolle jongeren volgens de AIVD ‘gespot’ en grote sociaaleconomische ongelijkheid, corruptie en politieke uitsluiting.
opgeleid tot prediker (AIVD, 2007: 29). De staat wordt een vreemde voor het Arabische volk.
Er ontstaat een politieke oppositiebeweging met een religieuze basis:
1.1.4 Profiel de politieke islam. Religie blijkt een effectief wapen, omdat religieuze
Wie zijn deze radicale moslims? Het gaat vooral om hier geboren en/ of lijnen in het Midden-Oosten samenvallen met klassenlijnen: de rijke elite
getogen Marokkaanse jongeren.10 Ze zijn zowel laag- als hoogopgeleid. is relatief seculier, de gedepriveerde onderklasse relatief vroom (Ayubi,
Buijs et al. stellen voorzichtig dat potentieel radicale jongeren de volgende 1991: hoofdstuk 10).
ideeën hebben: Het Westen bedreigt de islam en islamitische landen; islamitische
en Europese leefwijzen gaan niet goed samen; moslims worden in het Westen Bovenstaand is de mening van islamologen, waarbij ik mij aansluit. Oriën-
behandeld als tweederangsburgers; hun gebrekkige opleidingsniveau of talisten denken er heel anders over. De Amerikaanse historicus Bernard
werkloosheid is het resultaat van een discriminerende, anti-islamitische Lewis, één van de bekendste hedendaagse oriëntalisten, beschouwt de
samenleving; politieke instituten en media moet je om die reden wantrouwen islam als een politieke religie die eeuwen geleden al de basis vormde voor
(Buijs et al., 2006: 215, 216). het bestuur van het machtige Ottomaanse rijk. Daarmee onderschrijft
20
21. het oriëntalisme het radicaalislamitische standpunt dat religie en staat in niale grootmacht volgens hen honderden jaren lang het Midden-Oosten
de islamitische wereld onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Dat de geëxploiteerd. Ten tweede steunt het Westen tot op de dag van vandaag
politieke islam nu pas weer de kop opsteekt, komt volgens oriëntalisten dictatoriale regimes in het Midden-Oosten, zoals die van Anware El-Sadat
doordat het koloniale westen en seculiere Arabische overheden haar lange en zijn opvolger Hosni Mubarak in Egypte. Tot slot hebben de Verenigde
tijd hebben onderdrukt (Lewis, 1990: passim). Staten zelf in de jaren tachtig de groei van de islamistische beweging
gestimuleerd om een prowesterse buffer te creëren tegen de communistische
1.2.2 Wrok jegens het Westen Sovjet-Unie (Fuller, 2003: hoofdstuk 10; Buijs et al., 2006: 159-161; Kepel,
Ook de motivatie van moslimextremisten om aanslagen te plegen in het 2004: hoofdstuk 9).
Westen, is onderwerp van debat. Elf jaar voor de aanslagen in de Verenigde
Staten waarschuwt Bernard Lewis in het artikel Roots of Muslim Rage 1.2.3 Radicaliseringsgolf in West-Europa
(1990) voor een eeuwenoude, diepgewortelde haat in de moslimwereld Het islamitisch radicalisme beperkt zich niet meer tot het verre Midden-
jegens de westerse cultuur. De woede is volgens Lewis een historische Oosten. Sociale wetenschappers en Europese veiligheidsdiensten signal-
reactie op de teloorgang van het islamitische Ottomaanse Rijk en de eren onder westerse moslimjongeren in de arme buitenwijken van grote
opkomst van de losse, westerse leefstijl, die zich als een olievlek tot ver in het West-Europese steden, een groeiende sympathie voor het gedachtegoed.
Midden-Oosten heeft verspreid (Lewis, 1990: 60). Jaren later bevestigt de Voor oriëntalisten bewijst dit dat het islamisme wereldwijd terrein wint.
Nederlandse Arabist en oriëntalist Hans Jansen deze visie in de Volkskrant. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt volgens hen voor een groot deel bij
Volgens Jansen hebben islamisten “geen vrede met de superioriteit van westerse politici. Zij zouden overdreven tolerant zijn en niet daadkrachtig
het westen en willen ze daar met behulp van terreur verandering in optreden. Na de moord op islamcriticus Theo van Gogh vertelt de Nederlandse
brengen”.11 Arabist Hans Jansen aan het Algemeen Dagblad dat “we [in Nederland]
Islamologen wijten de bloedige aanslagen in het Westen aan de westerse net als de Azteken geen idee hebben van het gevaar waarin we verkeren”.12
geopolitiek en wel om drie redenen. Ten eerste heeft Europa als kolo- Jansen hekelt het onduidelijke en ‘softe’ immigratiebeleid in Nederland.
21
22. Hierdoor heeft zich volgens de arabist in achterstandswijken een islamitische spreekt van een heersende “bunkermentaliteit” (Fuller, 2003: 211). Sinds
subcultuur kunnen ontwikkelen, die zich nu afzet tegen de Nederlandse de aanslagen zijn volgens hem burgerlijke vrijheden in onder andere de
samenleving.3 Bernard Lewis meent zelfs dat Europese politici door hun Verenigde Staten rigoureus beperkt. In andere westerse landen is het
politieke correctheid en ‘culturele zelfverachting’ islamisering op het continent migratiebeleid flink aangescherpt. Dit beleid en de betrokkenheid bij de
‘onafwendbaar’ hebben gemaakt. Als Europeanen geen respect tonen voor oorlog in Irak en Afghanistan resulteren volgens Fuller in een selffulfilling
hun eigen cultuur en verworven vrijheden, waarom zouden islamitische prophecy: moslims keren zich af van de samenleving, omdat deze hen lijkt
migranten dat dan wel moeten doen, vraagt hij zich af. te verstoten (Fuller, 2003: ibidem.).
Ook Kepel wijst erop dat moslims in West-Europa sinds 2001 worden
De apocalyptische visie van oriëntalisten op het islamisme staat in scherp geconfronteerd met een wantrouwige staat en samenleving. Daarnaast leven
contrast met het optimisme van islamologen. De bloedige aanslagen op ze onder barre sociaaleconomische omstandigheden: Ze zijn nauwelijks
westerse doelen is voor hen een teken dat deze beweging wereldwijd aan opgeleid, hebben geen werk en wonen samengepakt in slechte wijken.
populariteit inboet. De Franse Midden-Oostendeskundige en islamoloog Volgens Kepel vormen deze leefomstandigheden tezamen een pasklaar recept
Gilles Kepel ziet het extremistische geweld als een “wanhopig symbool van voor het ontwikkelen van een radicaalislamitische identiteit.14
isolatie, fragmentatie en afname” (Kepel, 2004: 375).
De groeiende schare van radicaalislamitische sympathisanten in West-Europa
lijkt sommige islamologen evenmin bezorgd te maken. Ze lijken dit 1.3 Leemte
fenomeen te beschouwen als een onderdeel van de emancipatie van westerse
moslims (AIVD, 2007: 9-15; Buijs, 20/06/06, NRC Handelsblad). 1.3.1 Leemte in de sociale wetenschap
Wel zijn islamologen het met hun oriëntalistische collega’s eens dat de Volgens het Ministerie van Justitie, de Nederlandse Veiligheidsdienst AIVD
radicalisering van moslimjongeren deels westerse overheden te verwijten en onderzoekers Frank Buijs, Froukje Demant, Atef Hamdy en Jean Tillie
valt. De Amerikaanse politiek analist en islamoloog Graham E. Fuller hebben radicaliserende moslimjongeren in Nederland overwegend een
22
23. Marokkaanse achtergrond (Buijs et al, 2006: 20; AIVD, 2004a/b/c, 2007). Nederland is de gelijknamige bundel Moslims in Nederland (2004). De
Het aandeel radicale Turken is zowel in Nederland als in de rest van Europa bundel is het resultaat van een samenwerkingsverband van het Sociaal en
tot nog toe gering.15 Cultureel Planbureau (SCP), de Universiteit Utrecht en de Universiteit van
Dat is opvallend, omdat Turkse en Marokkaanse moslimjongeren in Nederland Amsterdam. In deze studie zijn de resultaten opgenomen van kleinschalige
een vergelijkbare migratiegeschiedenis en sociaaleconomische positie kennen.16 onderzoeken (uitgevoerd tussen 1998 en 2002) naar de religieuze betrokkenheid
Bovendien delen zij dezelfde islamitische toewijding, praktijk en beleving.17 van Turken en Marokkanen19 in Nederland.
Sociale wetenschappers hebben hiervoor geen wetenschappelijke verklaring. Na de extremistische moord op islamcriticus Theo van Gogh in 2004 komt het
Een reden is dat onderzoek naar de opvattingen van moslims in West- islamisme in Nederland prominenter op de agenda. In mei 2006 publiceren
Europa en Nederland schaars is (Phalet et al, 2004a: 3). Onder meer, omdat Frank J Buijs, Froukje Demant en Atef Hamdy de eerder genoemde studie
onderzoek onder allochtonen relatief moeilijk uit te voeren en daarom Strijders van Eigen Bodem. Hierin analyseren zij interviews met salafitische
kostbaar is.18 en democratische moslimjongeren. In november 2006 presenteren Marieke
Een andere reden is, dat Nederlandse sociale wetenschappers geen Slootman en Jean Tillie van het Instituut voor Migratie en Etnische Studies
voedingsbodem vermoedden voor islamitisch radicalisme. Nico Landman (IMES) onder grote media-aandacht Processen van Radicalisering. Waarom
concludeerde in 1992 dat “radicalisering (...) in deze [Nederlandse] samen- sommige Amsterdamse moslims radicaal worden. De studie is het resultaat
leving zeer onwaarschijnlijk [was]” vanwege de vrijheid van godsdienst” van een onderzoek naar radicale opvattingen onder moslims in Amsterdam.
(Landman, 1992: 180). Shadid en Van Koningsveld zeggen hetzelfde in
1997. Zij wijzen erop dat het democratisch leven in Nederland “pluralisme 1.3.2 Marokkaanse oververtegenwoordiging taboe?
bevordert, terwijl fundamentalisme bij de gratie van onderdrukking tot Zoals gezegd neemt verklarend onderzoek naar de populariteit van het
bloei komt” (Shadid & Van Koningsveld, 1997: 40). islamitisch radicalisme in Nederland na de moord op Van Gogh toe. De
Eén van de weinige onderzoeken naar de opvattingen van moslims in oververtegenwoordiging van Marokkaanse sympathisanten blijft echter
23
24. onderbelicht. Waarom? Nederlandse onderzoekers lijken liever geen aandacht kent Turkije met de huidige, regerende AK-partij, voortgekomen uit de
te besteden aan de oververtegenwoordiging van één etnische groep.20 islamitische Welvaartspartij, al jaren een islamistisch gekleurde overheid.21
Criminoloog en antropoloog Hans Werdmölder spreekt van een blinde Wat betreft het tweede argument: islamisten stellen juist dat het Turkse
vlek, doordat sociale wetenschappers geen bijdrage willen leveren aan de Ottomaanse Rijk de ultieme islamitische staat is geweest (Ayubi, 1990:
“stigmatisering van een kwetsbare minderheidsgroep” (Werdmölder, 2005: 61). hoofdstuk 1). Het Arabische islamisme kent dus wel degelijk Turkse elementen.
Het is begrijpelijk en prijzenswaardig dat sociale wetenschappers voor- Daarentegen heeft het Noord-Afrikaanse Marokko nooit deel uitgemaakt
zichtig omspringen met de relatie tussen cultuur en sociaal onacceptabel van het glorieuze Ottomaanse Rijk. Bovendien heeft ruim 70% van de
gedrag. Maar, het kan onwetenschappelijk zijn. Zoals Werdmölder zegt: Marokkanen in Nederland geen Arabische, maar een Berberse achtergrond
“Wetenschappers hebben de taak de plavuizen van de samenleving op te (Obdeijn en De Mas, 2001: 12). In Marokko voelen Berbers zich gediscrimineerd
lichten. Niet om ongewenste gegevens (...) te verhullen of weg te verklaren” ten opzichte van hun Arabische landgenoten.22 Dat het islamisme de Arabische
(Werdmölder, 2005: 61). broederschap verheerlijkt, lijkt daarom eerder een reden voor Marokkaanse
De AIVD geeft in het rapport Radicale dawa in verandering. De opkomst jongeren om het gedachtegoed af te wijzen, dan om het te omarmen.
van islamitisch neoradicalisme in Nederland (2007) wel enkele verklaringen
voor de onder- en oververtegenwoordiging van respectievelijk Turkse en
Marokkaanse moslimjongeren. Turkse Nederlanders zijn volgens de AIVD 1.4 Voedingsbodem
gewend aan een seculiere staat, Marokkaanse Nederlanders niet. Bovendien
voelen Turken in tegenstelling tot Marokkanen geen verwantschap met 1.4.1 Voedingsbodem
het Arabische islamisme (AIVD, 2007: 37 en 41). Uit de vorige paragrafen blijkt dat radicalisering een complex proces is met
Wat betreft het eerste argument: het is maar de vraag in hoeverre de politieke historische, religieuze en politiek-maatschappelijke oorzaken. Politicoloog
situatie in Turkije en Marokko van invloed is op de politieke voorkeur van Gabriel A. Almond, historicus R. Scott Appleby en historicus Emmanuel
jonge, in Nederland geboren en getogen Turken en Marokkanen. Bovendien Sivan erkennen deze verschillende facetten. In de jaren ‘80 hebben zij ruim
24
25. 75 fundamentalistische23 netwerken wereldwijd onderzocht en zijn zij tot overheidsbeleid; en economische trends. Met behulp van de Nederlandse
de volgende conclusie gekomen. De interactie tussen 1) bepaalde structurele situatie licht ik deze hieronder kort toe.
leefomstandigheden van bevolkingsgroepen; 2) opvattingen van deze
bevolkingsgroepen; en 3) de invloed van de radicale elite, kan resulteren in een 1.4.2 Religieuze context
voedingsbodem voor religieus radicalisme (Almond et al., 2003: 116-135). De meeste radicale afscheidingen ontstaan volgens Almond et al. als de
Structurele factoren als staatsstructuur en etnische samenstelling organisatie van een religieuze stroming zich beperkt rondom individuele
beïnvloeden bijvoorbeeld het denken en handelen van de bevolking: een gemeenschappen of gebedshuizen. Er ontbreekt dan een strakke, verticale
overheid die een bepaalde etnische groep voortrekt, creëert onvrede onder hiërarchie en er zijn geen vaste geloofsregels (Almond et al., 2003: 122).
de overige etnische groepen. Deze groepen zijn ontvankelijk voor de boodschap Individuen kunnen zo makkelijker een eigen gebedshuis beginnen of de
van radicale religieuze leiders, waardoor een fundamentalistische beweging koers van een bestaande kapen. Consequenties zijn er niet of nauwelijks,
kan ontstaan. zoals een overkoepelende organisatie die de geldkraan dichtdraait.
Colin Mellis, adviseur voor de preventie van radicalisering bij de gemeente
De creativiteit en competenties van de radicale elite zijn volgens Almond Amsterdam, herkent dit. Volgens hem zijn een aantal moskeeën in de
et al. doorslaggevend voor het ontstaan van een radicaal-religieuze beweging. hoofdstad salafitisch gekleurd geraakt, omdat salafitische moslims hier het
De leiders hebben echter alleen succes bij een bevolking als sprake is bestuur overnemen24.
van bepaalde structurele leefomstandigheden. Deze omstandigheden
creëren de vruchtbare grond waarin de fundamentalistische boodschap 1.4.3 Overheidsbeleid
kan wortelen. Een overheid, die het religieuze karakter van bepaalde bevolkingsgroepen
Almond et al. noemen verschillende structurele factoren, die van negeert of hieraan juist veel aandacht besteedt, wekt volgens Almond et al.
invloed zijn op het ontstaan van een dergelijke voedingsbodem. Ik beperk wantrouwen op. Etnische minderheden kunnen zich gediscrimineerd voelen
mij in deze scriptie tot de volgende drie: de religieuze context; het type en dat maakt hen kwetsbaar voor radicalisering (Almond et al., 2003: 129).
25
26. Almond et al. en Buijs bedoelen in deze context autocratische staats- 1.4.4 Economische trends
structuren, niet democratieën (Almond et al., 2003: 129-130; Buijs, 2002: Een economische recessie, structurele werkloosheid of een onrechtvaardige
89). Toch kan ook een democratische overheid eenzijdige besluiten opleggen verdeling van de welvaart kunnen radicale opvattingen genereren. Met
en allesoverheersend zijn. Graham Fuller stelt in zijn boek The Future of name structurele werkloosheid creëert een “poel van potentiële rekruten”,
Political Islam dat de (radicale) moslimidentiteit sterker op de voorgrond zeggen Almond et al. (Almond et al., 2003: 33) Volgen de auteurs werven
treedt, naarmate staten worden ervaren als “gevangenissen voor ongelukkige radicale bewegingen daarom vooral onder laaggeschoolden en in de armere
[moslim]minderheden” (Fuller, 2003: 72). Kunnen moslims in westerse wijken van grote steden (Almond, 2003: 33, 130).
democratieën zichzelf zien als gevangenen van een niet-islamitische In Nederland zijn veel radicaliserende moslimjongeren juist hoger opgeleid
overheid? Misschien wel. Wanneer moslimgemeenschappen niet deelnemen (Buijs et al., 2006: p. 203). Toch lijken ook zij een zwakke positie op de
aan de politiek, bijvoorbeeld door te stemmen, oefenen ze ook geen invloed arbeidsmarkt te hebben. Volgens onderwijssocioloog Jaap Dronkers werken
uit op het overheidsbeleid. Wanneer ze dit overheidsbeleid als nadelig of allochtone jongens vaker onder hun niveau en maken zij minder (snel)
krenkend ervaren, kunnen moslims zich machteloos voelen en zichzelf als promotie dan hun autochtone collega’s.26
slachtoffers zien van een allesoverheersende overheid. Zelfs al functioneert Met bovengenoemde factoren zijn de belangrijkste dimensies gedekt,
deze overheid volgens democratische rechtsregels. namelijk religie, politiek en economie.27 Het gros van het Nederlandse
In Nederland staan migranten en de islam prominent op de politieke agenda, sociaalwetenschappelijke onderzoek naar islamitische migrantengroepen
mede dankzij de Partij voor de Vrijheid (PVV). Deze partij pleit onder meer gaat over deze drie dimensies en dat sterkt mij in mijn uitgangspunt.
voor een burqaverbod en heeft grote kritiek op de koran.25 Het resultaat is
dat Nederlandse moslimjongeren zichzelf zien als “bedreigde tweederangs- 1.4.5 Slotopmerking
burgers”, zeggen Buijs et al. (Buijs et al., 2006: 214). Een nadeel van de hierboven beschreven voedingsbodemtheorie van
Almond et al. is dat zij deze in de jaren ’80 hebben ontwikkeld op basis
26
27. van fundamentalistische bewegingen, die zijn ontstaan in hun natuurlijke Om dit te onderzoeken vergelijk ik in deel II van deze scriptie de structurele
habitat: radicaalchristelijke netwerken in de christelijke Verenigde Staten, leefomstandigheden van de Marokkaanse en Turkse gemeenschap in
radicaalislamitische netwerken in het islamitische Midden-Oosten, etc. Aan Nederland met elkaar. Dat doe ik aan de hand van drie hypothesen op het
fundamentalistische bewegingen in een niet-natuurlijke religieuze omgeving gebied van religie, politiek en economie. f
is, voor zover ik kan beoordelen, indertijd onderbelicht gebleven.
Deze scriptie toetst in de volgende hoofdstukken of de voedingsbodemtheorie
van Almond et al. ook de opkomst van het islamitisch radicalisme in het
van oudsher christelijke Nederland kan verklaren.
1.5 Samengevat
Onderzoekers Almond, Scott Appleby en Sivan stellen vast dat bepaalde
structurele omstandigheden een voedingsbodem creëren voor religieus
radicalisme. Ondanks dat Nederlandse Marokkanen en Nederlandse Turken
even gevoelig lijken te zijn voor het radicaalislamitische gedachtegoed,
radicaliseren Marokkaanse moslimjongeren wel en Turkse moslimjongeren
niet of nauwelijks. Hoe kan dat?
Vermoedelijk verschillen de structurele leefomstandigheden van Nederlandse
Marokkanen en Nederlandse Turken van elkaar. Wellicht is bij de eerste groep wel
sprake van een voedingsbodem voor islamitisch radicalisme en bij de tweede niet.
27
28. 1 Vrij vertaald, Ayubi,1990: 4. 10 De overige groep radicale moslims bestaat uit autochtone bekeerlingen en recent gemigreerde
moslims. Bron: Buijs et al., 2006: 20; AIVD, 2007: 33; Tweede Kamerstuk 27925, 2003-2004: 3.
2 De wetenschap van de islam. Bron: Van Dale Woordenboek Hedendaags Nederlands.
11 Jansen, de Volkskrant, 19-09-2006.
3 Het salafisme is een strenge islamitische leer, die totale onderwerping aan God voorschrijft. Salaf
betekent voorvader en verwijst naar de periode waarin de profeet Mohammed, zijn volgelingen 12 Jansen, het al.gemeen Dagblad, 04-11-04.
en zijn onmiddellijke opvolgers leefden. De moslimwereld beleefde toen een politieke, economische,
militaire en culturele bloeiperiode. Salafi’s geloven dat God met deze glorieuze era de eerste 13 Lazaroff en Horovitz, The Jerusalem Post, 01-02-2007.
moslims beloonde voor hun ‘zuivere’ islambeleving. Zij pleiten daarom voor letterlijke naleving van
de islamitische richtlijnen, die in deze tijd zijn opgeschreven (Buijs et al., 2006: 15; Fuller, 2003: 38, 48). 14 Kepel, NRC Handelsblad, 27-08-05.
4 Voor meer informatie over het wahhabisme en haar invloed in Nederland. zie het AIVD rapport 15 In 2005 constateert de Deense onderzoeker Michael Taarnby “that there is an absence of any
Saoedische invloeden in Nederland (2004). significant component of Turks in the [islamist] (...) networks, despite the millions of Turks residing
in Europe” (Taarnby, 2005: 31). In de samenvatting van het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland
5 ‘Waar’ wordt (in deze context) beschouwd als subjectief begrip. Daarom is dit woord tussen (DTN) van 13/10/06, uit de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (Nctb) wel zorg over de
aanhalingstekens gezet. “groeiende radicalisering onder Turkse jongeren”, die eerder beperkt was (DTN, 2006: 4). Een jaar
later (in 2007) schrijft de AIVD dat radicaliserende jongeren nog steeds overwegend Marokkaans
6 Politicologen Frank Buijs, Atef Hamdy en Froukje Demant van de Universiteit van Amsterdam zijn en dat Turkse jongeren veel minder vatbaar lijken te zijn voor het salafitische gedachtegoed
interviewden voor hun studie Strijders van Eigen Bodem ruim twintig radicaalislamitische jongeren. (AIVD, 2007: 38, 85).
Deze subparagraaf is gebaseerd op hun bevindingen. Bron: Buijs et al., 2006: 59-86 en 129-133.
16 In hoofdstuk 2, 3 en 4 wordt de migratiegeschiedenis en sociaaleconomische positie van Turken
7 AIVD, 2007: 29. en Marokkanen in Nederland toegelicht.
8 In 2006 stellen politicologen Jean Tillie en Marieke Slootman vast dat ruim 24% van de moslims 17 Voor respectievelijk 97% van de 2e generatie Marokkanen en 87% van de 2e generatie Turken
in Amsterdam een ‘orthodox religieuze overtuiging’ heeft en de islam als ‘politiek strijdpunt’ is de islam belangrijk voor persoonlijke zingeving (Phalet et al., 2004c: 25). Drie op de tien 2e
beschouwt . Dit zijn kenmerken die gevoelig maken voor radicalisering. Bron: Tillie en Slootman, generatie Marokkanen en Turken bezoekt wekelijks de moskee (Phalet et al., 2004c: 94). Deze
2006: 24, tabel 11. bevindingen worden bevestigd in de studie Van Allah tot Prada (2006) van het Instituut voor
Multiculturele Ontwikkeling Forum. Onderzoekers Nabben et al. concluderen in deze studie dat
9 Volgens de AIVD worden in 2007 op dertig locaties lezingen gegeven door ongeveer 25 predikers, Turkse en Marokkaanse jongeren dezelfde religieuze beleving hebben (Nabben et al, 2006: 87).
waarvan er tien in opleiding zijn. Een lezing wordt bijgewoond door ongeveer 100 jonge Marokkanen. Bron:
AIVD, 2007: 29, 39.
28
29. 18 Moeizaam en kostbaar vanwege onder meer de taalbarrière en de toegankelijkheid van allochtone 27 Uitgezonderd de sociologie en psychologie. Ik ben ervan overtuigd dat gezinssituatie, opvoeding
moslimgemeenschappen in Nederland (Vollebergh, W., 2002: 3, 4). en psychologische kenmerken eveneens een belangrijke rol spelen bij de vraag waarom een aantal
moslimjongeren in Nederland radicaliseert. Deze elementen vallen helaas buiten het politiek-
19 Ongeveer 98% van de onderzochte Turken en 99% van de onderzochte Marokkanen in maatschappelijke karakter van deze scriptie. Daarom heb ik hier geen aandacht aan besteed. Voor
Nederland ziet zichzelf in 1999 als moslim (Phalet et al, 2004b: 24). Deze overweldigende meer informatie over de invloed van sociologische en psychologische kenmerken, verwijs ik de
religieuze zelftoewijzing is voor de onderzoekers en voor mij een rechtvaardiging om de Turkse en lezer naar Buijs et al., 2006: hoofdstuk 8; en Pels, 2003 en 1998.
Marokkaans gemeenschap in Nederland te beschouwen als moslimgemeenschap. Vandaar dat de
term ‘moslimgemeenschap’ in deze scriptie wordt gebruikt als synoniem van de etnische Turkse
en Marokkaanse gemeenschap in Nederland. Een kanttekening is op zijn plaats: het betreft hier
gegevens van een survey uit 1999. Het is mogelijk dat de religieuze zelftoewijzing van Turkse en
Marokkaanse Nederlanders ten tijde van de publicatie van deze scriptie is afgenomen.
20 Voor meer informatie, zie hoofdstuk 3 van Marokkaanse jeugddelinquenten en het ITB-CRIEM
programma, de afstudeerscriptie van Elisabeth Marike Bachrach (2005, Universiteit van Amsterdam).
21 Kepel, 2004: hoofdstuk 15; Santing,21-04-1999, NRC Handelsblad http://www.nrc.nl/redactie/
W2/Lab/Turkije/pamuk.html (geraadpleegd op 06-04-08).
22 Het sociaaleconomische leven in Marokko richt zich vooral op Arabisch sprekenden, een taal
die de meeste Berbers niet machtig zijn. Daardoor maken ze onder andere minder kans op werk.
(Botje, 2001: 19; Hart, 2000: 7).
23 De auteurs definiëren fundamentalisme als een “onderscheidend patroon van religieus verzet
waarbij zelfbenoemde ‘ware’ gelovigen proberen de erosie van religieuze identiteit tegen te gaan en
alternatieven creëren voor seculiere instituties en gedragingen” (Almond et al, 2003: 17).
24 Bron: interview met Colin Mellis.
25 http://www.groepwilders.nl/.
26 Van Buuren, 18/11/04, Observant.
29
32. V
an theorie naar praktijk: Deel II van deze scriptie beschrijft
in drie hoofdstukken de religieuze, politieke en economische
leefwereld van de Marokkaanse en Turkse moslimgemeenschap
in Nederland. Het volgende staat centraal: Kennen de
Marokkaanse en Turkse gemeenschap structurele leefomstandigheden,
die een voedingsbodem kunnen creëren voor islamitisch radicalisme?
Zo ja, komen deze verschillen overeen met de voedingsbodemtheorie
van Almond et al.? Ieder hoofdstuk vertrekt vanuit een hypothese,
gebaseerd op de theorie van Almond et al.
In hoofdstuk 2 staat de religieuze organisatie centraal. Deze is bestudeerd
aan de hand van de volgende hypothese: De Marokkaanse gemeenschap is
relatief los en de Turkse gemeenschap is relatief hecht georganiseerd.
Paragraaf 1 licht deze hypothese toe, paragraaf 2 geeft de lezer relevante
informatie over de migratieachtergrond. De derde en vierde paragraaf
beschrijven de religieuze organisatie van respectievelijk de Marokkaanse
en de Turkse moslimgemeenschap in Nederland. Op basis van deze
beschrijving wordt in de slotparagraaf geconcludeerd of de hypothese
al dan niet is bevestigd. f
32
33. 2.1 Inleiding In Nederland is de Marokkaanse islamitische geloofsgemeenschap relatief
los en de Turkse islamitische geloofsgemeenschap relatief hecht georganiseerd.
2.1.1 Hypothese en toelichting
Religieus radicalisme komt vaak voor bij stromingen, die losjes zijn 2.1.2 Methodiek
georganiseerd rondom individuele geloofsgemeenschappen (Almond et Voor dit hoofdstuk maak ik primair gebruik van de volgende studies:
al., 2003: 122 en Buijs, 2002: 88). Ten eerste kunnen radicalen in een Van mat tot minaret: de institutionalisering van de islam in Nederland van
autonome kerk of moskee makkelijker de religieuze koers beïnvloeden, theoloog Nico Landman (1992); en De islam in beweging. Turkse jongeren
dan wanneer deze deel uitmaakt van een religieuze federatie. Ten tweede en Islamitische Organisaties van antropoloog Thijl Sunier (1996).
is een radicale breuk minder ingrijpend, omdat er geen consequenties zijn: Voor recente data heb ik geraadpleegd: Turkse Islam: perspectieven op
Er is geen overkoepelende autoriteit, die de geldkraan dichtdraait of die de organisatievorming en leiderschap in Nederland van Kadir Canatan (2001);
enige weg naar de hemel pretendeert te kennen (Almond et al., 2003: 123). People from the Middle East in the Netherlands van Hans van Amersfoort
Politicoloog Frank J. Buijs meent dat de islam in Nederland “geen kerkelijke en Jeroen Doomernik (2003); en de SCP-deelstudie Moslim in Nederland.
structuren kent” en dat dit (mede) de opkomst van het islamitisch radicalisme Islamitische Organisaties van Anja van Heelsum, Meindert Fennema en
verklaart (Buijs, 2002: 88). “De” islam bestaat echter niet. Eenheid in de Jean Tillie (2004).
wijze waarop zij is georganiseerd daarom evenmin.
De salafitische beweging in Nederland trekt met name Marokkaanse
moslimjongeren aan. Turkse moslimjongeren radicaliseren niet of nauwelijks. 2.2 Migratiecontext
Overeenkomstig bovenstaande theorie van Almond et al. vermoed
ik dat de Marokkaanse variant (of varianten) van de islam in Nederland De eerste Turkse en Marokkaanse moslims in Nederland zijn jonge mannen, die in
losser is georganiseerd dan de Turkse variant (of varianten) van de de jaren ‘60 als gastarbeider naar Nederland vertrekken. De meeste van hen zijn
islam. Daarom toets ik in dit hoofdstuk de volgende hypothese: ongeschoold en komen van het traditionele platteland (Lindo et al., 1997: 58).
33
34. In Turkije zijn religie en politiek gescheiden in een seculier staatsmodel, Er is sprake van een losse verdeling tussen gebedshuizen, die zijn aangesloten
zorgvuldig bewaakt door het kemalistische leger (Canatan, 2001: hoofdstuk 2). bij de Unie van Marokkaanse Moslim Organisaties Nederland (UMMON)
In Marokko vallen deze twee domeinen samen, omdat de Marokkaanse en autonome moskeeën. De ideologie van autonome moskeeën varieert
koning tevens de hoogste religieuze gezagsdrager is (Landman, 1992: van gematigd soennietisch tot islamistisch. Linkse oppositiegroeperingen
p. 51). In beide landen bepaalt de overheid echter de religieuze praktijk en als het Komité Marokkaanse Arbeiders in Nederland (KMAN) hebben
zijn oppositiestromingen verboden (Lindo et al., 1997: 27). geprobeerd deze moskeeën te verenigen, maar zijn daarin niet geslaagd
Noch Turken, noch Marokkanen hebben hierdoor veel ervaring opgedaan (Landman, 1992: 172, 173).
met organisatievormen als vakbonden of politieke partijen. Bovendien
ontbreekt het hen aan kennis van de Nederlandse taal en wetgeving. Daarom 2.3.1 UMMON
bloeit de islamitische organisatie pas op in de jaren ’701, met de komst 2.3.1.1 Ideologie | De Unie van Marokkaanse Moslim Organisaties Nederland
van gezinnen. Dan groeit de behoefte aan betere religieuze accommodatie, (UMMON) is gelieerd aan de Marokkaanse overheid3 (Ter Wal, 2005: 30).
zodat kinderen bijvoorbeeld koranonderwijs kunnen volgen. Sinds 1982 vertegenwoordigt deze vereniging in Nederland de officiële
Wat begint met enkele moskeeën zal in enkele decennia uitgroeien tot een islam, waarbij het standpunt van het Marokkaanse vorstenhuis de norm is.
geïnstitutionaliseerde Marokkaanse en Turkse infrastructuur met ruim 500 De ruim tachtig aangesloten moskeeën varen echter niet alle dezelfde
islamitische organisaties (Van Heelsum et al., 2004a: 3). ideologische koers. Er bestaat grote diversiteit in de mate van konings-
gezindheid en iedere moskeeorganisatie bepaalt haar eigen religieuze
beleid. Ter illustratie, de UMMON is er niet in geslaagd een consensus
2.3 Islamitische organisatie Marokkaanse gemeenschap te creëren over de data van islamitische feestdagen.4 Een aantal moskeeën
houdt zich aan de Marokkaanse kalender. Andere richten zich naar
De Marokkaanse moslimgemeenschap in Nederland kent in 2004 minimaal islamitische landen in het Midden-Oosten (Landman, 1992: 164).
171 islamitische organisaties en 92 moskeeën2 (Van Heelsum et al., 2004a: 3).
34
35. 2.3.1.2 Organisatiestructuur | De UMMON moet de controle houden over gevoelig. Financieel wanbestuur of geruchten hierover, zijn “een plaag”
de islambeleving van de Marokkaanse diaspora, maar slaagt daarin niet. voor Marokkaanse moskeeorganisaties, zegt Landman (Landman, 1992: 70).
De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) beschrijft de
UMMON als een “nogal vaag verband van groeperingen”, die hun eigen 2.3.1.3 Jongeren | In Marokkaanse moskeeën maakt de eerste generatie de
beleid willen bepalen (Waardenburg, 2001: 25). Zo rekruteren ze imams5 dienst uit (Landman, 1992: 70; Tweede Kamerstuk 28689, 2004: 492). Dit
op hun eigen manier, ondanks door de UMMON vastgestelde standaardpro- heeft gevolgen voor het aanbod van niet-religieuze activiteiten: Ten eerste,
cedures. Bovendien heeft de federatie moeite de achterban te mobiliseren: hoe ouder de bestuursleden, hoe minder sociaal-culturele activiteiten er
Van de moskeeorganisaties die jaarlijks contributie betalen, bezoekt eind in een moskee worden georganiseerd. Voor een belangrijk deel komt dit doordat
jaren ’80 niet meer dan 60% de algemene raadsvergaderingen (Landman, het bestuur vindt dat zaken als tafeltennis en een voetbaltoernooi niet thuis
1992: 165). horen in een moskeeorganisatie (Tweede Kamerstuk, 28689, 2004: p. 492).
Op lokaal niveau hebben moskeebesturen volgens theoloog Nico Landman Een tweede gevolg is de generatiekloof tussen jongeren en de imam: De
eveneens “grote moeite om effectief te opereren” (Landman, 1992: 70). religieuze voorganger is vaak een stuk ouder en spreekt over het algemeen
Dat komt doordat een formele organisatiestructuur vaak ontbreekt of enkel Arabisch. Martijn de Koning en Edien Bartels stellen in hun artikel
uitsluitend op papier bestaat.6 Hoewel sommige Marokkaanse moskeeën Voor Allah en Mijzelf. Jonge Marokkanen op zoek naar de ‘echte’ Islam
hierdoor prima functioneren, meent Landman dat dit gebrek de besluit- (2005) dat de meeste Marokkaanse imams daarom geen flauw benul hebben
vorming bemoeilijkt. Ten eerste vinden activiteiten of het aanstellen van van de wereld waarin moslimjongeren leven. Het gevolg is dat jongeren
een imam plaats volgens ongeschreven regels en met bemoeienis van de zich buiten de moskeeorganisaties om verenigen of hun heil zoeken op
hele gemeenschap (Landman, 1992: 158). Ten tweede worden voortdurend islamitische websites (De Koning en Bartels, 2005).
besluiten teruggedraaid. Zelfs als op grond hiervan al is onderhandeld met
Nederlandse instanties (Landman, 1992: 70). Tot slot maakt een gebrek 2.3.2 Vrije moskeeën: islamisten
aan vastgestelde regels en richtlijnen het beheer van een moskee fraude- De “vrije moskee” is een term van het Komité Marokkaanse Arbeiders in
35
36. Nederland (KMAN). Deze linkse oppositiegroepering probeert in de jaren “verval en [de] verwerpelijke vernieuwing” in de “ongelovige [Nederlandse]
‘80 tevergeefs islamitische verenigingen te verenigen, die niet aangesloten maatschappij”. Ook richt het bestuur zich op de bekering van “dwalende”
zijn bij de UMMON. Volgens Landman mislukken deze pogingen doordat geloofsgenoten (Landman, 1992: 176).
de UMMON de islam als strategisch wapen inzet in de strijd tegen de
Marokkaanse overheid (Landman, 1991: 172, 173). Moskeebestuurders 2.3.2.2 Organisatiestructuur | De Tawhidmoskee functioneert autonoom,
ontwikkelen een “afkeer tegen de nadrukkelijke politieke stellingname” maar staat in contact met gelijkgezinde moskeeën (Landman, 1992: 175).
van de KMAN, aldus de theoloog (Landman, 1991: 173). Hoewel deze islamistische moskeeën voornamelijk een Marokkaanse achterban
Een aantal van deze vrije moskeeën heeft een radicaalislamitisch karakter. hebben, worden ze vaak gefinancierd en bestuurd door niet-Marokkanen
Deze subparagraaf beschrijft de organisatie van één van hen: de Tawhid (Van Heelsum et al., 2004a: 15; Landman, 1992: 183). De AIVD spreekt
Moskee in Amersfoort. van “islamistische filialen”, die worden gerund door met name Saoedische
niet-gouvernementele organisaties (AIVD, 2004d: 3, 4).
2.3.2.1 Ideologie | In 1986 scheidt een groep jongeren zich af van de
officiële, bij de UMMON aangesloten Marokkaanse moskee in Amersfoort 2.3.2.3 Jongeren | In tegenstelling tot de moskeeën van de UMMON
om de Tawhidmoskee op te richten. Een belangrijke reden voor de breuk richten islamisten zich specifiek op jongeren. Het gebrek aan activiteiten
is, dat de eerste moskee geen kritiek toestaat op het autocratische regime voor jongeren bij de oude moskee in Amersfoort is een belangrijke reden
van het koningshuis in Marokko. Het bestuur van de Tawhid is eveneens geweest voor de oprichting van de bovengenoemde Tawhid Moskee. De
kritisch over de Marokkaanse “gewoonte-islam”, die doordrenkt is van Tawhid biedt recreatieve activiteiten, variërend van tafeltennis en -voetbal tot
niet-religieuze gebruiken. Conform het salafitische gedachtegoed stelt computercursussen. Ook besteedt de moskee aandacht aan maatschappelijke
het bestuur een statuut op, waarin strikte navolging van de islamitische problemen als werkloosheid (Landman, 177).
geschriften centraal staat (Landman, 1992: 176, 177).
De Tawhidmoskee wil met name jonge moslims beschermen tegen het
36
37. 2.4 Islamitische organisatie Turkse gemeenschap koranonderricht geniet grote faam. Zelfs ouders die bij een andere Turkse
stroming horen, laten hun kinderen regelmatig bij de Süleymanci’s les
De Turkse islamitische gemeenschap in Nederland kent 356 islamitische volgen (Sunier, 1996: 78).
organisaties en 205 moskeeën. De meeste zijn statutair verbonden aan Religieuze bijeenkomsten zijn gericht op de heilzame invloed van de
de drie grootste ideologische bewegingen: de conservatief-mystieke overleden oprichter Süleyman Hilmi Tunahan (Sunier, 1996: 52, 53). Dat
Süleymancilar; de Turks-nationalistische Diyanet; en de islamistische Milli geeft de beweging een mystiek karakter.
Görüs. Europese koepelorganisaties bewaken het ideologisch gehalte van
de aangesloten stichtingen en verenigingen (Sunier, 1996: 40). 2.4.1.2 Organisatiestructuur | Het zwaartepunt van de organisatie ligt bij
het Islamische Kulturzentrum (IKZ) in West-Duitsland. Vanuit dit centrale
2.4.1 Süleymancilar orgaan ontwikkelden de Süleymanci’s in de jaren ’70 een netwerk van
2.4.1.1 Ideologie | De Turkse Süleymanci’s zijn het eerst actief in Europa. koranscholen annex gebedsruimtes door heel West-Europa. In 1972 vestigt
In Nederland beheren ze 20 moskeeën en 30 religieuze organisaties de Nederlandse tak, de Stichting Islamitisch Centrum Nederland (SICN)
(Van Heelsum et al., 2004a: 11). zich in een hoofdkantoor in Utrecht (Canatan, 2001: 86).
Er is weinig bekend over deze naar binnen gekeerde beweging De Süleymancilarbeweging kent een sterk hiërarchisch bestuur met verticale
(Sunier, 1996: 52). Wel is duidelijk dat de Süleymanci’s conservatief zijn: gezagsverhoudingen (Landman, 1992: 72). Aangesloten stichtingen zijn
Ze stimuleren het dragen van hoofddoekjes en pleiten voor gescheiden juridisch ondergeschikt aan het hoofdkantoor in Utrecht. Hier worden
gymnastiekles voor jongens en meisjes (Van Heelsum, 2004b: 27). lokale bestuursleden benoemd en ontslagen (Canatan, 2001: p. 88, Sunier,
De Süleymanci’s richten zich primair op godsdienstonderwijs en hebben 1996: p. 103).
geen politieke aspiraties. Ze willen moslimjongeren in Nederland helpen Wereldlijk en geestelijk bestuur zijn niet gescheiden in deze Turkse stroming.
een sterke islamitische identiteit te ontwikkelen om ze zo te beschermen De landelijke voorzitter van de SICN is tevens hoofdimam. Ook bij lokale
tegen ‘slechte’ zaken als drank en drugs (Sunier, 1996: 103). Hun moskeeorganisaties treden bestuursleden op als voorganger (Sunier, 1996: 103).
37
38. 2.4.1.3 Jongeren | Jongeren zijn de belangrijkste doelgroep van de De Diyanet propageert de Turks-islamitische Synthese, een gematigde
Süleymancilar, omdat religieus onderwijs de primaire activiteit is. Kinderen soennitische islam die religie en politiek strikt gescheiden houdt. De synthese
bouwen vanaf een jaar of 7 een band op met de organisatie en de imam geniet verheerlijkt de Turkse nationaliteit: een goed moslim heeft ook liefde voor
dan ook veel gezag bij jongeren. (Sunier, 1996: 100). Zo roemen jongeren zijn Turkse vaderland. Andere islamvisies, inclusief de Arabische, worden
in de Merkez moskee in Rotterdam het laagdrempelige karakter van dit als “achterlijk” beschouwd (Canatan, 1990: 90).
gebedshuis en de hechte band die ze hebben met de imam. Volgens hen is er
altijd ruimte om over persoonlijke problemen te praten. Daardoor brengen de 2.4.2.2 Organisatiestructuur | De Diyanet kent net als de Süleymancilar
jongeren veel vrije tijd door in de moskee, ondanks dat hier weinig recreatieve een hiërarchisch bestuur met verticale gezagsverhoudingen (Landman,
activiteiten zijn. Hoewel jongeren bestuurlijke taken krijgen, maken 1992: 72). De ruim 140 aangesloten verenigingen staan onder leiding
ouderen vooralsnog de dienst uit in de Merkez moskee.7 van twee landelijke koepelorganisaties: de Stichting Turks-islamitische
Culturele Federatie (TICF), opgericht in 1979 en de Islamitische Stichting
2.4.2 Diyanet Nederland (ISN)8, opgericht in 1982.
2.4.2.1 Ideologie | De Diyanet is de grootste Turkse islamitische beweging De TICF houdt zich vooral bezig met sociaal-culturele en maatschappelijke
in Nederland: ruim 75% van de Turkse religieuze organisaties in Nederland taken. Daarbij staan concrete zaken als taalproblemen centraal. Het bestuur
zijn hierbij aangesloten. Ter illustratie, als in een stad één Turkse moskee bestaat uit Turkse migranten, afgevaardigden van aangesloten verenigingen.
staat, is dat meestal een Diyanetmoskee (Van Heelsum et al., 2004a: 8). De ISN is betrokken bij de benoeming van bestuursleden van lokale
De Diyanetstroming in West-Europa staat onder controle van het moskeeorganisaties; bouwt, koopt en beheert moskeeën; is verantwoordelijk
gelijknamige ministerie van Godsdienstzaken in Turkije. Haar missie is te voor de aanstelling en betaling van Turkse imams; en regelt de verspreiding
voorzien in de religieuze behoeften van de Turkse diaspora. Tegelijkertijd van religieuze literatuur (Canatan, 2001: 89: Van Heelsum et al., 2004a: 58).
dient de beweging “extremistische” tendensen tegen te gaan, waarmee de Het bestuur bestaat uit medewerkers van de Turkse ambassade (Canatan,
aanhang van de niet-officiële Turkse islam wordt bedoeld (Canatan, 2001: 90). 2001: 89). Met de oprichting van de ISN is de Turkse overheid er
38
39. geleidelijk in geslaagd invloed uit te oefenen op de religieuze beleving gesloten. In een reactie stapt het jongerenbestuur collectief op en het project
van de Turkse diaspora. gaat uit “als een nachtkaars” (Sunier, 1996: 91).
Geestelijke taken en bestuur zijn zowel bij de TICF als de ISN
strikt gescheiden, geheel in overeenstemming met het seculiere
Turks-Nationalistische ideaal (Sunier, 1996: 67). 2.4.3 Milli Görüs
2.4.3.1 Ideologie | Milli Görüs (Nationale Visie), de grootste Turkse
2.4.2.3 Jongeren | De Turkse overheid heeft lange tijd jongeren als oppositiestroming in Nederland, kent volgens Van Heelsum et al. ongeveer
doelgroep verwaarloosd en richt zich vooral op het bouwen van moskeeën. 45 moskeeën en een “groeiend aantal” actieve jongerenverenigingen (Van
Het bestuur van deze moskeeën bestaat net als bij de Marokkaanse UMMON Heelsum et al., 2004a: 9). Het karaker is niet-nationalistisch, waardoor ook
moskeeën uit mannen van de eerste generatie. Daardoor wordt weinig voor veel Koerden zich bij de beweging hebben aangesloten (Sunier, 1996: 69).
jongeren georganiseerd.9 Antropoloog Thijl Sunier beschrijft de situatie van Milli Görüs is een islamistische beweging. Voorlopers van de AK-Partij,
een jongerenvereniging in de Kocatepemoskee in Rotterdam, begin jaren ’90. de politieke arm van Milli Görüs, hebben geprobeerd het vaderland te
De vereniging is verbonden aan de moskee, maar heeft haar eigen bestuur islamiseren (Sunier, 1996: 55). Tegenwoordig volgt de AK-partij een mildere
en statuten (Sunier, 1996: 90). Bij wijze van experiment krijgt zij een politieke koers. Wellicht is deze mede daardoor de grootste regerende partij
recreatieruimte toegewezen. Gezelligheid is hier prioriteit: Er staat een tv in Turkije geworden.
en een tafeltennistafel. Ook doet de ruimte dienst als theehuis en worden Auteurs betichten Milli Görüs ervan in Nederland “twee gezichten” te
er voorlichtingsbijeenkomsten gehouden, onder andere over seksueel hebben (Van Heelsum et al., 2004a: 9). In Noord-Nederland zou de
overdraagbare aandoeningen (Sunier, 1996: 92). beweging democratisch en tolerant zijn. Het zuiden volgt de koers van het
Het jongerencentrum is een daverend succes: ’s avonds staat het “stampvol” hoofdkantoor in Duitsland: een “intolerante en antiwesterse islamistische
met jongens tussen de 15 en 22 jaar.10 De niet-religieuze activiteiten zijn variant” (Den Exter in Van Heelsum et al., 2004a: 9).
het moskeebestuur echter een doorn in het oog en de recreatieruimte wordt Ook Van Amersfoort en Doomernik beschouwen de zuidelijke tak als
39
40. conservatief. Dat betekent volgens de auteurs niet, dat de zuidelijke Milli 2.4.3.3 Jongeren | Milli Görüs richt zich vooral op jongeren, die daarom
Görüsleden islamisering van de Nederlandse samenleving verlangen. Hiervoor zowel in lokaal als landelijk bestuur steeds meer de dienst uitmaken
richten zij zich te veel op Turkije (Van Amersfoort en Doomernik, 2003: 185). (Sunier, 1996: 112; Canatan, 2001: 132). Het jonge karakter geeft de
beweging drie opvallende kenmerken: Ten eerste wil Milli Görüs jongeren
2.4.3.2 Organisatiestructuur | Milli Görüs kent net als de twee eerder- “binnenboord houden” (Sunier, 1996: 80). Moskeeën zijn minder sterk
genoemde Turkse bewegingen een internationaal hiërarchisch bestuur gericht op strenge ideologische beïnvloeding en bieden veel niet-religieuze
met verticale gezagsverhoudingen (Landman, 1992: 72). De Duitse activiteiten aan zoals sport en huiswerk-begeleiding. Ook helpen zij moslim-
koepelorganisatie AMGT (Organisatie van de Nationale Visie in Europa) is jongeren bij het vinden van werk (Lindo et al., 1997: 39, 40). Hierdoor trekt
officieel sinds 1985 actief in Europa vanuit het West-Duitse Keulen.11 Zij Milli Görüs veel jongeren aan, die lang niets met de islam hebben gedaan of
houdt intensief contact met de Nederlandse Islamitische Federatie (NIF) in van wie de ouders tot een andere stroming behoren (Sunier, 1996: 80).
Utrecht én de twee grote regionale stichtingen (Sunier, 1996: 111). Ten tweede zijn jongerenverenigingen in een vrij vroeg stadium formeel
In mei 2006 beslecht het Europese hoofdkwartier een conflict met het losgekoppeld van de moskee, omdat er meningsverschillen ontstonden
liberale bestuur van Noord-Nederland door het voltallige bestuur in tussen de eerste en tweede generatie moskeebezoekers (Sunier, 1996: 136 en
Amsterdam te vervangen door een conservatieve club. Ex-directeur Haci 184). Jongeren worden daardoor niet meer op de vingers gekeken, maar de
Karacaer beschrijft de kern van het conflict als volgt: “Amsterdam wilde banden met de moskee blijven intact. Zij mogen een eigen beleid ontwikkelen
tot de (...) Nederlandse samenleving horen. [Keulen] blijft Turkije als op voorwaarde dat deze niet in strijd is met de moskee. In ruil daarvoor krijgen
kompas zien”. Volgens ex-vice-voorzitter Üzeyir Kabaktepe houdt het de verenigingen financiële steun. (Canatan, 2001: 160).
Europese bestuur met succes de spirituele leiding over haar Turkse achterban, Ten derde stelt de relatief jonge achterban van Milli Görüs hoge eisen aan
waardoor deze niet tegen de wil van het bestuur durft in te gaan. Kabaktepe: de aanstelling van imams: Ze willen dat hun opleidingsniveau hoger en hun
“Keulen volgen is het paradijs binnengaan” (Hoekman, 24/05/06, leeftijd lager is. Ook verlangen zij dat de imam kennis heeft van de Nederlandse
Reformatorisch Dagblad). samenleving en van de problemen waarmee moslimjongeren hier worstelen
40
41. (Canatan, 2001: 168, 169). Is de gemeenschap niet tevreden over een imam? Turkse moskeeën maken daarentegen deel uit van een verzuild netwerk,
Dan wordt hij onmiddellijk teruggestuurd naar Turkije (Sunier, 1996: 189). waarbij de ideologische koers van individuele moskeeën van hogerhand
wordt bepaald.
Als van deze koers wordt afgeweken, kan de supranationale koepelorganisatie
2.5 Vergelijking ingrijpen. Het conflict tussen het Europese hoofdkwartier van Milli Görüs en
de Noord-Nederlandse tak is hiervan een voorbeeld.
2.5.1 Conclusie hypothese
Aan het begin van dit hoofdstuk heb ik de hypothese gesteld, dat de 2.5.2 Verklaring
Marokkaanse islamitische gemeenschap relatief los en de Turkse islamitische Waarom kent de Marokkaanse islamitische organisatie een lossere structuur?
gemeenschap relatief hecht is georganiseerd. De empirische resultaten Deze vraag lijkt moeilijk te beantwoorden, omdat de Marokkaanse en
bevestigen deze stelling. Turkse diaspora in Nederland sterk overeenkomen: Eerste generatie
Ten eerste zijn over de Turkse islamitische infrastructuur in Nederland Marokkaanse en Turkse migranten zijn over het algemeen beide laag
meer en gedetailleerdere studies beschikbaar dan over de Marokkaanse opgeleid, onbekend met de Nederlandse taal en wetgeving en weinig
islamitische infrastructuur. Deze discrepantie komt niet voort uit gebrek ervaren met organisatievormen. Bovendien heeft zowel de Marokkaanse als
aan interesse uit sociaalwetenschappelijke hoek. Volgens onderzoekers Van de Turkse overheid geprobeerd de religieuze beleving van haar diaspora te
Amersfoort en Doomernik valt er simpelweg niets te onderzoeken vanwege beïnvloeden.
de “lage organisatiegraad” van de Marokkaanse diaspora (Van Amersfoort et Een belangrijk verschil is echter, dat alleen de Turkse overheid in haar
al., 2003: 185). opzet is geslaagd (Bouddouft, 2005). Misschien doordat haar pogingen zijn
Ten tweede is gebleken dat Marokkaanse moskeeën onafhankelijk zijn, zelfs samengegaan met een grote zak geld? De Marokkaanse overheid heeft haar
als ze deel uitmaken van het UMMON-netwerk: Stichtingen bepalen zelf inspanningen niet vergezeld van financiële steun, waardoor Marokkaanse
wie in het bestuur zit en welke ideologische koers ze varen. Het laatste is vaak moskeeën niets te winnen hebben gehad bij de staatscontrole.
niet vastgelegd in een statuut, waardoor de koers makkelijk kan veranderen. Bovenstaande verklaart niet waarom de Marokkaanse gemeenschap niet net
41
42. als de Turkse gemeenschap een goed georganiseerde islamitische oppositie processen.12 In een interview van islamoloog Thijl Sunier met een
kent. Hier lijkt de lage organisatiegraad van Marokkaanse migranten een imam van de Noord-Nederlandse tak van Milli Görüs, zegt de laatste
meer voor de hand liggende verklaring: Sommige onderzoekers denken dat voorstander te zijn van de religieuze en politieke pluriformiteit in Nederland.
Marokkanen lange tijd simpelweg niet de behoefte hebben zich te verenigen Juist, omdat religieuze oppositie lange tijd verboden is geweest in Turkije
(Wal, ter, 2005: p. 28). (Sunier, 1996: 170). Sunier schrijft: “geen van de bestuursleden [van deze
Anderen wijten het gebrek aan organisatie aan de onderlinge verdeeldheid moskee in Noord-Nederland] beschouwde een radicale afwijzing van de
in de Marokkaanse gemeenschap. Onderzoeker Frank van Gemert stelt Nederlandse samenleving als een wenselijk of noodzakelijk perspectief”
in zijn boek Ieder voor Zich. Kansen, cultuur en criminaliteit van (Sunier, 1996: 134).
Marokkaanse jongens (1998) dat grote verschillen tussen Marokkaanse Het is echter onduidelijk hoe de conservatieve zuidelijke tak van Milli
Arabieren en Berbers, stammen en regio’s samenwerking in de weg doen Görüs erover denkt. Bovendien heeft zich in de noordelijke regio-organisatie
staan (Van Gemert, 1998: 54). recent een wisseling van de wacht voorgedaan.
De toekomst moet uitwijzen of Milli Görüs de wereld zijn ware gezicht
2.5.3 Kanttekening: Turkse islamisten toont. Eén ding is zeker: Als de beweging er radicaalislamitische
Ondanks de strakke organisatie van de Turkse islam, is één van de opvattingen op na houdt, zal zij deze effectief kunnen verspreiden onder
stromingen gelieerd aan een politieke partij, die ooit openlijk islamisering haar achterban. Juist, vanwege haar efficiënte organisatie. f
van Turkije nastreefde: Milli Görüs. Dat lijkt in tegenspraak met de
bevindingen van Almond et al., die radicalisme juist zien opkomen, daar
waar de religieuze organisatie zwak is. Hoe verklaren we dat? Islamologen
signaleren een belangrijk verschil tussen Milli Görüs en de groepjes
radicaalislamitische moslimjongeren in Nederland: Milli Görüs en de
hieraan gelieerde AK-Partij accepteren pluriformiteit en democratische
42